1796 resultaten - Pagina 78 van 120
... 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 ...
[6] Vergeef mij daarom, o vader Adam, en ook u, eerbiedwaardige moeder Eva, dat ik ten gevolge van mijn gemoedstoestand niet zo vrolijk kan zijn als de anderen! Bovendien zijn alle anderen nog nooit zondaren geweest tegenover God en tegenover u; maar ik was tot voor enige weken nog het grootste monster aller monsters, dat vanuit zichzelf helemaal niets aan zijn verbetering heeft bijgedragen, maar alles enkel door de goddelijke erbarming is gedaan.Hoofdstuk 90: Het maal bij Adam. Koning Lamech richt deemoedige en eerbiedige woorden tot Adam. Adams goede antwoord. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] Na verloop van tijd vroeg Henoch hem eindelijk: 'Nu, broeder Lamech, wat zeg je wel van dit uitzicht? Hoe bevalt de aarde je vanuit dit standpunt bekeken?'
Hoofdstuk 92: Naar de hoogte. Het heerlijke uitzicht. Koning Lamech prijst de Heer voor de aanschouwde heerlijkheden van de aarde. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] Nee, nee, dat kunnen mensenhanden onmogelijk ooit hebben gebouwd! Want dit bouwwerk is te onberekenbaar waarlijk goddelijk wijs en te kunstig uitgevoerd dan dat men daarbij - zelfs bij uiterst precies onderzoek - op het eerste gezicht al vanuit de verte zou kunnen vermoeden dat deze indrukwekkende en waarlijk goddelijk wonderlijke, prachtigste grot door de knapste mensen met ook maar met één vinger zou zijn aangeraakt om het kleinste glanzende steentje daaraan te bevestigen!
Hoofdstuk 94: Het bezoek aan de Adamsgrot. Lamechs verwondering en lofprijzing van de liefde van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[13] Maar de heilige, goede Vader heeft vanuit Zijn eindeloze liefde de hele aarde meer dan rijkelijk gesierd met de wonderbaarlijkst verheven schone liefdesboeketten, heeft de zon voor ons geschapen en de sterren alsook talrijke verhevenheden en wonderen, alles voor ons, - en toch kunnen wij door het vlees van de aardwormen die wij zelf zijn, Hem steeds meer en meer vergeten, ja Hem, de hoogste schoonheid, de hoogste liefde en wijsheid zelfs ontvluchten, Hem ver weg wensen, als wij in de brand van de zonde van het vlees staan!
Hoofdstuk 94: Het bezoek aan de Adamsgrot. Lamechs verwondering en lofprijzing van de liefde van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] Ik heb echter vanuit mijn ervaring gesproken, en het is beslist zo als ik met mijn weinige woorden heb beschreven; maar jij, broeder, zult zeker een andere ervaring hebben op de hoogte dan ik kan hebben in de zondige laagte, en daarom zul je ook beter dan ik in staat zijn een gerecht oordeel over de mensheid te vellen, en daarom vraag ik je om nu in mijn plaats te spreken!'
Hoofdstuk 95: Henochs wijze levenservaringen betreffende de vleselijke en de wereldse liefde van de mensen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Toen echter Muthaël bij je kwam en je dat in bedekte termen aangaf, herkende je vanuit je gevoel dat hij degene is die eens vanuit de Heer je gezegende man zal worden; en als gevolg van dit inzicht heb je Muthaël met een zeer veelzeggende, buitengewoon vriendelijke blik aangekeken en hebt juist door deze mooie blik de anders bijzonder wijze Muthaël een grote wond toegebracht waaraan bijna zijn hele wijsheid zou zijn doodgebloed! En sindsdien is Muthaël helemaal in jouw liefde begraven en kan zich niet verheffen uit zo'n woning waarin geen leven is!
Hoofdstuk 97: In de hut van de Heer. Purista klaagt erover, dat de verliefde Muthaël haar blijft nalopen. Het wijze antwoord van Henoch, de kenner van het hart. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[15] Maar Henoch zei tegen Lamech: 'Broeder, houd je gereed; want nu komt weldra de beurt aan jou om woorden te spreken vanuit de diepte van Gods liefde in de mens!'
Hoofdstuk 100: De wijze en mannelijk-edele woorden van Muthaël tot Purista. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Dat, liefste broeder, is op zichzelf wel absoluut waar, en ik en Henoch zouden beslist tot de grootste zondaars gerekend kunnen worden als wij zouden beweren: `Dat alles spreken wij vanuit onszelf!'
Hoofdstuk 104: Lamechs afwijzende antwoord en goede raad, zich tot de Heer te wenden. Over het verschil tussen het woord van God en het woord van mensen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] Ja, ik zeg het je nu vanuit de geest van de Heer in mijn hart: hetgeen je nu sprak uit het diepst van je ziel, dat zullen je kinderen in werkelijkheid doen op een wijze die in de ogen van de Heer de gruwel der gruwelen zal zijn; en zoals jij je daarstraks verzette tegen de woorden die uit de geest van de Heer kwamen en mij hebt afgewezen, zo zullen je nakomelingen met al de leraren doen die van Gods geest vervuld zijn, en ze zullen degenen huldigen die de geest van de wereld zullen prediken!
Hoofdstuk 111: De droevig-ware voorspelling van Henoch en de zachte en ernstige berisping van Adam. De mislukte poging van Adam zich te rechtvaardigen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Zie, wanneer ik spreek en handel, dan spreek en handel ik niet vanuit mijzelf, maar vanuit de Heer, die mij ten overstaan van jullie allemaal daartoe heeft beroepen! Als echter mijn woord een woord van de Heer is, waarom verzet je je er dan tegen?'
Hoofdstuk 111: De droevig-ware voorspelling van Henoch en de zachte en ernstige berisping van Adam. De mislukte poging van Adam zich te rechtvaardigen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[9] Adam was door deze woorden van Henoch buitengewoon diep getroffen en zei daarom tegen hem: 'O Henoch, jij wijze vanuit God, welke harde dingen heb je me nu meegedeeld!
Hoofdstuk 111: De droevig-ware voorspelling van Henoch en de zachte en ernstige berisping van Adam. De mislukte poging van Adam zich te rechtvaardigen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Zie, ik zou dat niet hebben uitgesproken als ik had geweten dat de geest van de Heer uit jou heeft gesproken! Maar dat heb je mij niet meegedeeld, zodat ik van mening was dat je vanuit jezelf tegen me sprak en een beetje hoogmoedig was en dat wilde ik uit je verwijderen.
Hoofdstuk 111: De droevig-ware voorspelling van Henoch en de zachte en ernstige berisping van Adam. De mislukte poging van Adam zich te rechtvaardigen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Daarom moet je me altijd van tevoren meedelen of je vanuit Gods geest spreekt of vanuit jezelf, en dan zal ik me daar altijd naar weten te richten.
Hoofdstuk 111: De droevig-ware voorspelling van Henoch en de zachte en ernstige berisping van Adam. De mislukte poging van Adam zich te rechtvaardigen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] En zo waren de mensen van de aarde nu volkomen onderricht en verrijkt met alle kennis. De kloof tussen de hoogte en de laagte werd opgeheven opdat iedereen vanuit volkomen vrije wil ongehinderd kon handelen.
Hoofdstuk 115: De eerste kerk en het latere verval van de mensen. Adams afscheidswoorden, testament en dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] En wat de geslachtsdaad betreft, deze bleef overal op de hoogte ongeveer dertig jaar achterwege. Na deze tijd, toen Lamechs wrok en verdriet een beetje verminderd waren, riep de Heer Lamech op een avond naar buiten en sprak vanuit een vuurwolk tot hem:
Hoofdstuk 119: De beëindiging van de voortplanting op de hoogte en de waarschuwing van de Heer aan Lamech. Lamechs verwijtend antwoord aan de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)