Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 775 van 1088

...  763 - 764 - 765 - 766 - 767 - 768 - 769 - 770 - 771 - 772 - 773 - 774 - 775 - 776 - 777 - 778 - 779 - 780 - 781 - 782 - 783 - 784 - 785 - 786 - 787 - 788  ...
[4] Een blind en dom volk, zoals het in het begin onder Lamech was, is gemakkelijk te bekeren, want het heeft ondanks zijn blindheid toch een open, gelovig hart; maar zo'n hoog gecultiveerd industrievolk houdt zichzelf voor wijzer dan Ik ben. Het heeft Mij zelfs helemaal niet nodig, want de wereld heeft naar zijn mening zichzelf geschapen en alle dingen op haar en tijdens haar ontstaan ook noodzakelijkerwijs geleidelijk aan de wetten waaronder zij bestaat. - Wat moet Ik dan met zo'n volk doen?
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Zie, op de hoogte leven nog Methusalah, Lamech, zijn zoon Noach en jouw vader en moeder! Geef je kinderen aan hen ter opvoeding; want als je hen hier laat, zullen zij geestelijk en lichamelijk worden gedood, aangezien jouw raadsheren steeds meer proberen alle heerschappij naar zich toe te trekken.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[9] Zij zullen je dan wel alle macht over de leiding van het volk ontnemen en je gevangen houden als een vogel in een kooi; maar Ik wil je zonen sterken op de zuivere hoogte en hen dan als machtige leraren naar beneden sturen, wanneer jij niet meer op aarde zult wandelen.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Toen Uraniël dat had vernomen, zond hij meteen zijn kinderen en ook zijn twee vrouwen naar de hoogte, begeleid door enkele van zijn trouwe vrienden.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[15] Bij deze gelegenheid stuurde Ik toen de beide machtige zonen naar de laagte en liet hen prediken.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[17] Mochten zij echter weer zin krijgen nog een keer als verkondigers van God naar Hanoch te komen, dan zouden zij met de schommels van doen krijgen.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] En Lamech zei tegen zijn zoon Noach: 'Wat denk jij: als deze twee zonen van Uraniël met de wonderbaarlijke kracht van een Henoch zouden worden uitgerust of zoals de Heer Zelf Kisehel en zijn broeders heeft uitgerust toen Hij hen voor de eerste keer naar de laagte heeft gezonden, zou hun zending daardoor niet veel meer resultaat hebben dan alleen met de kracht van het overtuigende woord?
Hoofdstuk 139: De vaderen beraadslagen over de redding van de diep gezonken laagte. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[5] En Noach sprak: 'Lieve vader Lamech, ik denk dat er niet veel meer aan te doen valt; want zie, voorzover ik weet was in de tijd van Lamech, toen hij nog een knecht van de slang was, in feite alleen hijzelf verkeerd. Hij tiranniseerde het volk, en het volk van de hele laagte smachtte onder zijn onderdrukking en was gevangen; maar het verlangde naar de bevrijding.
Hoofdstuk 139: De vaderen beraadslagen over de redding van de diep gezonken laagte. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] De Heer zal daarom de twee zonen slechts met de kracht van de wijsheid toerusten en hen dan weer naar de stad Hanoch sturen.
Hoofdstuk 139: De vaderen beraadslagen over de redding van de diep gezonken laagte. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[14] Maar zij werden allebei met goddelijk inzicht vervuld en moesten zich toen weer naar de laagte begeven.
Hoofdstuk 139: De vaderen beraadslagen over de redding van de diep gezonken laagte. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] En zij gingen beiden met goddelijk inzicht begiftigd voor de tweede keer naar de grote stad Hanoch; en toen zij daar aankwamen lieten zij zich als arbeiders in dienst nemen en wel bij de grote verbindingsbouwwerken die rechtstreeks vanuit Hanoch naar de tien steden leidden en die daardoor als voorsteden van Hanoch werden aangezien.
Hoofdstuk 140: De twee zendelingen als metselaars in Hanoch, zij klimmen op tot adviseurs van de duizend raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[13] Daar echter bij zulke uitbreiding van de stad Hanoch de stadsbewoners met hun behoeften eveneens toenamen en daardoor genoodzaakt werden de andere vorsten steeds grotere lasten op te leggen, die deze nooit konden opbrengen, kwamen de vorsten in opstand; sommigen verzetten zich hevig, anderen vluchtten naar verre landen.
Hoofdstuk 140: De twee zendelingen als metselaars in Hanoch, zij klimmen op tot adviseurs van de duizend raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] Ten tweede lokt dan zo'n prachtig bouwsel bemiddelde, vroeger nijvere landbewoners naar de stad; die kopen het huis, bewonen het, leven dan weliswaar van hun middelen, maar zij hebben geen grond meer om te bewerken en kopen voortaan wat zij nodig hebben.
Hoofdstuk 141: De toespraak van de twee boden tot de verzamelde raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[14] Verder schrijven wij schatting na schatting aan al onze vazallen voor. Daardoor maken wij het landleven ongeliefd bij het volk. Zij vluchten naar verre, ons onbekende gebieden, of zij verzetten zich hier en daar met geweld tegen onze onterechte vorderingen.
Hoofdstuk 141: De toespraak van de twee boden tot de verzamelde raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[17] Aldus hebben wij naar waarheid gesproken als mederaadslieden met alle achting voor jullie, duizend heren!'
Hoofdstuk 141: De toespraak van de twee boden tot de verzamelde raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
...  763 - 764 - 765 - 766 - 767 - 768 - 769 - 770 - 771 - 772 - 773 - 774 - 775 - 776 - 777 - 778 - 779 - 780 - 781 - 782 - 783 - 784 - 785 - 786 - 787 - 788  ...