1796 resultaten - Pagina 79 van 120
... 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 ...
[10] Ik wil je echter eerst het heerlijke lot tonen van degenen die Ik tot Mij heb genomen, opdat je vanuit je diepste levensgrond zult beseffen hoe Ik het voor eeuwig met Mijn kinderen voorheb!Hoofdstuk 120: De ernstige, terechtwijzende woorden van de Heer aan Lamech. De geesten Henoch en Adam getuigen van het eeuwige leven van de mens. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] En hij viel voor de Heer neer en begon te huilen en sprak vanuit zijn berouwvolle hart: 'O God, Heer en Vader, nu doorzie ik de volle omvang van mijn slechtheid!
Hoofdstuk 121: Lamech spreekt verder met de overledenen. Lamechs omkeer en woorden van berouw. De liefdevolle woorden van de Heer over de pijn die een vader heeft bij het straffen van zijn kinderen. Lamech als plaatsvervanger van Henoch. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] In deze instelling, die men `des Konings eer' noemde, werden de meisjes met de fijnste spijzen en dranken gevoed, met de fijnste soorten olie gewassen en kregen zij ook een opvoeding waarin van God nauwelijks méér sprake was dan in de huidige tijd, waar het godsdienstonderwijs in een meisjesschool, evenals in alle andere onderwijsinstellingen ook aan de laatste spijker hangt.
Hoofdstuk 129: Het begin van bigamie in Hanoch. De oprichting van een schoonheidsinstituut voor vrouwen. Mensenhandel en standsverschil. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[13] Honderdzeventig poorten voerden naar de stad. Iedere poort had drie geweldig sterke ijzeren vleugels ter afsluiting, en boven op iedere poort stond een gigantisch groot ijzeren standbeeld van een krijger, waar zich ongeveer dertig krijgsmannen in konden verbergen en dan vanuit het hoofd van het standbeeld, en wel door de opengelaten ogen, door de mond en door de oren stenen naar buiten konden slingeren.
Hoofdstuk 133: De nakomelingen van de vrouwen van de hoogte en de mannen van Hanoch waren werktuigkundigen, kunstenaars en scheikundigen. De uitvinding van het glas en het geslagen muntgeld. De bouw van een vestingmuur rond Hanoch, de schitterende reuzenstad. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Zie, op de hoogte leven nog Methusalah, Lamech, zijn zoon Noach en jouw vader en moeder! Geef je kinderen aan hen ter opvoeding; want als je hen hier laat, zullen zij geestelijk en lichamelijk worden gedood, aangezien jouw raadsheren steeds meer proberen alle heerschappij naar zich toe te trekken.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] Deze hele familie woonde op de hoogte in Muthaëls huis en werd door moeder Purista in alle godsvrucht en liefde opgevoed; en ook de nog levende Lamech en in het bijzonder Noach en zijn broer Mahal besteedden zeer veel zorg aan de God welgevallige opvoeding van deze kinderen.
Hoofdstuk 138: De opvoeding van de zeven kinderen van Uraniël op de hoogte. De woorden van de Heer tot Uraniël. De onderdrukking van Hanoch en zijn volkeren door de raad van duizend. De twee koningszonen als zendelingen in Hanoch zonder resultaat. Koning Uraniëls dood. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] En zij gingen beiden met goddelijk inzicht begiftigd voor de tweede keer naar de grote stad Hanoch; en toen zij daar aankwamen lieten zij zich als arbeiders in dienst nemen en wel bij de grote verbindingsbouwwerken die rechtstreeks vanuit Hanoch naar de tien steden leidden en die daardoor als voorsteden van Hanoch werden aangezien.
Hoofdstuk 140: De twee zendelingen als metselaars in Hanoch, zij klimmen op tot adviseurs van de duizend raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] U, o God en Heer, beloof en zweer ik hier mijn volledige ommekeer en voortaan levenslange trouw! U alleen wil ik van nu af aan dienen en U liefhebben vanuit al mijn krachten gedurende de tijd van mijn gehele leven! Amen.'
Hoofdstuk 156: De goede woorden en de offervaardigheid van een van de honderd raadsheren. De opening van de tempels. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Maar zeg je tegen alles en altijd vanuit je hart: `O Heer en Vader, alleen Uw heilige wil geschiede nu en in eeuwigheid!', dan ben je waarachtig deemoedig in Gods ogen en heeft je deemoed waarde voor de Heer!
Hoofdstuk 162: Ohlads juiste deemoed. Een evangelie over de juiste deemoed. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[15] Zo is het ook beter een zondaar te zijn vanuit je eigen berouwvolle schuld, dan een rechtvaardige te zijn op eigen rekening!
Hoofdstuk 162: Ohlads juiste deemoed. Een evangelie over de juiste deemoed. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[16] Want de Heer zoekt alleen wat verloren is, sterkt het zwakke en geneest de ziekte vanuit Zijn erbarming; maar een schuldenaar wil Hij eeuwig ten aanzien van niemand zijn!
Hoofdstuk 162: Ohlads juiste deemoed. Een evangelie over de juiste deemoed. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] Maar toen de poort eenmaal openstond, braken uit alle vanuit Hanoch zichtbare bergen rook en vlammen uit; de aarde beefde aan één stuk door; waar ook maar in die grote stad een afgodsbeeld was opgericht, barstten ook verwoestende vlammen uit de bodem van de aarde los, verteerden het beeld en ontzagen de vereerders van de beelden niet, waar zij zich ook bevonden.
Hoofdstuk 163: De woorden van Ohlad en de machtige verschijnselen die het ontsluiten van de ware tempel begeleidden. Ohlad en de tien boden gaan de tempel binnen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Voor het altaar aangekomen, waar het tiental stond, zei de Heer tegen een van hen: 'Ga naar buiten; in de poort van de voorhof zul je een man aantreffen! Deze heeft een kalebas vol olie. Laat je die overhandigen en breng die hierheen, opdat Ik daarmee Ohlad zowel natuurlijk als geestelijk tot koning zalve over al het volk in de laagte en vervolgens ook jullie tot zijn ministers en raadsheren, en om de macht over het vuur vanuit Mij te bewaren; want nu moeten jullie niet weer naar de hoogte teruggaan, omdat het volk zich weer tot Mij wendt! Ga daarom de olie voor Mij halen!'
Hoofdstuk 166: Ohlad wordt tot koning gezalfd en de tien boden tot zijn ministers. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Maar doe ik dan iets anders? Handel ik niet volgens deze goddelijke principes?! Handel ik niet overeenkomstig de goddelijke orde als ik volgens die drie gelouterde grondbeginselen, dus puur redelijk, het verstandig en vrijwillig vanuit mijzelf handel en mij door geen andere wet laat beperken omdat ik het oergoddelijke in mij herken en het hoger acht dan al het menselijke dat reeds niet meer zuiver is, omdat een mens alleen dan een goed onderlegd ander mens een wet op wil dringen als hij het zuiver goddelijke in zijn broeder geen waarde meer toekent - wat zojuist bij jou tegen ons het geval is!
Hoofdstuk 172: Het schrandere weerwoord van de woordvoerder der negenennegentig raadsheren over het doel van de rede, het verstand en de vrije wil. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Je weet wel welke macht wij vanuit God bezitten, en wij zijn er volkomen van overtuigd dat jij je tegenover ons in eeuwigheid nooit met wat voor een macht dan ook zult kunnen staande houden, en wij hoeven jou daarom ook niet in het minst te vrezen; want het geweld en de tuchtroede heeft de Heer in onze handen gelegd, en daarom kunnen jullie ons zelfs met de hulp van de hele wereld niets aandoen!
Hoofdstuk 173: Het overleg van Ohlad met zijn ministers. De doeltreffende woorden van de minister-president tot de negenennegentig raadsheren. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)