15542 resultaten - Pagina 810 van 1037
... 798 - 799 - 800 - 801 - 802 - 803 - 804 - 805 - 806 - 807 - 808 - 809 - 810 - 811 - 812 - 813 - 814 - 815 - 816 - 817 - 818 - 819 - 820 - 821 - 822 - 823 ...
[10] De prior en zijn broeders kijken nu eens naar de omgeving, dan weer naar de Heer en dan weer, en bijna het meest naar de mooie hemelse bruiden. De prior is daarom ook niet zo vlug klaar met zijn antwoord en overlegt bij zichzelf als volgt: hier zou het goed toeven zijn aan de zijde van zo'n hemelse bruid en in zo'n prachtig eigendom, waar je bovendien als het ware de gebraden vogels in de mond vliegen! Werkelijk, het is toch voor een onsterfelijke geest eeuwig volkomen onmogelijk om zich de hemel nog hemelser voor te stellen. Voorwaar, en nog eens driemaal voorwaar, als hier een echte goede raad niet duur is, dan is hij het in eeuwigheid niet. Als ik eraan denk, hoe het voor iemand zou zijn om zo'n hemelse bruid te omarmen en aan zijn onsterfelijk hart vol hemelse, vurige liefde te drukken, dan begint het me te duizelen en zou ik heel graag, ja, ik zou zelfs oneindig graag voor de Heer mijn krachtigste `ja' uitspreken, vooropgesteld dat deze eindeloze heerlijkheid in alle opzichten ook duidelijk een stevige basis heeft.Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Vraag niet of Ik hier voortdurend zichtbaar zoals nu, of onzichtbaar aanwezig zal zijn, want zichtbaar of onzichtbaar, Ik ben toch altijd volkomen aanwezig. En wanneer je naar deze zon zult kijken, denk dan, daarin woont jouw Vader. En deze zon, die zo mild deze streek verwarmt en alles zo heerlijk verlicht, gaat hier nooit onder; je zult haar altijd zien en het oog van jouw liefde nooit van haar afwenden.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] Zie, onze prior wordt bijna duizelig van deze verrukkelijke zaligheid. Van louter schuchterheid durft hij evenals zijn broeders nauwelijks een voet te verzetten om de wachtende hemelse maagden tegemoet te gaan. Maar de Heer geeft de maagden een wenk, waarop elk van hen zich naar de voor haar bestemde man spoedt om hem een stralende palmtak aan te reiken. Maar bij het aannemen van de palmtak verandert ook de nog wat gewone kleding van de monniken in passende hemelse kleding; de Heer zegent hen nu en zij vallen allemaal op hun aangezicht en loven en prijzen Hem voor zo'n onmetelijke genade.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[14] Maar kijk, de Heer zegt tegen de hemels gehuwden: Mijn lieve broeders, laat je nu door jullie hemelse echtgenotes naar huis brengen, opdat iedereen daar ter plaatse het door Mij voor hem gereedgemaakte, eeuwige eigendom geheel in gebruik kan nemen!
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] Maar nu komt de andere, ons reeds bekende monnik naar de prior toe en zegt: luister eens broeder, hoe lang wil jij onze allerliefdevolste heilige Vader nog op een antwoord laten wachten? Als ik zou moeten antwoorden dan was ik, en verscheidene anderen met mij, daar al lang mee klaar. Ik zeg je slechts wat mijn innerlijk gevoel me zegt en dat luidt als volgt: o Heer en Vader, in al Uw oneindige liefde en ontferming, met U en bij U is het overal, dus ook hier in deze wondermooie, hemelse heerlijkheid buitengewoon goed toeven. Blijft U hier, dan zal ik me hier allerzaligst voelen. Maar blijft U als de allerheiligste Oerbron van al deze heerlijkheden niet hier en is hier voor U nog geen blijvende woonplaats, dan wil ook ik hier niet blijven, maar als het Uw heilige wil is, met U verder trekken tot de plaats waar U zult zeggen: hier ben Ik thuis! Wat denk jij broeder, zou dat niet een goed antwoord zijn?
Hoofdstuk 99: Nog een zware beproeving - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Nu zegt de Heer: welnu, Ik heb uit jouw diepste wezen vernomen en gezien, dat jouw liefde naar Mij uitgaat en dat jij, evenals jouw broeders, Mij deze grote hemelse heerlijkheid als aangenaam offer hebben opgedragen en daarom zeg Ik jullie, dat jullie je juist door dit offer deze prachtige hemel hebben waardig gemaakt. Voor jou en je broeders ligt hier de door Mij bepaalde bestemming, en daarom kunnen jullie nu ook onbekommerd kiezen; vrij en naar hartelust. Ieder van jullie krijgt zo'n prachtig paleis en een hem volkomen welgevallige hemelvrouw. Als heer over zo'n bezit heeft hij dan geen andere hogere verplichting dan in de eerste plaats Mij eeuwig als Heer en Vader te erkennen en lief te hebben, maar ook de arme mensen die hier vaak nieuw aankomen gastvrij op te nemen, van voedsel en kleding te voorzien en door liefdevol onderricht dichter tot Mij, de Vader, te brengen.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] De prior zegt: ja Heer, op stel en sprong, ook al moest ik zelf alleen teruggaan naar mijn vroegere blinde klooster.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[22] De Heer zegt: dan heb Ik weer een heel ander plan. Omdat jullie, jij en deze broeder, je door de liefde voor Mij wederzijds geheel en al hebben laten gevangennemen, neem ook Ik jullie helemaal in Mijn liefde gevangen. De broeders hier, die zich al met hun hemelse echtgenoten naar hun woningen beginnen te begeven, zegenen wij. Jij, jouw vrouw en deze broeder echter, gaan met Mij mee naar de plaats waar Ik eeuwig in de allerhoogste hemel samen met Mijn kinderen pleeg te wonen.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[23] Zie, de prior, zijn vrouw en de broeder vallen van al te grote verrukking voor de Heer neer. Maar de Heer sterkt hen, helpt hen overeind en zegt: welnu Mijn kinderen, volg Mij naar Mijn huis. Kijk, ze trekken onopgemerkt door de andere broeders, de eeuwige, heilige morgen tegemoet. Eindeloos lange rijen zalige broeders begroeten van alle kanten deze kleine stoet en prijzen de Heer om Zijn oneindige goedheid, liefde en ontferming. Laten ook wij hen volgen, zodat we kunnen zien, hoe deze drie nieuwe hemelbewoners zich daar inburgeren.
Hoofdstuk 100: De hemelse bestemming - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Hoe komt het dan dat er nu opeens voor de prior een einde komt aan deze duidelijk bepaalde bestemming en hij en zijn vrouw het hun door de Heer in deze hemel toegezegde goed niet eens te zien krijgen, maar dadelijk door de Heer naar de allerhoogste hemel worden geleid?
Hoofdstuk 101: Leiden, trekken en dragen in geestelijke betekenis - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Wanneer jullie terugdenken aan de gebeurtenis in het klooster, toen, na de verlossing van de zich in zielenslaap bevindende broeders achter de kloof, onze prior als enige zijn nog onbekende man uit overgrote liefde en dankbaarheid wilde omvatten en naar de tafel dragen, en wanneer jullie je herinneren hoe de eenvoudige man dat afwees en bij die afwijzing een zeker geheimzinnig `misschien' heeft uitgesproken, waarmee Hij de prior in zekere zin te verstaan gaf, dat deze Hem reeds eenmaal eerder in zijn handen gedragen zou hebben, dan zal het bij een zekere nadere beschouwing van deze scène helemaal niet moeilijk zijn de gebeurtenis van daarnet te begrijpen.
Hoofdstuk 101: Leiden, trekken en dragen in geestelijke betekenis - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[15] Hij heeft daarmee in bedekte termen niets anders willen zeggen dan: Ik zal jou een bestemming geven die volkomen met jouw vrije keuze overeenkomt, waarbij Ik er ook op bedacht zal zijn dat je Mij eens in jouw hart hebt gedragen. Op het moment van jouw overgang naar je eeuwige bestemming zal Ik je helemaal onvoorbereid in een situatie brengen, waarbij zal blijken in hoeverre je Mij in jouw hart hebt gedragen en nog draagt en in hoeverre lk dientengevolge ook jou zal dragen. Ik zal echter op dat moment Mijn oog enigszins voor jou sluiten, zodat jij dan volkomen vrij uit jezelf kunt handelen. Pas na die handeling zal Ik jou aanzien en je, ofwel zegenen voor je hemelse bestemming of lk zal je, als jouw heiligste, liefdevolste Vader in Mijn handen nemen en als een volmaakt kind naar Mijn woonplaats dragen!
Hoofdstuk 101: Leiden, trekken en dragen in geestelijke betekenis - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Op deze manier komt in onze nieuwe gast alles wat hij vanaf zijn kindertijd heeft uitgevoerd, weer naar boven. Zelfs de muziek, als zij een meer zinnelijke hartstocht was die meer vanuit een met hoogmoed gepaard gaand winstoogmerk werd beoefend, wordt daar eveneens als verderfelijke passie aangemerkt en op dezelfde manier weggewerkt. Ook schilderkunst en poëzie, kortom alles waardoor de mens op aarde door een bepaalde graad van voortreffelijkheid tot hoogmoed en eigendunk werd verleid, moet op dezelfde wijze worden weggewerkt.
Hoofdstuk 121: Ieder leven heeft vanuit de liefde van de Heer bepaalde wegen te gaan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Zo'n hemel wordt echter altijd naar waarheid uitgebeeld en die verschilt waarlijk hemelsbreed van het zelfgevormde beeld dat de nieuwkomer heeft meegebracht. Dat hem trouwens zo'n hemel evenmin bevalt als het menig tegenwoordige bisschop, prelaat of andere geestelijke hoogwaardigheidsbekleder hier zou bevallen wanneer hij opeens ten bate van zijn broeders, zelf de hand aan de ploeg zou moeten slaan, is licht te begrijpen.
Hoofdstuk 120: Verdere ontwikkeling van de leerlingen in het hiernamaals. Het middenrijk (Hades) - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Ieder mens die hier volgens de verplichtingen van zijn stand geleefd heeft en bij zijn uittreden uit deze wereld ook van alle zogenaamde geestelijke goederen voorzien werd, vraagt in het hiernamaals dadelijk naar de hemel. Hij wordt ogenschijnlijk ook onmiddellijk in een toestand verheven die voor hem het hemelse oord uitbeeldt.
Hoofdstuk 120: Verdere ontwikkeling van de leerlingen in het hiernamaals. Het middenrijk (Hades) - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)