Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 818 van 1112

...  806 - 807 - 808 - 809 - 810 - 811 - 812 - 813 - 814 - 815 - 816 - 817 - 818 - 819 - 820 - 821 - 822 - 823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831  ...
[33] Nu gaat onze gastheer naar buiten, legt allen zijn handen op en wijst hun de woningen aan waarheen ze zich moeten begeven.
Hoofdstuk 46: In het heuvelland van de eeuwige morgen. Een klein liefde examen. Hoe stellen jullie je de Heer voor? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[37] De man zegt: o mijn vriend, die ons in Naam van de Heer zo liefdevol hebt opgenomen, dat is een vraag die buitengewoon moeilijk te beantwoorden is! Want in onze religie op aarde hebben we ons nooit met het menselijke, visuele uiterlijk van de Heer beziggehouden, maar slechts met Zijn woord en we dachten daarbij: in deze wereld zal de Heer zich zonder meer meteen aan ons te kennen geven en we zullen Hem aan Zijn stem en uit Zijn woorden herkennen. Maar nu zie ik pas in dat de waarachtige liefde voor de Heer naast Zijn woorden ook de gestalte van Zijn wezen wil omvatten. Dat is voor haar echter niet gemakkelijk omdat ze daar nooit aandacht aan besteedde en dus ook niet in zich heeft opgenomen. Dus zul jij, lieve vriend, nu ook wel zo goed willen zijn om ons de gestalte van de Heer te beschrijven.
Hoofdstuk 46: In het heuvelland van de eeuwige morgen. Een klein liefde examen. Hoe stellen jullie je de Heer voor? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Kijk, we zijn al op de plaats van bestemming. Maar nu zeggen jullie: beste vriend, daar voor ons zien we alweer een eindeloos ver uitgestrekte zee en aan de uiterste horizon zien we voor de eerste keer in deze geestelijke wereld wolken zoals we die op aarde op mooie heldere dagen aan de hemel hebben zien opkomen. Het lijkt ons ook dat de zon hier niet meer recht in het zenit staat, maar zich meer achter ons bevindt zodat we al een schaduw voor ons zien. Moeten we hier soms ook weer over het oppervlak van de zee wandelen?
Hoofdstuk 47: De 'rooms-katholieke' hemel. In de uiterste middag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Mijn lieve vrienden, deze zee staat in verbinding met de zee die we al eerder in de avondlijke omgeving tegen zijn gekomen. Zij strekt zich. ook eindeloos ver uit in de richting van de avond tussen middag en morgen. Maar recht hiertegenover waar jullie de wolken zien, is zij begrensd door een oever, waarachter zich dan weer een voor jullie begrippen eindeloos groot landschap uitstrekt. Dit gebied wordt `de uiterste middag' genoemd, en daarheen zullen we ons dan ook begeven.
Hoofdstuk 47: De 'rooms-katholieke' hemel. In de uiterste middag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Kijk, dit is de zogenaamde rooms-katholieke hemel, waarin de meeste vrome rooms-katholieken komen als zij liefdevol en nauwgezet naar hun geloof hebben geleefd. Daarom is deze hemel veeleer een `proefhemel' dan een echte blijvende. Hoe zich dit allemaal ten opzichte van elkaar verhoudt zullen we in de loop van de nadere beschouwing van deze hemel nog duidelijk te zien krijgen.
Hoofdstuk 47: De 'rooms-katholieke' hemel. In de uiterste middag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] Richt je blik maar eens wat landinwaarts, dan zullen jullie weldra een groot aantal van de jullie welbekende roomse kerken en kloosters aanschouwen. Daar, niet ver van ons vandaan staat op een vlakte al een heel statige kerk; we zullen zien wat zich daarbinnen afspeelt. Horen jullie het klokgelui? Jullie zeggen: waarlijk beste vriend, dat klinkt precies zoals we het zo vaak op aarde hebben gehoord. Luister nu nog wat oplettender; jullie zullen zelfs orgelklanken horen. Jullie vragen wat er nu eigenlijk in de kerk te doen is.
Hoofdstuk 47: De 'rooms-katholieke' hemel. In de uiterste middag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Kijk, we zijn al buiten en nu stromen ook de goed op de hemelvaart voorbereide en van palmtakken voorziene geesten de kerk uit. De priester volgt hen in vol ornaat met de monstrans in de hand. Boven hem zien jullie nog een zogenaamde `hemel', die gedragen wordt door vier in het wit geklede mannelijke geesten, terwijl alle geesten zich in rijen voor hem opstellen en een jullie welbekend processievaandel volgen. Nu begint de processie met de gebruikelijke processieceremoniƫn. Zelfs de belletjes ontbreken niet; een kruisbeeld wordt voor de hemel uitgedragen, en het jullie welbekende `Heilig, heilig, heilig is onze Heer God Zebaoth' wordt door het hele processiegezelschap gezongen en gebeden.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Kijk, nu begeeft zich de processie naar een kleine heuvel. Ook wij zullen de stoet daarheen volgen. Deze heuvel is zeer misleidend, want hij kan niet zo gemakkelijk worden beklommen als men op het eerste gezicht zou denken.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Het gebeurt dan ook bij zo'n hemelbestijging niet zelden dat menigeen schoon genoeg krijgt van de te lange weg. Men wendt zich bij zo'n gelegenheid dan tot de geestelijke en vraagt hem hoelang de reis nog wel mag duren. De geestelijke geeft hun dan altijd de schrifttekst ten antwoord, die als volgt luidt: `Wie volhardt tot het einde zal zalig worden'. Na zo'n antwoord gaat de stoet dan weer verder.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Dan zegt de geestelijke: ja, lieve schapen van mijn kudde, hier is pas het moment gekomen, dat er voor het hemelrijk geweld nodig is; zij die het met geweld naar zich toetrekken zullen het bezitten. Tevens verordent de geestelijke nog dat men van nu af aan bij elke nieuw te beklimmen hoogte een psalm van David moet bidden. En zo gaat de stoet dan met veel moeite weer voorwaarts.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[11] Kijk, de volgende hoogte is al heel steil en het vraagt enorme inspanningen om haar te beklimmen. Na lang en moeizaam klimmen heeft ons gezelschap de hoogte bereikt. Kijk eens hoe allen meteen op de kleine vlakte gaan liggen; de geestelijke haalt zelf een kleine psalmbundel tevoorschijn, plaatst de monstrans intussen naast zich en begint de eerste psalm zo langzaam mogelijk te lezen, opdat hij en het hele gezelschap wat meer rust krijgen.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] Na deze aanwijzing staan allen weer op en beginnen ook dadelijk aan de moeizame bestijging van de volgende hoogte. Zoals jullie zien wordt deze beklimming nagenoeg op handen en voeten uitgevoerd en onze geestelijke, de vaandeldrager en de kruisdrager begint het steeds slechter te vergaan. Daarom laat de geestelijke zich dan ook zo goed als het gaat door enkele ervaren bergbeklimmers omhoog trekken; de vaandel- en kruisdragers echter gebruiken hun hemelse insignes als bergstok.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[8] Als het hele gezelschap op deze manier wat is bijgekomen, gaat de stoet weer verder. Maar daar de geestelijke aan zijn eigen voeten merkt dat hij bij eventueel verdere heuvels niet zo gemakkelijk meer een mars zonder te rusten zal kunnen volhouden, kondigt hij nu meteen aan dat bij het beklimmen van elke volgende hoogte een 'kruiswegstatie' wordt gebeden. Bij die gelegenheden ritst hij dan zelf uit. Wanneer de twaalf of in het ongunstigste geval de veertien staties ten einde zijn en de elkaar opvolgende, steeds iets steiler wordende hoogten nog niet ophouden, wordt na de laatste statie gelast de rozenkrans te nemen en deze eveneens op de eventuele nog volgende hoogten in gedeelten te bidden. Is de rozenkrans op deze manier ook uitgebeden en komt er nog steeds geen einde aan de alsmaar steiler wordende hoogten, dan wenden allen zich tot de priester en vragen hem wat het toch betekent dat er met al zijn verordeningen toch geen eind komt aan deze hoogten.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[14] Met veel moeite en inspanning is er weer een hoogte beklommen. De vlakte daarboven is zo krap, dat ons gezelschap maar ternauwernood een rustplaats kan vinden. Nadat iedereen is gaan liggen, begint de priester de tweede psalm te lezen. Maar zoals jullie zien, wordt hij nu zelf ook geweldig bang, want voor zich ziet hij weer een nog steilere hoogte en als hij omlaag kijkt, begint het hem vreselijk te duizelen.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[19] Opnieuw gesterkt begint men aan de tocht over deze uitgestrekte hoogvlakte en zie eens hoe bijzonder vlug onze stoet zich hier nu voortbeweegt. De hemelse wolken komen alsmaar dichterbij en we bevinden ons reeds onder het hemelse wolkendek. Jullie zien daar een hoge muur met daarin een gouden poort, die echter gesloten is. De geestelijke treedt naar voren en zegt: lieve kinderen, we hebben gevraagd en ons werd gegeven; we hebben gezocht en hebben gevonden. Nu komt het op het kloppen aan. Dus mag de drager van het kruis daarmee het eerst aankloppen en wel drie keer: in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, dan zal de poort zeker worden opengedaan.
Hoofdstuk 48: Processie bij een zogenaamde hemelbestijging - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  806 - 807 - 808 - 809 - 810 - 811 - 812 - 813 - 814 - 815 - 816 - 817 - 818 - 819 - 820 - 821 - 822 - 823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831  ...