17481 resultaten - Pagina 821 van 1166
... 809 - 810 - 811 - 812 - 813 - 814 - 815 - 816 - 817 - 818 - 819 - 820 - 821 - 822 - 823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831 - 832 - 833 - 834 ...
[15] Zie, dat is de blinde vlek in mijn hart en deze is nog volledig zonder licht!Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Hoe vaak reeds heeft mijn hak een moeizaam opgebouwde woning van de nieren doen instorten en daarmee zo'n kleine wereld in een smadelijk graf gestampt!
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] Hoe vaak reeds zijn de mooiste '. richten, die als een lichtboog aan de hemel prijkten, hangend in het licht van le ton aan een majestueuze boom, door mijn tanden vermalen! Hoeveel heerlijke bloemen zijn reeds door mijn voeten plat getreden, - zij komen terug! Ook andere mieren bouwen weer moeizaam een ander huis, - maar dezelfden nooit, nooit die mijn voetstap een eeuwig graf had bezorgd! Waar, waar zijn die dan naartoe?
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[24] Je zegt dan verder: `Niet deze grote nood van de dingen, niet de vloed die de rotsen ondergraaft, niet de grote aardbevingen waardoor bergen tot stof worden, beroeren mij, maar mijn eigen hart ondergraaft mij met een alles verterende macht, die overal verborgen is in bet al der dingen en die niets in het bestaan roept dat niet ook op zijn beurt weer zijn omgeving of zichzelf wil vernietigen!'
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[28] Wat zijn de dingen? - Zij zijn rustpunten van Mijn grote gedachten! Mijn eigen levende wil is bet, die ze belemmerend in de weg treedt; door deze hindernis treden zij pas in het zichtbare bestaan.
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[29] Maar als dan Mijn liefde zich verenigt met Mijn wil, dan luidt bet: `O, stel geen paal en perk aan de grote vlucht van Je totaal vrije gedachten, maar laat ze weer vrij zweven in de grote kringen van Je eeuwige leven in het volkomen bewustzijn van bun levende kracht vanuit Jou!'
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[30] Zie, dan laat Ik Mijn gedachten weer vrij zweven, nadat ik de belemmering van Mijn wil temper en je ziet dan de dingen vergaan, echter niet uit het bestaan treden, maar terugkeren in het oorspronkelijk bestaan, in het ware zijn, in het vrije, onverwoestbare bestaan.
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] O hoe intens licht is het nu toch geworden in alle delen van mijn hart en hoe etherisch licht en aangenaam in al mijn ingewanden!
Hoofdstuk 125: Henochs woorden van dank en prijs. Levensvreugde als beste dankbetuiging ten aanzien van de Schepper - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na Henochs woorden van dank en prijs riep de hoge Abedam Enos bij Zich en zei tegen hem: 'Enos, als je de prijzende woorden van mijn geliefde Henoch hebt gehoord, die van de eerste tot de laatste lettergreep goed en waar zijn, zeg Me dan: hebben deze woorden geen hogere levensbehoefte in je gewekt dan alleen, dat je steeds maar zwijgt als een steen op de top van een berg in het rustige licht van de maan?!
Hoofdstuk 126: Abedams roep tot opwekking van de onverschillige Enos. Over het doel van het menselijk bestaan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[2] Zie, er is bijna niemand die in zijn levenssfeer zo onbekommerd voortleefde als jij en die in Mijn zichtbare aanwezigheid niets vond waarvoor hij een hoger licht nodig had!
Hoofdstuk 126: Abedams roep tot opwekking van de onverschillige Enos. Over het doel van het menselijk bestaan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] Ik moet denken of tenminste dromen; mijn gevoel is een onuitwisbare eigenschap en daarom voel ik honger, dorst, hitte, koude, nacht, dag, pijn en leed; treed ik slechts een beetje buiten de voorgeschreven orde, dan word ik meteen terechtgewezen en dat altijd met meer of minder dreigend klinkende woorden, waardoor mijn hart dan altijd weer tot berouw wordt gedwongen.
Hoofdstuk 127: De trage Enos staat afwijzend tegenover het leven en prijst het niet-zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] Maak mij tot een steen zonder leven en gevoel, dan zal ik door mijn stomme bestaan U daarvoor voor eeuwig loven en prijzen! Amen.'
Hoofdstuk 127: De trage Enos staat afwijzend tegenover het leven en prijst het niet-zijn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[14] Werkelijk waar, meer dan heilige Heer en Vader! Als ik in Uw plaats zou zijn - vergeef me de van oudsher aan mij klevende domheid! -, zou ik met zo'n mens eerlijk gezegd helemaal niets weten te beginnen! Want zou ik zijn verlangen accepteren en zijn wens inwilligen, dan is toch mijn hele liefde, genade en erbarmen helemaal voor niets; want voor degene die niet bestaat, is toch immers ook alle liefde, genade en erbarmen zoveel als niets!
Hoofdstuk 128: De verwondering van Abedam, de andere, over de levenafwijzende visie van Enos. De geruststellende woorden van de Heer tot Abedam, de andere - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Neen, het leven te beschouwen als het grootste ongeluk, de dood daarentegen als het grootste geluk, dat is te veel in één keer voor mijn arme ziel!
Hoofdstuk 128: De verwondering van Abedam, de andere, over de levenafwijzende visie van Enos. De geruststellende woorden van de Heer tot Abedam, de andere - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[22] En Abedam, de hoge, zei daarop tegen Abedam, de andere: 'Ik zeg je, laat de zaak voorlopig maar voor wat ze is; het komt allemaal wel goed en jij zult zoals ook de anderen op het juiste moment het ware licht ontvangen!
Hoofdstuk 128: De verwondering van Abedam, de andere, over de levenafwijzende visie van Enos. De geruststellende woorden van de Heer tot Abedam, de andere - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)