Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 821 van 1490

...  809 - 810 - 811 - 812 - 813 - 814 - 815 - 816 - 817 - 818 - 819 - 820 - 821 - 822 - 823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831 - 832 - 833 - 834  ...
[6] Ge hebt met die misdadiger volkomen juist gehandeld. Ik doe immers met jullie heidenen precies hetzelfde! Laat deze daad van U een spiegel voor U zijn, die U verraadt wat Ik nu reeds doe en wat Ik later volledig zal doen.
Hoofdstuk 10: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[4] Ge zoudt dus Mijn Wil in Uw rijk tot wet willen verheffen? Nu, voorlopig zal dat nog niet mogelijk zijn. Want voor alles is er een zekere rijping nodig. Maar Mijn Wet is niets dan Liefde! Als Ge dus in Uw staat perse iets wilt invoeren van Mij, voer dan deze Wet maar in, dan zal het U verder met Mijn Wil ook niet tegenvallen! Mijn Wil en Mijn Wet zijn namelijk zo volmaakt hetzelfde, als Ik volmaakt Eén ben met de Vader.
Hoofdstuk 10: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[10] Daarom denk ik dat echte dankbaarheid, die recht uit het hart komt, voor de mens nog het meest geëigend, het meest passend is, juist omdat ondankbaarheid hem eigenlijk op het lijf geschreven staat! Daarom, o Heer, kan ik U niets anders aanbieden dan juist deze armzalige dank van mij, maar die dan wel met de verzekering, dat ik nu inderdaad bereid ben om in mijn kleine landje onmiddellijk alles te realiseren, wat Gij mij, o Heer, in Uw genade zoudt willen opdragen.
Hoofdstuk 9: Vijfde brief van Abgarus aan Jezus ( drie weken na ontvangst van het vierde antwoordschrijven van de Heer) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[8] Op grond daarvan heb ik mij dan ook onherroepelijk voorgenomen U, o Heer, mijn innigste dank te betuigen voor Uw grenzeloze genade door middel van deze brief, alhoewel die tegenover Uw genade uiteraard volledig in het niet verzinkt.
Hoofdstuk 9: Vijfde brief van Abgarus aan Jezus ( drie weken na ontvangst van het vierde antwoordschrijven van de Heer) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[6] Immers wat heb ik vroeger ooit geweten over leven en dood?! Alle wijzen van deze wereld tezamen zouden mij dit raadsel niet hebben kunnen onthullen! Ja, ons veelgodendom leert wel een dichterlijke onsterfelijkheid, maar die heeft met de werkelijkheid even weinig van doen als 'n loze droom, waarin men van het ene ogenblik op het andere te voet over zee wandelt en met een schip over land vaart.
Hoofdstuk 9: Vijfde brief van Abgarus aan Jezus ( drie weken na ontvangst van het vierde antwoordschrijven van de Heer) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[3] Alhoewel U hier op deze aarde -die U met één ademtocht zoudt kunnen wegblazen! als een heel eenvoudig mens verkeert, toch regeert en beheert U vanuit Uw innerlijke Goddelijkheid de gehele oneindigheid! Elk stofje dezer aarde, elk druppeltje van de zeeën; de zon, de maan en alle ontelbare sterren: zij luisteren naar de almachtige Stem van Uw Hart, Hetwelk het eeuwige middelpunt is van alle dingen en van al het zijnde in heel de oneindigheid.
Hoofdstuk 9: Vijfde brief van Abgarus aan Jezus ( drie weken na ontvangst van het vierde antwoordschrijven van de Heer) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[5] 5 Het mag U dus gerust tot troost strekken, als Ge moet treuren om wie goed waren! Ge moogt deze droefheid dan ook nog best een tijdje koesteren, totdat Ge zult moeten treuren om Mij, maar ook dat slechts voor korte tijd, want daarna zal mijn leerling U van alle verdriet komen verlossen.
Hoofdstuk 8: Eigenhandig geschreven antwoord van Jezus in het Grieks(terwijl de andere brieven in het Hebreeuws waren gesteld) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[7] 7 Zoek het Grote dat is Mijn Rijk -dan zal het kleine -van déze wereld -tegelijk je deel worden! Maar als je het kleine zoekt, dan zou het kunnen gebeuren, dat je het GROTE niet waardig wordt bevonden.
Hoofdstuk 8: Eigenhandig geschreven antwoord van Jezus in het Grieks(terwijl de andere brieven in het Hebreeuws waren gesteld) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[4] 4 Goede tranen zijn in de hemel van heel grote waarde, dat zeg Ik U! Met deze kostelijke juwelen wordt de hemel namelijk door de eeuwen heen opgeluisterd! Daarentegen worden de grondvesten van de hel verstevigd door tranen van haat, van nijd en van toorn.
Hoofdstuk 8: Eigenhandig geschreven antwoord van Jezus in het Grieks(terwijl de andere brieven in het Hebreeuws waren gesteld) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[6] Maar toch waag ik het om tot slot aan dit schrijven nog de bede te verbinden, dat U mij Uw troost niet onthouden of ontnemen moogt! U moet namelijk weten dat na het heengaan van mijn zoon een grote droefheid over mij is gekomen, die ik niet kan afschudden, hoe krachtig ik mij er ook tegen verzet, en hoe graag ik dat ook zou willen! Daarom bid ik U, o goede Heiland, o allerbeste Vader van eeuwigheid: bevrijdt mij van deze hevige smart! Maar niet mijn wil, maar Uw Heilige Wil moge geschieden!
Hoofdstuk 7: Vierde brief van Abgarus aan Jezus (zeven weken na de derde geschreven) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[4] Na deze woorden is mijn zoon, mijn lieve jongen, heengegaan. O Heer, Gij zult dit alles wel weten, en hoe het aardse einde van mijn zoon gekomen is; en ook dat ik en heel mijn huis veel tranen om hem hebben gelaten, maar toch schrijf ik U dit als mens tot mens, omdat mijn stervende zoon het voor zijn aardse einde zo het allerliefst heeft gewenst.
Hoofdstuk 7: Vierde brief van Abgarus aan Jezus (zeven weken na de derde geschreven) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[5] Ik heb deze gelegenheid dan ook aangegrepen om door de koerier, die U dit-mijn-nederig-schrijven bezorgt, tevens Uw eigen portret aan U toe te zenden, zodat U het kunt bezien, en mij door de bode kunt doen weten of dit portret inderdaad gelijkend is. *(Het is treffend, dat de eerste, echte en niet door mensenhand gemaakte afbeelding van Christus -het Mandylion -het Aanschijn van de lijkwade van Turijn, van Jeruzalem naar Edessa ging naar Koning Abgar v. Zie: Jan Wilson, The Turin Shroud. Hfdst. 14 en 15. Penguin Books, 1978.)
Hoofdstuk 5: Derde Brief van Abgarus aan Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[4] Deze jongeman heeft ons te kennen gegeven U te hebben gezien! Weliswaar kan hij slechts op heel eenvoudige wijze iemand uitbeelden, maar toch, naar het mij toeschijnt althans, zeer juist en treffend! Deze jongeman, die mij vanwege zijn begaafdheden zeer dierbaar is, heeft ons onlangs tot onze grote vreugde Uw gestalte zó aanschouwelijk beschreven, dat ik en mijn zoon, die nog leeft maar uiterst zwak is, meenden U in levende lijve voor ons te zien! Nu leeft er hier in mijn stad een zeer bedreven kunstenaar, een kunstschilder; deze heeft onmiddellijk naar de aanwijzingen van die jongeman, van U een borstbeeld geschilderd! Door dit geschilderde portret werden mijn zoon en ik eens te meer verrast, toen die arme jongeman mij verzekerde dat U, o Heer, er precies zó uitziet!
Hoofdstuk 5: Derde Brief van Abgarus aan Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[2] Uit Uw heerlijke, genadevolle brief, die U, God de Heer van eeuwigheid, mij zo allergenadiglijkst hebt doen toekomen tot troost van mij en mijn zoon, en als antwoord op mijn vorige brief, die ik, stoffige worm, aan U had gericht, heb ik allerduidelijkst begrepen dat in U de hoogste Liefde wonen moet! Anders zou het beslist onmogelijk zijn geweest dat U, de Enige Heer van alle hemelen zowel als van deze aarde, aan mij, die ten opzichte van U niet meer ben dan een worm, een zó krachtig werkende troost, krachtiger dan wat ook, zoudt hebben doen geworden... waarin U mijn, U bóven alles liefhebbende zoon zó goed bedenkt! Helaas kan ik daartegenover niets anders doen dan -voor Uw allerheiligste Naam wegzinkend in het stof van mijn nietigheid -U de dank overbrengen van mijzelf en van mijn zoon! Ik smeek U, neemt deze, onze warmste dank aan als een onderpand van onze innige liefde, en wilt ons in Uw voor mij onbegrijpelijke Goedheid steeds genadiglijk gedenken!
Hoofdstuk 5: Derde Brief van Abgarus aan Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[3] Een paar dagen geleden heeft de liefde tot U van mijn doodzieke zoon mij geconfronteerd met zijn liefdevol verlangen naar U! Vergeeft U het mij Heer, dat ik U dit door middel van dit schrijven opnieuw doe weten; want ik weet heel wel dat onze gedachten U reeds éérder bekend zijn, dan ik en mijn zoon ze hebben gedacht! Desniettegenstaande schrijf ik U toch als mens aan mens, en ik doe dat op aanraden van die arme jongeman, die U mij had aanbevolen, en die zich thans in goede welstand bij mij bevindt. Hij zei mij dat wie van U iets gedaan wil hebben, op déze wijze tot U moet naderen!
Hoofdstuk 5: Derde Brief van Abgarus aan Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
...  809 - 810 - 811 - 812 - 813 - 814 - 815 - 816 - 817 - 818 - 819 - 820 - 821 - 822 - 823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831 - 832 - 833 - 834  ...