Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 84 van 263

...  72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97  ...
[6] Er zal echter vanaf de ondergang van deze oude stad Jeruzalem tot aan de tijd waarop de nieuwe stad Gods op aarde komt, weinig licht bij de mensen op aarde zijn; want er zullen maar al te gauw een groot aantal valse profeten en priesters in Mijn naam opstaan en valse wonderen verrichten en de mensen misleiden en blind maken. ja, de antichrist zal met hulp van de aardse koningen zulke dingen doen, dat zelfs Mijn uitverkorenen, als Ik dat toe zou laten, verleid zouden kunnen worden om hun knieën te buigen voor de nieuwe Baal. Dan zal Ik weer een tijd van grote nood onder de mensen laten aanbreken, zoals er nog niet eerder onder de zon is voorgekomen. Dan zal Baal evenals de grote hoer van Babel terneer geworpen worden, en het licht van het levende woord in de harten van vele mensen zal dan gaan schijnen en zal de mensen die gebukt gaan onder deze nood oprichten en verlossen, en zij zullen zich allen verheugen in het nieuwe licht en Mijn naam loven en prijzen.
Hoofdstuk 54: De uitleg van het derde lichtverschijnsel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Mijn woord en Mijn prediking aan jullie kan niet gegeven worden op de verstandelijke manier waarop de mensen van hun wereldse kennis spreken, maar zij moeten blijk geven van de geest, die jullie volledig onbekend is, en van zijn kracht, opdat jullie geloof en toekomstige kennis niet gebaseerd is op de wijsheid van de geestelijk blinde mensen, maar op de wonderbare kracht van de geest uit God.
Hoofdstuk 55: Het zien van Gods wijsheid door de wedergeboorte - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[24] Maar onze Rafaël ging op Mijn innerlijke bevel naar de slaven, die nog niet sliepen, en bracht hen op dezelfde wijze tot rust, en bleef tot zonsopgang bij hen en zorgde ervoor dat zij allen zeldzaam mooie dromen hadden; want het was kenmerkend voor deze kinderen uit het noorden om allerlei voorspellende dromen te hebben. En als zij in hun droom mooie en wonderbaarlijke dingen gezien hadden, dan waren zij overdag in een verheven stemming en vroom, geduldig en opgewekt.
Hoofdstuk 55: Het zien van Gods wijsheid door de wedergeboorte - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[1] Toen men klaar was met het morgenmaal, stapte de Griek die de vorige avond het meest aan het woord was geweest, naar buiten naar Lazarus en Rafaël en wilde meteen iets gaan zeggen; hij was echter zo verrast door de schoonheid van de engel dat hij stokstijf bleef staan en geen woord over zijn lippen kreeg.
Hoofdstuk 59: De ware aanbidding van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] De Griek zei een beetje verlegen: 'O, ja, ik wil wel geloven dat u dat krachtens uw innerlijke, wonderbaarlijke kracht allemaal kunt weten, maar onder mijn grote huis bevindt zich. ..,
Hoofdstuk 60: De Grieken op weg naar de enig ware God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] Maar nu bij daglicht merkte Nikodemus de verblindende schoonheid van Rafaël pas goed op en hij raakte niet uitgekeken op hem. Na een ogenblik van diepe, innerlijke verbazing zei hij tegen Mij: 'Maar Heer en Meester, waar komt deze bovenaards mooie jongeman toch vandaan? Hoe heet hij? Nee, ik heb nog nooit een dergelijke mannelijke schoonheid gezien! Dicht bij hem staat weliswaar ook een heellief meisje, maar hoe aards is zij vergeleken bij deze meer dan hemels mooie jongeman! Kijk eens hoe prachtig zijn gouden haar over zijn etherisch zachte hals golft, die vrijwel sneeuwwit is! Wat is zijn gezicht onbeschrijflijk mooi! Hoe zacht, vol en teer zijn zijn armen en voeten! Alles aan hem is zo keurig en verzorgd, hoewel heel eenvoudig, dat ik als een Oudste van de stad en van de tempel zelfs in mijn dromen nog nooit iets dergelijks heb gezien. Werkelijk, deze jongeman kan geen kind van deze aarde zijn! Als hij vleugels zou hebben zoals de cherubijnen, die in het Allerheiligste van de tempel de ark bewaken, dan zou hij een volmaakte engel van God zijn!'
Hoofdstuk 56: Het wezen van de engelen. Liefde en wijsheid, hart en verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Dat zulke capaciteiten in jullie mensen aanwezig zijn, kunnen jullie heel gemakkelijk en juist opmaken uit jullie droombeelden, wanneer die helder zijn, want daarin worden jullie innerlijke gedachten, ideeën en begrippen tot realiteiten en worden ze levend en krijgen ze vorm; jullie kunnen je daarmee als met echte objecten bezighouden. Wel,jullie weten natuurlijk niet hoe dat in zijn werk gaat, dat jullie je in je dromen in een heel gewone wereld temidden van mensen bevinden, die vaak heel wijs met jullie spreken en van alles doen; maar dat is voorlopig niet belangrijk. Als jullie op de manier die Ik jullie heb uitgelegd in de geest uit Mij zijn wedergeboren, zullen je alle geheimen van je leven en de reden daarvan duidelijk worden; maar voorlopig kunnen jullie als een heldere waarheid aannemen, dat ieder verschijnsel in het leven van de mens een zeer wijze en ware reden heeft, daar het anders nooit of te nimmer in de mens te voorschijn zou komen.
Hoofdstuk 57: De Jakobsladder. Over het wezen van de droom. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Ik zei: 'Datje kennis in deze dingen nog zeer beperkt is, zie Ik maar al te duidelijk in; maar jouw voorstellingen over het leven van de zielen na het afleggen van hun lichaam zijn nog leger, duisterder en zwakker dan je gevoelens en innerlijke waarnemingen. Zeg Me eens: waar en wanneer ziet een mens met zijn natuurlijke ogen meer: 's nachts in een donkere kerker of op klaarlichte dag op een aan alle kanten vrije en hoge berg? En als iemand, wie het aan niets ontbreekt, zich in volledige vrijheid met zijn beste vrienden op die berg bevindt, zal hij dan soms terugverlangen naar de oude, duistere kerker om de donkere hoeken en gaten daarvan te onderzoeken en te bestuderen? Denk eens over deze vragen van Mij na luister eerlijk naar je gevoel, en geef Mij dan antwoord, dan zal Ik je daarna een helderder licht geven over je twijfels!'
Hoofdstuk 57: De Jakobsladder. Over het wezen van de droom. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Ik zei: 'Zoals een blinde over kleuren oordeelt, zo oordeel jij nu over de geestelijke dingen! Ik ben van mening dat juist Hij, die de mensen geschapen heeft, wel het allerbeste zal inzien hoe Hij voor de mensen moet zorgen en hoe Hij ze moet behandelen, opdat zij na korte of lange tijd het doel kunnen bereiken dat Hij hun gesteld heeft. Ik heb nu tekenen voor jullie gedaan, die jullie genoodzaakt hebben te geloven dat Ik de beloofde Messias ben en eeuwig niemand anders. Deze dwang dient niet werkelijk tot jullie zieleheil, maar jullie worden pas zalig als je leeft volgens Mijn woord.
Hoofdstuk 62: Verwijzing naar het zesde en zevende boek van Mozes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[7] Dan zal het volk echter zeggen: 'Daar vergissen jullie je in, want wij hebben nog nooit de stem van een valse profeet en een woord van een waarzegger gehoord. Die wij hoorden, waren geen valse profeten, want zij leerden openlijk en verklaarden luid voor iedereen, dat het rijk van God nabij is gekomen. Maar jullie vervolgden hen, zoals jullie dat met zulke mensen altijd gedaan hebben, en dat zal ook wel de reden zijn waarom God ons Zijn grote toorn heeft aangekondigd, zodat Hij ons in de handen van onze vijanden zal overleveren om zwaar getuchtigd te worden. Dat jullie priesters echter geen profeten zijn, zien wij duidelijk aan het feit dat jullie tot op dit uur niet wisten hoe wij voor Gods aangezicht staan.'
Hoofdstuk 63: Het volk en de tempeldienaren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] Zo goed als een volmaakte ziel nu met haar lichamelijke ogen kan zien Wat haar omgeeft, zal zij in haar zuiver geestelijke toestand het vermogen om te zien, te horen en te voelen beslist ook nog bezitten, en wel in een veel hogere mate dan nu in haar zware en moeizame lichaam! Ik heb jullie daarstraks beneden voor het huis immers al laten zien hoe het gesteld is met het innerlijke zien van de ziel waarover jij je zelf nog erg verwonderd hebt - toen de door Mij voor korte tijd geestelijk in vervoering gebrachte mensen, die nooit eerder in Rome geweest waren, jouw grote vaderstad nog nauwkeuriger beschreven dan jij het zelf ooit met je eigen ogen had kunnen zien.
Hoofdstuk 65: Het gezichtsvermogen van de ziel na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] In zo'n toestand wordt ze door reeds meer voleindigde geesten onderwezen in wat zij moet doen; en als zij dat doet, wordt het ook steeds lichter in haar, omdat haar innerlijke geest haar meer en meer doordringt. Hoe meer de innerlijke geest haar doordringt en als het ware in haar groeit als een kind in het moederlichaam, des te duurzamer begint alles om haar heen te worden.
Hoofdstuk 66: Het wezen van de ziel en van de geest. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] Als een ziel eenmaal zo ver komt dat haar innerlijke geest haar helemaal doordringt, dan komt zij ook tot een volledig helder zien en tot een helder inzicht, tot volledig bewustzijn en een duidelijke herinnering aan alles: wat zij was, wat zij geworden is, wat zij gedaan heeft en hoe de wereld, waarin zij lichamelijk geleefd heeft, eruit heeft gezien en hoe het daarmee gesteld was.
Hoofdstuk 66: Het wezen van de ziel en van de geest. De ziel aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] De engel zei: 'Luister eens, ik spreek nu alleen met Agricola en niet met jullie allemaal tegelijk; want ik weet immers dat jullie niet even verstandig zijn als hij. Daarom moeten jullie nu allen luisteren en op alles letten waarover ik met de verstandigste van jullie spreek en wat ik hem laat zien! Agricola jij hebt dus nu alleen het woord!'
Hoofdstuk 68: Het wezen van de engelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[5] De engel zei: 'Omdat jouw geest daar nog niet rijp voor is en je innerlijke geest nog niet in je ziel is overgegaan! Maar iets doet je geest toch door de standvastigheid van de voor jouw ziel nog onbekende wil, en dat is de bouwen de tijdelijk instandhouding van je lichaam. Dat kan je ziel echter niet waarnemen, zoals zij ook niet waarneemt hoe haar lichaam gebouwd is, omdat haar innerlijke, zuiver van gene zijde afkomstige bouwmeester haar dat niet kan onthullen en laten zien, daar zij, zoals gezegd, nog niet rijp is.
Hoofdstuk 69: De macht van de engelen. Verhouding tussen geest en ziel. Wedergeboorte - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97  ...