Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 84 van 215

...  72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97  ...
[12] Terstond viel hij op zijn aangezicht voor Mij neer en prees God met luide stem aldus (de genezen melaatse): 'O Jezus, beste, goede Meester, Zoon van de levende eeuwige God, die naar aard en wezen één met Hem bent en derhalve ook alles kunt wat de Vader kan, ik dank U en prijs U, omdat U mij en ook de anderen, mijn lotgenoten, zo'n grote genade hebt bewezen! Eer, lof en prijs zij U evenzeer als de Vader in de hemel, die in U, Zijn Zoon, naar ons arme zondaren is gekomen om te vervullen wat Hij door de mond van de aartsvaders en profeten getrouwen openlijk heeft beloofd! O, moge Uw liefde, genade en erbarmen steeds bij ons blijven, en laat, o Jezus, ook de blinden van geest dat inzien!'
Hoofdstuk 66: De genezing van de tien melaatsen (Luc. 17:11-19) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Ik zei: 'Ook dat heb Ik jullie al verschillende keren heel uitvoerig getoond; maar omdat ook jullie niet volkomen van Mijn geest doordrongen zijn, begrijpen jullie het nog niet ten volle. Het jaar, de dag en het uur kan Ik jullie niet met zekerheid zeggen, omdat dat op deze aarde immers allemaal van de volkomen vrije wil van de mensen afhangt. Daarom weet ook geen engel in de hemel het, maar alleen de Vader en ook degene aan wie Hij het wil openbaren. Bovendien is het voor het heil van de ziel niet absoluut noodzakelijk om het heel precies van tevoren te weten.
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] De dag van Mijn tweede wederkomst zal zijn als een bliksem, die van het oosten naar het westen hoog langs de bewolkte hemel schiet en alles verlicht wat onder de hemel is. Voordat dat zal gebeuren, zal -zoals Ik jullie al verscheidene malen heb verkondigd - de Zoon des mensen nog veel moeten lijden en geheel en al verworpen worden door dit geslacht, namelijk door de Joden en Farizeeën, en in later tijden door degenen die men nieuwe Joden en Farizeeën zal noemen.
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Zoals het ging ten tijde van Noach, zal het ook gaan in de tijd van de tweede komst van de Mensenzoon. Ze aten en dronken heel welgemoed, ze trouwden en lieten zich ten huwelijk geven tot op de dag dat Noach in de ark klom en vervolgens de vloed kwam en allen verdronken. En het zal op dezelfde manier gaan als ten tijde van Lot: ze aten en dronken, ze kochten en verkochten en plantten en bouwden. Op de dag dat Lot uit Sodom wegging, zoals Ik jullie op de Olijfberg nader heb verklaard, regende het echter al vuur en zwavel uit de hemel en bracht hen allen om.
Hoofdstuk 70: De wederkomst van de Heer (Luc. 17:22-36) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Als de mensen, die - zoals gezegd - alleen maar slecht zijn, hun kinderen al goede gaven geven, hoeveel temeer zal de Vader in de hemel, die als enige meer dan goed is, goede dingen doen voor degenen die Hem liefhebbend en gelovig daarom vragen.
Hoofdstuk 74: De betekenis van het handelen volgens Gods woord - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Toen de schriftgeleerde dat met de andere Farizeeën merkte en ook zag dat er geen wolkje ian de hemel was, zei hij: 'Luister, dat is meer dan zelfs de meest wijze mens ooit had kunnen dromen! Maar wat kunnen wij doen? Als wij in die Galileeër geloven, zal de hele tempel ons weldra met gloeiende knuppels achterna zitten - en als we hem nu nog niet geloven, dan hebben wij het volk uit de hele wijde omtrek tegen ons. Het zal nu moeilijk worden de gulden middenweg te vinden en daarop voort te gaan. Maar laten we daar morgen verder over praten. Breng ons nu licht, zodat wij ons er snel van kunnen overtuigen welke schade wij door de brand hebben geleden!'
Hoofdstuk 76: De jongste Farizeeër begint de Heer te herkennen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Daarop verdween de man en spoedig daarna zag ik een boosaardig dier op mij afkomen. Toen raakte ik in een nog grotere angst. Maar ik zag een bliksem uit de hemel komen die dat boosaardige dier trof, waarvan ik je de gestalte niet kan beschrijven. Het begon te kronkelen en te steigeren en weldra stortte het in een diepe afgrond, en ik begon mij meer op mijn gemak te voelen.
Hoofdstuk 79: De droom van de schriftgeleerde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Als de ziel zich in een dergelijke toestand bevindt, bestaat er voor haar ook geen zonde meer, en een mens die kan beschikken over enige wereldse macht, doet dan wat hem goeddunkt en wat zijn zinnen vleit; en wee de rechtvaardige of iemand die zich in de levenswaarheid bevindt, die naar zo'n machtige zou toegaan en tegen hem zou zeggen: 'Waarom ben je een vijand van de waarheid en waarom bedrijf je de meest ten hemel schreiende onrechtvaardigheid onder de mensen, die op deze aarde niets minder zijn dan jij, blinde dwaas?'
Hoofdstuk 84: 'Adam, waar ben je?' -een belangrijke vraag - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Hierop zeg Ik: Het kortzichtige menselijke verstand oordeelt hier volgens zijn inzicht weliswaar helemaal juist, en van wereldse menselijke zijde valt er niet zoveel tegenin te brengen; maar God, de Schepper en eeuwige Instandhouder van alle dingen en wezens, heeft op Zijn beurt heel andere opvattingen en plannen met alles wat Hij uit Zichzelf heeft geschapen, - en daarom weet Hij ook het allerbeste waarom Hij het een en ander onder de mensen op deze aarde toelaat.
Hoofdstuk 89: Hoe het in de toekomst met het geloof gesteld zal zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Maar de Farizeeër stond direct tegen hem op en zei: 'Ik verzoekje hier op deze heilige plaats te zwijgen over het verdoemenswaardigste vuil van de wereld! Dat vuil heeft de mensen tot duivels gemaakt en hun zielen in de poel van de eeuwige dood gestort. Maar hier onder ons verblijft de Heer des levens, die alle macht over alles in de hemel en op aarde bezit, en Hij is gekomen om ons van het oude juk van de hel en de eeuwige dood te verlossen door Zijn liefde, genade en meer dan grote erbarmen, - en jij tracht het vuil van de hel in veiligheid te brengen, opdat je dan nog blinder, verstokter en doder zult zijn in je ziel dan je nu al bent! Hier staan de poorten van de hemel wijd open, en jij en je andere metgezellen spannen je in om de hel in stand te houden voor jullie zelf. O, wat moeten de blindheid van jullie zielen en de verstoktheid van jullie harten groot zijn!
Hoofdstuk 77: In de beschadigde synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] De man die toen al gauw naar je toe kwam en je een heel belangrijke vraag stelde, die jij niet kon beantwoorden, was alweer je geweten,jouw geest van gene zijde uit God. Toen hij van je wegging, zag je onmiddellijk een boosaardig dier, dat niets anders was dan jouw oude begeerte, die jou ondanks de reeds vrijere toestand van je ziel in je gemoed achtervolgt. Maar omdat je nu een afschuw hebt van je oude zonde, is zelfs de herinnering eraan voor jou weerzinwekkend en verachtelijk, en je doet moeite om dat boosaardige dier te ontvluchten, opdat het je niet opnieuw grijpt en je te gronde richt en doodt. Zo'n gerechtvaardigde vrees van jou voor jouw kwaadaardige dier wordt door de hemel gezien en deze zendt een bliksemstraal van de levende waarheid uit God. Dit raakt jouw boosaardige dier zo goed, dat het daarna nog wel een poosje steigert en kronkelt, maar tenslotte toch in de afgrond stort en niet meer in jouw ziel tevoorschijn komt. .
Hoofdstuk 80: De Farizeeër verklaart de droom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Ze zullen Mij ten antwoord geven: 'Vriend, wie je ook bent, hou op met die oude, versleten en gelukkig in rook opgegane domheid, waarvoor sinds de tijd dat ze voor het eerst ontstond vele stromen van dikwijls geheel onschuldig bloed zijn gevloeid! Als die zogenaamde goede Vader in de hemel, die wij niet kennen en naar wie wij nu ook helemaal geen verlangen meer voelen, zo'n grote vriend van bloed is, dan kan Hij toch gemakkelijk de grote oceaan in bloed veranderen en zich daar uitermate aan verlustigen; maar wij hebben zo'n levensleer absoluut niet meer nodig, die in plaats van het beloofde Godsrijk alleen maar de reinste hel onder de mensen op de toch al schrale aarde heeft gebracht.Wij houden ons nu aan de wetenschappen en haar toepassingen van allerlei aard en leven daarbij in vrede en rust, al is het naar wij vertrouwen ook maar tijdelijk; want een tijdelijk, maar vreedzaam en rustig leven is ons nu veel liever dan een door onnoembaar leed en vele stromen onschuldig gevloeid bloed gekochte en daarbij toch in twijfel getrokken hemel met al zijn mooie zaligheden!'
Hoofdstuk 89: Hoe het in de toekomst met het geloof gesteld zal zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Daardoor vatte het volk weer moed in vol geloof en vertrouwen op God, die de ware zon van de ziel en haar geest in de hemel en op aarde is, was en zal zijn. En kijk, die door Jozua aangesproken zon bleef staan in het geloof en vertrouwen van het volk, verlichtte het en gaf het moed, inzicht en kracht, en de vijand werd geheel en al vernietigd op de hoer Rachab na, die de afgezanten van Jozua barmhartigheid bewees. - Heb je dat nu begrepen?'
Hoofdstuk 92: De wijsheid van Mozes en Jozua - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Maar in dit land, waar Ik nu al als een misdadiger van het ene dorp naar het andere door de Joden van de tempel achtervolgd word en dat in die tijd door duistere heidenen vertrapt wordt, zal Ik persoonlijk niet weer het eerst optreden, onderrichten en de zwakken troosten. Maar in de landen van een ander werelddeel, die nu door heidenen bewoond worden, zal Ik een nieuw rijk stichten - een rijk van vrede, van eendracht, van liefde en van voortdurend levend geloof; vrees voor de dood van het lichaam zal niet meer bestaan onder de mensen die in Mijn licht wandelen en steeds in verbinding zullen staan met de engelen van de hemel en met hen zullen omgaan. - Hier heb je nu een echt antwoord op je vraag.'
Hoofdstuk 94: De wederkomst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[16] Hierop keken zelfs Mijn leerlingen heel verwonderd en zeiden onder elkaar: 'Zo duidelijk en uitvoerig heeft Hij nog nooit over Zijn toekomstige wederkomst gesproken! Gelukkig zullen de mensen zijn die in die tijd daar zullen leven waar Hij met alle volheid van Zijn genade zal wederkomen maar ongelukkig diegenen die niet in Hem zullen geloven en misschien net als de Farizeeën nu tegen Hem zullen opstaan en Hem naar het leven staan, zich tegen Hem verzetten en hun heidendom willen beschermen. Want zoals Hij al verschillende keren en op de Olijfberg door tekenen aan de hemel heeft getoond, zal Hij hun als een onverbiddelijke rechter tegemoet treden en hun in de hel hun loon geven.'
Hoofdstuk 94: De wederkomst van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97  ...