Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 835 van 1110

...  823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831 - 832 - 833 - 834 - 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848  ...
[23] Kijk, hier is een boot aan de oever vastgelegd. De bootsman zegt: als jullie me willen volgen, je grootste geluk tegemoet, stap dan in deze boot waarmee we stroomafwaarts varen naar de verheven contreien van het licht.
Hoofdstuk 38: In de eerste graad van de hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[25] Nu hebben we de hoot reeds bereikt. Kijk hoe het water er onder steeds meer begint te gloeien tot daar, waar de rivier in een bergspleet uitmondt. Laten we daarom vlug een voorsprong tot over dit gebergte nemen en onze boot bij de monding van de rivier opwachten. Schrik maar niet want ook hier zijn wij onschendbaar; ons zullen al deze verschrikkingen die jullie daar zullen zien, niet deren.
Hoofdstuk 38: In de eerste graad van de hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[26] Kijk, we zijn er al. Jullie schrikken nu omdat jullie de rivier als een brede gloeiende waterval in een verschrikkelijke, onafzienbare diepe vlammenzee donderend naar beneden zien storten en jullie vragen wat dit dan wel betekent.
Hoofdstuk 38: In de eerste graad van de hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[27] Ik zeg jullie: dit is de eerdergenoemde `hogeschool', waarin onze arme man de fundamentele werking van de oerkrachten leert kennen, of beter gezegd: dit is de eerste graad van de hel!
Hoofdstuk 38: In de eerste graad van de hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[29] Jullie vragen: moeten wij daar soms ook nog in afdalen? Ik zeg en zei immers toch al van tevoren dat jullie de hele ontwikkeling tot aan het einde mee moeten aanzien, omdat jullie anders maar de helft zouden weten van hetgeen de binding van zo'n dubbele liefde in een hart wil zeggen. Wees maar niet bevreesd voor deze vlammen, want ze zijn slechts een verschijningsvorm van het helse. Ter plekke echter zal alles er weer heel anders uitzien. Volg me dus zonder angst!
Hoofdstuk 38: In de eerste graad van de hel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Jullie zeggen: wat gaat het daar steil naar beneden en de weg loopt over zoveel klippen en steile hellingen! Ja, ja, beste vrienden, dat lijkt alleen maar zo voor jullie; maar degenen van wie het gemoed met deze plaats overeenstemt, hebben er een brede en goed begaanbare weg. Laten we daarom maar dapper verder gaan; het zal niet lang duren voordat we de zichtbaar geworden vlammenzee bereikt hebben.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Kijk hoe daar beneden de vlammen langzamerhand beginnen te verdwijnen, zodat jullie heel veel gloeiende plaatsen zonder vlammen erboven zien. Maar jullie vragen: moeten wij daar soms overheen lopen? Ik zeg jullie: maak je daarover geen zorgen want dit zijn allemaal maar verschijningsvormen, die de gemoedstoestand weergeven van degenen die daar beneden wonen. De `vlam' betekent de werkzaamheid van het kwaad, de boven de vlammen opstijgende `walm' komt overeen met het totaal verkeerde, en de `gloed' verwijst naar de volkomen eigenliefde en dientengevolge de verkeerd gerichte ijver en de slecht geworden wil van diegenen die zich in zo'n eigenliefde bevinden. Maar hoe dit alles zich ter plaatse in details ontwikkelt, zullen jullie dadelijk met eigen ogen zien.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Kijk nu nog eens naar beneden; wat zien jullie nu? Jullie zeggen: de vlammen zijn helemaal verdwenen en de gloed heeft zich tot hopen verzameld; maar tussen de hopen zien we stikdonkere nacht. Jullie vragen nog eens: waar is toch de rivier die we eerder helemaal gloeiend omlaag zagen storten? Deze rivier is eveneens slechts een verschijningsvorm en duidt op de gang van het verkeerde zoals dat uitmondt in het kwaad. Zo geeft deze afgrond ook de diepte van het kwaad aan en hoe dit eveneens sluwe en goeddoordachte plannen smeedt om zijn slechte voornemens uit te voeren.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Omdat jullie dit nu weten zullen we er moedig op af gaan om zo vlug mogelijk bij ons doel en dus ook bij ons gezelschap te komen. Nog maar enkele passen en kijk, we zijn reeds in de vlakte en dus ook helemaal in de diepte. Jullie zien hier nu helemaal niets, want de duisternis is zo diep dat jullie met het licht van je ogen nooit iets zouden kunnen zien. Daarom is het nodig dat we ons voldoende licht verschaffen om hier iets te kunnen onderscheiden. Toch mag niemand van de hier aanwezigen iets van ons licht merken. Daarom moeten jullie je stevig aan mij vasthouden en de sfeer van een geest niet dichter naderen dan jullie door mij wordt toegestaan.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[11] Let nu op, het licht is veranderd. Hoe zien jullie deze bergen nu? Jullie verbazen je erover dat je nu in plaats van de berg ineens helemaal vrij rondwandelende groepen ziet en zelfs allerlei woningen, die ten dele op smerige kroegen, ten dele op oude zwarte ridderburchten lijken en zie, dit alles zelfs in een roodachtig schemerlicht.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[15] Kijk nu, twee vermomden komen zojuist haastig op deze stoet af. Kijk, ze zijn er al. Ze leggen hun vermomming af en zoals jullie zien, zijn het twee straffende engelen van de Heer. Elk van hen heeft een vlammend zwaard in de hand. De een zwaait ermee over de overwonnen burcht, waardoor de verscheurde en in stukken geslagen wezens zich weer tot hele gestalten samenvoegen die beginnen te weeklagen over het geleden onrecht. De andere engel zwaait met zijn zwaard over de eerste beruchte burcht, waardoor deze, zoals jullie zien, in lichterlaaie komt te staan. Brandende en huilende gestalten storten zich overal uit de openingen, ramen en deuren naar buiten en vervloeken deze twee wrekende engelen.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] Nu hebben jullie zo'n bevrijding gezien en nog wel een van de beste. Er zijn echter nog talloze en veel verschrikkelijker en hardnekkiger soorten, waarvan jullie de aanblik, zelfs in woorden uitgedrukt, maar moeilijk zouden verdragen. Daarom zullen we nu weer naar onze oorspronkelijke plek teruggaan en vandaar dan overstappen naar de omgeving van de middag. Dus genoeg voor vandaag.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] En kijk eens, we hebben nu al zoveel licht als nodig is om dit oord nader in ogenschouw te nemen. Wat merken jullie hier op? Jullie zeggen enigszins opgewonden: om Gods almachtige en allerbarmhartigste wil, wat is dit toch voor een huiveringwekkend oord! We zien niets anders dan zwart zand en zwart gesteente en dat is het enige, waaruit de bodem van deze streek bestaat. En tussen het zand en het gesteente stijgt hier en daar damp op zoals we dat vaker op aarde hebben gezien wanneer er kolen verbrand worden. Verder vragen jullie: waar zijn hier dan wezens te zien? Deze streek lijkt wel helemaal uitgestorven. Ja, mijn lieve vrienden, dat is ook maar een verschijningsvorm en deze stelt de `dood' voor! Maar maak je geen zorgen over de afwezigheid van wezens in dit oord, want jullie zullen er spoedig meer dan genoeg te zien krijgen.
Hoofdstuk 39: Waar bevinden zich hemel en hel? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Dat er in het jullie nu al welbekende avondlijke nachtgebied nog vele, ja talloos vele situaties bestaan zoals we die tot nu toe leerden kennen, hoeft nauwelijks nog te worden vermeld.
Hoofdstuk 40: Waar bevinden de heidenen zich aan gene zijde? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Mocht iemand vragen: waar zijn dan de hier nieuw aangekomen heidenen? Dan zeg ik jullie dat ook zij meestal in deze omgeving belanden, maar dat desondanks zulke plaatsen van aankomst hier streng van elkaar gescheiden zijn, zodat een heiden onder deze omstandigheden niet in de buurt kan komen van plaatsen waar gelovige christenen van welke sekte dan ook terechtkomen.
Hoofdstuk 40: Waar bevinden de heidenen zich aan gene zijde? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  823 - 824 - 825 - 826 - 827 - 828 - 829 - 830 - 831 - 832 - 833 - 834 - 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848  ...