Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2682 resultaten - Pagina 85 van 179

...  73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98  ...
[6] Als Hij echter een levensmachine schept met als enig doel dat een vonk van Zijn oerleven zich daarin sterker en steviger maakt om tot een eigen godgelijke vrijheid en zelfstandigheid te komen, daarna de levensmachine aflegt en zich door de liefde en wijsheid daarin volkomen verenigt, dan gaat daardoor niet alleen niets van het oerscheppende fundamentele leven verloren, maar de Schepper en het schepsel winnen daardoor oneindig veel, wat voor jou nu natuurlijk niet te begrijpen is.
Hoofdstuk 171: Over het werken van krachten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Deze priester van ons is echter ook verstandelijk ongelooflijk dom en weet niets anders te vertellen dan oude, al meer dan duizend keer uitgekauwde godenfabels; daarbij vreet hij als een wolf en zuipt hij als een os, vooral als hij ergens wijn vandaan kan halen. Daaruit bestaat zijn Apollinische wijsheid; en voor zo iemand zou ik vrees en respect moeten hebben? Werkelijk, dan zou ik me moeten schamen om zelf een mens en dan ook nog een Romein te zijn!'
Hoofdstuk 177: De afgodsbeelden in het huis van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Waar dat eigenlijk goed voor was, daar zwijgt en zweeg tot nu toe onze hele Joodse wijsheid over, en zelfs de vele grote profeten hebben ons daar geen opheldering over gegeven. Onze kabbalisten hebben de hele kwestie derhalve voor apocrief verklaard en houden die voor een fabel; maar menig oude Arabische stam verklaart die voor waar. - Wat heeft U, o Heer, daar over te zeggen?'
Hoofdstuk 178: Op de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Pas wanneer de ziel zich door zichzelf tot een bepaalde graad van geestelijke volmaaktheid heeft verheven, verenigt zich haar licht en liefdegeest van gene zijde met haar, en vanaf dat moment begint de mens in alles steeds meer op God te lijken; en als het lichaam dan van de ziel wordt weggenomen, is ze al een geheel op God gelijkend wezen en kan ze vanuit zichzelf alles tot bestaan roepen en ook door haar wijsheid in stand houden.
Hoofdstuk 184: Het doel van de strijd in de natuur - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Dat zul je nu nog wel niet helemaal duidelijk inzien, en als Ik het aan jouw verstand zo duidelijk mogelijk wilde maken, zouden we meer dan duizend jaar bezig zijn voordat je Mijn innerlijke wijsheid ook maar een beetje duidelijker zou gaan begrijpen.
Hoofdstuk 184: Het doel van de strijd in de natuur - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Nu ben Ik tenslotte Zelf gekomen, ben herhaalde malen naar Jeruzalem gegaan, heb in de tempel onderwezen en heb het volk als Vader, zoals een kip haar kuikens, onder de vleugels van Mijn liefde, macht en wijsheid in bescherming willen nemen. Alleen, wat hebben Mijn verschijnen, Mijn leer en Mijn daden tot nu toe bewerkstelligd? Niets anders dan dat men Mij van dag tot dag meer haat, in alle richtingen vervolgt en Mij in volle ernst wat Mijn lichaam betreft probeert te doden - wat de Joden binnenkort ook zal lukken, opdat het gericht dat hen door de Schrift dreigend wordt voorgehouden aan hen in vervulling gaat.
Hoofdstuk 187: De liefde van de Heer voor het Joodse volk - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[19] Ik zei: 'Wat aan de langdurige tijden van de toekomst is voorbehouden ligt verborgen in het raadsbesluit van Mijn liefde en wijsheid; het zal echte; nog lange tijden duren voor het licht van de laatste zon uit zal doven. De mensen zullen vele sterren aan de hemel zien uitdoven en weer andere in hun plaats zien treden -maar de eigenlijke kreeften zullen daarbij nog niet veel van hun lelijke gedaante kwijtgeraakt zijn. Maar bij Mij zijn duizend aardse jaren als een ogenblik; wat één lange tijd niet tot stand kan brengen, kan misschien een volgende of de duizendste tijdsperiode wel.
Hoofdstuk 188: Over valse Christussen, valse profeten en valse wonderen Wenken voor het gedrag van de leerlingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[18] Ik wek jullie echter tot apostelen en profeten van het nieuwe en niet meer van het oude Verbond en maak jullie daardoor tot de eerste verlosten op deze aarde, opdat door jullie Mijn verlossing op de juiste manier en in de volmaakte orde van Mijn eeuwige liefde, wijsheid en macht op alle mensen overgaat. -Heb jij, Barnabas, dat begrepen?'
Hoofdstuk 189: De moeilijkheid van het ambt van leraar - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Er kwamen ook van alle kanten vreemdelingen naar Egypte, die in de wijsheid van de Egyptenaren ingewijd wensten te worden. Maar de Egyptenaren, dat wil zeggen de priesters, voerden hen wel van tempel naar tempel en van school naar school, maar onderwezen hen alleen maar via de afbeeldingen in de tempels, welke afbeeldingen gerelateerd waren aan de ene Hoofdgod. De vreemdelingen namen behalve enkele leringen ook de vele beelden mee naar hun eigen land, die ze voor geld konden kopen, en bouwden daar ook tempels en scholen voor, waar ze leraren en priesters aanstelden.
Hoofdstuk 192: Het ontstaan van het afgodendom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Mijn hele leer bestaat in het kort echter uit het volgende: herken in Mij de geest van de ene en enig ware God en heb Hem boven alles lief en jullie als broeders onder elkaar, heb elkaar ook in Mijn naam lief zoals ieder zichzelf liefheeft! Meer hebben jullie niet nodig; want van daaruit zullen jullie door Mijn geest tot alle waarheid en wijsheid vanuit Mij opgeheven worden.
Hoofdstuk 194: De vermaning van de Heer tot liefde en geduld bij het verbreiden van Zijn leer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] In de toekomst zullen de mensen een soort instrumenten voor het oog ontdekken, waardoor ze zelfs de kleinste dingen sterk vergroot zullen zien en zich daardoor niet genoeg kunnen verbazen over Mijn macht en wijsheid; maar toch zullen ze het nooit zover brengen dat ze een nog zo klein voorwerp in de werkelijke grootte zien waarin het door Mij tot bestaan is gebracht.
Hoofdstuk 195: De alomtegenwoordigheid van de Heer en Zijn almacht Over het wezen van de ziel en het proces van het zien - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] De opperstadsrechter zei: 'Heer en Meester, het lijkt alsof alles in mij ruimer begint te worden, en ik zie de grote waarheid van Uw lessen evenals de voorwerpen van deze aarde in een schemerig ochtendlicht; maar er hangt nog veel nevel in de lagere regionen, en ik zal nog wel moeten wachten voor de zon van de geest in mij zal opgaan. Dat er in U een oneindige grootheid aanwezig moet zijn, zelfs in het kleinste van Uw schepselen, dat bewijst Uw onderricht meer dan voldoende; want de fantasie en verbeeldingskracht van geen enkel mens zou ooit zo hoog en zo laag kunnen reiken om ons mensen zulke beelden voor ogen te stellen, die alleen hun oorsprong kunnen hebben in de eindeloze wijsheid en volheid van macht van de ene en enig ware Schepper van alle dingen.'
Hoofdstuk 196: Een beeld van de geestelijke ontwikkeling van de mens (10.5.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Daarop zei Ik tegen de vele andere engelen: 'Gaan jullie weer daarheen, waar Mijn wil en Mijn wijsheid werk voor jullie heeft aangewezen!'
Hoofdstuk 198: Het verschijnen van de engelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Wij zijn weliswaar volkomen zelfstandig en eveneens in alle opzichten volkomen vrij. Maar omdat de grootste volledigheid enkel en alleen in de wijsheid en de wil van de Heer bestaat, spreekt het toch vanzelf dat niet alleen een mens, maar met name ook een engelengeest, die in feite ook maar een mens is, zich in een steeds grotere zelfstandigheid en vrijheid bevindt, naarmate hij zich meer van de wijsheid en de wil van de Heer eigen heeft gemaakt. Ik kan je daar zelfs een aards voorbeeld van geven -kijk maar:
Hoofdstuk 199: Over het werken van de engelen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Hierop zei de opperstadsrechter: 'Luister, mijn hemelse, buitengewoon wijze vriend, doorjouw verklaring is het me nu zo duidelijk geworden, dat ik er mijn hele leven verder geen vragen meer over zal hebben; en aan je wijsheid, die gelijk is aan de wijsheid van de Heer, zie ik ook dat jij alles kunt wat de Heer zelf kan! Jouw hulp zal mij daarom, als de Heer het toelaat, buitengewoon goed van pas komen bij ieder werk van mij in Zijn naam.'
Hoofdstuk 200: Een bewijs van de macht van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98  ...