Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 85 van 139

...  73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98  ...
[4] Je zegt wel bij jezelf: 'Waartoe dient dan de hoogste wijsheid en almacht van de Godheid, als Zij zoiets niet kan voorkomen?' Ik zeg je echter: Wanneer de Godheid de geesten, die absoluut vrij moeten worden, met Haar almacht zou sturen, dan zou het met hun vrijheid voor eeuwig gedaan zijn! Want de almacht zou dan in plaats van vrije geesten slechts marionetten maken, maar nooit van de Godheid helemaal vrije en onafhankelijke, zelf beslissende geesten die in hun voleinding zelf goden zullen worden.
Hoofdstuk 25: Zin en doel van de aardse levensschool. Tijdelijke of eeuwige gelukzaligheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik zeg verder: 'Zie, het sterven van de mensen is ook voor de uiterlijke zintuigen een treurig verschijnsel dat meestal met verschillende pijnen gepaard gaat. Volgens wereldse begrippen is dit zeer hard en wreed van de kant van een almachtige Godheid, die toch vervuld zou moeten zijn van de hoogste liefde en erbarming. Hoe vaak al is de goede Godheid om die reden door mensen en geesten gesmaad of ook totaal verloochend.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] De Godheid heeft deze ervaring echter niet nodig, daar zij in het bezit is van een grote, oneindige wijsheid. Zij is de enige ware goede Herder van al haar schaapjes en zij kan hen het beste beschermen tegen haar almacht, die ze enkel voor het vormen van de gerichte dingen van de materiële wereld gebruikt, echter nooit voor de vorming van de vrije geesten uit haarzelf. Deze kunnen alleen uit haar liefde en wijsheid ontstaan, daar anders voor hen eeuwig geen vrijheid, en dus ook geen leven kan worden bewerkstelligd! Want Gods almacht brengt alleen maar gericht op gericht voort!'
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Maar ook deze pijn is nochtans geen hardheid, maar slechts de zuiverste liefde van God. Want zou de Godheid daarbij niet een beetje geweld gebruiken, wat trouwens nooit aangenaam kan zijn, dan zou de geest volkomen in het gericht overgaan en dus in de smartelijkste eeuwige dood, die de eigenlijke hel is. Maar om de geest daarvan zo mogelijk te redden, is de Godheid gedwongen een kleine machtsgreep aan te wenden. Zeg eens, verdient zij daarvoor weer gesmaad en zelfs verloochend te worden? Helaas zijn er nu maar al te veel geesten die over God niets meer willen horen zo gauw ze hun vrijheid hebben verkregen. Maar God laat het toch nooit na ze op de beste wegen naar het juiste en meest volmaakte doel te leiden.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Toen de mensen uiteindelijk door louter wereldse genoegens hun Schepper totaal begonnen te vergeten, bereikten zij echter ook de uiterste grens ten opzichte van iedere godsorde, waardoor de eeuwige dood hun deel zou moeten worden. Kijk, toen werd het van Gods zijde nodig hen weer meer te naderen en zich hier en daar aan hen te openbaren om de mensheid, die dicht bij haar eeuwige ondergang stond, te redden. Velen lieten zich redden, velen echter niet uit eigen vrije wil! Zou de Godheid hen met haar almacht hebben moeten grijpen toen ze geen gehoor wilden schenken aan haar liefde? Daardoor zouden al die geesten toch voor eeuwig te gronde gericht worden!
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Als echter degenen, over wie de Godheid zo'n vonnis uitspreekt, al vervloekt zijn, dan volgt daaruit in de eerste plaats dat de Godheid hier helemaal niet als rechter, maar slechts als een ordebrengende herder optreedt, en de geesten die zich door de macht van hun eigen wil helemaal van haar hebben afgescheiden, in alle strengheid een andere weg moet wijzen, omdat ze anders, zonder enige band met de liefde van de Godheid, onmiddellijk in de armen van de Almacht zouden terecht komen, waar het dan waarlijk met hen gedaan zou zijn!
Hoofdstuk 29: Ware betekenis van de tekst: 'ga weg van mij, jullie vervloekten!' Iedere kwaadwillige geest vervloekt zichzelf. Zonde tegen de heilige geest - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Als de Godheid echter dientengevolge onmogelijk vanuit haar almacht als rechter kan optreden, maar alleen vanwege de liefde en wijsheid als ordebrengende herder, dan is het toch duidelijk dat zulke geesten van te voren door iets anders geoordeeld moeten zijn. Door wie dan wel? Deze vraag is gemakkelijk te beantwoorden, als men maar genoeg zelfkennis heeft om het volgende in te zien: Enerzijds heeft een wezen een volkomen vrije geest en wil, die eigenlijk alleen voortkomt uit de liefde en de wijsheid van God. Anderzijds moet het echter, opdat het van de Almacht kan worden geïsoleerd om een echt volkomen vrij wezen te worden, ook een tijdlang een door de Almacht gericht lichaam hebben en een uiterlijke gerichte wereld met eigen, eveneens gerichte prikkels. Het kan dus door niemand anders worden gericht en voorbestemd worden dan door zichzelf. Dit vrije wezen kan zich alleen zelf 'vervloeken' dat wil zeggen zich geheel van de Godheid afzonderen.
Hoofdstuk 29: Ware betekenis van de tekst: 'ga weg van mij, jullie vervloekten!' Iedere kwaadwillige geest vervloekt zichzelf. Zonde tegen de heilige geest - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Heeft deze zich in zijn onvermijdelijke kwelling soms tot de goddelijke liefde en genade gewend om daarvan verlost te worden? Ik weet alleen dat hij zich tot de geest van Abraham heeft gewend en niet tot de Godheid! De geest van Abraham is echter, hoewel hij als geschapen geest uiterst volmaakt is, toch nooit de Godheid zelf, die alleen helpen kan. Ook in zulke gevallen is de Godheid de niet te overbruggen kloof, waar overheen de geesten van de meest verschillende soort elkaar nooit de hand mogen reiken, want daar werkt alleen Gods geheimste en diepste wijsheid en liefde.
Hoofdstuk 30: Over de rijke zwelger en de arme Lazarus in het hiernamaals. Wie heeft de hel gemaakt? Alleen de boosaardigheid van de geesten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Robert zegt: 'Ja, dat is weer volkomen juist! Maar als de Godheid vol hoogste liefde is, wat ook wel zo zal zijn, zoals ik nu steeds meer begin in te zien, dan volgt vanzelf de vraag: hoe kon deze Godheid dan voor zo'n plaats of toestand vol folteringen zorgen, waarin een geest eerst onbeschrijfelijke pijnen moet doorstaan vóór hij mogelijkerwijs aan alle eisen voldoet en daardoor in een meer gematigde toestand kan overgaan? Móet er dan een hel bestaan? En móeten zulke geesten pijn kunnen voelen? Zou dat alles dan niet op een minder wrede manier geregeld kunnen zijn?'
Hoofdstuk 30: Over de rijke zwelger en de arme Lazarus in het hiernamaals. Wie heeft de hel gemaakt? Alleen de boosaardigheid van de geesten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Kijk, dat is ook het geval met alle geesten die zich niet willen storen aan Gods orde en Gods heerlijke wijnberg in zichzelf niet willen verzorgen! Wanneer ze dan doornen en distels oogsten in plaats van heerlijke druiven, kan de Godheid dan van het scheppen van zo'n onheil beschuldigd worden? Zeg Me nu eens, wat jij daarvan denkt.'
Hoofdstuk 30: Over de rijke zwelger en de arme Lazarus in het hiernamaals. Wie heeft de hel gemaakt? Alleen de boosaardigheid van de geesten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Hoe kun je een prelaat gelukkig noemen, wanneer hij door zijn domme geloof onder beschermheerschap van Rome, in zijn klooster op kosten van de domheid van zijn onderdanen zichzelf vetmest en een goed leven leidt. Is soms het aardse gelukkige leven ook een gelukkig leven in deze wereld van de geesten? O, volstrekt niet, zeg Ik je!
Hoofdstuk 33: Over het waarachtige en het onwaarachtige geloof. Gevaren en gevolgen van een stompzinnig, genotzuchtig leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik zeg: 'Beste vriend en broeder! Dat is nu helaas niet mogelijk. Hier in de wereld van de geesten kan alleen datgene in werkelijkheid zichtbaar worden wat een mensenziel in haar hart mee hier naartoe brengt. Is het hart echter geestelijk helemaal leeg, zoals helaas bij jou ondanks dat je er tegen protesteert, dan kan daar ook niet het kleinste grasveldje uit te voorschijn komen.
Hoofdstuk 37: Lofprijzing als gevaar voor de ziel. Zelfs engelvorsten hebben deemoed nodig voor hun geestelijke vooruitgang. Beken deemoedig je schuld, omwille van je welzijn - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Dat je Me echter uit al je krachten liefhebt, is voor Mij de aangenaamste lof! Want alleen door de liefde ben Ik als Vader voor die schepselen die Mijn kinderen zijn, bereikbaar; door de wijsheid echter nooit. Want de wijsheid van al Mijn talloze scharen engelen en geesten is ten opzichte van Mijn eeuwige wijsheid nauwelijks wat een dauwdruppel is ten opzichte van de eeuwige etherzee die de oneindige ruimte vult.
Hoofdstuk 43: Roberts nieuwe, heerlijke wereld. Woorden van verwondering, dank en innige liefde. 'deze wereld komt uit jou!' Gelijkenis met het verwekken van kinderen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Ik zeg: 'Luister, beste vriend, meen je dan, dat de Godheid de hel zo heeft ingericht? 0, dan heb je het helemaal mis! Zie, dat hebben sinds de oertijden de kwade geesten zelf gedaan. De Godheid heeft het slechts toegelaten, om hen niet in het minst in hun vrijheid te belemmeren. Maar dat zij ooit een hel zou hebben geschapen, dat kan in alle hemelen geen enkel wezen ook maar in de verste verte denken. Want als de Godheid een hel zou kunnen scheppen, dan moest in haar ook zonde en dus kwaad aanwezig zijn, wat voor de Godheid onmogelijk is. Want het is niet mogelijk dat de Godheid tegen haar eigen eeuwige orde in zou kunnen handelen. En dus is het ook onmogelijk te denken, dat de Godheid uit zichzelf, in de waarste zin des woords, een hel zou kunnen scheppen. Maar ze kan en moet het aan de volkomen vrije geesten toestaan, zichzelf vanuit hun totaal verkeerde oorspronkelijke orde (de wereld) in omstandigheden te brengen, die werkelijk zeer bar en boos zijn!
Hoofdstuk 30: Over de rijke zwelger en de arme Lazarus in het hiernamaals. Wie heeft de hel gemaakt? Alleen de boosaardigheid van de geesten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Robert zegt: 'Beste vriend, het is weer uiterst moeilijk op deze vraag een bevredigend antwoord te geven. Want in de eerste plaats zal ook daarvoor wel bovennatuurlijke wijsheid nodig zijn, die mij echter ontbreekt. En vervolgens kan men zonder verdere oordeelkundige bewijzen toch niet zo maar aannemen, dat de overigens zeer wijze Paulus in alle ernst zelf geloofd heeft, wat hij andere mensen wilde doen geloven. Want alle achtenswaardige oude wijzen, Paulus inbegrepen, hebben beslist zelf heel goed ingezien hoe wankel de basis van alle metafysische en theosofische theorieën is. Zij berekenden met hun goede mensenkennis hoe ongelukkig het menselijk geslacht al gauw zou moeten worden, wanneer het door dieper inzicht tot het besef van zijn vergankelijkheid zou zijn gekomen. Daarom probeerden zij door toespraken en zinspreuken soms op de manier van het orakel van Delphi de volkeren tot een soort mystiek geloof terug te voeren, waardoor tenminste hoop op een toekomstig leven kon worden gewekt. Of ze zelf echter ook werkelijk vervuld van deze hoop leefden en of ze van al datgene wat ze onderwezen volkomen overtuigd waren, blijft voor mij zeker een vraag, totdat ik, hetzij langs de weg van innerlijke wijsheid of door een directe confrontatie met de geesten die zoiets hebben onderwezen, tot een ander inzicht kom.
Hoofdstuk 32: Heb Mij, Jezus, lief want in Christus woont lichamelijk de volheid van de Godheid! Robert twijfelt aan de Godheid van Jezus; wil echter blind geloven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98  ...