Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 844 van 1112

...  832 - 833 - 834 - 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857  ...
[21] Kijk, eerst ga je naar de ene. Ze is ijverig bezig en ze weet zich geen raad met al het werk dat ze van louter liefde voor jou verricht, want ze maakt hemden, kousen, nachthemden en nog meer van dergelijke kledingstukken voor jou. Ze is daar zo druk mee bezig dat ze daardoor niet zelden maar amper merkt dat je naar haar toekomt. Kijk, dat is de eerste. De tweede werkt heel traag. Ze werkt ook wel voor jou, maar haar hart is zozeer met jou bezig, dat ze haar aandacht moeilijk bij het werk kan houden. Als je haar bezoekt en ze jou van verre ziet aankomen, is er van werken geen sprake meer, want dan is er voor haar niets dat waardevoller en belangrijker dan jij alleen! Jij alleen bent alles voor haar, voor jou geeft ze heel de wereld op! Zeg me eens, wie van beiden zou je kiezen?
Hoofdstuk 101: Waaruit bestaat de liefde tot God? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Wat zegt de Heer Zelf bij Mozes en wel bij het derde gebod: 'Gij zult de sabbat heiligen!'? De vraag is: wat doet echter de Heer Zelf ten aanschouwen van de letterlijke vervullers van Zijn wet? Kijk, Hij gaat naar hen toe en ontheiligt kennelijk Zelf, volgens de letterlijke betekenis van de wet, de sabbat door zelfs Zijn leerlingen op een sabbat toestemming te geven om aren te lezen en zich met de korrels te voeden. Hoe bevalt jou dit onderhouden van de wet van Mozes, waarbij de Heer Zelf niet alleen voor Zich, maar tot grote ergernis van hen die de wet volgens de letter vervullen, de hele sabbat zogezegd overboord gooit? Je zult zeggen: dat kon de Heer heel goed doen, want Hij is ook Heer van de sabbat.
Hoofdstuk 101: Waaruit bestaat de liefde tot God? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Wanneer echter diezelfde Heer, die eens via Mozes de wetten gegeven had, in Bethanië in het huis van Lazarus komt, dan is het Martha die het meest wetgetrouw is en al haar krachten aanwendt om deze hooggeëerde gast zo goed mogelijk te bedienen. Maria, haar zuster, vergeet de wet van louter vreugde over de verheven gast, gaat in alle rust aan Zijn voeten zitten en luistert vol aandacht naar de verhalen en gelijkenissen van de Heer. Martha, die zich ergert aan haar zuster omdat zij helemaal niets doet en bij deze gelegenheid de wet geheel en al vergeet, wendt zich in haar ijver tot de Heer en zegt: 'Heer, ik heb zoveel te doen, zeg toch tegen mijn zuster dat ze mij een beetje gaat helpen!' Of nog duidelijker gezegd: Heer, grondlegger van de mozaïsche wet, herinner mijn zuster toch aan het onderhouden daarvan.
Hoofdstuk 101: Waaruit bestaat de liefde tot God? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Wat zou je echter zeggen als ik jou een paar voorbeelden zou aanhalen waarin de Heer Zich over het onderhouden van de wet zelfs berispend uitlaat? Je zegt nu: dat zal toch niet waar zijn! Toch kan ik jou daarvan dadelijk niet slechts één, maar als je wilt, verscheidene voorbeelden geven. Luister dus!
Hoofdstuk 101: Waaruit bestaat de liefde tot God? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Nu vraag ik jou: geeft de Heer hier te kennen dat het naleven van de geboden voldoende is, hoewel Hij toch kennelijk verklaart dat ieder mens die de wet volkomen in acht neemt, zich als geheel nutteloos moet beschouwen? Kijk, daar is het tweede, al wat groter probleem. Maar nu verder!
Hoofdstuk 100: Wat betekent: God boven alles liefhebben? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Ken je de gelijkenis van de farizeeër en de tollenaar in de tempel? De farizeeër getuigt van zichzelf met een gerust geweten voor het heiligdom dat hij, in tegenstelling tot vele anderen, de wet van Mozes in haar volle omvang altijd getrouw en heel nauwkeurig, dus volkomen en volgens de letter heeft vervuld. Maar de arme tollenaar achter in een hoek van de tempel geeft met zijn ongemeen deemoedige houding aan iedereen die hem ziet duidelijk te kennen dat hij met het naleven van de mozaïsche wet niet veel van doen moet hebben gehad, want, zich zeer bewust van zijn zonden, durft hij niet eens naar Gods heiligdom op te kijken, maar bekent zelf zijn nutteloosheid voor God en smeekt Hem om genade en barmhartigheid.
Hoofdstuk 100: Wat betekent: God boven alles liefhebben? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Goed, mijn lieve en vriendelijke tegenstander, met jouw tegenwerping heb je mij met jouw maatstaf voor de hoogste liefde tot God niet veel meer bewezen dan dat je een tamelijk goed geheugen hebt, waardoor je zo menige tekst uit de Heilige Schrift bij de hand hebt. Maar kijk, wie van al deze teksten in zijn leven profijt wil hebben, moet niet alleen weten hoe ze luiden, maar moet zich ook levendig kunnen voorstellen wat ze willen zeggen.
Hoofdstuk 100: Wat betekent: God boven alles liefhebben? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Als de tegenwerper genoeg scherpe en sterke tanden heeft om erin te zetten, moet hij nog maar eens proberen om een andere, niet te overtreffen afweging over de liefde te maken. Goed, zeg ik, de tegenwerper is nog in de buurt en maakt aanstalten om zich in deze tegenwerping vast te bijten. Daarom zullen we hem aanhoren en eens zien, wat hij allemaal naar voren zal brengen. Hij zegt:
Hoofdstuk 100: Wat betekent: God boven alles liefhebben? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Bijgevolg lijkt de eigenliefde van de kinderen ten opzichte van de liefde voor hun ouders niet zelden verreweg sterker te zijn. Anderzijds zien we dat de kinderen van de mensen voor andere voordelen vaak hun leven bijna met doodsverachting op het spel zetten. De een zeilt in stormachtige nachten over de oceaan, de ander begeeft zich in de vuurlinie van het vijandelijke leger, een derde daalt niet zelden af naar brokkelige afgronden om kostbare metalen uit de aarde te winnen. En zo zien we dat deze uiterlijke, serieuze wereldse maatstaven van menselijke liefde zeker sterker zijn en in het algemeen zwaarder wegen dan de liefde van de kinderen voor hun ouders en de liefde voor het eigen leven.
Hoofdstuk 100: Wat betekent: God boven alles liefhebben? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Dan is het de vraag hoe te beginnen, hoe de liefde te verheffen tot een potentie waarvan geen menselijke geest zich een of ander meetbaar of vergelijkbaar begrip kan vormen. Men zal misschien zeggen: men zou God nog meer moeten liefhebben dan zijn eigen leven. Dan zeg ik, als tegenwerper: de liefde voor het eigen leven is met de allerhoogste liefde voor God nog minder te vergelijken dan de liefde van kinderen voor hun ouders. Want er is al veel voor nodig, als kinderen uit liefde voor hun ouders hun leven op het spel zetten; zij hebben juist veel liever dat de ouders voor hen op leven en dood vechten.
Hoofdstuk 100: Wat betekent: God boven alles liefhebben? - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] De warmte is dus identiek aan de liefde, maar de eigenlijke koude is identiek aan de eigenlijke, helse liefdeloosheid. Waar deze dominerend wil optreden, daar bewapent de alles opwekkende en behoudende liefde zich tegen haar, zodat de eigenlijke, alles dodende koude niet in staat is op de aldus gewapende liefde een overwinning te behalen.
Hoofdstuk 99: De liefde van God - de oergrondstof van alle schepselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Elk ding, elk lichaam dat nog in staat is om warmte op te nemen, kan niet volkomen koud worden genoemd, want de hoeveelheid warmte die het bevat komt overeen met zijn grootte en dichtheid. Een ijsklomp van het hoogste noorden kan op het vuur worden gesmolten, waarna het water aan de kook gebracht kan worden. Zou dit ijs geen gebonden warmte bevatten, dan zou het nooit opgewarmd kunnen worden.
Hoofdstuk 99: De liefde van God - de oergrondstof van alle schepselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] De geleerden op aarde beginnen met het meten van de koude op het moment dat het water bevriest. Als op het vriespunt de eigenlijke koude al begint, dan zou ik toch wel graag willen weten, volgens welke wetten of op welke manier de koude dan kan toenemen? Waarom voelt bij jullie een temperatuur van zo'n vier tot vijf graden onder het zogenaamde vriespunt nog enigszins dragelijk aan en waarom ervaart iedereen de kou reeds als zeer pijnlijk, wanneer de thermometer tot min achttien graden gedaald is? Kan men hier niet met het volste recht zeggen: min achttien graden voelt men pijnlijker dan min vier graden, omdat bij min vier graden kennelijk nog meer warmte aanwezig is dan bij min achttien graden? Kan men nu min achttien graden reeds als uitgangspunt voor de complete koude nemen? O nee, want men heeft al min dertig graden koude meegemaakt. Deze was nog veel pijnlijker dan die bij min achttien graden. Waarom? Omdat zij weer verreweg minder warmte bevatte dan die van min achttien graden. Min veertig graden zal echter nog pijnlijker zijn dan min dertig. Is dat echter al een reden om te beweren dat bij deze min veertig graden de warmte volkomen afwezig is?
Hoofdstuk 99: De liefde van God - de oergrondstof van alle schepselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[25] Zo zal het ook hier in deze verschijningsvorm zeker begrijpelijk zijn waarom de vorige tien borden slechts wit, dus matglanzend zijn opgezet, terwijl we hier het oereeuwige zonlicht zien uitgebeeld, dat geen voorafgaand of nachtelijk licht nodig heeft, maar reeds al het licht in zich heeft.
Hoofdstuk 98: Elfde zaal - elfde gebod. De liefde tot God - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[23] Wat Hij Zelf op zich is als de goddelijke zon aller zonnen, dat is ook elk afzonderlijk woord uit Zijn mond ten opzichte van alle talloze woorden uit de mond van geïnspireerde patriarchen, vaders en profeten. Talloze vermaningen, wetten en voorschriften vinden we in het verloop van het Oude Testament. Dat zijn sterren en ook kunstmatige lichtjes van de nacht. Maar dan komt de Heer, spreekt slechts één woord - en dit woord weegt op tegen het gehele Oude Testament.
Hoofdstuk 98: Elfde zaal - elfde gebod. De liefde tot God - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  832 - 833 - 834 - 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857  ...