Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 845 van 1037

...  833 - 834 - 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858  ...
[18] Daarop zegt echter de heer van de talenten: 'Hé, jij ondeugende knecht! Als jij wist dat ik een onrechtvaardig man ben en wil oogsten terwijl ik niet heb gezaaid, waarom bracht je het talent dan niet naar een wisselaar, die mij daarop woekerrente zou hebben gegeven?'
Hoofdstuk 126: Een boom als voorbeeld van het wezen van het geestenrijk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] We hebben in de voorgaande verhandeling voor ieders oog een treffend beeld neergezet, waarmee iedereen vanuit de uiterlijke verschijningsvorm zonder enige moeite tot de innerlijke betekenis kan komen. Aangezien dit terrein echter heel groot is en de verschijningsvormen daarop talloos zijn, heeft de mens nooit teveel aan juiste beelden om zich in iedere situatie van zijn aardse bestaan goede raad te kunnen verschaffen. Daarom zullen wij naar een ander, op zich weliswaar heel eenvoudig, maar inhoudelijk des te rijker en algemener beeld overgaan om onze zaak toe te lichten.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] In de romp bevindt zich het hart als basis van het leven en het allerduidelijkste beeld van de liefde. Deze liefde is voortdurend werkzaam en voert het voedsel naar alle delen van het lichaam.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Dicht bij zich heeft deze liefde de maag. Deze is de gastvrije keuken, waarin de liefde met haar vuur de spijzen kookt en deze dan, heerlijk toebereid, naar alle delen van het lichaam stuurt.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Hoe prachtig toont het beeld van deze twee keukens, waar het actieve hart zich middenin bevindt, hoe het geestelijke in het natuurlijke ingrijpt om dat te vergeestelijken, en als zodanig naar een hogere bestemming te leiden. En dat alles geschiedt door de steeds actieve bemiddeling van het hart, dit meest getrouwe beeld van de liefde!
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Elke ademtocht kan aan ieder mens vertellen hoe Ik juist vanuit de hemel voortdurend op het leven inwerk, zodat het kan bestaan, en dat Ik juist door dit instromen er steeds naar streef de dood in leven te veranderen.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Nu maakte hij meteen duizend grootse plannen en bracht ze ook naar vermogen ten uitvoer. In de eerste plaats ging hem een zeker welzijn van het volk ter harte, en om dat te verwezenlijken was hem geen offer te veel. Als hij alle schatten der aarde had bezeten, zou hij die, om deze voor hem hoogste gedachte te realiseren, allemaal op het spel hebben gezet, zijn leven inbegrepen.
Hoofdstuk 1: De aardse levensloop van Robert Blum - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Meer dan eens beproefde hij in de Duitse Nationale Vergadering ( Te Frankfurt a.d.M., 1848..) de macht van zijn welbespraaktheid en had groot plezier in zijn succes, dat hij voornamelijk aan zijn sterke geest te danken had. Daardoor gesteund haastte hij zich naar een grote stad in het oosten van het land (Wenen) waar het volk inderdaad zijn plannen ondersteunde. Daar wilde hij bij wijze van spreken zo'n dertig zogenaamde vorstelijke vliegen in één klap doodslaan, niet bedenkend dat achter deze vliegen ook Ik een paar woordjes te vertellen had.
Hoofdstuk 1: De aardse levensloop van Robert Blum - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Deze man werd in de bovengenoemde stad, waar hij zijn zaligmakende plannen voor het volk door wapengeweld en door zijn redevoeringen wilde verwezenlijken, als een staatsgevaarlijk persoon gevangen genomen en na een kort proces uit deze wereld naar de andere geholpen. (Robert Blum (1804 -1848) werd op 9 november 1848 op bevel van de keizerlijke opperbevelhebber,vorst Windischgrätz, in Wenen standrechtelijk doodgeschoten.) En hiermee werd zijn werkzaamheid, die de volkeren gelukkig had moeten maken, in deze wereld afgesloten.
Hoofdstuk 1: De aardse levensloop van Robert Blum - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Werd ik nu maar gauw uit deze eigenaardige narcose gewekt. Ik dorst naar wraak en deze lastige situatie duurt nog steeds voort. Dat is toch werkelijk een duivels vervloekte uitvinding! Geduld maar, het zal, het moet gauw beter gaan!'
Hoofdstuk 3: Robert waant zich onder narcose - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] God! als U bestaat, strek dan Uw arm uit! Rechtvaardig mij, die de goede zaak van Uw kinderen naar het doel wilde leiden, dat eens de verheven, onbegrepen volksleraar Jezus wilde bereiken. Maar ook Hij werd door gemene gerechtsdienaren opgepakt en als dank voor al Zijn grote moeite en offers voor het welzijn van de hele mensheid aan een paal gehangen tot grootste smaad van de mensheid!
Hoofdstuk 4: Noodroep tot God. Beroep op Jezus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Hier moet worden opgemerkt, dat degenen die hun aardse leven door een strafgericht gewelddadig verliezen, meestal in de geestenwereld aankomen met een gevoel van hevige woede en wraak ten opzichte van hun rechters, en een tijdlang als razenden rondtollen. Dat is de reden waarom dergelijke nieuw aangekomenen, als ze werkelijk misdaan hebben tegenover Gods geboden en door en door boosaardig zijn, meteen hun eigen element, de hel, worden ingedreven om er wraak te oefenen. Als hun wraak enigszins bekoeld is, keren ze echter weer terug naar de eigenlijke geestenwereld en beginnen daar opnieuw, weliswaar langs heel beperkte wegen aan hun vrijheidsproef.
Hoofdstuk 2: De eerste indrukken van de terechtgestelde in het hiernamaals. Het bewustworden van het gevoel te leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Maar ongeveer zeven uur na zijn terechtstelling, toen zijn ziel als het ware weer tot zichzelf was gekomen, was hij al gauw overtuigd van het ongegronde van zijn aardse geloof en werd hij spoedig gewaar dat hij verder leefde. Maar nu veranderde zijn overtuiging aangaande het voortbestaan na de dood in een ander ongeloof: hij dacht nu bij zichzelf, dat hij wel naar de plaats van de terechtstelling was gebracht, maar alleen naar de schijn was doodgeschoten om de doodsangst ten volle door te maken. Omdat de officier hem had laten blinddoeken opdat hij niet zou merken dat er slechts in de lucht geschoten was, was hij enkel uit angst verdoofd in elkaar gezakt. Daarvandaan was hij in bewusteloze toestand overgebracht naar een donkere kerker, waaruit een protest van de Duitse burgers hem zeker spoedig zou bevrijden.
Hoofdstuk 2: De eerste indrukken van de terechtgestelde in het hiernamaals. Het bewustworden van het gevoel te leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Na deze woorden deed hij in een poging om zich te wurgen enkele stevige grepen naar zijn keel, maar natuurlijk zonder enig resultaat. Want hij grijpt in zekere zin telkens door zichzelf heen, zonder ook maar het geringste teken van verstikking te voelen. Dat doet hem versteld staan en hij begrijpt steeds minder van deze toestand. Daar het wurgen niet lukt, besluit hij zich recht vooruit te bewegen. 'Want', zegt hij, echt kwaad bij zichzelf, 'duisterder en bodemlozer dan hier kan het in de hele eindeloze ruimte nergens zijn. Daarom heb ik ook geen afgrond te duchten en nog minder een of ander verborgen gericht. Dus voorwaarts maar! Misschien bereik ik toch nog ergens een lichtstraaltje of de gewenste dood!
Hoofdstuk 4: Noodroep tot God. Beroep op Jezus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] 'Ezel en gek die ik ben, wat zit ik me vergeefs moe te maken? Ik bevind mij nu in het pure niets, waarom zou ik dan verder door willen dringen in het niets?! Ook ik wil binnengaan in de rust van het niets, om in haar ook in niets over te gaan. Ja, dat is de weg naar de volledige vernietiging! Wist ik maar of ik werkelijk ben doodgeschoten. Maar dan moest ik volkomen dood zijn, wat bij mij niet het geval is. Ook merk ik niets van een of andere ontbinding!
Hoofdstuk 5: Pogingen om in de lege ruimte te lopen. Zelfgesprekken over het niets en over het voortbestaan. Vloek tegen God, de veroorzaker van het leed - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  833 - 834 - 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858  ...