15542 resultaten - Pagina 847 van 1037
... 835 - 836 - 837 - 838 - 839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 ...
[12] Of wij juist of onjuist hebben gehandeld, hoop ik nu van jou volledig naar waarheid te vernemen. Eveneens of er iets waar is aan jouw goddelijkheid, die heel speciaal door een zekere Swedenborg in de 18de eeuw zelfs wiskundig bewezen zou zijn. Wat trouwens een pure filosoof moeilijk aanvaarden zal, omdat deze zaak naar het schijnt er dan toch wat al te komisch uitziet.Hoofdstuk 17: De Heer brengt naar voren: 'Wees onderdanig aan de overheid'. Robert trekt dit gebod in twijfel. Hij wenst opheldering over de God-menselijke natuur van Jezus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Ik zeg ronduit: zolang de mens naar jouw wetten mens is, is hij ook alle hoogachting waard. Verheft hij zich echter boven jouw wet, en wil hij zijn broeders onderdrukken en overheersen ten behoeve van zijn eigen voordeel, dan verklaart hij daardoor jouw wet van nul en van gener waarde. Dan is hij geen broeder, maar een gebieder voor zijn broeders, met wier leven hij meent te kunnen doen wat hij wil. Op dat punt zal ik eeuwig Robert Blum blijven en zal ik nooit voor heersers een loflied zingen! En wel omdat zij allang niet meer zijn wat ze eigenlijk zouden moeten zijn, namelijk wijze en liefdevolle leiders voor hun arme broeders.
Hoofdstuk 16: De Heer belooft de vervulling van rechtmatige wensen, maar maakt kritisch voorbehoud. Roberts vurige rede tegen tirannen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Maar kijk, zo liggen de zaken niet. Want in de eerste plaats luiden de aangehaalde teksten, Mijn bekende spreuk in de tempel met betrekking tot de cijnspenning en vooral die van Paulus uit de brieven aan de Romeinen en Titus, niet zoals jij ze naar voren hebt gebracht. Bovendien kan er noch bij Mij, noch bij Paulus ooit sprake geweest zijn van enige angst voor vorsten, daar Ik voor Pilatus en Herodes, evenals voordien bij Kaiphas, meer dan overtuigend heb bewezen dat Ik voor deze wereldse machthebbers in het geheel niet bevreesd was! Want wie niet bang is voor de dood, omdat Hij Heer is over de dood en dat eeuwig blijft, heeft immers toch nog minder reden om te vrezen voor degenen die enkel het lichaam kunnen doden.
Hoofdstuk 18: Rede van Jezus over de noodzaak van een aardse overheid. Geen menselijke samenleving zonder orde en gehoorzaamheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Evenmin als Ik ook maar de minste reden had om bang te zijn voor de machthebbers van deze aarde, had ook Paulus daar geen reden voor. Nero was, zoals bekend, onder alle machthebbers van Rome de meest wrede; en zie, Paulus zocht bij hem bescherming tegen de hem vervolgende, geestelijk slechte joden en vond die ook, zolang hij deze op aarde nodig had. Was hij soms bang voor de joden? 0 nee, want hoewel hij heel goed wist hoe vijandig ze hem gezind waren, ging hij toch tegen de raad van zijn intiemste vrienden in naar Jeruzalem.
Hoofdstuk 18: Rede van Jezus over de noodzaak van een aardse overheid. Geen menselijke samenleving zonder orde en gehoorzaamheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Opdat je dit echter wat beter zult inzien, wil Ik je wat rondleiden door de verschillende rijken der natuurlijke dingen, dus luister nu verder naar Mij!'
Hoofdstuk 18: Rede van Jezus over de noodzaak van een aardse overheid. Geen menselijke samenleving zonder orde en gehoorzaamheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik zeg verder: 'Stel je voor dat alle hemellichamen zijn uitgerust met voor hun bestemming benodigde intelligentie en vrij inzicht. Kijk, die grote hemellichamen zweven allemaal in de etherruimte die naar jouw begrippen geen enkele belemmering biedt. Waarom zijn ze dan zo eigenzinnig en bewegen zij zich al vele duizenden jaren steeds in dezelfde banen rond een bepaalde zon die ze, om zo te zeggen, voor geen prijs willen verlaten?
Hoofdstuk 19: Rede over de gehoorzaamheid. Voorbeelden uit het rijk van de natuur - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Kijk ten eerste een volledig verstarren door het heel snel optredende gebrek aan licht en warmte; daarna noodzakelijkerwijs een volledige, innerlijke ontbranding ten gevolge van de enorme machtige druk van buiten naar binnen; en tenslotte een totale ontbinding van alle delen van de planeet en daarmee ook zijn volkomen dood!
Hoofdstuk 19: Rede over de gehoorzaamheid. Voorbeelden uit het rijk van de natuur - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Maar dan staat de zon op en zegt: 'Wat klets jij, kortzichtige kosmopoliet? Zie je niet dat ik niet enkel één, maar zelfs vele grotere en kleinere planeten tegelijk heb te verzorgen? Weet je niet dat hun banen ongelijk zijn, dat zowel de grote als de kleine soms dichter bij me staan en soms verder weg komen te staan? Dat zij zich soms in grote getale juist aan de ene kant bevinden en veel aandacht van me vragen en dat daardoor een of andere alleenstaande planeet op een tegenovergestelde standpunt noodzakelijkerwijs wat minder krijgt van mijn anders zo rijke gaven? Wordt zo'n planeet echter tijdens een omlooptijd wat kariger bedeeld, dan krijgt hij toch steeds zo veel dat hij kan blijven bestaan. Ik kan vanuit mijn triljoenen eigen omwentelingen om een andere, nog grotere regerende zon getuigen, dat daardoor nog nooit een planeet die zich bij mij had aangesloten, is verhongerd en te gronde is gegaan. Als echter kometen, die meer gesteld zijn op hun vrije rondzwerven dan op mijn vaste orde, ergens in de eindeloze ruimte, waarheen zij werden gedreven door hun waanzinnige lust naar vrijheid, te gronde gaan, dan kan ik daar niets aan doen. Want een wezen dat alléén wil beslissen over zichzelf, zonder afhankelijk te willen zijn van een machtige leiding, wordt geen onrecht aangedaan; het heeft zichzelf geoordeeld! Als jij, allervrijzinnigste kosmopoliet, mij als planetenregent met alle geweld vanwege mijn noodzakelijk wisselende handelwijze ten opzichte van mijn ondergeschikte planeten, wilt straffen, neem mij dan mijn licht maar af en mijn glans, mijn grootheid en macht! Maar let dan eens op hoe de planeten, die naar jouw mening te veel aan slavenketenen worden gehouden, zonder mij blijven bestaan!'
Hoofdstuk 19: Rede over de gehoorzaamheid. Voorbeelden uit het rijk van de natuur - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Maar ik wil je deze zaak in zijn geheel laten zien en wil je zelfs meenemen naar de nog veel zwijgzamer lijkende natuur.
Hoofdstuk 19: Rede over de gehoorzaamheid. Voorbeelden uit het rijk van de natuur - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Maar we willen ons verder naar de geboorteplaats van het water, dus naar de bergen wenden, en kijken of er bij hen niet ook een heel karakteristieke intelligentie te bespeuren valt, en als gevolg daarvan ook een nauwkeurige inachtneming van de in hen gelegde wetten.
Hoofdstuk 20: Nog een voorbeeld. De noodzaak van hooggebergten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Kijk, willen de hooggebergten hun belangrijke bestemming, het instandhouden van een heel hemellichaam met alles wat zich op zijn uitgestrekte oppervlakte bevindt, kunnen vervullen, dan is het zeker niet onbelangrijk waar zij zich bevinden. Verder moeten ze door de in en boven hen wonende geesten of naar jouw manier van spreken krachten, noodzakelijkerwijs die intelligentie bezitten waardoor ze in staat gesteld worden, datgene te bewerkstelligen waartoe ze bestemd zijn.
Hoofdstuk 20: Nog een voorbeeld. De noodzaak van hooggebergten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Wat echter de invloed van de goddelijke wijsheid betreft is het zo, dat zij voor zulke ontaarde mensen juist die omstandigheden schept waardoor deze weer op de weg naar het juiste doel kunnen worden gebracht. Dat is ook wel een beïnvloeding en in zekere zin een dwang, maar deze raakt slechts de buitenkant van de mens, opdat de innerlijke des te eerder en gemakkelijker zal ontwaken en weer zijn ware bestemming zal volgen. De almacht zou echter in het andere geval de hele mens te gronde richten en doden!
Hoofdstuk 25: Zin en doel van de aardse levensschool. Tijdelijke of eeuwige gelukzaligheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Onder dieren van een en dezelfde soort bevindt zich er in de regel één, die in zekere zin hun leider is. Als die in beweging komt, dan worden alle anderen als door een elektrische schok tot eenzelfde beweging geprikkeld. Kijk eens naar een kudde runderen; ze heeft een leider in haar midden! De herder, die uit ervaring al spoedig opmerkt achter welk dier uit zijn kudde de anderen aanlopen, hangt zo'n dier een bel om de nek. En als hij' s avonds zijn kudde naar huis wil leiden, luistert hij enkel naar waar de bel klingelt. Daar gaat hij op af, en vindt daar zijn hele kudde. Wil hij ze naar de stal leiden, dan hoeft hij maar de leider met de bel mee te voeren en alle anderen komen er vanzelf achteraan. Hetzelfde komt zelfs voor bij de uiterst domme varkens, vooral wanneer ze doorlopend in de vrije natuur leven, en eveneens bij geiten, schapen, paarden, ezels en honderd andere diersoorten. Hetzelfde kun je zelfs bij de uiteenlopendste insecten ontdekken, bij de vogels en niet minder bij de stompzinnigste vissen en andere soorten waterdieren.
Hoofdstuk 19: Rede over de gehoorzaamheid. Voorbeelden uit het rijk van de natuur - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Laten we het op zichzelf zo onsamenhangende water eens bekijken, dat zich zonder voelbare weerstand laat verdelen in talloze druppels. Dit hoogst belangrijke natuurelement, dat zowel alle oerkiemen van het dierlijke als van het plantaardige leven in zich bergt en tegelijkertijd bezwangerd is met door jou onberekenbare krachten, luistert in vrije toestand onvoorwaardelijk naar de in hem aanwezig zijnde wet van de zwaartekracht. Volgens deze wet, die het door eigen waarnemingsvermogen opmerkt, voelt het de zachtste glooiing van een terrein aan. Het begint zich meteen voort te bewegen naar een meer laag gelegen gebied en heeft rust noch duur tot het de diepste laagten in de zee heeft bereikt. Dit element heeft ook nog de bijzondere eigenschap dat het pas dan volkomen helder wordt als het het diepste punt van de zee bereikt heeft. Het duidt om zo te zeggen daardoor aan, dat ook de mens pas dan tot het heldere bewustzijn van zijn ware, eeuwige bestemming komt, als hij op aarde niet naar de hoogste rang streeft, maar naar de laagste plaats, dat is: de ware door Mij zo vaak aanbevolen deemoed die echter nooit door heersen maar enkel door gehoorzamen kan worden bereikt!'
Hoofdstuk 19: Rede over de gehoorzaamheid. Voorbeelden uit het rijk van de natuur - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] De twee laatste bergvormen lijken ogenschijnlijk met de eerste bergsoort geen overeenkomst wat betreft bestemming te hebben. Want evenals hun ontstaan, is ook hun eigenlijke bestemming heel anders. Maar omdat ze nu eenmaal in de reeks van de oergebergten, dus van de bergvorsten zijn opgenomen, moeten zij zich zonder enig tegenstribbelen ook voegen naar die wetten, die de oergebergten hun als van zich uit voorschrijven. Dat wil voor hen zeggen: 'Het is niet voldoende dat jullie, lagere en jongere bergen, met jullie overvloed de dalen en kloven opvullen, daar vruchtbaar land aanleggen en kleine bergen doen ontstaan met mooie sierlijke bossen. Maar jullie moeten vanaf het begin van je bestaan ook een groot deel van onze lasten overnemen en ons in alles ondersteunen, anders voldoen jullie niet aan je bestemming. Jullie zouden die ook niet kunnen vervullen, omdat door jullie ontstaan een te groot beroep zou worden gedaan op onze kracht als wij nu net als vroeger toen jullie er nog niet waren, alles moesten regelen en besturen!' En kijk, deze nieuwe bergen doen als gevolg van de eveneens in hen aanwezige intelligentie precies, wat hun de bergvorsten opdragen.
Hoofdstuk 21: Middel- en kleingebergte. Hun ontstaan en noodzaak in het geheel van de aarde - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)