Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 851 van 1110

...  839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864  ...
[8] Kijk, door die uitspraak werden onze Farizeeën en schriftgeleerden als door de bliksem getroffen, want er bestond nog een andere wet, volgens welke het hoogste priesterschap vrij van zonden zou moeten zijn. De Farizeeën en schriftgeleerden wisten net zo goed van deze wet als van de wet tegen overspelige vrouwen, maar tevens wisten deze Farizeeën en schriftgeleerden dat zij de zonde van de echtbreuk in ieder opzicht, zowel geestelijk als lichamelijk, zelf hadden begaan. Daarom schrokken zij ook zozeer van dit buitengewoon indringende antwoord, dat ze allemaal zonder uitzondering onze echtbreekster totaal vergaten en zich vlug uit de voeten hebben gemaakt. Ze wilden Christus deze keer niet verder irriteren omdat zij vreesden dat Hij hun schande bekend zou maken aan de vele gelovige joden, die hen dan zouden grijpen en ook behandelen zoals de wet van Mozes voor dit geval ten scherpste voorschreef. Maar wat gebeurde er niet onze echtbreekster? Zij stond daar nu alleen. Heeft de Heer haar soms veroordeeld? O nee, Hij vroeg haar: hebben zij die jou hier brachten jou dan niet veroordeeld? En onze echtbreekster zegt: o nee Heer, niemand heeft me veroordeeld. En Hij zegt tegen haar: `Ook Ik veroordeel jou niet, maar ga heen en zondig voortaan niet meer!' Wel, wat zeg je van deze handelwijze van de Heer?
Hoofdstuk 63: De biechtende non en de ware biechtvader - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Onze zuster zegt: ik kan hier onmogelijk wat anders zeggen dan dat de Heer zeker barmhartiger en genadiger is dan alle goede mensen op aarde bij elkaar. De biechtvader zegt: goed, mijn lieve zuster, als je de Heer zo ziet dan zul je ook wel inzien dat mijn raad volkomen deugdelijk is! Als de Heer zich door zijn goedheid in het geval van de echtbreekster al niet aan de wet van Mozes hield, die toch van Hem uitging, hoeveel minder zal Hij zich dan aan een kloosterregel houden. Want zie, de Heer is volkomen vrij en kan doen wat Hij wil. Mocht iemand Hem vragen: Heer, wat doet U?, dan zal Hij hem geen antwoord geven. Ik ben hier als biechtvader geheel in Zijn naam naar jou toegestuurd en draag daarom ook Zijn naam. Wanneer ik handel volgens en in deze naam, zeg mij, wie heb ik dan te vrezen?
Hoofdstuk 63: De biechtende non en de ware biechtvader - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Ik zeg je: nu is het gedaan met jouw heerschappij over deze arme blinde kudde! Theresia heeft op aarde deze orde weliswaar gesticht, maar in haar tijd was waarachtige naastenliefde het fundament, en de belangrijkste kloosterregels die Theresia in de gestichte orde invoerde waren de werken der liefde en de noodzakelijke zuiverheid van het hart. Onder zulke omstandigheden was deze orde de Heer dan ook welgevallig, maar jouw regels, in combinatie met de allerstrengste clausuur en de vele, voor jullie meestal onbegrijpelijke, lippengebeden zijn voor de Heer een gruwel en Hem op geen enkele manier welgevallig, en al helemaal niet wanneer, zoals in jouw geval ware tirannieke, despotische heerszucht, gepaard gaande met blinde waanideeën de orde is binnengeslopen!
Hoofdstuk 64: Verlossing van de arme gevangenen. Oordeel en jongste dag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[17] Nu wendt de Heer zich tot de zusters en zegt hun, Hem te volgen. Zoals jullie in de geest kunnen zien, werpt nu eindelijk ook de overste zich vertwijfeld voor Hem neer en smeekt Hem, nu ze Hem herkend heeft, haar niet zo alleen achter te laten. En de Heer zegt tegen haar: kijk, hier is Mijn lieve zuster Theresia; Ik wil dat zij bij jou blijft en je helpt bij het afbreken van jouw klooster. En zie, Theresia helpt dadelijk met alle liefde de overste overeind, brengt haar terug en toont haar de ware wegen van de Heer.
Hoofdstuk 64: Verlossing van de arme gevangenen. Oordeel en jongste dag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[19] Zo hebben jullie weer een andere manier van bevrijden uit een verkeerd geestelijk zaligheidsoord gezien, dat trouwens een van de betere was. Er zijn er echter nog heel veel, waarbij het veel moeilijker gaat. De volgende keer zullen we een soortgelijk mannenklooster onder de loep nemen. Het zal eveneens een van de strengste zijn en jullie zullen zien met welke moeilijkheden het leven daar, waar een vloed van valse beginselen het levenszaad totaal verstikt heeft, te kampen heeft.
Hoofdstuk 64: Verlossing van de arme gevangenen. Oordeel en jongste dag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] Kijk, de overste staat als versteend voor de groep zusters en weet niet wat ze nu moet doen, want voor zichzelf houdt ze deze scène nog steeds voor een uitzonderlijk werk van de duivel. De Heer zegt tegen haar: wat denk je nu bij jezelf? Was het bij jullie dan niet een geloofspunt dat de satan voor de naam van Jezus Christus op de vlucht moest slaan en dat voor deze naam iedere knie moet buigen, zowel in de hemel, als op aarde en onder de aarde? Wanneer de satan echter zo'n geweldige vrees koestert voor de naam van Jezus, zal hij hem dan zelf uitspreken of zich zelfs in Zijn gedaante veranderen? Zie, hoe groot jouw dwaasheid is! Jij bent voor een zuiver licht nog niet rijp en je zult ook nog niet rijp zijn, zolang je nog niet de laatste steen van dit klooster in jezelf vernietigd zult hebben.
Hoofdstuk 64: Verlossing van de arme gevangenen. Oordeel en jongste dag - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] We zullen dit vrouwenklooster verlaten en ons wat verderop begeven. Kijk, daar meer tussen middag en avond ligt reeds een klooster dat al op het eerste gezicht als zodanig te herkennen is. Kijk eens naar de pompeuze kerk met zijn twee enorme klokkentorens en aan beide zijden van de kerk het kloostergebouw met nogal kleine vensters. Zoals jullie verder zien, is het gehele klooster met inbegrip van de kerk door een hoge muur omgeven. Jullie willen graag weten welke orde zich daar bevindt. Ik zeg jullie, een van de strengste, namelijk de orde van de zogenaamde ongeschoeide augustijnen.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] We zien hier een op zulke valse grondbeginselen gebaseerd klooster, dat enkel en alleen nog de naam draagt van zijn oorspronkelijke stichter. Jullie zien dat meteen aan de uit drie personen bestaande drie-eenheid, die zich vlak boven de ingang van het hoofdportaal bevindt. Daaronder verschijnt, als het ware door de wolken weggedrukt, het `oog van God', wat betekent dat de dwaling over de waarheid heeft gezegevierd.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Jullie zeggen nu en vragen mij: beste vriend en broeder, kijk, het klooster is aan alle kanten afgesloten; zullen we door gesloten deuren gaan of laten we de deuren voor ons openen?
Hoofdstuk 66: uitleg over de Inrichting van het augustijnenklooster - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[3] Wanneer we dichter bij dit klooster komen, in zijn sfeer treden en dus ook als het ware de belevingswereld van zijn bewoners binnengaan, zullen we weldra zien dat het open is. Laten we dus dichterbij gaan zodat jullie je van dit alles zelf kunnen overtuigen. Kijk nu, we bevinden ons al in de sfeer van het klooster en zijn poorten zijn voor ons geopend.
Hoofdstuk 66: uitleg over de Inrichting van het augustijnenklooster - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] Deze orde was eens een echt gerenommeerde boeteorde volgens de regels van de kerkleraar Augustinus die er, zoals bekend, veel aan gelegen was om het wezen van de drie-eenheid als een geconfirmeerd begrip vast te leggen. Deze overigens zeer ijverige christen is er zelfs door de Heer Zelf ernstig voor gewaarschuwd om het onderzoek naar de drie-eenheid verder voort te zetten. Maar desondanks stelde hij zich op één lijn met de roomse bisschop en stemde volkomen in met de te Nicea uitgebroede leer van de uit drie personen bestaande drie-eenheid. Hij probeerde dit beeld van de drie-eenheid door middel van zijn overigens grote wereldwijsheid binnen de kerk zoveel mogelijk rechtsgeldigheid te geven, waarom hij dan ook eervol tot kerkvader en kerkleraar werd verheven.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[6] Het oog stelde de zon van de Heer voor, waarin Hij zich in Zijn eeuwige liefde en wijsheid bevindt, en wel omdat het menselijk oog deze beide in zich heeft; want uit het oog straalt liefde en uit het oog komt ook het licht voort. De drie hoeken van deze figuur, in het midden waarvan zich het oog bevond, stelden de drie graden voor waarbinnen zich het goddelijke als het meest innerlijke uitspreekt. Deze drie graden, die met de drie hoeken overeen kwamen, waren zo verdeeld dat de onderste links met het natuurlijke, die rechts met het geestelijke en de hoek boven met het hemelse overeenkomt. Door de uitstraling van het oog naar deze drie hoeken werd het binnenstromen van de Heer in en door alle drie graden aangegeven. Het licht dat over de afbeelding heen naar buiten straalt, betekent de oneindige macht en de ondoorgrondelijkheid van het goddelijke Wezen. Daarom was deze voorstelling als een tamelijk geslaagde hiëroglief van het drie-enige goddelijke Wezen te beschouwen. Volgens deze regel was de orde van de ongeschoeide augustijnen dan ook opgericht.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[7] Jullie vragen waarom deze zogenaamde nieuw-scholastici zich het wezen van de drie-enige God niet nog volmaakter voorstelden en waarom de Heer hun dat niet heeft aangegeven. Dat komt omdat zij allemaal daarnaast als gevolg van de vroegere uit drie personen bestaande goddelijke drie-eenheid, toch nog wat verkeerde ideeën hadden. Een deel van deze scholastici kreeg later toch al een beter inzicht en heeft zich daarom onder de bescherming van de Griekse kerk geplaatst, waar zij zich toen tot een echte sekte ontwikkelden onder de naam van `Unitariërs'. Maar onder de roomse bisschop bleef steeds de eerste regel gehandhaafd en wel onder de strenge clausuur van het zwijgen. Dit zwijgen ging mettertijd zo ver, dat zelfs de ingewijden slechts heel weinig woorden met elkaar mochten wisselen. Ieder voor zich mocht wel in gesprek gaan met het innerlijke woord, maar het was niet geoorloofd dit innerlijke woord aan iemand anders mee te delen. Zo verkommerde mettertijd ook deze goede orde en ze stond bij veel latere hiërarchen niet meer in hoog aanzien.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[11] Deze (geest)-monniken lopen nog wel barrevoets rond en dragen nog dezelfde kleding, maar wanneer jullie de innerlijke scholastiek willen zien, dan merk je dat zij zich alleen naar buiten toe nog precies zo gedragen als destijds de echte augustijnen. Als jullie aan de een of ander vragen waarom hij dat doet, dan zul je geen antwoord krijgen, en als jullie al een antwoord krijgen, zal dit als volgt luiden: wij doen dat als standvastige boetelingen omwille van de hemel, omdat het hemelrijk slechts met geweld kan worden ingenomen, want wie het niet met geweld inneemt, zal het niet verkrijgen. Hieruit kunnen jullie echter gemakkelijk opmaken wat de eigenlijke motivatie voor zo'n streng leven is. Ze doen alles omwille van de hemel; ook beminnen ze en vrezen ze de Heer, maar niet om Hemzelf, maar alleen vanwege de hemel en de hel. Zou de Heer hen de hel wegnemen en hun gedroomde werkeloze genot- en gaaphemel veranderen in een werkhemel, dan zouden ze al heel gauw een groot kruis slaan over hun strenge, boetvaardige leven.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] Daarom zullen we hier alleen gegadigden voor de hemel aantreffen, die de hemel door het strenge naleven van hun orderegels als dagloners willen verdienen. Dat het klooster ook hier als zodanig verschijnt is eveneens het gevolg van het materiële geloof in het laatste oordeel. Jullie zullen als gevolg van zo'n geloof ook allerlei afwijkingen in dit klooster aantreffen die voortvloeien uit de onbegrepen oud-scholastieke en mystieke opvatting, dat de ziel na de dood ofwel in de zogenaamde psychepanichia, dat is de algehele zielenslaap, of in een passief paradijselijk leven, soms ook wel in een kort op de dood volgende hemel zou voortleven. Hoe zich dit allemaal ontwikkelt, zullen we bij de volgende beschouwing te zien krijgen. En dus genoeg voor vandaag.
Hoofdstuk 65: Een monnikenklooster. Augustijnen en hun geloofsopvatting - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  839 - 840 - 841 - 842 - 843 - 844 - 845 - 846 - 847 - 848 - 849 - 850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864  ...