Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 87 van 139

...  75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100  ...
[7] Ik zeg je, bij ons is juist het omgekeerde het geval. Onze en vooral jullie geesten bevinden zich gelukkig in hun juiste levenswoning, anders zouden jullie je niet in deze woning bevinden, maar in een zodanige waar nooit licht en levenswarmte binnenkomt.
Hoofdstuk 61: Het begrip van de danseressen. Strijd tegen onzuivere natuurgeesten in de mens. De trap naar de volmaaktheid. De allerhoogste - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Jullie geesten werden alleen te veel door de natuurgeesten belegerd, zodat ze zich nauwelijks konden bewegen en niet door deze natuurgeesten konden heen kijken. Daardoor konden jullie je voorheen in dat vertrek ook nauwelijks bewegen en nog minder ergens iets zien. Alleen door buitengewone hulp van boven werden de belegeraars van jullie geest naar buiten getrokken. En zie, jullie geest kon ook meteen uit zichzelf meer licht ontwikkelen en daardoor zijn vroegere, uiterst beperkte gezichtskring uitbreiden. Jullie ontdekten toen ook meteen een openstaande deur en deze tafel met de levenswijn.
Hoofdstuk 61: Het begrip van de danseressen. Strijd tegen onzuivere natuurgeesten in de mens. De trap naar de volmaaktheid. De allerhoogste - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[28] Toen de grootste en zuiverste van alle geschapen geesten op de Sinaï met satan streed om het lichaam van Mozes, hetgeen jou, broeder Mozes, bekend is, veroordeelde desondanks de machtigste geest satan niet, maar sprak tot hem: 'De Heer zal je oordelen!' Als zelfs een Michaël zich geen oordeel over satan aanmatigde, hoe zouden wij dan over onze broeders kunnen oordelen of de Heer tot een gericht willen bewegen? 0, dat zij verre van ons!
Hoofdstuk 81: Petrus' scherpe oordeel over Rome. Paulus' heldere rede over de genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Na deze uitnodiging buigen de danseressen heel eerbiedig en de drie eersten zeggen: '0, beste, goede vrienden, jullie zijn veel te goed en te welwillend voor ons! Want onze onwaardige kunst is wel de minste van alle kunsten om van geesten zoals jullie ook maar de geringste waardering te verdienen. En zodoende kunnen we helemaal niet begrijpen waarom jullie zo goed kunnen zijn voor ons arme zondaressen? Waarlijk, als we ons nog op aarde in ons lichaam zouden bevinden, zouden zulke hartelijke en goede mensen grote invloed op ons kunnen uitoefenen. Maar hier zijn we volkomen arm van geest en we hebben niets anders dan wat jullie grote _goedheid ons doet toekomen. Daarom kunnen we ook voor jullie grote goedheid niets anders terug doen dan jullie uit het diepst van ons hart achten en liefhebben! Als we jullie zo mogen benaderen, dan willen we dolgraag blij met jullie zijn. Maar zou onze misschien te weinig zuivere liefde jullie niet aangenaam zijn, laat ons dan maar weer verder trekken en onze aardse zonden betreuren!'
Hoofdstuk 60: De danseressen verlangen opheldering over God. Robert onderricht ze: 'zoek het licht in jezelf'. Gevaar van het puur uiterlijke onderzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Want zie, een alleen uiterlijke leer kan zich om te beginnen ook alleen maar aan de uiterlijke geesten bekend maken, wier geaardheid stoffelijk is. Hij brengt dan in deze geesten wel een revolutie teweeg en dwingt hen hier en daar om die leer aan te nemen, maar de innerlijke geest merkt zoiets al gauw. Hij treedt naar buiten onder de natuurgeesten ofwel de eigenlijke natuurziel van ieder mens, bespeurt daar het goede zaad en is daarover zeer verheugd. Maar dan gebeurt er meestal een ongeluk. Terwijl de eigenlijke levensgeest van de mens het uiterlijke zaad beziet en zich buiten zijn kamer te midden van zijn natuurgeesten verheugt over een rijke oogst, verzamelen zich de meest boze en onzuivere natuurgeesten die nog in de ziel aanwezig waren, om in de kamer van de ware geest binnen te dringen en deze dan de terugkeer te versperren, ja heel vaak onmogelijk te maken. Wanneer de ware geest dan echter zijn levenszetel verliest, probeert hij aanvankelijk een nieuwe plek temidden van de beste natuurgeesten van zijn ziel te verwerven; hij woont daar bij hen, als medebewoner in het huis van een andere eigenaar. Maar omdat hij van al zijn eigendommen beroofd, tenslotte de huur niet kan voldoen, neemt de eigenlijke heer des huizes hem alles af wat hij nog bezat en maakt hem bovendien tot gevangene of zelfs tot slaaf van zijn heerszucht! In deze toestand moet de ware, innerlijke levensgeest zich dan met de meest onzuivere natuurgeesten verbinden en met hen samen onder hetzelfde juk aan het schandtouw van de zonde te trekken. En dat is dan ook zoveel als de geestelijke dood van de mens. Want in zo iemand heeft satan dan zijn troon opgericht en de eigenlijke heer van het leven in de mens tot slaaf gemaakt van helse begeerten en instincten!
Hoofdstuk 60: De danseressen verlangen opheldering over God. Robert onderricht ze: 'zoek het licht in jezelf'. Gevaar van het puur uiterlijke onderzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Houd daarom altijd goed voor ogen, dat je niet te gretig een onderwijzing van buiten af zonder meer aanneemt. Want deze dient tot niets als de geest haar niet in de allergrootste deemoed opneemt en onmiddellijk zijn hele leven er volkomen naar richt, wat voor iedere geest zeker een heel zware opgave is. Kijk, Salomo, Israëls meest wijze koning, viel ondanks zijn wijsheid. Want zijn innerlijke geest, die zich sterk genoeg voelde, waagde het eens zijn innerlijke woonstede te verlaten, zich naar buiten te begeven onder zijn natuurgeesten, om deze volgens zijn wijsheid te ordenen. Maar omdat hij dat deed vóór het bereiken van zijn volledige rijpheid, die altijd van binnen uit en nooit van buiten naar binnen moet plaatshebben, werd hij door zijn onzuivere natuurgeesten gevangen en niet meer toegelaten in zijn huis, dat maar al te vlug omgebouwd werd tot woning van allerlei ondeugden, ontucht en afgoderij! Zo verried ook Judas zijn Meester, Heer en God, omdat hij de leer van het heil slechts opnam in zijn uiterlijke geesten, die hun zetel hebben in het verstand en van daaruit in allerlei verlangens. Daardoor lokte hij zijn eigenlijke levensgeest uit zijn innerlijke woning en opende deze voor de satan, die er vrij kon binnentrekken. Het gevolg daarvan is al zo bekend, dat ik het jullie niet opnieuw behoef te vertellen.
Hoofdstuk 60: De danseressen verlangen opheldering over God. Robert onderricht ze: 'zoek het licht in jezelf'. Gevaar van het puur uiterlijke onderzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Maar toch zijn er nog zoveel natuurgeesten als belegeraars om de echte woning van jullie geest gebleven, dat door hun nog grote aantal jullie geest niet volkomen helder kon zien, maar als door een lichte nevel moest kijken. Daar echter deze geesten, die steeds het hardnekkigst de ware geest belegeren en hem in hun sferen willen lokken, meestal van zinnelijke liefde afkomstig zijn, hebben ze ook in zeker opzicht de grootste gelijkenis met de ware geest van zuivere liefde van God in onze harten. Ze zijn het moeilijkst van deze levenswoning weg te krijgen omdat ze, als geen andere soort van natuurgeesten, maar al te sterk aan het leven vasthouden. Hun grootste angst is het leven te verliezen, dat hun zoveel Zoet genot biedt.
Hoofdstuk 61: Het begrip van de danseressen. Strijd tegen onzuivere natuurgeesten in de mens. De trap naar de volmaaktheid. De allerhoogste - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Er zijn ook wel veel eigenzinnige mensen, die zich door bepaalde principes die zij voor de enig juiste houden, zo zeer lieten verharden, dat ze eerder de hele wereld zouden laten vergaan dan ook maar een jota van hun starre principes te laten vallen. Maar U, o Heer, hebt immers nog een heleboel vuur, dat met groot gemak de hardste rotsen als was kan doen smelten! Een vonkje daarvan in de harten van de verstarde mensen geplaatst, zal hen al gauw milder en toegeeflijker maken!
Hoofdstuk 82: Blum en Jellinek geven hun mening. Het antwoord van de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Messenhauser zegt: 'O Heer, U brengt me in grote verlegenheid. Wat zou ik voor raad kunnen geven, waar de eerste geesten van de aarde reeds hun stem hebben laten horen en daarmee weinig succes hebben geboekt? Dan zou er zeker een nog grotere domheid voor de dag komen!
Hoofdstuk 83: Bechers radicale voorstellen. Lering van de Heer. De natuur van het menselijk geslacht is afhankelijk van die van de aarde in het geheel van de schepping - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Laat ieder van jullie echter wel bedenken, dat de aarde onmogelijk een paradijs kan zijn, omdat ze voor alle tijden een scholingsplaats moet blijven voor iedere geest die in het zware stoffelijke lichaam van de mens is geplaatst, omdat zonder dat geen geest ooit het volkomen eeuwige leven kan bereiken; dan zullen jullie alles meteen veel juister gaan beoordelen.
Hoofdstuk 85: Kritiek van de Heer op Helena's voorstellen. De aarde kan onmogelijk een paradijs zijn zolang ze oord ter beproeving is. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Nu schrikt de patheticus en weet niet wat te doen. Maar onze heldin komt er snel bij en zegt: 'Kom nou, blijf toch! En doe niet zo verwaand! Kijk, ik ben allang niet meer boos. Mij heeft het alleen maar een beetje gehinderd, dat u onze lieve Heer iedere genade en barmhartigheid hebt willen ontnemen. En toen heb ik u dus mijn mening gezegd, maar ik bedoelde het niet zo kwaad! Maar u had mij wel op kunnen vreten van woede, als het u mogelijk was geweest. Daarna bent u mij gaan aanklagen en had u graag gehad dat ik werd gestraft. Maar de heer Blum is gelukkig een beetje verstandiger dan wij tweeën, en zodoende hebt u niets kunnen bereiken en daarover bent u nu teleurgesteld. Laat dat nu maar zitten, wees niet meer boos en blijf maar hier. Naderhand komt alles wel weer voor elkaar. We zijn toch louter mensen vol gebreken en moeten daarom wat geduld met elkaar hebben. Het zou me wat moois zijn, wanneer wij ons hier als geesten ook nog beledigd zouden voelen! Komt u toch weer bij ons. De oude Frans die lange tijd uw schoenpoetser was, zal u wel weer op het goede spoor zetten! Nou, bent u nu nog boos op mij?'
Hoofdstuk 64: De patheticus wordt door Robert terechtgewezen. De goedhartige heldin spreekt hem tevergeefs toe - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Jellinek zegt: 'Wel, met mij gaat het heel goed, veel beter dan ooit op aarde. Het is echter mijn vurigste wens, dat het jullie allemaal spoedig even goed mag gaan, dan zullen jullie niet meer zo met elkaar ruziën als tot nu toe. Jullie moeten dat hier helemaal afleggen, anders kan het moeilijk beter worden met jullie. Leer van ons dat je geduld moet hebben met de zwakheden van je broeders, dan zullen jullie elkaar meteen beter begrijpen en dat zal jullie gouden vruchten opleveren. Maar als jullie elkaar steeds blijven beschimpen en met slaan dreigen, dan zal er tussen jullie nog lang geen christelijk hemelse liefde heersen, die alleen de ware zaligheid uitmaakt van alle geesten.
Hoofdstuk 65: De Weners en de onplezierige Bohemer. De heldin wendt zich tot Jellinek. Deze verwijst haar naar de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Het verschil tussen het leven in deze wereld en dat in de geestenwereld wordt bij natuurlijke geesten, wanneer ze van meer eenvoudige aard zijn, slechts door de doeltreffende verschijningsvorm van de plaatselijke toestand bepaald. Zij is steeds min of meer een weergave van hoe de geesten grotendeels innerlijk geaard zijn. Deze verschijningsvorm hier in de geestenwereld, die door de achterwege gebleven wedergeboorte van de geest zeer sterk beïnvloed wordt, komt meestal slechts ten goede aan die arme geesten, die op aarde in natuurlijke en geestelijke armoede hun leven hebben doorgebracht. Maar geesten van rijke bezitters van allerlei aardse goederen, waaraan hun hart kleeft als een poliep aan de zeebodem, vinden alles terug wat ze hier hebben verlaten. Ze kunnen daar verscheidene eeuwen, volgens aardse berekening, in zo'n grof-natuurlijke toestand volharden en worden daar niet eerder uitgetild dan wanneer ze in zichzelf de behoefte beginnen te voelen naar iets hogers en volmaakters.
Hoofdstuk 67: Speciale opmerking van de Heer over het doel van deze, deels ergerlijk schijnende bekendmaking - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Ik zeg: 'Mijn beste vriend, het spijt Me hier in geen geval gevolg te kunnen geven aan uw verzoek. En wel om de aloude reden, de oude grondregel, dat voor God alles een gruwel is wat de zogenaamde betere wereld als groot, schitterend, verheven en mooi betitelt en vereert. Want God blijft steeds dezelfde en schept nooit welbehagen in mannen van aanzien, die de waarde van een mens slechts bepalen naar het aantal adellijke titels, naar ambtelijke waardigheid of naar de hoeveelheid geld, en alle andere mensen voor gepeupel uitmaken. Maar alles wat voor de wereld klein en gering is en vaak geminacht wordt, staat bij God weer in hoog aanzien. En daarom moet Ik, als een allerintiemste vriend van God, u hier eerlijk bekennen dat deze door jullie verachte Lerchenfeldse Mij honderd keer liever is dan jullie, hoogadellijke vrienden; tenminste als Ik zo vrij mag zijn jullie als mijn vrienden te mogen betitelen! Jullie hebben deze arme nu echter een grote dienst bewezen, want van nu af aan wil Ik Me pas echt over haar ontfermen en haar een vorming geven, waarvoor zelfs de engelen respect zullen krijgen. Ze zal spoedig heel hoog geplaatst worden en een sieraad van dit huis zijn! Waar jullie, mannen van eer, je echter binnenkort zouden kunnen bevinden, zal de toekomst wel uitwijzen! Ik verzoek jullie echter omwille van jullie eigen heil, deze arme verder niet meer lastig te vallen, want ze hoort nu helemaal bij Mij! (Mij tot de heldin wendend): 'En jij, Mijn lieve 'Magdalena', ben je daar tevreden mee?'
Hoofdstuk 68: De wachtende heldin en de hoogmoedige patheticus. De laatste door de Heer terechtgewezen.Liefdewonder aan de heldin Helena - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Ja, lieve Helena, Ik zeg je: je zult nog volkomen tevreden met Mij kunnen zijn, want tenslotte zal alles tot een goed einde gebracht worden. Maar nu moeten we eerst alle geesten op aarde tot zichzelf laten komen, zodat zij gaan inzien, waaraan het hun vóór alles in hoofdzaak ontbreekt.
Hoofdstuk 85: Kritiek van de Heer op Helena's voorstellen. De aarde kan onmogelijk een paradijs zijn zolang ze oord ter beproeving is. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  75 - 76 - 77 - 78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100  ...