Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 862 van 1110

...  850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875  ...
[3] Ondanks ons tegenbewijs hebben jullie toch met grote heftigheid jullie mening verdedigd. Zo was er tussen jullie en ons voortdurend een heimelijke, vurige kloof, waaruit bij iedere poging om een brug naar jullie te bouwen, voortdurend verwoestende vlammen omhoog schoten. Wat zich op aarde tussen ons slechts openbaarde als een meningsverschil, dat openbaart zich hier als een zichtbare realiteit.
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[4] Maar nu wil ik jullie iets anders meedelen. Jullie weten even goed als ik van de machtige bode die naar ons toe is gekomen om ons allen van onze oude waanideeën te bevrijden. Deze bode heeft mij overduidelijk aangetoond hoe verkeerd en dwaas wij met alles bezig zijn, en hij wees mij een nieuwe weg om in te slaan. Deze weg is geen andere dan alleen de liefde tot de Heer Jezus Christus, die de enige God is van alle hemelen en alle werelden en die in Zijn woord van Zichzelf heeft gezegd dat Hij en de Vader één zijn en dat wie Hem ziet, ook de Vader ziet. Verder heeft Hij nog gezegd: wie Zijn woord hoort en ernaar leeft, die heeft het eeuwige leven in zich, en wie gelooft dat Hij de eniggeboren zoon uit God is, die zal eeuwig nooit meer een dood smaken!
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Dat is dus de weg, ja een geheel nieuwe weg, die de bode ons heeft aangegeven. Als we deze weg volgen, deze weg bewandelen en ons op deze weg, dus in de enige Heer Jezus Christus als ware broeders verenigen, dan zal deze nietige kloof tussen jullie en ons spoedig een goede brug krijgen, waarover wij allemaal samen behouden in het rijk van de goddelijke barmhartigheid van de enige Heer Jezus Christus kunnen aankomen.
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[8] Nu zegt de prior weer: o geliefde vrienden en broeders, jullie zogenaamde verdiensten voor het eeuwige leven vormen nu juist het kardinale probleem voor ons aller heil! Heeft de Heer niet, zoals de bode mij duidelijk heeft aangetoond, tegen Zijn apostelen en leerlingen gezegd: Als jullie alles gedaan hebben, zeg dan: wij zijn onnutte knechten geweest'!
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[12] Broeders, laten we ons voor het hoofd slaan en eens spontaan zeggen: o Heer, dat allemaal is alleen onze grootste schuld, waardoor we, o heilige Liefde, eeuwig Uw schuldenaars zullen blijven! - Broeders, ik ben ervan overtuigd dat, wanneer jullie dit levendig in jezelf zullen ervaren zoals ik het nu duidelijk ervaar, jullie zeker in een andere situatie terecht zullen komen en wel via een brug waarvan wij allen tot nu toe geen vermoeden hadden.
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Maar afgezien van deze tekst, zeg me eens lieve vrienden en broeders, wat kan een machteloos schepsel wel voor verdienstelijks voor de almachtige God verrichten? Wie van jullie die zich verdienstelijk wilde maken, heeft ooit met zijn kracht een grashalm of ook maar een bladluis geschapen? Wie van jullie was bij het scheppen van alle werelden en hemelen aanwezig om de Heer ook maar de geringste dienst te bewijzen? Wat hebben wij aan het grote werk van de verlossing bijgedragen zodat we zouden kunnen zeggen: we hebben wat verdienstelijks gedaan om God, de Almachtige, te helpen? Wat hebben wij er dan vooraf toe bijgedragen, toen we ons eerste leven van de Heer ontvangen hebben? Welke diensten kan een zwak kind zijn ouders bewijzen, zodat het tegen hen kan zeggen: geel me mijn verdiende deel?
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[13] Zeg nu ook in jullie harten met mij mee, en zeg het luid: o, almachtige, heilige Liefde, allerbarmhartigste Heer en Vader in Jezus Christus, wij bekennen nu voor U onze oude, grote schuld. Wij zeggen nu dat we voor U altijd niet alleen onnutte, maar de allerslechtste knechten waren en wij bekennen dat alle veronderstelde verdiensten van onze kant voor U, o heilige Vader, een gruwel moesten zijn. Toch vragen wij U hier in onze uiterste en grootste nood, wil ons genadig en barmhartig zijn! Laat ons hier ware broeders worden die elkaar door Uw genade en ontferming altijd liefhebben en U in alle omstandigheden eren, loven en prijzen. Wij smeken U ook uit de grond van ons hart, dat U, o heilige Vader, ons, allergrootste zondaren voor U, slechts de allerhoogste genade wilt verlenen om U, o eeuwige Liefde, toch met al onze krachten te mogen liefhebben!
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[15] Kijk, deze woorden van de prior hebben onze zielenslapers helemaal tot andere gedachten gebracht; daarom trekken ze ook hun kleren uit en staan nu naakt voor ons, Maar kijk nu ook naar de deur van de teller: daar komt zojuist een heel eenvoudige man naar binnen. Weten jullie wie deze man is? lullig kunnen het wel weten; het is Degene tot wie de prior zich heeft gewend. Nu zal zich ook pas de algemene hoofdscène gaan afspelen. Daarom kunnen jullie hier werkelijk nog buitengewoon grote dingen verwachten.
Hoofdstuk 89: Het levendige gebed van de prior en de uitwerking ervan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[1] Kijk, de eenvoudige man gaat naar onze prior toe. Als deze hem ziet gaat hij hem, zoals jullie zien tegemoet en richt zich al spoedig met de volgende woorden tot hem: vriend en broeder, wees duizendmaal gegroet en van ganser harte welkom! Je bent nog wel een vreemde voor mij, want ik kan me niet herinneren jou ooit in mijn gemeenschap te hebben gezien. Op aarde had ik echter reeds veel mensenkennis, waarvan ik, al is het maar een klein deel, vanzelfsprekend slechts door de allerhoogste onverdiende genade en erbarming van de Heer, mee hiernaartoe heb gebracht. Daarom zie ik dat jij een man met een zeer edele inborst moet zijn. Ik zal je dan ook dadelijk vertellen wat ik op het hart heb.
Hoofdstuk 90: De eenvoudige man. Vrijwillige bekentenis van de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[10] Kijk eens hier, er is een goede, lieve broeder naar ons toe gekomen. Nog weet ik niet vanwaar en wie hij is, maar liet is wel zeker dat de allerbarm hartigste Heer Jezus Christus hem heeft gezonden om mij bij jullie redding te helpen, want dat maak ik uit zijn grote bereidwilligheid op.
Hoofdstuk 90: De eenvoudige man. Vrijwillige bekentenis van de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[9] Om zich daarvan zelf te overtuigen gaat de prior ook kijken. Als hij echter in de kloof heeft gekeken, heft hij zijn armen omhoog en roept de andere broeders toe: o broeders, kom dichter bij de kloof en overtuig jezelf ervan, hoe oneindig genadig en barmhartig de Heer is! Er zijn nauwelijks nog enkele vonkjes in de diepte te zien. Werp je neer en dank onze enige Heer! Hij alleen heeft dit huiveringwekkende vuur verstikt. Verstikken jullie nu deze vonkjes met tranen van berouw en betuig Hem, de heilige almachtige Helper in iedere nood, de grootst mogelijk dank. Wees er volkomen van overtuigd en verzekerd dat de goede, heilige, liefdevolle Vader, die ons tot zover heeft geholpen, ons zeker ook nog verder zal helpen.
Hoofdstuk 90: De eenvoudige man. Vrijwillige bekentenis van de prior - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[2] De eenvoudige man zegt: lieve vriend en broeder, ik zeg je, dat jullie dit duidelijk inzien, is aan jou en jouw broeders ook het beste, want zolang iemand denkt dat hij uit zichzelf iets zou kunnen doen, of dat hij de goddelijke genade en erbarming waardig is, zolang kan hij er ook op rekenen dat de Heer hem zal laten wachten totdat dat dwaze zelfbedrog in hem is verteerd. Wanneer hij echter tot jouw nu verworven innerlijke inzicht komt dat hij niets is en tot niets in staat is, maar dat de Heer alles in allen is, de Eerste en de Laatste, de Alfa en de Omega, dan geeft hij zich pas helemaal vrijwillig aan de Heer over en dan neemt de Heer hem op en leidt hem langs de juiste weg.
Hoofdstuk 91: De verlossingsvoorwaarde. Het overbruggen van de kloof - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[14] De eenvoudige man zegt: ja, mijn lieve broeder en vriend, kom bij me en heb mij lief, want het is toch de wil van de Heer dat alle broeders in de Heer elkaar liefhebben! Kijk hoe onze prior nu op de nog onbekende man afstormt, hem omarmt en uit alle kracht aan zijn hart drukt terwijl de eenvoudige man dit gebaar van de prior nog levendiger beantwoordt. Wat denken jullie, is dat een gunstig of een ongunstig teken voor de prior? Ik zeg jullie, zo'n teken is van oudsher gunstig, want het ligt al eeuwig heel kenmerkend in het karakter van de Heer, dat Hij met ons en al Zijn hemelse boden de grootste vreugde aan een teruggekeerde verloren zoon heeft.
Hoofdstuk 91: De verlossingsvoorwaarde. Het overbruggen van de kloof - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[15] Zoals jullie zien hebben onze geliefden elkaar ook weer losgelaten en de eenvoudige man zegt nu tegen de prior: mijn lieve vriend en broeder, kijk eens, het lijkt mij dat tijdens ons gesprek en onze broederlijke en liefdevolle omarming de hele kloof is verdwenen. Ik denk dat het nu niet meer moeilijk zal zijn om de arme broeders op te halen. Daarom gaan we naar hen toe om het hun te zeggen.
Hoofdstuk 91: De verlossingsvoorwaarde. Het overbruggen van de kloof - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[20] Kijk, nu gaan allen naar de tafel en zoals jullie zien, zijn alle arme broeders ook reeds zonder de hulp van een kamerdienaar gekleed. Hun gewaad ziet er weliswaar nog niet echt hemels uit, maar het is een gewaad van gerechtigheid en het komt overeen met hun liefde voor de Heer. - Wat er verder gebeurt zal het vervolg ons leren.
Hoofdstuk 91: De verlossingsvoorwaarde. Het overbruggen van de kloof - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
...  850 - 851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875  ...