Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 863 van 1112

...  851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876  ...
[6] En kijk eens naar de zuilen. Werkelijk, aan de buitenkant zijn ze zo glad gepolijst dat we ons het oppervlak van de ether niet gladder kunnen voorstellen, maar het inwendige van de zuilen is toch echt levend en stemt in uitgebreidere en uitvoeriger mate overeen met alle wonderlijke verschijningen in de bollen. Het is buitengewoon prachtig om te zien hoe de kleuren van de meest veelsoortige vormen, die zich binnenin zo'n zuil bewegen, voortdurend rustig wisselen.
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Jullie hebben zo goed mogelijk mijn raad opgevolgd en kijken nu, zoals ik zie, stomverbaasd naar de wonderlijke dingen die zich hier in een heel ander licht aan ons voordoen.
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Jullie hoeven je niet eens een beeld te vormen, maar slechts in je hart God te erkennen, en dan hebben jullie voldoende liefde, voorzover hier nodig is, om de wonderen die zich voor onze ogen bevinden te verlichten. Doe aldus en kijk dan!
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Kijk, uit dit natuurlijke voorbeeld blijkt toch immers heel duidelijk op welke wijze men zich de liefde voor de Heer kan eigen maken.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Wek liefde, dat wil zeggen waarachtige, levendige liefde op in het hart van jouw leerling en je kunt ervan verzekerd zijn dat door dit vuur alle voor deze kunst vereiste organen zich in de kortst mogelijke tijd zo wonderbaarlijk zullen ontwikkelen dat iedere toehoorder zich daarover hogelijk zal verbazen en zal moeten zeggen: ja, daar ziet men al de ware grote kunstenaar in zijn volmaaktheid.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] Kijk, heeft deze bescheiden mens met zijn zo eenvoudige uitspraak niet onzeglijk veel wijzer gesproken dan het hele hooggeleerde filosofische college bij elkaar? Ja, van hem kan men zeggen: hij heeft de spijker op de kop geslagen en heeft met één slag een heel vat vol witglanzende bromvliegen doodgeslagen, want de bromvlieg is toch ontegenzeglijk het meest treffende beeld en symbool van een absolute filosoof; die glanst ook als was hij met louter goud bekleed. Als men deze vlieg in de vrije natuur ziet, zou men toch geloven dat dit diertje de kostelijkste licht-ethervoeding in zich op zou moeten nemen, waardoor zijn uiterlijk zo'n prachtige glans verkrijgt. Ligt er echter ergens een hoop uitwerpselen, hetzij van menselijke of dierlijke afkomst, dan komt men er al gauw achter, welks geesteskind dit diertje is en met welke kost het zich voedt. Vindt het een mesthoop, dan zuigt het daar net zo lang rond, totdat het alles wat smaakt eraan heeft onttrokken. In de restanten zorgt het dan voor een heleboel maden, waaruit in deze niet bepaald esthetische woonplaats na korte tijd weer nieuwe vliegen van dezelfde soort ontstaan.
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] Ja, mijn lieve vrienden en broeders, dat alles bewerkstelligt de liefde en haar licht. Ik heb het jullie meteen in het begin immers al gezegd: in het absolute licht van de wijsheid is er voor een beperkte geest niets of weinig te zien, maar in het licht van de liefde wordt het licht van de wijsheid in vormen geperst en het kan uit de eenmaal opgelegde vorm niet meer ontkomen zolang het licht van de liefde, of beter gezegd, het vuur van de liefde het met duizend sterke armen gevangen lijkt te houden. In het absolute licht van de wijsheid lijkt de mens op een van de wijnstok afgesneden rank die verdort en mettertijd oplost en nimmer een of andere vrucht voortbrengt. In het licht van de liefde echter blijft hij aan de wijnstok en brengt duizendvoudig vruchten voort. Dat dit volledig letterlijk juist is, kunnen jullie met de minste moeite van de wereld bij jullie zogenaamde nuchtere filosofen duidelijk zien. Deze mensen verachten de liefde, verklaren haar zelfs voor dwaasheid en dwepen voortdurend met louter bovenzinnelijke speculaties, bouwen de ene grondstelling na de andere op, vormen de ene hypothese na de andere en verliezen zich vanuit deze grondstellingen en hypothesen in talloze conclusies die even onbeduidend zijn als hun grondstellingen en hypothesen zelf. Wanneer je hun dan aan het einde van hun betoog over al hun principes, hypothesen en conclusies het een en ander vraagt, dan zullen ze jullie daarop een antwoord geven, dat ze ten eerste zelf helemaal niet begrijpen en dat jullie derhalve nog minder begrijpen, en de meest wijze conclusie die de grote filosofen ten slotte laten horen is, dat zij, als de meest verstandigen, niets weten, niets hebben en niets zijn!
Hoofdstuk 51: De oorsprong van alle dingen en verschijnselen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Jullie zeggen: lieve vriend en broeder, je zult ongetwijfeld wel gelijk hebben en het is zoals je hebt gezegd. Maar kijk, het is met het plotseling opwekken van onze liefde een moeilijke zaak; dat hebben we zo hier en daar al uit ervaring geleerd. Er zit zelfs, wat het zogenaamde 'verliefd worden' betreft, nog een addertje onder het gras. Als men er goed over nadenkt, komt men al gauw tot de conclusie dat men de liefde helemaal niet in zijn macht heeft. Men kan niet zeggen dat men op iemand verliefd kan worden wanneer men maar wil. Zoiets gebeurt onder bepaalde omstandigheden en onder bepaalde voorwaarden en als verliefde is men gewoonlijk niet een actief maar een zuiver passief wezen en moet men de liefde vaak letterlijk als een loodzware last meedragen; er is dan ook vaak helemaal geen middel om zich van haar, zoals van een andere last te bevrijden.
Hoofdstuk 50: Over verliefdheid en over de liefde voor de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Kijk, zo is ook hier de liefde eigenlijk de werkelijke leraar; zij ontwikkelt bij de toonkunstenaar een gevoelsintensiteit waarvan een ander mens zich absoluut geen voorstelling kan maken; zij maakt ook het gehele verdere organisme binnen korte tijd zo onderworpen aan deze hogere gevoelens, dat daardoor alle zogenaamde technische problemen met een wonderbaarlijke zekerheid overwonnen kunnen worden.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Omdat er uit de allerbeste kunstacademie zo weinig kunstenaars voortkomen, zou eigenlijk de ware oorzaak waardoor de leerling een echte kunstenaar wordt, toch heel ergens anders gezocht moeten worden dan bij de leraar, die op zich goed tegen zijn taak is opgewassen en bovendien een volleerd kunstenaar is. Hebben de leerlingen misschien te weinig talent, zijn ze niet vlijtig genoeg of worden ze door allerlei andere omstandigheden gehinderd om zich voldoende op de kunst toe te leggen?
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] De negende pijler luidt: God, de Heer, heeft jou verschillende zinnen en krachten verleend. Deze zul je in toom houden als een jong boompje in jouw levenstuin, opdat het flink mag uitgroeien tot de reusachtige kracht en sterkte van een machtige boom. Wanneer je echter je zinnen, driften en begeerten in het wilde weg laat opschieten, zal jouw levensboom nooit tot een gebundelde kracht uitgroeien, maar ofwel verdorren of uitgroeien tot nietig struikgewas en kreupelhout waarin zich wel allerlei ongedierte zal ophouden, maar waarin de vogelen des hemels nooit hun nesten zullen bouwen.
Hoofdstuk 48: De twaalf pijlers van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] De leeuw is geen muggenjager, maar wie muggen vangt en zich bezighoudt met het wegen van een pluk schapenwol, heeft zeker niet de aard van een leeuw. Zo heeft ook de satire, evenals andere aanverwante geestigheden met de eigenlijke diepzinnigheid van de geestelijke wijsheid bitter weinig van doen. Men zou deze heel goed en zeer typerend een echte parasiet op de boom van diepe innerlijke kennis van het leven kunnen noemen.
Hoofdstuk 48: De twaalf pijlers van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Goed, mijn lieve vrienden en broeders, jullie hebben de merkwaardige voorwerpen op deze tiende galerij juist beschreven, op enkele flauwe geestigheden na, die hier eigenlijk niet zo te pas komen. Weliswaar is de geestigheid ook een product van de wijsheid, maar ze staat als zodanig op de allerlaagste trap daarvan. Alle zogenaamde satire is voortdurend op bepaalde menselijke zwakheden gericht en is daarom een slechte meester in de strijd, want een held die alleen maar te velde trekt tegen kinderen en zijn kracht wil tonen tegenover deze zwakken, maar bij de aanblik van een echte held zich het liefst achter een berg verschuilt, die verdient deze naam werkelijk niet.
Hoofdstuk 48: De twaalf pijlers van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[23] Wanneer iemand zich echter in zijn liefde begeeft, die een ander licht is dan het licht van de zuivere wijsheid, dan zal hij ook weldra de geestelijke vormen om zich heen beginnen te zien en deze zullen verdwijnen zodra hij ze in zijn denken zal opnemen. - Kijk, dat is al een kleine inleiding op hetgeen we hier zullen leren kennen. Begin dus maar flink om je heen te tasten, dan zullen we de volgende keer voldoende stof hebben voor een leerzame uiteenzetting.
Hoofdstuk 47: Negende verdieping. Verschil tussen wijsheids- en liefdelicht - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Nu het huis op deze wijze is afgewerkt, kan iedereen de doelmatige vormen daarvan aanschouwen, terwijl zonder de standvastige liefde van de opdrachtgever het materiaal in zijn oorspronkelijke staat wijd en zijd verspreid als een vormeloze chaos zou zijn blijven liggen. Ik denk dat dit voorbeeld echt voor de hand ligt en zeker geen verdere uitleg behoeft. Laten we nog een ander voorbeeld nemen. Stel je een mens voor die tengevolge van zijn beeldende fantasie veel aanleg heeft om beeldend kunstenaar te worden. Deze mens heeft bij het aanschouwen van een reeds voltooid kunstwerk, evenals bij de beschouwing van de verheven natuur wel de ambitie om zelf zo'n kunstenaar te worden, maar het ontbreekt hem nog aan de echte inspiratie om zich ertoe te zetten de praktische studie voor deze kunst te beginnen.
Hoofdstuk 49: Over de voornaamste sleutel tot de geestelijke mysteries - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  851 - 852 - 853 - 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876  ...