17481 resultaten - Pagina 866 van 1166
... 854 - 855 - 856 - 857 - 858 - 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 ...
[21] Want dat doe Ik allemaal vanuit Mijn grote liefde als Vader voor Mijn lieve kinderen, maar Ik stuur dan hun raad en hun daad zodanig, dat Ik daardoor toch altijd Mijn doel bereik.Hoofdstuk 1: Purista als raadgeefster van de Heer. De bede van de mens als een eerbiedig voorleggen aan de Heer. Over de genade en de liefde van de Vader voor Zijn kinderen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[22] Daarom ook moet jij, Mijn dochtertje, Mij deze keer raad geven wat Ik nu moet doen en Ik zal niets eerder doen en niets anders doen dan wanneer en wat jij Mij zult aanraden!'
Hoofdstuk 1: Purista als raadgeefster van de Heer. De bede van de mens als een eerbiedig voorleggen aan de Heer. Over de genade en de liefde van de Vader voor Zijn kinderen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[23] Pas nu kreeg Purista weer moed, viel de Vader om Zijn hals, kuste Hem en zei toen: 'O, laat ook alle vrouwen in mijn keuken komen uit liefde tot U en komt U nu met ons allen in mijn keuken om U daar naar Uw welgevallen door allen als de lieve, heilige Vader te laten herkennen, liefhebben en aanbidden!'
Hoofdstuk 1: Purista als raadgeefster van de Heer. De bede van de mens als een eerbiedig voorleggen aan de Heer. Over de genade en de liefde van de Vader voor Zijn kinderen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[13] Je schijnt de man weliswaar te kennen, - maar dat is nog niet genoeg om mij gerust te stellen, daar ik hem zelf nog niet ken; maar ik heb al vaak mijn vingers gebrand en ik ben bij zulke verschijnselen dan ook zeer op mijn hoede voor vuur!
Hoofdstuk 2: De Heer met Purista, Ghemela, Pura en Naëhme in de hut van Purista. De vragen en vermoedens van de buiten staande nieuwsgierigen. Henochs diepgeestelijke verklarende woorden tot de twijfelaars en kleinzielige mopperaars. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[17] Vertel dus wat je weet; maar maak het niet te lang, opdat wij snel in de hut komen, daar de Heer verwachten en daardoor de man de gelegenheid ontnemen om met de vier jonge duiven te doen wat hem belieft! Wij moeten trouwens in goddelijke zaken niet zo lauw zijn, anders zal de wereld geen duizend jaar of langer meer bestaan zoals zij door mijn altijd grote inzet voor God reeds heeft bestaan!'
Hoofdstuk 2: De Heer met Purista, Ghemela, Pura en Naëhme in de hut van Purista. De vragen en vermoedens van de buiten staande nieuwsgierigen. Henochs diepgeestelijke verklarende woorden tot de twijfelaars en kleinzielige mopperaars. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[18] Pas nu kwam Henoch aan het woord en zei: 'Luister jullie allen, mijn lieve vaderen, broeders en kinderen! Jullie hebben wel je tong en de gedachten van jullie ziel flink aan het werk gezet, maar jullie hart is geheel werkeloos gebleven!
Hoofdstuk 2: De Heer met Purista, Ghemela, Pura en Naëhme in de hut van Purista. De vragen en vermoedens van de buiten staande nieuwsgierigen. Henochs diepgeestelijke verklarende woorden tot de twijfelaars en kleinzielige mopperaars. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[19] Jullie schijnen allemaal mijn sabbatstoespraak vanuit de Heer glad vergeten te zijn, als jullie de belofte aan Purista niet begrijpen!
Hoofdstuk 2: De Heer met Purista, Ghemela, Pura en Naëhme in de hut van Purista. De vragen en vermoedens van de buiten staande nieuwsgierigen. Henochs diepgeestelijke verklarende woorden tot de twijfelaars en kleinzielige mopperaars. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[26] Hij heeft mij ook gewenkt om naar hem toe te komen; als ik niet zo bang voor jullie was geweest, dan zou ik het gedaan hebben, zoals mijn nicht Purista!
Hoofdstuk 3: De verblufte mannen. Het gepraat van de nieuwsgierige vrouwen. De goede mening van de zuster van Aora. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[27] Maar nu heb ik geen enkele vrees meer en ik weet wat ik zeg en ben niet in het minst onredelijk. Maar, jullie anders zo hoogstaande moeders en zusters, let op mijn woorden: als de Heer Jehova komt - als Hij al niet gekomen is -, dan zal het jullie slecht vergaan, en wie weet of die vier parels er niet beter aan toe zijn dan wij hier en alle door jullie beschimpte heren daar, want ik heb achter de man een stralend licht gezien en wie van ons weet of de door jullie gehoonde Man misschien wel de Heer Zelf is, - en wanneer dat zo is, hoe staan jullie er dan voor?!'
Hoofdstuk 3: De verblufte mannen. Het gepraat van de nieuwsgierige vrouwen. De goede mening van de zuster van Aora. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] De moeders en zusters echter zijn zichzelf in hun blinde ijver vergeten, wat bij vrouwen wel vaker het geval is, en hebben in strijd met het goddelijke recht onder elkaar valse beweringen uitgesproken; en aangezien me dat noodzakelijkerwijs wel moest tegenstaan en ik door mijn innerlijk rechtsgevoel het niet langer kon verdragen dat er nog langer zo met verachting gesproken werd over de allerheiligste, beste Vader in Zijn mannelijke meest volkomen evenbeeld, trad ik dan ook op en heb hen alleen maar mijn mening gezegd. En ik kan er echt niets aan doen dat mijn weinige woorden de moeders en zusters zo van streek hebben gebracht!
Hoofdstuk 4: De bekommerde Mira in gesprek met Henoch. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[17] Heb daarom maar moed; de heerlijke Man heeft vast een beter hart dan u, lieve vader Henoch, en zal mij niet over de hekel halen als ik hem mijn nood zal klagen, maar helpen!'
Hoofdstuk 4: De bekommerde Mira in gesprek met Henoch. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] Deze aanspreking en de scherp vragende toon ontmoedigde onze Mira enigszins; toch kwam zij al spoedig weer tot zichzelf omdat zij dacht: 'Is het de Heer, dan zal Hij het immers niet zo heel erg ernstig menen en zal Zich zeker door mijn vurig smekende hart laten vermurwen; en is hij slechts zo'n starre wijze, dan ga ik in het ergste geval weer net zo weg als ik ben gekomen!'
Hoofdstuk 5: Mira's binnenkomst in de hut en haar beproeving, loutering en opname door de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] Pas na deze overweging deed zij haar mond open en zei enigszins schuchter, maar toch dapper: 'Het is waar dat ik over het geheel genomen verkeerd heb gehandeld; maar als ik dan weer bedenk dat de nood van mijn hart mij daartoe noopte, en dat Henoch mij niets heeft gezegd van het gebod, hier niet binnen te mogen treden, dan heb ik toch weer niet verkeerd gehandeld!
Hoofdstuk 5: Mira's binnenkomst in de hut en haar beproeving, loutering en opname door de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] En daarom ook heb ik de moeders en zusters mijn mening gezegd, want ik kon toch niet weten dat ze daardoor zo van streek zouden raken! Had ik het geweten, dan had ik natuurlijk wel kunnen zwijgen, maar gebeurd is gebeurd! Nu zou ik echter mijn fout wel duizendmaal goed willen maken, en dat kan toch onmogelijk verkeerd zijn!
Hoofdstuk 5: Mira's binnenkomst in de hut en haar beproeving, loutering en opname door de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Dat heb ik ook tegen vader Henoch gezegd, maar hij had geen hart voor mij en mijn grote nood. Daarom snelde ik naar u toe, omdat ik geloofde dat u toch barmhartiger zou zijn dan Henoch; maar na uw eerste ontvangst lijkt ook bij u niet meer barmhartigheid te zijn dan bij Henoch!
Hoofdstuk 5: Mira's binnenkomst in de hut en haar beproeving, loutering en opname door de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)