17481 resultaten - Pagina 871 van 1166
... 859 - 860 - 861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 ...
[12] 'Wat wil Jij, mijn eeuwige pijniger, van mij? Moet ik Je soms helpen, opdat Je des te gemakkelijker Je hele schepping weer in niets kunt veranderen? Of heb Je misschien een plan voor alweer een nieuwe schepping, waarvoor ik voor Jou een gunstige plaats moet uitzoeken?Hoofdstuk 15: De Heer roept Satana in haar gedaante als draak in het bijzijn van Kisehel, Henoch en Lamech. De brutale woorden van de draak en zijn voorspelling van de kruisiging van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[16] Voor Je mij tot iets zult dwingen, zweer ik Je bij mijn leven dat ik mezelf dan eerst vernietig, en dan moet Je maar zien hoe het er met Je eeuwige bestaan uit zal zien!
Hoofdstuk 15: De Heer roept Satana in haar gedaante als draak in het bijzijn van Kisehel, Henoch en Lamech. De brutale woorden van de draak en zijn voorspelling van de kruisiging van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[17] Begrijp Je mij, oude bedrieger van de wereld, - almachtspeler op mijn kosten! Begrijp Je mij?!
Hoofdstuk 15: De Heer roept Satana in haar gedaante als draak in het bijzijn van Kisehel, Henoch en Lamech. De brutale woorden van de draak en zijn voorspelling van de kruisiging van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[19] Hier, - doorboor met al Je almacht mijn harnas, als Je kunt en wilt!
Hoofdstuk 15: De Heer roept Satana in haar gedaante als draak in het bijzijn van Kisehel, Henoch en Lamech. De brutale woorden van de draak en zijn voorspelling van de kruisiging van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[20] Maar ik zweer Je: niet ik, maar mijn allerzwakste knechten zullen Je gevangennemen, Je knevelen als een oude boosdoener en zij zullen Je aan het hout vastnagelen, vanwaar Je eeuwig tevergeefs om hulp zult roepen! - Begrijp Je dat?!
Hoofdstuk 15: De Heer roept Satana in haar gedaante als draak in het bijzijn van Kisehel, Henoch en Lamech. De brutale woorden van de draak en zijn voorspelling van de kruisiging van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[21] Ik heb Je nu mijn belofte gedaan; maar wil Je soms nog meer van mij, spreek dan, en er zal gebeuren wat Je niet wilt! Amen vanuit mij, Jouw heer! Versta me: amen vanuit mij!'
Hoofdstuk 15: De Heer roept Satana in haar gedaante als draak in het bijzijn van Kisehel, Henoch en Lamech. De brutale woorden van de draak en zijn voorspelling van de kruisiging van de Heer. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Zie, als deze draak Mij iets aan kon doen of gevangennemen, zou hij dat allang gedaan hebben, want hij is geen jongeling meer in Mijn scheppingsrijk! Maar hij ziet maar al te goed in, hoe hij eeuwig niet in staat is ook maar iets tegen Mij te ondernemen. Daarom scherpt hij zijn snavel zozeer en probeert zich met woorden op Mij te wreken, omdat het met daden eeuwig volslagen onmogelijk voor hem zal blijven!
Hoofdstuk 16: Kisehels wraakzucht en kalmering door de Heer. De vraag van de Heer aan Satana en Satana's weigering te antwoorden. Kisehel tuchtigt en deemoedigt de woedende draak. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[14] Maar de Heer zei: 'Als je Me nu niet te woord staat, zal Ik je er door Mijn toorn toe dwingen!'
Hoofdstuk 16: Kisehels wraakzucht en kalmering door de Heer. De vraag van de Heer aan Satana en Satana's weigering te antwoorden. Kisehel tuchtigt en deemoedigt de woedende draak. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[18] Nu sprak de Heer enigszins heftig: 'Satana, drijf Mijn geduld en lankmoedigheid niet tot het uiterste! Geef het antwoord dat Ik van je wil hebben en geen ander, - anders zal het je weldra slecht vergaan!'
Hoofdstuk 16: Kisehels wraakzucht en kalmering door de Heer. De vraag van de Heer aan Satana en Satana's weigering te antwoorden. Kisehel tuchtigt en deemoedigt de woedende draak. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[23] 'Heer, almachtige, eeuwige God! Als U me al wilt straffen, straf me dan voor mijn eigenzinnige grote boosheid ten aanzien van U niet zonder Uw liefde, want de slagen van Uw toorn branden te onverdraaglijk en zijn eindeloos pijnlijk!'
Hoofdstuk 16: Kisehels wraakzucht en kalmering door de Heer. De vraag van de Heer aan Satana en Satana's weigering te antwoorden. Kisehel tuchtigt en deemoedigt de woedende draak. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[24] Hierop sprak de Heer: 'Hoe kun jij, die Mijn heer wilt zijn, Mij om zoiets vragen?! Jij hebt Mij toch zelf met een tuchtiging bedreigd. Hoe komt het dan nu dat je je door Mij zou laten tuchtigen?'
Hoofdstuk 16: Kisehels wraakzucht en kalmering door de Heer. De vraag van de Heer aan Satana en Satana's weigering te antwoorden. Kisehel tuchtigt en deemoedigt de woedende draak. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[26] Geef mij liever een nieuwe termijn, en dan zal ik me tot U wenden; maar ontneem mij heel mijn grote macht, opdat ik niet weer door mijzelf in de verleiding kom tegen U in opstand te komen!'
Hoofdstuk 16: Kisehels wraakzucht en kalmering door de Heer. De vraag van de Heer aan Satana en Satana's weigering te antwoorden. Kisehel tuchtigt en deemoedigt de woedende draak. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] 'Luister jij, mijn kastijder vanuit de macht van jouw God, die ook eeuwig een toornige God is over mij en nooit wil ophouden mij met Zijn verschrikkelijke roede te slaan!
Hoofdstuk 17: Satan bekent zijn leugens en het kwaad van zijn stijfhoofdigheid. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[3] Ik heb je eerder in mijn huiveringwekkende, verschrikkelijke, beschuttende gedaante heel wat over de Heer, de almachtige Schepper van alle dingen, geesten en mensen gezegd, maar dat neem ik nu in deze gedaante die met de jouwe overeenkomt, geheel als een klinkklare leugen terug!
Hoofdstuk 17: Satan bekent zijn leugens en het kwaad van zijn stijfhoofdigheid. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[5] Niet de Heer, maar alleen ik heb reeds heel veel zonnestelsels verwoest, die wat mij betreft in hun eeuwige niets waren verzonken als de Heer zich daar niet over had ontfermd en ze door Zijn machtige boodschappers op een plaats in de oneindigheid had laten brengen, waar zij in nieuwe, rustige banen lopen, die door mijn pest verwekkende adem nooit bereikt kunnen worden.
Hoofdstuk 17: Satan bekent zijn leugens en het kwaad van zijn stijfhoofdigheid. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)