Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 873 van 1088

...  861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886  ...
[15] Jullie weten echter dat bij het sterven van een dier, slechts zijn dierlijke zenuwgeest naar een hogere orde opstijgt; het achtergebleven lichaam als een samenvoeging van lagere natuurpotenties valt dan weer uiteen en keert via de kringloop precies weer terug tot het stadium dat volgens de vastgestelde ordening zijn voorganger is.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] De kat neemt het leven van de dierenwereld die zij verteert in zich op en bevordert het in zichzelf naar een hogere trap. Maar het lichaam van de kat doet een stap terug en de nog in hem aanwezige krachten ontwikkelen zich via de kringloop weer tot muizen; en daarom (ieder is zichzelf het naast) houdt ook de kat van haar eigen wezen, dat door de geordende kringloop is teruggekeerd in de muis en in alle diertjes die op een daarmee verwante trap staan.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Zoals echter de kat als roofdier voortdurend de muizen wil verslinden, zo verslindt ook de eeuwigheid voortdurend alle uit haar naar buiten getreden tijdsperioden en alle daarin verrichte werken.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Kijk eens naar onze kat: als jullie haar geestelijk zouden kunnen beschouwen, dan zouden jullie in dit dier niets anders zien dan een samenvoeging van een bijna ontelbaar aantal muizen en muisachtige diertjes. Dat dit juist is, daarvan getuigt de tamelijk sterke gelijkenis tussen deze beide diersoorten. Alleen is bij een kat alles meer afgerond, hetgeen aangeeft dat de gehele inhoudelijke ruimte groter is evenals bij de bol. Bij de veel kleinere muis is alles spitser; hetgeen op een veel geringere inhoudelijke ruimte wijst.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Kijk nu eens naar ons ornament: een bol, volkomen doorzichtig, hangend aan een eveneens volkomen doorzichtig glad snoer. Deze bol raakt met zijn onderkant de top van onze ronde piramide. Wat wil dat zeggen?
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Kijk maar eens: aan een doorzichtig wit koord hangt een heel eenvoudige, glasheldere, doorzichtige bol met een doorsnee van ongeveer een klafter. Vanaf de vloer van het zuilenrondeel reikt een volkomen ronde, heel smalle kegelpiramide, die even doorzichtig is als de bol zelf, met zijn punt omhoog tot aan de bol. Zien jullie dat? Jullie zeggen: we nemen dat al waar als een heel zwak beeld in onszelf. Goed, zeg ik jullie, maar denk daar nu zelf eens wat over na en kijk eens of jullie de betekenis van dit ornament niet bij benadering kunnen vinden. - Bij een volgende gelegenheid zal ik jullie vondst dan naar behoren toelichten.
Hoofdstuk 44: Achtste verdieping. Over het binnengaan in het leven van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Zo kunnen jullie je ook geen begrensde tijd voorstellen, maar wel een ingedeelde tijd. Indien jullie echter een uitgerekte bol als een tot tijdperken uitgedijde eeuwigheid indelen, dan ligt er zoals gezegd, een of andere gebeurtenis van begin tot eind tussenin, zonder welke er aan een tijdsindeling niet valt te denken. Denk maar eens na; hoe lang meten jullie al de tijd? Vanaf jullie geboorte tot aan de huidige levensperiode. Kijk, dat is jullie tijdsdoorsnede; dit omsluit het begin en het einde van jullie aardse leven en naar beide zijden bevindt zich een eindeloos uitgestrekte lijn, waarvan het einde nergens anders dan alleen voor jullie bij jullie levensdoorsnede te vinden is, dat wil zeggen dat er voor jullie geboorte een eeuwig lange tijd verstreken is en er na jullie overgang eveneens weer een oneindige tijdsduur zal volgen.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Maar een spitse piramide met een ronde vorm (kegel) duidt ongetwijfeld een opeenvolging van tijden aan. Waarom? Omdat, om te beginnen, de cirkel van de puntpiramide het uitgaan vanuit de eeuwigheid aangeeft doordat zij eigenlijk een uitgerekte bol beschrijft waarvan de cirkels naar de spits toe steeds kleiner worden. Snijden jullie zo'n, naar twee kanten uitgerekte bol in het midden door, dat wil zeggen door de gordel, dan zullen jullie twee piramiden (kegels) krijgen, hetgeen wil zeggen dat door deze manipulatie de eigenlijke eeuwigheid op zich is uitgerekt tot een opeenvolging van tijden. Omdat jullie de uitgerekte bol bij de gordel in tweeën delen, liggen alle gebeurtenissen daartussen, want daar is hun begin en hun einde.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Een andere geest kan naar jullie toekomen en jullie verhalen vertellen over jullie aarde, over de grijze prehistorie, evenals over de jongste verleden tijd en de tegenwoordige tijd, die op aarde eigenlijk nooit hebben plaatsgevonden. Ja, hij kan nog een andere streek uithalen; hij kan echte daden uit de tegenwoordige tijd naar het grijze verleden verplaatsen en omgekeerd daden uit het grijze verleden naar de tegenwoordige tijd. Zo kan hij ook de plaatsen verwisselen waar de een of andere daad werd verricht. Zo kan hij ook de aarde met de zon verwisselen en nog meer van zulke dingen die totaal in tegenspraak met jullie beoordelingsvermogen zijn. Hij kan duizend zetten op de plaats waar jullie een één hebben en ook omgekeerd. Wat zullen jullie met je aardse, wijs geordende beoordeling daarop zeggen? Jullie zullen zeker niets anders uit kunnen brengen dan: hoor toch eens wat die geest bazelt!
Hoofdstuk 45: Goddelijk-geestelijke wijsheid is dwaasheid voor de wereld - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Wanneer we dat nu uit ervaring weten, dan zullen we ook gemakkelijk begrijpen waarom het goed is wat langer naar de witte, vlakke muur van dit gebouw te kijken, namelijk, om dezelfde reden dat het goed was langer naar de zon te kijken. Jullie hebben toen, door langer te kijken de complete zonneschijf en zelfs haar vlekken gezien en wij zullen hier in deze zee van licht geleidelijk aan het ornament van dit zuilenrondeel beginnen te onderscheiden.
Hoofdstuk 44: Achtste verdieping. Over het binnengaan in het leven van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Wat vinden jullie zo op het eerste gezicht van de ochtend- of de avondzon? Jullie zeggen: beste vriend en broeder, we vinden haar onverdraaglijk fel schijnen en we kunnen de ronde vorm van haar lichaam niet onderscheiden, want haar gestalte lijkt op een vormloze vuurbal. Goed, vrienden en broeders, maar wat gebeurt er wanneer jullie jezelf overwinnen en onafgebroken naar deze vuurbal gaan kijken? Jullie zeggen: de glans verdwijnt geleidelijk aan en voor onze ogen staat slechts een sneeuwwitte schijf die aan haar rand voortdurend lijkt te vibreren en wanneer we echt lang toekijken, kunnen we zelfs de grootste vlekken op haar oppervlak als heel kleine zwarte puntjes waarnemen.
Hoofdstuk 44: Achtste verdieping. Over het binnengaan in het leven van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Jullie vragen: hoe moeten we dat nu eigenlijk aanpakken? Ik zeg jullie: kijk maar eens naar die witte muur; jullie ogen zullen spoedig aan de sterke witte glans gewend raken en dan zullen jullie al snel de omtrekken van ons ornament onderscheiden. Jullie zeggen nu: beste vriend en broeder, het lijkt ons dat dit eigenlijk niet de juiste manier is, want als het geestelijke oog net zo werkt als het lichamelijke, zal het door langer naar deze lichtsterkte te kijken slechts worden verblind, maar zeker niet worden gesterkt en verlevendigd. Daarom zijn wij van mening dat het beter zou zijn om met de ogen in het donker te gaan, zodat ze sterk genoeg worden om het licht op te nemen.
Hoofdstuk 44: Achtste verdieping. Over het binnengaan in het leven van de geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[16] Zo is het immers ook op jullie aarde. Wie kan de talloze vormen van de wolken begrijpen? De hoogste wijsheid zinkt bij de steeds vernieuwde aanblik in het stof terug en moet zeggen: Heer, hoe helemaal niets zijn alle mensen en geesten voor U. Hetzelfde willen ook wij hier doen en ons dan, in plaats van ons bezig te houden met een verder loze uiteenzetting, liever dadelijk naar de negende galerij of achtste verdieping begeven. Net als alles ziet de trap er hier al wel heel luchtig uit, maar ons zal hij nog wel goed dragen en dus zetten we onze tocht voort.
Hoofdstuk 43: Absolute wijsheid niet geschikt voor een nog gebonden geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Zoals ik zie, hebben jullie vol overgave het sierstuk in ogenschouw genomen en het als het ware van atoom tot atoom echt intensief bekeken. Daarom zal het jullie nu ook niet moeilijk vallen om er van alles over te zeggen en het precies zo te beschrijven als jullie het hebben gezien. Jullie kunnen dus dadelijk met de beschrijving van dit sierstuk beginnen. Maar naar het mij toeschijnt, zijn jullie met de beschouwing nog niet klaar. Wat is er dan aan dit ornament dat jullie blik zozeer gevangen houdt? Is het het ornament zelf of zijn het de onderdelen?
Hoofdstuk 43: Absolute wijsheid niet geschikt voor een nog gebonden geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Kijk, onze klim naar boven ging beter dan jullie hadden gedacht. Zoals jullie zien, zijn we dan al ook op de zevende verdieping of de achtste galerij. Hoe vinden jullie deze ruimte?
Hoofdstuk 42: Zevende verdieping. Absolute wijsheid, doorzichtig en ondoordringbaar als diamant - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  861 - 862 - 863 - 864 - 865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886  ...