Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 877 van 1037

...  865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886 - 887 - 888 - 889 - 890  ...
[19] De franciscaan zegt: 'Jij hebt gelijk! Er kleven nog veel dwaasheden aan een mens, die hij niet in een keer kwijt kan raken. Heb maar wat geduld, mettertijd zal alles wel goed komen. Laten wij daarom dan nu maar naar de Heer gaan en ons aan Hem tonen zoals we zijn! Ik denk dat Hij het met ons toch zeker niet zo precies rooms-katholiek zal nemen!'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] De twee gaan naar het raam en Miklosch toont de franciscaan daar buiten een weids landschap en op aanzienlijke afstand in westelijke richting een op Boedapest lijkende stad. Hij zegt tegen hem: 'Vriend, die Heer, die jij in je domheid voor de hoogste duivel houdt, laat jou door mij zeggen: 'Ik laat je vrij uit deze hel. Daarginds zie je Boedapest. Ga erheen en verschaf jezelf daar of ergens anders een betere hemel!' Je kunt hier ook meteen door het raam naar buiten gaan, want deze ramen hebben geen glas.' De franciscaan zegt: 'Ik wil toch nog even wachten!' Miklosch zegt: 'O, waarom dan? Als dit hier de hel is, waarom zou je er dan nog langer in willen blijven?'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[16] Miklosch zegt: 'Dus niet naar Boedapest?'De franciscaan zegt: 'Beslist niet! Want ik geloof, in de steden van de wereld heeft een geest nog maar verdraaid weinig te zoeken! Wat zou een geest, als hij zich daar ergens zou laten zien, wel niet allemaal kunnen overkomen?' Miklosch zegt; 'Kraam toch niet zoveel hoogdravende onzin uit! Welke sterveling heeft dan ooit een geest iets kunnen aandoen? Maar beter zou je er daar niet op zijn geworden, alleen maar veel slechter. Want van distels zal men zeker nooit druiven kunnen oogsten.'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] De franciscaan zegt: 'Maar zeg me nu eens, omdat je werkelijk aanzienlijk wijzer bent dan ik: is dat dan wel het werkelijke Boedapest van Hongarije? Deze zaak komt mij toch wel een beetje verdacht voor! Ik ben van mening, dat die zichtbare stad daar eerder een illusie dan werkelijkheid is.' Miklosch zegt: 'Genoeg daarover. Of datgene wat wij zien werkelijkheid is of niet, zal ons nog wel duidelijk worden. Wij gaan nu naar de Heer, erkennen tegenover Hem onze grote dwaasheid en laten dan verder alles aan Hem alleen over.'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Heel onwillig zegt de franciscaan eindelijk: 'Ik zou je wel heel wat kunnen zeggen, maar tegenover een ketter is het beter om te zwijgen!' Miklosch zegt: 'Dat geloof ik ook, vooral wanneer men geen enkel bewijs kan aandragen! Zeg me dan tenminste, wanneer Christus de goddeloze formule voor de overgang van een christelijk ketterse geloofssekte naar de roomse kerk heeft voorgeschreven? Wanneer stelde Hij de aflaat in, wanneer het feest van de rozenkrans, wanneer het portiunculafeest? Bij welke gelegenheid heeft Hij dan de heilige Roomse en Spaanse inquisitie ingesteld? En wanneer en waarom heeft Hij die hele ordengeestelijkheid ingevoerd? Spreek en geef antwoord! Kijk, je bent alweer stom als het graf! Waarom? Dat weet ik! Dus, iets gemakkelijkers.
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Zeg mij eens, waar staat dan in de Handelingen der apostelen geschreven dat de apostel Petrus werkelijk in Rome het pausdom heeft gesticht? Bij mijn weten heeft deze apostel zich tijdens de laatste jaren van zijn leven in Babylonië opgehouden en heeft van daaruit ook een brief geschreven naar Jeruzalem. Maar Rome en Petrus hebben elkaar evenmin gezien als ik en de keizer van China! Misschien heb jij wel andere, betrouwbare gegevens en dus, spreek! Je zegt echter alweer niets. Er schiet jou zeker weer niets steekhoudends te binnen. Kijk eens, wat ben jij toch een arme stakker met jouw verdediging van de paus!
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[21] Beiden komen nu vlug naar Mij toe, maar Ik ga hen enkele schreden tegemoet en zeg tegen Miklosch: 'Wel, heeft broeder Cypriaan toch niet de benen genomen? Daar ben Ik heel blij om! Komen jullie maar! Wat brood en wijn is nog voorradig. Eet en drink ervan naar jullie behoefte. Daarna zal Ik jullie allen naar het grote museum van dit huis leiden; daar zullen jullie grote ogen opzetten! Ga nu vlug aan tafel en kom eerst wat op krachten.'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[22] Beiden gaan nu schuchter naar de tafel, maar de franciscaan, die precies voor Maria komt te staan, durft nauwelijks iets aan te raken.
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Wij zullen nu de aangrenzende zaal binnengaan en vandaaruit naar het grote museum van dit huis, waar je dingen zult zien, waarvoor je zeker op je knieën zult neerzinken. Zelfs dan mag je nog niet denken dat daarmee al een grens gesteld is aan Mijn hemelen, maar dat het pas allemaal het allereerste begin ervan is!
Hoofdstuk 150: De franciscaan laaft zich. Met warme dank gedenkt hij de Heer. Het ware hemelrijk met nieuwe wonderen. Het gezelschap der zaligen in de hoofdzaal. 'O Heer, wat bent U groot!' - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] Desondanks zal Ik toch blijven zoals Ik nu ben, en wanneer je alle dingen veranderd en tot in het eindeloze verheerlijkt zult aanschouwen, dan zal Ik toch eeuwig onveranderd temidden van Mijn werken verschijnen, ofschoon hun grootte en diepte in geen eeuwigheid kan worden gemeten. Nu maken wij ons echter op om ons naar de grote zaal te begeven!'
Hoofdstuk 150: De franciscaan laaft zich. Met warme dank gedenkt hij de Heer. Het ware hemelrijk met nieuwe wonderen. Het gezelschap der zaligen in de hoofdzaal. 'O Heer, wat bent U groot!' - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Op deze aanmoediging keren allen zich weer naar de zon toe en proberen of het inderdaad mogelijk is.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] En weer hebben vele duizenden van zulke zonnen-allen als gezamenlijk middelpunt een nog hogere middenzon, die natuurlijk wat haar inhoud betreft, naar verhouding vaak weer vele duizenden keren groter is dan al de haar omcirkelende zonnen-allen. En juist deze, die we nu hier zien, is zo'n al-middenzon.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[18] De franciscaan zegt: 'Maar denk je niet, dat het misschien goed zou zijn als wij ons eerst tot de allerzaligste maagd Maria wenden, omdat zij er immers ook is?' Miklosch zegt: 'Waarom niet meteen tot Adam en Eva en alle aartsvaders en profeten? Tot wie heeft de graaf zich dan gewend? Tot niemand anders dan rechtstreeks tot de Heer Zelf! En kijk, hij is bij Hem en is Hem zelfs het meest nabij. Wil jij soms nog dichter bij Hem zijn? Kijk ook naar Robert Blum, aan wie de Heer dit huis vol pracht en grootheid voor eeuwig heeft gegeven; hij heeft zich van te voren vast en zeker ook tot de Heer Zelf gewend en is overgelukkig. Wil jij soms nog meer?'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[20] Miklosch zegt: 'Dat is het laatste waar ik mij zorgen over maak. Kijk, ik ben toch zeker behoorlijk dom en bovendien ten opzichte van de Heer erg slecht van hart, en toch kon zelfs ik vanwege al jouw blindheid onmogelijk hard tegen jou optreden, maar jou als een echte broeder slechts vriendelijk behandelen. Dan kan men dat van de Heer, die Zelf de zuiverste liefde is, toch wel in de hoogste mate verwachten. De Heer zal vast ook heel hard kunnen zijn, vooral ten opzichte van hoogmoed, gierigheid en nijd, en tegen allen die hun aardse, armere broeders voor minderwaardige mensen hebben aangezien, maar tegenover ons, die ook in de gewoonste man steeds de mens zagen, zal Hij zeker veel milder zijn en daarom gaan wij nu vol goede moed naar Hem toe.'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Jij weet even goed als ik hoe dom het met ons geloof gesteld was en hoe dom het dogma was, waarmee ons het geloof werd ingehamerd. Waaruit hadden wij dan bij zo'n leer de ware wijsheid moeten putten? Toen dan ook de dood over ons kwam, heeft hij ons als onveranderde ossen aangetroffen en ons in die hoedanigheid naar hier verplaatst. Met deze eigenschap zouden wij tot in alle eeuwigheid zijn blijven zitten, als de goede, heilige Heer, God en Vader niet Zijn almachtige handen naar ons had uitgestrekt. Hem zij daarom alle lof, alle eer en dank! Maar kijk daar eens, broeder Robert heeft nog een flinke beker wijn en nog zo'n kostelijk brood hier op tafel gezet.'
Hoofdstuk 150: De franciscaan laaft zich. Met warme dank gedenkt hij de Heer. Het ware hemelrijk met nieuwe wonderen. Het gezelschap der zaligen in de hoofdzaal. 'O Heer, wat bent U groot!' - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  865 - 866 - 867 - 868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886 - 887 - 888 - 889 - 890  ...