Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 880 van 1088

...  868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886 - 887 - 888 - 889 - 890 - 891 - 892 - 893  ...
[13] En kijk nu, als iemand van deze mensen dit in zichzelf gevonden heeft, dan wordt hij een stille wijze en streeft nergens zo vurig naar dan op de weg te komen die naar het doel leidt dat hij op het verlichte bord in zijn hart heeft gevonden. Weliswaar heeft ieder mens op deze wereld zo'n bordje in zich, maar niet iedereen laat het brandende lampje erop schijnen maar verplaatst het meestal naar het midden van zijn hersenen. Daardoor komt het dan ook dat er van de talloos vele bewoners van deze wereld maar heel weinig zover komen dat ze hun handen op het altaar zouden willen leggen.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Bij deze mensen is het gebed meer een gebed van gebaren dan een innerlijk gebed vanuit het hart. Het is ongeveer hetzelfde als wanneer jullie werken met het verstand, waarbij jullie je onbewust bewegen zoals het door de gedachten wordt ingegeven. Zo is het gebed van deze mensen geen gebed van het gevoel, dat uit het hart komt, maar een gebed van het verstand, dat uit het verstandelijk denken van de ziel voortkomt. In deze houding overleggen deze mensen, eenieder naar de graad van zijn wijsheid, wat wel het verstandigst zou zijn.
Hoofdstuk 24: Gebed vanuit het verstand en gebed vanuit het hart - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Wanneer derhalve zulke mensen, die zich met hun wijsheid verdienstelijk hebben gemaakt, naar ons paleis komen om zich een betere bruid te verwerven, is het dan niet volkomen terecht en billijk dat hun de meest waardevolle ten deel valt? Ja, mijn lieve kinderen en kindskinderen, alleen wat God de Almachtige doet, is welgedaan. Bijgevolg is het toch ontegenzeggelijk beter dat we tot vreugde van Gods vrienden aan hen onze dochters geven, dan dat wij hun deze onthouden en hen behouden voor onze eigen grote domheid.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Wie van jullie kan deze uitspraak van mij daadwerkelijk weerleggen? Wie van jullie heeft nog de moed om zijn hand op het altaar te leggen, waarop de vlam nog brandt? Ik zie niemand van jullie opstaan en naar voren gaan, maar jullie trekken je allemaal terug en niemand van jullie geeft mij antwoord.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Mijn geliefde kinderen en kindskinderen, kijkt allen naar het altaar, waar de geheiligde vlam nog brandt. Wie van jullie heeft de moed om na het vernemen van de voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods, zijn hand op het altaar te leggen?
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Omdat we er nu eenmaal zijn, ervaren we in ons bestaan eigenlijk helemaal geen moeilijkheden; het leven verloopt heel gemakkelijk ononderbroken door. Willen we echter de in ons aanwezige bekwaamheden tot leven brengen, willen we in de diepte van de wijsheid doordringen, dan is het leven geen spel meer, maar dan vergt het diepe ernst en een ingespannen zoeken naar datgene wat met de goddelijke wijsheid overeenstemt.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Kijk, zojuist treedt onze oudste weer naar voren en spreekt alle aanwezigen als volgt toe: geliefde kinderen en kindskinderen, jullie weten waar we de stenen vandaan halen die als lichtgevende sterren zo prachtig in de andere kostbare bouwstenen zijn ingelegd. Het is de bodem van de grote, zeer diepe wateren waaruit onze goedgeoefende duikers ze omhooghalen. Zo ligt alles wat prachtig, groot en kostbaar is in moeilijk toegankelijke diepten verborgen; zo zijn ook wij oppervlakkig beschouwd door God de Almachtige zo geschapen dat we goed geschikt zijn om diepe wijsheid te bevatten.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Kijk, zo heeft onze oudste gesproken. Met grote kennis van zaken en diepe wijsheid heeft hij zijn woorden gekozen. Daarom zullen we nu eens opletten, wat voor uitwerking deze bij zijn kinderen en kindskinderen hebben teweeggebracht. Denken jullie dat er na zijn afschrikwekkende reisbeschrijving ooit iemand zal besluiten om de weg naar de woonplaats van God op te gaan?
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[19] Maar juist bij dergelijke gelegenheden zijn er dan ook verscheidene die vanwege allerlei redenen zulke begunstigingen niet ten deel kunnen vallen. Het gevolg is dan wel eens dat ze enigszins verbitterd worden, tengevolge waarvan enkelen, die naar geluk en begunstiging verlangen, zich samenvoegen en vaak met geweld proberen te bereiken wat anderen door hun verdiensten hebben bereikt. En dan heb je een kleine oorlog, die echter voor degenen die geweld gebruiken altijd vruchteloos blijft, want de oudste van het paleis hoeft zich slechts met zijn staf te vertonen of de gewelddadigen slaan al op de vlucht.
Hoofdstuk 21: De liefde zet het hout op het altaar in vlammen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Maar hoe komt hij aan bouwlieden? Niets is zo gemakkelijk, want iedereen gaat naar zo'n begunstigde toe en probeert zich bij hem verdienstelijk te maken om hem daardoor als begunstigde vriend en voorspreker in het hoofdpaleis voor zich te winnen, wat enkelen zo nu en dan ook gelukt.
Hoofdstuk 21: De liefde zet het hout op het altaar in vlammen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[17] Dat is dan ook de grootste beloning die zo'n wijsheidsmeester in zijn vak kan verkrijgen. Hij verlangt dan ook geen grotere en ik ben van mening, voorzover ik jullie ken, dat jullie voor zo'n beloning een heel keizerrijk zouden geven. Aan zo'n gelukkige wijsheidsmeester in zijn vak worden dan ook als gevolg van zo'n beloning buitengewone voordelen toegekend. In de eerste plaats krijgt hij een stuk eigen grond, dat voor een bepaald territorium alleen de oudste van het hoofdpaleis kan toekennen. Op deze nieuwe grond kan hij dan naar eigen smaak een nieuw paleis bouwen.
Hoofdstuk 21: De liefde zet het hout op het altaar in vlammen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[13] De oudste zegt: wel mijn dochter, je hebt de voorwaarden van Gods grote genade gelezen; wat wil je nu doen? De dochter zegt: ik wil mijn steeds sterker wordende liefde volgen en naar mijn en jouw God toegaan en als ik daar zal zijn dan zal ik, als de Heer het wil, jou gedenken opdat ook jij en nog vele anderen mij mogen volgen. Ik weet wel dat ook deze wereld prachtig is en dat wij altijd kunnen omgaan met de zuivere geesten die een fijner lichaam hebben aangenomen dan het onze. Wij kunnen hun hoge zaligheid zonder veel moeite aanschouwen en deze is van dien aard dat ze voor ons de zaligheid van het natuurlijke leven niet vertroebelt. De zalige geesten van deze wereld hebben immers echt niet veel op ons voor, behalve dan dat zij, als ze willen, omhoog kunnen gaan en zich sneller kunnen bewegen dan wij in onze natuurlijke toestand, want wij kunnen ons niet zoals zij omhoog bewegen naar de ruimten van het sterke licht.
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] De oudste zegt: kom dan hier voor mij staan, wend je gezicht naar de vlam en lees, wat ze jou te zeggen heeft. Het vrouwelijk wezen gaat voor de oudste staan en leest in de vlam: jouw God en Heer is een God vol liefde en erbarming en Hij zal jou een zacht juk en een lichte last te dragen geven! Wees deemoedig van hart, vergeet de grote pracht van deze wereld en vertrouw je toe aan de almachtige bescherming van de grote God! Hijzelf zal jou onzichtbaar op Zijn eigen handen dragen door een kort materieel leven tot aan Zijn woning, alwaar je het grote kindschap zult ontvangen en eeuwig zult leven in het huis van de almachtige Goddelijke Vader. Heb je, in je liefde tot deze grote God de moed, leg dan je hand op het altaar!
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Kijk, geen mannelijk wezen biedt zich deze keer aan. Maar daar komt een wondermooi vrouwelijk wezen naar voren dat tegen de oudste zegt: verwekker van mijn leven door Gods kracht in jou, mijn borst zwelt op van machtige liefde voor de enige God, zonder wiens zichtbare aanwezigheid, die eens mogelijk moet zijn, men zich geen volkomen zaligheid kan indenken. Ik zou graag naar Hem toe willen gaan en een allergeringste dienstmaagd worden in een van Zijn kleinste huisjes, waarvan Hij er zeker oneindig veel zal hebben. Mij schrikt de weg niet af; waar en hoe hij te vinden is, zal de vlam mij tonen. Heb ik daarover zekerheid gekregen, laat mij dan ook gaan volgens de aanwijzing van de grote profeet die in de naam en met de kracht van de almachtige God tot het gehele volk van deze onafzienbaar grote wereld heeft gesproken!
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Ik zeg jullie: laat eenieder, man of vrouw, onderzoeken hoe het met zijn gemoed ten opzichte van God de Almachtige gesteld is. Wie van jullie heeft de moed om het allerhoogste Godswezen met zijn liefde te omvatten? Wie in staat is om alles voor het altaar neer te leggen en niets te behouden dan slechts de liefde van zijn hart voor de almachtige, eeuwig grote God, moge naar voren komen en proberen te lezen wat de vlam aangeeft. Waarlijk, wie daartoe in staat is, heeft een grote weg voor zich, een weg van de grootste vrijheid tot het nederigste knechtschap; een weg van dit volmaakte leven door de dood, een weg van deze hoogste graad van licht naar de grootste nacht en erdoorheen, een weg van hoogste zaligheid en geluk, zoals we die hier allemaal voelen, naar de grootste droefenis, naar de grootste ellende en de grootste nood, een weg van ons ononderbroken welzijn naar en door ondragelijke pijn om langs die weg vol onzekerheid in een nergens bepaalde tijd bij de woning van God te komen. Zalig degene die deze woning ooit kan bereiken en die daar een kind van God kan worden!
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  868 - 869 - 870 - 871 - 872 - 873 - 874 - 875 - 876 - 877 - 878 - 879 - 880 - 881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886 - 887 - 888 - 889 - 890 - 891 - 892 - 893  ...