Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 90 van 215

...  78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103  ...
[8] Nu zei de oudste met diep ontzag tegen Mij: 'O Heer, Heer! Groot en meer dan heerlijk is Uw naam! Enkele maanden geleden hebben wij 's nachts een uiterst merkwaardig lichtverschijnsel aan het firmament waargenomen, waarvan de beelden ons met grote vrees en angst hebben vervuld. Aanvankelijk verschenen er grote vuurzuilen, die naar het scheen tot de sterren reikten. De zuilen verenigden zich op wonderbaarlijke wijze en stegen op, en omdat we er niets meer van zagen, dachten wij dat het een vuurverschijnsel, weliswaar zeldzaam, maar toch van natuurlijke aard was. Maar al gauw daarna begon de hele hemel te gloeien. Wij zagen de stad van Salomo en grote legers, die de stad belegerden en uiteindelijk met tempel en al geheel verwoestten.
Hoofdstuk 58: De geestelijke overeenstemming van de vernieuwing van de vervallen burcht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Toen wij in de kelder waren, waar deze arme joden weer buitengewoon verbaasd over waren, troffen we daar een groot aantal grote en kleine stenen vaten en een nog grotere hoeveelheid stenen, lemen, zilveren en ook gouden drinkgerei aan, waar de arme joden natuurlijk heel verbaasd naar keken en waarvan ze niet wisten of deze dingen ook op wonderbaarlijke wijze door Mij waren geschapen of dat ze, wat het uiterlijk ervan deed vermoeden, nog uit de oertijd stamden.
Hoofdstuk 59: De burcht van Melchizédek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Zoals jullie hebben gehoord dat Elia vroeger zichtbaar en als in een vurige wagen naar de hemel is opgestegen, zo zal ook Ik, zichtbaar voor veel van Mijn vrienden, van de materiële bodem van deze aarde opstijgen naar de zichtbare hemel. En voortaan zal Ik niet zoals nu persoonlijk zichtbaar rondwandelen onder alle mensen - goede en slechte - en hen onderrichten; maar Ik zal alleen in de geest, goed waarneembaar en herhaaldelijk ook zichtbaar, onder diegenen wandelen en hen onderrichten en leiden, die in Mij geloven en Mij boven alles liefhebben en hun naaste als zichzelf. Want in het hart van zulke mensen zal Ik voor Mijzelf de genoemde nieuwe burcht bouwen en daarin Mijn intrek nemen.'
Hoofdstuk 60: Uit de tijd van de koning van Salem - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Want de liefde is de ware levensmest voor de ziel voor het eeuwige leven, en God heeft de mensen immers geschapen met de bedoeling dat ze in het eeuwige leven zullen overgaan. De ware godsdienst, die Mij als enige welgevallig is, bestaat er dus hoofdzakelijk uit, dat de mensen elkaar over en weer in Mijn liefde dienen; en als dat de godsdienst is die Mij het meest welgevallig is, wordt de sabbat daardoor zeker nooit ontheiligd.
Hoofdstuk 63: De ware sabbatheiliging - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Toen wij na een paar uur opnieuw in de grote eetzaal waren teruggekeerd en om de tafel hadden plaatsgenomen, zei hij pas (de burgemeester): 'Nu geloof ik pas dat er een God van eeuwigheid bestaat, en wel alleen Degene in Wie de ]oden geloven - maar nog maar heel zwak - en die zij van tijd tot tijd aanbidden en ter ere van wie zij één dag in de week wijden.Want dergelijke dingen kunnen alleen maar mogelijk zijn voor Degene die de wijde hemel en deze aarde, waarvan ook nog geen mens het einde heeft ontdekt, uit Zichzelf door Zijn eeuwig machtwoord heeft opgebouwd en met talloze planten, dieren en mensen in grote verscheidenheid heeft bebouwd, gesierd, tot leven gebracht en bevolkt. O commandant, leer mij die God nader kennen!'
Hoofdstuk 67: De commandant onderricht de burgemeester over de Heer (5.10.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Toen zij ons aan zagen komen en ons als Joden herkenden, kwam er direct een oudste op ons af die ons vroeg waar we vandaan waren gekomen en of wij niet wisten dat een echte Jood de sabbat niet mocht ontheiligen, ook niet door een noodzakelijke reis buiten, zolang de zon aan de hemel staat en schijnt.
Hoofdstuk 70: De aankomst in Golan - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ten tweede moeten wij Joden onder de heidenen leven en met hen omgaan, en zij hebben meestel geen enkel geloof en lachen ons uit, als wij met hen over onze enig ware en enige God beginnen te praten; want deze heidenen zijn voor het merendeel wereldse wijzen, geloven niet in hun goden en evenmin in de onsterfelijkheid van de zielen, en met handige welbespraaktheid tonen zij de nietigheid van alle oude geloofszaken aan. Bij hen bestaat er geen God, maar alleen allerlei krachten in de natuur. Die scheppen aan één stuk door, volgens bepaalde aan hen ten grondslag liggende wetten, en vernietigen na korte of lange tijd weer wat ze hebben geschapen.
Hoofdstuk 71: De Heer geneest de zieke vrouwen de twee dochters van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Daarop zei Ik: 'Heil jou en jouw huis, dat jullie dat in Mij hebben herkend; maar zalig zullen alleen diegenen worden die de wil doen en vervullen van de Vader in de hemel, die Mij in deze wereld heeft gezonden.
Hoofdstuk 73: Het wezen van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik merkte dat wel en zei tegen de ongeduldige leerlingen: 'Hoe vaak heb Ik niet in jullie bijzijn tekenen gedaan, en hoe vaak hebben jullie je niet aan Mijn tafel verzadigd; maar Ik heb van jullie nog maar weinig openlijke dank ontvangen. Laat deze kinderen daarom hun vreugde! Werkelijk, het dankbare gebrabbel van een kind is Mij veel liever dan vele wijze woorden uit de mond van een geleerde, wat wel een genoegen is voor het verstand, maar wat het hart weinig doet. Waarlijk Ik zeg jullie: wie Mij niet tegenover de wereld belijdt, die zal Ik ook niet tegenover de Vader in de hemel belijden! Laat deze kinderen daarom hun vreugde! ,
Hoofdstuk 74: De waard en de commandant worden onderricht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Jullie Joden hebben uiteindelijk toch gelijk dat jullie aan slechts één God geloven; want die ene God zal wel de enig ware zijn, die door de macht van Zijn alwijze wil alles heeft geschapen wat wij met onze ogen kunnen zien en met onze andere zintuigen kunnen waarnemen.
Hoofdstuk 81: De woorden van de buren over de macht van de Galileeër - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] Toen de commandant dat van Mij had gehoord, werd hij meer dan gelukkig van grote blijdschap in zijn hart en zei: 'Heer van mijn bestaan en leven! U alleen zij alle lof, alle eer en alle dank voor die zo grote, nooit door mij verdiende genade; Uw wil zal door ons allemaal worden uitgevoerd, gelijk Uw engelen in de hemel dat doen, en Uw heilige naam worde altijd hoog geloofd en geprezen!'
Hoofdstuk 83: De commandant vraagt hoe hij zich tegenover de priesters moet opstellen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Kijk, hier rechts van mij zit de man die jullie de zuivere waarheid in al haar volheid kan tonen, en Hij is ook in Zichzelf Degene aan wie alle krachten en machten van hemel en aarde gehoorzamen! Als jullie dat erkennen en inzien, zal je vanzelf wel duidelijk worden wat jullie tegen diegenen moeten zeggen die jullie zullen vragen waarom jullie samen met het aan jullie toevertrouwde volk tot het ware jodendom zijn overgegaan.
Hoofdstuk 86: De commandant onderricht de priesters over de nutteloosheid van de afgodendienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Neem allemaal een voorbeeld aan Mij! Ik ben de Heer over alles in de hemel en op aarde, in Mij is alle macht, heerschappij en kracht, en toch ben Ik van gans er harte volliefde, deemoed, zachtmoedigheid, geduld, goedheid en barmhartigheid. Jullie moeten allen net zo zijn; dan zal men daaraan duidelijk zien dat jullie werkelijk Mijn leerlingen zijn!
Hoofdstuk 90: Hoe ware leerlingen van de Heer zich dienen De Heer in Afek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Wat voor nut zou het hebben voor de mens om in zichzelf te zeggen en te belijden: Heer, Heer, God van hemel en aarde, ik geloof zonder twijfel dat U de, enige, eeuwige enige ware, alwijze en almachtige Schepper van alle materiële en geestelijke werelden bent, en dat alles wat leeft, denkt en wil alleen vanuit U leeft, denkt en wil!'
Hoofdstuk 90: Hoe ware leerlingen van de Heer zich dienen De Heer in Afek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Toen wij ons allemaal voldoende met brood en wijn gesterkt hadden, zei Ik tegen de waard: 'Je moet weten, waard, dat jouw huis een groot heil ten deel is gevallen! De meesten van jullie Grieken en Romeinen zijn behoorlijk thuis in de geschriften van de Joden, en jullie weten dat de ene, enig ware God, de Schepper van hemel en aarde en van alles wat daarop, daarin en daarboven was, is en zal zijn reeds vanaf het eerste begin van de mensheid bij monde van de profeten aan de Joden en door hen ook aan jullie heidenen een Messias heeft beloofd! En kijk, deze beloofde Messias ben Ik, en Ik ben nu dan ook naar jullie heidenen toegekomen, om ook onder jullie het rijk Gods te vestigen en te verbreiden!
Hoofdstuk 93: De gedachten van de waard over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  78 - 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103  ...