Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 893 van 1112

...  881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886 - 887 - 888 - 889 - 890 - 891 - 892 - 893 - 894 - 895 - 896 - 897 - 898 - 899 - 900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906  ...
[5] We willen dat trouwens van de laatste twee niet met zekerheid beweren. Maar Messenhauser verstond de kunst veel misbaar te maken en daardoor zijn zakken te vullen! Heeft hij ons niet de munitie onthouden en de dappere verdedigers van Wenen juist daarheen gestuurd, waar het minste gevaar was? Maar waar de vijand opdook, gaf hij hem vrije doorgang! 0, dat was een fraai heerschap! Waarschijnlijk dacht hij stiekem bij zichzelf: Die domme Weners houden me voor hun redder en willen wel een veertje laten! Maar nu lever ik ze allemaal uit aan Windischgrätz, dan zal die mij ook wel een aardig verklikkers loontje doen toekomen? Maar, misgeschoten, heer Messenhauser! De veldmaarschalk liet niet met zich spotten, maakte met Messenhauser korte metten en stuurde hem per expresse naar deze wereld. Nu is hij zeker ook ergens hier, maar waar? Dat zullen Gods engelen zeker beter weten dan wij! Goddank, bij ons is hij niet!
Hoofdstuk 46: Robert doet navraag naar drie aardse strijdmakkers. Een beeld van de zieletoestand van deze 'vrienden van het volk'. Roberts aanmaning tot vreedzaam vergeven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] En ook bevinden zich Jellinek en Dr. Becher niet in ons midden, waar we heel blij om zijn. We weten weliswaar niets bijzonders over hen te vertellen, behalve dan, dat ze met hun ganzenpennen nog erger schermden dan de veldmaarschalk met zijn kanonnen. Ook waren beiden goed van de tongriem gesneden, waardoor ze velen ertoe brachten zich tenslotte met hen op ontdekkingsreis in deze geestenwereld te moeten begeven. Enkelen die door de ijver van Jellinek en Becher deze reis moesten ondernemen, bevinden zich wel hier onder ons, maar zij weten even weinig van hen als wij.
Hoofdstuk 46: Robert doet navraag naar drie aardse strijdmakkers. Een beeld van de zieletoestand van deze 'vrienden van het volk'. Roberts aanmaning tot vreedzaam vergeven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Maar kijk nu toch eens uit het eerste raam! Wat is dat nu voor gespuis? Nee maar, zo'n ordinair gezelschap ben ik nog nooit tegen gekomen! Kijk daar! O het toppunt van onbeschaamdheid! Kijk, een groep lichtzinnige meisjes vermaakt zich met die losbandige kerels. Ah, dat is te bar! Die moeten we toch maar uit de tuin verwijderen!'
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Ik zeg: 'Zie je, daar heb je al zo'n paar 'Weense produkten'! Het zijn dezelfden, die zoëven buiten nog met alles instemden wat je zei. Toen wij het huis zijn binnengegaan, zijn zij echter liever buiten gebleven en vermaken zich nu op hun eigen geliefde manier. Kijk maar eens om je heen en tel degenen die ons naar binnen gevolgd zijn, en je zult er niet één vinden! Want dat stelletje hoertjes vinden ze belangrijker dan ons en al jouw lessen, en dat kan nog wel lang zo blijven.
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Ik zal nu ook nog in het kort vertellen, wat de verschillend gekleurde verdiepingen van je huis betekenen: De sapgroene benedenverdieping stelt de geestelijk-natuurlijke toestand voor, waarvan de voornaamste karaktertrek zich uit in hoop, die omkleed is met geloof en liefde. De eerste verdieping stelt het zuivere en ware geloof voor, dat omkleed is met zachte rust en duurzaamheid. De tweede verdieping stelt de daadwerkelijke liefde voor, die uit het zuivere geloof voortkomt: Overeenkomend met de aardse kleur van de hemel, waardoor eveneens de duurzame, daadwerkelijke liefde van het licht duidelijk herkenbaar wordt verkondigd aan allen die een begrijpend hart hebben. Deze verdieping is daarom ook versierd met diepe, hemelse wijsheid (violet) en zuivere naastenliefde (rozerood). De derde verdieping tenslotte kenmerkt door haar maagdelijk, verheven morgenrood de hoogste onschuld en meest zuivere liefdehemel; de eigenlijk volkomen ware hemel waarin Ik met diegenen pleeg te wonen, die Mij boven alles liefhebben. Deze hemel heeft daarom ook geen versiering, omdat hij in het wezen van zijn kleur reeds alle denkbare volkomenheden bevat en Ik alleen zijn versiering ben.
Hoofdstuk 47: Intrede in Roberts huis. Geestelijke overeenkomst van de verdiepingen. Waarschuwing om voorzichtig te zijn met de Weense gasten. Communicatie met de Heer vanuit het hart - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Wanneer jij nu echter naar buiten gaat en een preek houdt, dan zullen ze voor de schijn weer een en al oor zijn. Ik zeg je, er is nauwelijks een soort zondaars te vinden, die moeilijker te bekeren is dan die zinnelijke zondebokken. En wel, omdat ze uiterlijk alles vlot aannemen, als ze zich maar niet belemmerd voelen in hun innerlijke genotzucht. Probeer echter eens om hun dat genot ernstig te verbieden, dan zul je nog raar opkijken van hun weerbarstigheid en hun grofheid. Wij laten hen nu maar uitrazen en hun lust bevredigen. Daarna zullen we weer naar buiten gaan en hun vragen waarom ze niet mee naar binnen zijn gegaan. Je zult je erg verbazen over de verontschuldigingen waarmee ze bij ons aan zullen komen!
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Op hetzelfde ogenblik komen door de tuin twaalf echt mooie meisjes bij het gezelschap aan. Meteen klinkt er een soort oorlogszuchtige jubelkreet, en alles wat man heet, stort zich als tijgers op de meisjes.
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Na een poosje, als Robert zich genoeg geërgerd heeft over het schandalige ontuchtige gedrag van zijn Weense vrienden, zegt hij tegen Mij: 'O Heer, nu zou ik mij werkelijk meer dan genoeg geërgerd hebben! Maar, bij al Uw heiligheid, wat waar is, is waar, dit echte gespuis wordt daar geen haar beter van. En zodoende zie ik nu in, dat het van mijn kant een grote domheid was, dat ik mij daarover zo kwaad heb gemaakt.
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] Volgens mijn menselijke mening zou het werkelijk beter zijn geweest als er in plaats van deze mooie danseressen, een paar dozijn beren waren komen opmarcheren! Wellicht zouden deze sterke woud- en alpendansers die niet met zich laten spotten, op mijn dierlijke vrienden een heilzamere uitwerking hebben dan deze balletdames met hun mooie voetjes en goed gevormde boezems.
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[18] Het verbaast mij echter, dat die Weense geesten zich bij het zien van deze schoonheden nog zo lang inhouden, en ze deze nieuwe dans artiesten uit de geestenwereld niet, zoals de vorigen, bij de eerste aanblik meteen als woedende honden zijn aangevallen! Waarschijnlijk imponeren deze schoonheidssterren hen toch te zeer en wagen zij zich niet aan hen.
Hoofdstuk 48: Wonderbaarlijk interieur van het huis. Roberts ergernis over hetgeen hij in de tuin ziet. Schandalige scènes bij het Weense gezelschap. De Heer onderneemt een zielekuur voor de booswichten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Daarop richten de drie zich tot Mij en vragen Me, of Ik dus de heer van dit paleis was.
Hoofdstuk 49: Een groep voormalige balletdanseressen treedt het huis binnen. Zij leden veel gebrek in de geestenwereld. Ootmoedige bede om brood en onderdak - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] De spreekster wil zich nu tot Robert wenden.
Hoofdstuk 49: Een groep voormalige balletdanseressen treedt het huis binnen. Zij leden veel gebrek in de geestenwereld. Ootmoedige bede om brood en onderdak - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Nu heb ik jullie gezegd, wat God mij in het hart heeft gelegd. Jullie weten nu wat je gedaan hebt en wat je nog wilt doen, en wat daarvan het onvermijdelijke gevolg zal zijn. Doe nu wat je wilt! Nog zijn jullie vrij! Echter maar al te snel zal het gericht van God jullie grijpen en jullie je loon geven! Maar niet alleen jullie, ook allen die in deze tijd nog op aarde leven en zich de vermaningen van God, waar deze tijd zo vol van is, niet willen laten welgevallen!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Na deze indringende woorden van Robert staan de bijzonder getroffen toehoorders totaal versteld en de een na de ander trekt zich terug. Niet één heeft de moed om Robert ook maar iets terug te zeggen. Ze mompelen alleen maar onder elkaar, dat ze de verandering van Robert niet begrijpen en dat zijn ernst hun voorkomt als een donderslag en zijn toespraak als een verwoestende stormvloed!
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[16] Want kijk, zulke geesten die zich aan de rand van de afgrond al vooroverbuigen om het volgende ogenblik erin te storten, moeten met alle kracht vastgegrepen en zo van de afgrond teruggetrokken worden. Alleen zo is het mogelijk hen zonder hel op een betere weg te brengen.
Hoofdstuk 50: Het Weense gezelschap vraagt naar de danseressen. Roberts donderpreek. Zielenredding aan de afgrond - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  881 - 882 - 883 - 884 - 885 - 886 - 887 - 888 - 889 - 890 - 891 - 892 - 893 - 894 - 895 - 896 - 897 - 898 - 899 - 900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906  ...