17481 resultaten - Pagina 91 van 1166
... 79 - 80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 ...
[11] Ik zeg u echter: Zoals iemand zaait, zo zal hij ook oogsten; wie zuinig zaait, die zal ook zuinigjes oogsten, wie echter rijkelijk zaait, die zal ook rijkelijk oogsten. Van u allen heeft niemand, noch aan Mij, noch aan Mijn leerlingen, iets aangeboden; deze vrouw geeft echter direct haar hele hebben en houden aan Mij! Wie van u heeft dat voor Mij overgehad? Is het dan onbillijk, dat Ik haar ten overstaan van u allen een verdiend eerbetoon geeft Ik zeg u echter: Wie deze vrouw het recht daarop betwisten wil, die zal het hier op aarde slecht vergaan!'Hoofdstuk 32: De Heer ziet het hart aan. In Sichar en omgeving. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Want sommigen van hen, die de schrift goed kenden, zeiden: 'Deze spreekt als David, die zegt: 'De geboden des Heren zijn waar en verblijden het hart; de geboden des Heren zijn zuiver en verlichten de ogen! De vrees des Heren is onverdeeld en blijft eeuwig en de rechten des Heren zijn onloochenbaar en geheel en al rechtvaardig. Ze zijn kostbaarder dan goud en veel fijn goud; ze zijn zoeter dan honing en honingzeem. Uw wil, Heer, doe ik graag en Uw wet heb ik in mijn hart; ik wil Uw gerechtigheid prediken in de wereld. Zie, ik wil mij de mond niet laten snoeren, Heer, dat weet u. Uw gerechtigheid verberg ik niet in mijn hart; ik spreek van Uw waarheid en Uw heil. Ik verberg Uw goedheid en Uw trouw niet voor de wereld' - Wij weten, en dit getuigenis van ons is vol waarheid en kracht, dat Degene, Die zo spreekt en handelt zoals David vóór Hem in Zijn naam sprak en handelde, dat dat werkelijk de beloofde Messias is. Hij is de enige, Die na David zo gesproken en gedaan heeft als David; daarom is Deze ongetwijfeld de Christus, de eeuwige gezalfde van God! Deze willen we daarom geheel en al aanvaarden!'
Hoofdstuk 31: Het echte ereteken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] De vrouw antwoordt: 'Ik heb in al die tijd heus niet zoveel gezondigd, als jullie tot mijn spijt nog steeds veronderstelt. Voordat ik met een man trouwde, heeft er nog nooit een man mijn lichaam aangeraakt; en nadat Ik getrouwd was, leefde ik geheel zoals dat voor een gehuwde vrouw behoort. Dat ik geen kinderen kreeg en dat ieder van mijn rechtmatige mannen, na gemeenschap met mij, weldra moest sterven, daar kon ik werkelijk niets aan doen. Daarvoor kan men niet mij, maar hoogstens degenen, die mij besmet hebben, aansprakelijk stellen. Nadat mijn vijfde man gestorven was en ik mijn hartzeer nauwelijks verdragen kon, heb ik besloten om nooit meer een man te trouwen. Maar na een jaar kwam, zoals jullie wel weten, een dokter naar Sichar met kruiden, oliën en zalven en genas veel mensen; ik ging ook naar hem toe, gedreven door mijn zeer voelbare nood, in de hoop dat hij mij kon helpen.
Hoofdstuk 31: Het echte ereteken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Dan zegt de vrouw, terwijl ze op Mij wijst, met tranen van liefde en oprechte dank in haar ogen: 'Hier zit Hij nog! Hij alleen is nu mijn hoogste eer, een eer, die mij niet door jullie en ook niet door de hele wereld gegeven is en die mij dus net zo min afgenomen kan worden! Want Hijzelf heeft hem mij gegeven en van Hem heb ik hem gekregen! Ik weet wel, dat er niets in mijn hele wezen de moeite waard is om van Hem, de Heer der heerlijkheid eerbetoon te krijgen; maar Hij gaf het en ik nam het voor jullie en vertelde jullie van Hem, omdat je voordien niets van Hem wist. Zie, dat is het wat ik hier heb en wat je mij niet gegeven hebt, en omdat ik het nu eenmaal heb, kunnen jullie het mij niet meer afnemen, en het is een ereteken van de juiste soort en het houdt zijn waarde tot in eeuwigheid. Jullie ereteken is echter maar tijdelijk en dan nog alleen maar voor Sichar, en dat kan men missen als men het eeuwige heeft. Ik hoop dat je nu begrijpt hoe en wanneer ik mijn grootste deel van de echte eer genomen heb.'
Hoofdstuk 31: Het echte ereteken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] De dokter zegt: 'O jullie blinden! In mijn woonhuis wachten Gods engelen op Hem en brachten voor Hem spijs, drank en bedden uit de hemel, en jullie durven zoiets te zeggen! De Heer zal jullie daarvoor straffen!'
Hoofdstuk 33: De dokter en de Samaritaanse wetgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Vanaf dit moment worden tien van hen ogenblikkelijk stom en kunnen geen woord meer uitbrengen, en ze blijven stom gedurende de twee dagen van Mijn verblijf in Sichar. De dokter Iaat hen staan en begeeft zich snel weer op weg naar Mij.
Hoofdstuk 33: De dokter en de Samaritaanse wetgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Toen hij bij Mij kwam, zei hij: 'Heer! Uw huis is helemaal in orde! Er gebeuren daar wonderbaarlijke dingen; maar op de weg hierheen, o Heer, kwam ik tussen een stel booswichten, die het nodig vonden om tegenover mij een kwaad getuigenis over U te geven. Maar hun geschreeuw hield niet lang stand! Uw engel sloeg hen op de mond en op twee na werden ze volledig stom, die twee schrokken echter geweldig en maakten dat ze wegkwamen. O Heer, dat is allemaal binnen een half uur gebeurd!' Ik zeg: 'Rustig maar, dat moest gebeuren, opdat degenen, die reeds in Mijn naam geloven, zich niet van ons afkeren! Laten we nu echter gaan en vergeet jij, Mijn beste vrouw uit Samaria, je kruik niet!' Meteen put de vrouw vers water en neemt het mee naar huis. - Zo brachten wij een halve dag door aan de Jacobsbron voor Sichar en oogstten in deze stad een tamelijk rijke oogst.
Hoofdstuk 33: De dokter en de Samaritaanse wetgeleerden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Mijn leerling Johannes vroeg Mij toen: 'Heer! Als U het er mee eens bent, dan zou ik vannacht nog alles op willen schrijven wat hier gebeurd is!'
Hoofdstuk 34: In Sichar. De hemelse inrichting van het huis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Komend in het werkelijk grote huis, vindt de vrouw in haar huis toebereidselen getroffen voor Mijn huisvesting, waar ze nog nooit van gedroomd had. Want er staan veel goedgevulde tafels en om die tafels ruim voldoende stoelen; en op iedere tafel staan helder lichtende lampen, gemaakt van edele metalen; de vloer is geheel en al bedekt met de prachtigste tapijten, de wanden zijn symmetrisch met bloementapijten behangen, en in prachtige kristallen bekers zien de gasten een kostelijke wijn fonkelen!
Hoofdstuk 34: In Sichar. De hemelse inrichting van het huis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] En Ik zeg je: Dat alles heb Ik, net als al het andere, ook van Mijn Vader geleerd! Want de oneindig vele woningen in het huis van Mijn Vader zijn ook heel smaakvol ingericht en vol met de prachtigste sieraden, wat je je wel kunt voorstellen als je naar de bloemen op het veld kijkt, waarvan de eenvoudigste prachtiger versierd is dan Salomo in al zijn koninklijke pracht!
Hoofdstuk 34: In Sichar. De hemelse inrichting van het huis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Maar Ik zeg tegen haar: 'Vrouw! Dit is nog niet het moment om dat aan de mensen bekend te maken, houd het dus voorlopig voor jezelf! Zorg er echter nu voor, dat al die mensen, die uit Judéa met Mij meekwamen, over de slaapvertrekken verdeeld worden; jij en de dokter en Mijn leerlingen, waarvan er nu tien zijn, blijven hier! De vrouw, die naast Mij zat en de moeder van Mijn lichaam is, geef je het schoonste bed, zodat ze prettig kan rusten; want zie je, ze is niet zo jong meer en heeft vandaag een lange weg afgelegd en heeft een goede rust nodig om weer aan te sterken!'
Hoofdstuk 35: De leerlingen zien de hemel geopend. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] De vrouw verheugt zich bijzonder, dat ze in deze onaanzienlijke vrouw Mijn moeder mag herkennen en verzorgt haar zeer goed. En Maria prijst haar om haar tederheid en drukt haar tevens op het hart om alles te doen wat Ik zou zeggen.
Hoofdstuk 35: De leerlingen zien de hemel geopend. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Op dit moment val Ik Nathánaël in de rede en zeg: 'Dit is genoeg, Mijn broeder, het is nog niet het juiste moment! Alleen voor een reine ziel, zoals de jouwe, die geen valsheid of achterbaksheid kent, is dit te onderkennen. Maar houdt het voor je tot het juiste uur! Want zie, niet ieder die Mij volgt is zoals jij.
Hoofdstuk 35: De leerlingen zien de hemel geopend. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Ik zeg: 'Dat is ook helemaal niet nodig, het is voldoende dat je gelooft en Mij liefhebt, het diepere begrip van dit alles zal wel komen als de Geest der waarheid over je uitgestort zal worden. Voordat dat echter zal gebeuren, zullen er zich van jullie, ondanks al deze tekens, nog velen aan Mijn naam stoten!
Hoofdstuk 36: De Heer trouwt Joram en Irhaël. De eerste van twee volle dagen in Sichar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Want het rijk van de Messias zal geen rijk van deze wereld zijn, maar een rijk van de geest en de waarheid in het eeuwige rijk van Mijn Vader, en daar zal nooit of te nimmer een eind aan komen! Wie in dit rijk opgenomen wordt, die heeft het eeuwige leven en dit leven zal een zaligheid zijn, die nog nooit iemand heeft gezien, waar nog nooit iemand van gehoord heeft en die nog nooit door iemand in zijn hart is gevoeld!'
Hoofdstuk 36: De Heer trouwt Joram en Irhaël. De eerste van twee volle dagen in Sichar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)