17481 resultaten - Pagina 902 van 1166
... 890 - 891 - 892 - 893 - 894 - 895 - 896 - 897 - 898 - 899 - 900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 ...
[5] Al geef ik dat ook allemaal weer in mijn hart aan U, o Heer, terug, dan lijkt het mij toch anderzijds onmogelijk om te bewerkstelligen dat het volk nooit de koning, maar altijd geheel alleen U, o Heer, zal eren.Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] Ik zie nu in dat alleen U waardig bent, alle eer, alle lof, alle roem, alle liefde en aanbidding van ons mensen te aanvaarden. Daarom wil ik U, o Heer, vragen, als het Uw allerheiligste wil mocht zijn, dit ambt en deze waardigheid, die mijn hele hart doet huiveren, aan iemand te geven die veel waardiger en veel sterker is, en mij allergenadigst in de allernederigste stand terug te laten treden!'
Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] En de Heer ging naar Ohlad en zei tegen hem: 'Ohlad, nu pas herken Ik je weer als Mijn zoon en kom als Vader naar je toe!
Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Daar Ik, je Vader, toch een Heer ben van eeuwigheid, hoe zou jij als Mijn zoon dan een slaaf en een knecht willen blijven? Of eren de mensen op aarde niet tegelijkertijd de ouders als zij hun kinderen achting schenken?!
Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] En als Ik als je eeuwige Vader jou, Mijn zoon, tot koning maak en je de wetgevende macht verleen, dan vertegenwoordig je niet jezelf maar Mij, je Vader.
Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[11] Zoals Ik geen ijdele verering voor Mijzelf verlang, maar alleen dat Mijn wil in alle liefde nageleefd wordt, en zeg: `Wie Mijn wil doet uit liefde tot Mij, die is het die Mij eert in de geest en in waarheid!', zo zeg Ik ook gelijkluidend:
Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] `Wie de wil doet van wie Ik heb aangesteld, en die in zijn hart hoort, die hoort en eert Mij, want Ik kies en zalf alleen Mijn kinderen, en die zijn volledig één met de Vader, die Ik ben!'
Hoofdstuk 165: Ohlads terechte vragen aan de Heer en het antwoord van de heilige Vader. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] En de man met de olie gaf die meteen aan de bode en zei met de allerhoogste eerbied tegen hem: 'O grote machthebber over al het vuur in en op de aarde en in de lucht! Ik heb vannacht gedroomd dat iemand in lichte vlammen bij mij kwam en tegen mij zei: `Vergeet morgen je kruik met olie niet mee te nemen als je gedreven door grote vrees Gods tempel zult naderen, want Hij voor wie de tempel is opgericht zal van jou de olie laten vragen door mij!' En daarom heb ik de olie dan ook meegenomen; en zie, nu gaat mijn droomgezicht in vervulling!
Hoofdstuk 166: Ohlad wordt tot koning gezalfd en de tien boden tot zijn ministers. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[5] Voor God, de Almachtige, wiens naam heilig in deze tempel staat geschreven, is al mijn lof, al mijn liefde en aanbidding voor deze oneindige genade en erbarming die Hij mij, allerarmste zondaar, bewezen heeft omdat Hij zo genadig aan mij en mijn olie gedacht heeft!'
Hoofdstuk 166: Ohlad wordt tot koning gezalfd en de tien boden tot zijn ministers. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] En de Heer nam de olie en zalfde daarmee het hoofd van Ohlad. En toen Hij het hoofd van Ohlad had gezalfd zei Hij tegen hem: 'Nu ben je een ware koning bij de gratie van jouw God, je Heer en je Vader! Ontvang nu ook Mijn geest en leid het volk in Mijn naam met behulp van deze tien, die Ik nu ook tot jouw ministers zalf en jou ter beschikking stel!
Hoofdstuk 166: Ohlad wordt tot koning gezalfd en de tien boden tot zijn ministers. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Pas op dit moment trad de Heer naar voren, hief Zijn almachtige hand op en zei: 'Zwijg nu, aarde als Ik spreek tegen mijn kinderen! Wijk terug alle monsters, en jij, zon, laat weer geheel ongehinderd je stralen op de aardbodem vallen! Amen.'
Hoofdstuk 167: De vuurstorm en de aardbeving tijdens de zalving. Het volk wordt bang. De Heer onthult Zich aan het volk. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] 'Kinderen', sprak de Heer tot het volk, 'kom hier en wees niet bang voor Mij, jullie eeuwige Vader, want Ik heb jullie bezocht, niet om te richten, maar om je Mijn genade en erbarming ten deel te laten vallen!
Hoofdstuk 168: De woorden van de heilige Vader tot Zijn verzamelde kinderen. De liefde en het geduld van de Heer met de mensen. Over de verhouding van het volk tot de koning. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] Waarlijk, jullie hebben Me grote moeite bezorgd! Jullie steeds toenemende zonden hebben Mijn geduld en lankmoedigheid buitengewoon op de proef gesteld! Het scheelde niet veel meer of de anders zo machtige draad van Mijn geduld was in het midden gebroken omdat de grote en zware last van jullie zonden die te veel hadden uitgerekt, dunner gemaakt en daardoor verzwakt! Maar Mijn liefde spon meteen een nieuwe draad; hiermee verbond Ik Mij nu weer opnieuw met jullie en heb voor jullie een nieuwe koning gewekt en gezalfd, die jullie zal leiden op Mijn wegen die altijd recht en effen zijn.
Hoofdstuk 168: De woorden van de heilige Vader tot Zijn verzamelde kinderen. De liefde en het geduld van de Heer met de mensen. Over de verhouding van het volk tot de koning. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] Dat is nu Mijn wil! Ik zal jullie van nu af aan steeds koningen geven; goede, als jullie in Mijn liefde zult blijven, - maar ook tirannen als jullie je harten van Mij afwenden. Onthoud dat goed!
Hoofdstuk 168: De woorden van de heilige Vader tot Zijn verzamelde kinderen. De liefde en het geduld van de Heer met de mensen. Over de verhouding van het volk tot de koning. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Wanneer je echter ontevreden over een koning zult zijn, wend je dan tot Mij, en Ik zal ervoor zorgen dat je een goede koning krijgt! Mochten jullie echter zelf beginnen hier en daar koningen te zalven, dan zal Ik Mijn zorg voor jullie terugtrekken en zal je overlaten aan alle tirannie van een door jullie gekozen koning!
Hoofdstuk 168: De woorden van de heilige Vader tot Zijn verzamelde kinderen. De liefde en het geduld van de Heer met de mensen. Over de verhouding van het volk tot de koning. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)