Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 904 van 1112

...  892 - 893 - 894 - 895 - 896 - 897 - 898 - 899 - 900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917  ...
[2] Nu duiken uit de beker een menigte deftig geklede menselijke wezens op, die zich tot op de grond buigen voor het despoot je. Dit monstert hen trots vanuit de hoogte met echte basiliskenogen ( Een basilisk is een fabeldier uit de oudheid, voorgesteld als een slangachtig wezen, met de kop, de borst en de poten van een haan, de tong van een slang en de vleugels van een vleermuis. Het slangvormige achterlijk eindigt in een pijlpunt), zodat ze allen beven voor zijn aangezicht. En kijk, zij die zich het diepst buigen, worden nu door het despoot je naar de troon geroepen en met onderscheidingen begiftigd. Maar degenen die minder beven, worden in hun gezicht gespuwd en hun wordt duidelijk gemaakt dat ze zich ogenblikkelijk van de troon moeten verwijderen. Maar nu geeft het despoot je diegenen, die met onderscheidingen werden bedeeld, een wenk om zich te verwijderen. Wanneer deze zich onder honderd buigingen terugtrekken en het despoot je de rug toekeren, vloekt het hun nog achterna en spuwt hen na. Nou, nou, is me dat een verwaand geval van een vliegenkoning!
Hoofdstuk 90: Verdere ontwikkeling van het tijdsbeeld. Waarom laat God de gruwelen in de wereld toe? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Maar wat zie ik: de plaats rond de troon van de koning wordt alsmaar groter en ruimer, en ik zie een menigte miniatuurmensen die er armzalig uitzien. Tegelijkertijd vallen me ook de vroegere helden-in-het-buigen onder hen op, maar nu met heel andere, heerszuchtig uitziende gezichten. De armen moeten zich helemaal voor hen neerbuigen. Enkelen moeten geduldig op de grond gaan liggen, zodat de buighelden des te gemakkelijker op hun hoofden kunnen gaan staan. Sommigen, die daarbij van pijn hebben geschreeuwd, worden meteen door beulen vastgebonden en in een donker gat geschoven. En kijk, kijk, enkelen worden daarvoor zelfs opgehangen. Nou, het gaat er daar fraai aan toe hoor!
Hoofdstuk 90: Verdere ontwikkeling van het tijdsbeeld. Waarom laat God de gruwelen in de wereld toe? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Daar zie ik net een groepje mensen die bijna helemaal vertrapt zijn en uit vele wonden bloeden. Deze bewegen zich in de richting van de troon en willen de koning smeken om hun schriftelijk verzoek tot stopzetting van zulke kwellingen in te willen zien. Dit wordt de koning gemeld en deze zegt tot zijn dienaren: 'Laat niemand het bij zijn leven wagen één van die ordinaire mensen voor mijn troon te laten verschijnen!' Daarop zeggen de dienaren tegen de hulpzoekenden: 'De koning is druk bezig, zodat hij niemand kan ontvangen. Jullie moeten naar zijn beambten gaan en bij hen jullie verzoek indienen; deze zullen het dan in behandeling nemen. Daarop zeggen de hulpzoekenden: 'Maar juist over hen willen we ons beklag doen bij de koning! Want zij zijn het, die ons zo smadelijk vertrappen!' Dan zegt de dienaar van de koning: 'Zo, ja, dat is inderdaad wat anders! Gaat nu maar rustig naar huis en laat het verder maar aan ons over; wij zullen deze zaak wel klaren! Maar jullie moeten ons nauwkeurig jullie namen en adressen opgeven, anders zouden we immers niet weten wie en waar we moeten helpen!' De armen overhandigen de dienaren hun verzoek en deze nemen ze met een schijnbaar oprechte welwillendheid aan. Als echter de armen zich weer verwijderen, in de stellige overtuiging dat zij zullen worden geholpen, wordt er meteen een ijlbode naar de beambten gestuurd met de instructie om de genoemde onderdanen, die nog genoeg kracht bezaten om bij de troon te gaan klagen, nog meer te vertrappen. En zie, bij hen thuis wordt nu trouw opgevolgd wat de eerste dienaar van de koning beval. Ach, dat is toch al te ellendig en gemeen! De dienaar bericht dit alles nu aan de koning en deze prijst hem ten zeerste en verleent hem een onderscheiding.
Hoofdstuk 90: Verdere ontwikkeling van het tijdsbeeld. Waarom laat God de gruwelen in de wereld toe? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Op Mijn uitnodiging staat Robert op en zegt: 'O Heer, Gij liefde der liefde, vriend der armen, wijste onder de wijzen uit U! De hele zaak is naar haar uiterlijk voorkomen wel zonder meer duidelijk beschreven, maar omdat Helena zich op het gebied van overeenkomsten nog niet het nodige inzicht eigen heeft kunnen maken, waardoor ze zulke verschijningen zou kunnen begrijpen, is het toch nodig haar deze zaak te verduidelijken.
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Kijk verder ook eens naar het gewicht dat ieder voorwerp van nature eigen is. Wat een verwoesting richt een lawine aan, die van een hoge berg naar beneden komt. En waar een rots neerstort, verplettert hij in zijn val alles wat hij tegenkomt. Zou het dan niet beter zijn, dat Ik de hele aarde zo licht als een veertje zou hebben gemaakt? De mens zou dan met de aarde kunnen spelen als kinderen met een bal. Maar wie zou dan de aarde stevig bijeen houden? En hoe zouden mensen, dieren en planten zonder gewicht zich op de aardbodem staande houden? Hieruit zie je dus weer hoe noodzakelijk het is dat alle lichamen die onaangename eigenschap bezitten, als ze moeten blijven bestaan.
Hoofdstuk 91: De reden voor de schaduwzijde van het leven. Tegenstellingen noodzakelijk voor de geestelijke vrijheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Nu zie ik op de achtergrond een heel eigenaardig wezen; het lijkt op een os. Een ander dat op een leeuw lijkt, duikt daarnet op achter de os en wil hem verslinden. Maar achter de leeuw duikt juist weer een ander wezen op, dat er uitziet als een rinoceros, en omdat het geweldig gepantserd is, probeert het de leeuwen de os dood te drukken. De leeuw, die eerst de os dreigde te verslinden, wordt nu goede maatjes met hem en probeert zich van de neushoorn te ontdoen. Kijk, nu komt er nog een vierde wezen bij; 0 wee, het is een monsterachtige reuzenslang! Deze kronkelt zich nu om de drie vechtende wezens heen en begint ze meedogenloos samen te drukken. Os, leeuwen rinoceros spannen al hun krachten in om de machtige slang kwijt te raken, maar hun moeite lijkt tevergeefs te zijn. Ondanks hun grote inspanning trekt de slang haar ringen steeds strakker aan en uit het gebrul maak ik op hoe erg de drie nu in het nauw zitten. Merkwaardig genoeg lijken de wolfsmensen een groot behagen te scheppen in dit gevecht!
Hoofdstuk 92: De strijd van de zes dieren. Uitwerking op de wolfsmensen en de koning - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Maar nu komt er weer een nieuw dier bij. Het is een reusachtig grote arend. Deze stort zich op dit uit vier dieren bestaande kluwen, pakt het met zijn enorm sterke klauwen op, spreidt zijn grote vleugels uit en tilt het hele kluwen de hoogte in. De slang, wier gekronkeld lijf grotendeels door de machtige klauwen van de reuzenarend is doorstoken, wil zich nu losmaken. Maar de ringen worden door de klauwen van de arend zo stevig bij elkaar gehouden, dat al haar moeite vruchteloos lijkt. De eerste drie dieren steunen nu naar vermogen de slang, maar de klauwen van de arend zijn te krachtig en wijken geen haarbreed. De machtige arend verheft zich steeds hoger met zijn buit. Meer op de achtergrond zie ik een soort woestenij aan een rivier en daar stuurt de arend met zijn prooi op af. Nu gaat hij in de woestenij zitten en maakt aanstalten om aan zijn maaltijd te beginnen.
Hoofdstuk 92: De strijd van de zes dieren. Uitwerking op de wolfsmensen en de koning - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] De koning op zijn troon krijgt nu ook stuiptrekkingen, alsof hij aan een zenuwziekte leed. De zaak lijkt hem ook niet aan te staan. Maar wat kan hij ertegen doen? Heeft hij nog enige macht, dan zal hij zeker het uiterste proberen om zijn troon te kunnen behouden. Heeft hij echter geen macht meer, dan zal hij beslist liever gaan dan het met zijn volk door zachtmoedigheid, liefde en geduld eens te worden. Wie zich echter wil doen gelden, zal het waarschijnlijk vergaan als de arend; hij zal namelijk ook een beduidende leegte in zijn maag beginnen te voelen! Want het geld zal aan de soldaten opgaan en zijn onderdanen zullen tenslotte hun belastingen alleen nog met hun leven kunnen voldoen.
Hoofdstuk 92: De strijd van de zes dieren. Uitwerking op de wolfsmensen en de koning - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Dus kijk eens, liefste zuster Helena: alles wat je nu hebt gezien, stelt in het algemeen de hoogmoed voor, die een geest van verdorvenheid is. Daar voor het raam zag je ze strijden, en die harde strijd werd aan beide kanten doordrenkt met wederzijds verraad. Kijk, dat is allemaal het werk van de hoogmoed, wiens geboorteplaats de eigenliefde is. Zoals echter de zuivere Gods- en naastenliefde de oorsprong van alle heil, alle gelukzaligheid en alle eendracht en eensgezindheid is, zo is de eigenliefde niets dan haat tegenover alles wat op haar afkomt, en daardoor de oorzaak van alle verachting en vervolging van datgene wat zich tegen deze kwaadaardige eigenschap wil verzetten.
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] De zuivere liefde geeft alles, wat ze heeft. Toch kan ze nooit armer worden, maar slechts rijker en machtiger; als ze geeft, ontvangt ze immers honderdvoudig terug wat ze gegeven heeft. De eigenliefde verliest echter steeds honderdvoudig wat ze neemt en rooft. Omdat ze in zichzelf geen kracht of macht bezit, moet ze andere krachten door allerlei haar zelf verarmende middelen te hulp nemen. Hierdoor houdt ze zich in de wereld wel een tijdlang staande, in een schijnglans en in een zekere schijngrootheid. Omdat iets dergelijks echter mettertijd steeds meer kost, verarmt ze uiteindelijk totaal, waarbij ze zich dan als een hongerige worm buigt, strekt en kronkelt. Maar dat baat haar weinig en dient slechts om haar volledige ondergang te bevorderen.
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Wie voert er derhalve oorlog? Kijk, de eigenliefde als de moeder van hoogmoed en heerszucht! En wie keert zich tegen haar en overwint haar? Het is de macht der zuivere liefde, die gerechtigheid is en een rechtvaardig oordeel uit God! Wel wendt de eigenliefde van de vijand alle mogelijke middelen aan om zichzelf staande te houden en wraak te nemen op Gods gerechtigheid. Maar dat baat haar niets, omdat ze zichzelf daardoor over de gehele linie geweldig verzwakt, terwijl in dezelfde strijd de zuivere liefde na iedere slag steeds machtiger wordt.
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Helena is stomverbaasd, wanneer Robert haar meedeelt, dat het heil van de wereld nu af zou hangen van haar inzicht betreffende het zevenkoppige dier. Ze wendt zich daarom meteen weer tot Mij en vraagt: 'O Heer, mijn hemels zoete liefde, is dat wel waar, wat onze wijze Robert mij daarnet heeft meegedeeld?'
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Helena zegt: 'Als ze dan toch eenmaal hier zijn, dan zouden we nog eens kunnen proberen of er aan hen misschien nog iets valt te verbeteren! Is bij hen nog enige verbetering mogelijk, dan moet geen moeite worden gespaard om ze te bekeren. Zou echter iedere poging op hun hoogmoedige domheid stuklopen, handelt U dan met hen zoals met die vijgeboom, die geen vruchten had om U te voeden, toen U zich op een avond moe en hongerig onder zijn takken begaf!
Hoofdstuk 96: De Heer over Godskinderen en kinderen van de wereld. Gelijkenis van de boomgaard en van de onvruchtbare boom - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] De verschijning met de omgekeerde tiara, die ontstaat uit een moerasplant, toont duidelijk uit welke oorsprong alle aardse heerlijkheid heeft. Dat je haar tenslotte ondersteboven op een driepoot zag staan, gaf duidelijk de positie weer, waarin zich alle aardse macht en pracht, glans en heerszucht ten opzichte van het zuiver hemelse bevindt. De driepoot echter stelt de wankele basis voor waarop dat alles berust. De eigenliefde is de ring van de driepoot; de poten zijn valsheid, list en bedrog. In de tiara zag je bloed en schandelijke wormen, wat je al uitgelegd is. Alleen het zevenkoppige dier is je nog onduidelijk gebleven. Je hoeft echter alleen maar volgens het beginsel van de analogieën te werk gaan en je zult gemakkelijk tot de echte beschouwelijke betekenis komen van wat dit beeld wil zeggen. Probeer het maar, wij allen zullen je er bij helpen!
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Ik zeg: 'Ja zeker! In een profetie, die zich bevindt in de handen van de Indiërs, een van de oudste volkeren der aarde, staat: 'Zie, gij zondig mensengeslacht! Het was een vrouw die de wereld in het verderf stortte, en ooit zal er weer een vrouw zijn, door wie de wereld een grote genade zal worden gegeven. Tenslotte zal het weer een vrouw zijn, door wie de wereld zal worden geoordeeld. Maar het zal aan die vrouw liggen, en van haar inzicht afhangen, of het voor het leven of voor de dood zal zijn!' En zie, jij bent nu juist die bewuste vrouw, waarover de oeroude openbaring spreekt! Doe daarom dus je best, anders zal het de aarde slecht vergaan!'
Hoofdstuk 93: Robert verklaart het aanschouwde. Eigenliefde en hoogmoed, de diepste wortels van het kwaad. De onveranderlijke Godswil - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  892 - 893 - 894 - 895 - 896 - 897 - 898 - 899 - 900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917  ...