Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1796 resultaten - Pagina 92 van 120

...  80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105  ...
[14] Nu stelt Jeruzalem onder het werkend principe van liefde en wijsheid eveneens de Heer voor, hetgeen jullie uit de beweegreden voor het ontstaan van deze stad en uit haar doelmatige inrichting duidelijk kunnen opmaken. Zodoende zijn de Heer of Zijn liefde en wijsheid of de zojuist aangeduide stad Jeruzalem volkomen identiek; en het getal 8 dat de Heer als een vereend, volmaakt wezen voorstelt, moet dan eveneens datgene voorstellen wat vanuit welk standpunt dan ook bekeken, de Heer in Zijn vereende volmaaktheid voorstelt. Jeruzalem echter doet dat, en daarom kan het ook met hetzelfde recht door het getal 8 worden aangeduid.
Hoofdstuk 45: Goddelijk-geestelijke wijsheid is dwaasheid voor de wereld - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Nu een voor jullie voor de hand liggend voorbeeld! Giet in een heel schoon glas eveneens heel schoon water en probeer dan of jullie van het gevulde glas de binnenkant, waar het water tegenaan staat, kunnen ontdekken. Nog meer voorbeelden: leg een volkomen schoon glas in eveneens volkomen schoon water en jullie zullen van het glas niet veel meer te zien krijgen. Laat verder van volkomen zuiver glas dat aan beide kanten spiegelglad geslepen is, een ruit inzetten en probeer vanuit de kamer iets van het glas van de ruit te ontdekken. Jullie kunnen ervan verzekerd zijn dat iedere vreemde die in jullie kamer zal komen, tegen jullie zal zeggen: maar waarom laten jullie daar geen ruit inzetten? Waarom zal hij dat zeggen? Omdat hij niet in staat is de materie van het zuivere glas van de zuivere lucht te onderscheiden.
Hoofdstuk 47: Negende verdieping. Verschil tussen wijsheids- en liefdelicht - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Als we trouwens heel aandachtig naar de vlakke wand kijken, ontdekken we niet eens een of andere toegangsdeur en het lijkt er heel sterk op dat hier ofwel pure geesten wonen of dat daarbinnen helemaal niemand woont. Waarlijk, over deze hoogst luchtige inrichting zou men zich werkelijk een beetje kunnen amuseren, want waar niets te zien is, is voor het kijkende subject ook eigenlijk geen object voorhanden. We zouden wel eens willen weten hoe men dan zonder een object tot een duidelijk begrip over het een en ander zou kunnen komen. Men zou hoogstens vanuit zijn eigen fantasie een heel regiment hypothesen kunnen opstellen, deze dan als een kaartspel door elkaar schudden, in een bak gooien, er op goed geluk een uittrekken en die dan tot hoofdprijs maken.
Hoofdstuk 47: Negende verdieping. Verschil tussen wijsheids- en liefdelicht - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Maar een spitse piramide met een ronde vorm (kegel) duidt ongetwijfeld een opeenvolging van tijden aan. Waarom? Omdat, om te beginnen, de cirkel van de puntpiramide het uitgaan vanuit de eeuwigheid aangeeft doordat zij eigenlijk een uitgerekte bol beschrijft waarvan de cirkels naar de spits toe steeds kleiner worden. Snijden jullie zo'n, naar twee kanten uitgerekte bol in het midden door, dat wil zeggen door de gordel, dan zullen jullie twee piramiden (kegels) krijgen, hetgeen wil zeggen dat door deze manipulatie de eigenlijke eeuwigheid op zich is uitgerekt tot een opeenvolging van tijden. Omdat jullie de uitgerekte bol bij de gordel in tweeën delen, liggen alle gebeurtenissen daartussen, want daar is hun begin en hun einde.
Hoofdstuk 46: Ineenvloeien van tijd en eeuwigheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Daarop zullen jullie zeggen: dat twee keer vier acht is, dat zien we in, maar dat twee keer vier - landen, steden en volkeren kan betekenen, lijkt wel wat sterk op gebazel. Vanuit logisch verstand geredeneerd, zeker; maar vanuit het geestelijke gezien, waar elk getal een onuitputtelijke overeenstemmende geestelijke oerbetekenis heeft, zal dit antwoord volkomen juist zijn. Maar ik zie dat dit gegeven jullie weetgierigheid erg prikkelt en jullie zouden graag een klein sprankje licht willen hebben; daarom zal ik voor jullie toch nog een paar sprankjes tevoorschijn laten komen.
Hoofdstuk 45: Goddelijk-geestelijke wijsheid is dwaasheid voor de wereld - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Wanneer een geest zegt: ik ben en denk, dan geeft hij daarmee aan dat de Heer in hem alles in alles is; en zegt hij van zichzelf: ik ben niet en denk niet, dan zegt hij, dat zonder de Heer geen enkel wezen vanuit zichzelf iets is of iets vermag. Maar wat betekent het dan als de Heer, die toch eeuwig alles in alles is, in diepe wijsheid iets dergelijks over Zichzelf zegt? Kijk, dat betekent dan, dat de Heer zelf in Zichzelf eeuwig volmaakt is en volmaakt denkt. Wanneer Hij echter zegt: Ik ben niet en denk niet, dan wil dat zeggen: alle wezens zijn weliswaar schepselen van Mij en zijn Mijn, door Mijn wil vastgehouden, levende gedachten en in de gehele oneindigheid bestaat er geen ding dat Ik niet heb gedacht en met Mijn wil heb geschapen; opdat echter Mijn schepselen volkomen vrij zullen zijn, laat Ik Mijn gedachten zo volkomen vrij, alsof Ik hen niet gedacht en niet geschapen had. Zo kunnen zij dan helemaal als vanuit zichzelf vrij denken en handelen, alsof ze helemaal niet van Mij afhankelijk zijn en alsof Ik helemaal niet meer aanwezig zou zijn.
Hoofdstuk 45: Goddelijk-geestelijke wijsheid is dwaasheid voor de wereld - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Ik denk dat we nu, voorzover het voor jullie begripsvermogen mogelijk en uitvoerbaar was, ook dit verschijnsel enigszins ontcijferd hebben; maar wat betekent dit allemaal? Dat is een heel bijzondere vraag. Het is, zoals in het begin reeds werd opgemerkt, een brok wijsheid waaraan niet te tornen valt en wij zullen tevreden moeten zijn als we daar een heel vluchtige, algemene blik op mogen werpen. En zo laat zich het geheel als volgt samenvatten: door dit ornament wordt geheel alleen de absolute wijsheid op zich voorgesteld en het is vanuit dit gezichtspunt een voortdurend bewegen en veranderen van vormen, waarvan de betekenis en innerlijke samenhang alleen door de Ene maar verder door niemand anders, eeuwig ooit ontcijferd kan worden.
Hoofdstuk 43: Absolute wijsheid niet geschikt voor een nog gebonden geest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Deze krans vertegenwoordigt de goddelijke wijsheid zoals deze voortdurend vanuit de hemelen binnenstroomt en die de met haar overeenstemmende wijsheid van ieder mens die volgens de goddelijke ordening leeft, voortdurend verlevendigt en ordent.
Hoofdstuk 41: Liefde en wijsheid, hun onderlinge relatie en harmonie - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Vanuit het midden van dit omrande altaarblad verheft zich een volkomen lichtgroene zuil en boven deze zuil bevindt zich een grote krans van samengevoegde sterren. Binnen deze krans zijn ook nog een grote hoeveelheid helrode en witte sterretjes als geometrische figuren samengevoegd, die samen met de hun omgevende krans een buitengewoon geheimzinnig en indrukwekkend schouwspel bieden.
Hoofdstuk 40: Overgang van de liefde in de wijsheid - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Het is opvallend dat hier de zuilen blauw zijn, maar de vloer rood en hier niet zo sterk golvend en vlammend als in de lagergelegen galerijen; daarentegen lijkt de deinende beweging die we bij deze vloer bemerken, meer op het deinen van een elastisch voorwerp, omdat de bewegingen gelijksoortig zijn. De wand van de binnenruimte is hier donkergroen en vanuit dat groen vibreert voortdurend een helderrood licht.
Hoofdstuk 38: Vijfde verdieping. Hogere trap van ontwikkeling van de mensengeest - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Kijk toch eens, wat een grootse, levendige reliëfs sieren deze poortvleugels! Lijkt het niet bijna op beeldschrift, dat vanuit het midden van de materie waaruit de vleugels zijn vervaardigd in de wonderbaarlijkste kleuren doorstraalt? En kijk eens door een glad vlak in de poortvleugel naar binnen in het gebouw! Jullie deinzen terug; wat hebben jullie dan gezien? Ik lees het al op jullie gezichten; jullie hebben mensen ontdekt en wel van een nooit vermoede schoonheid! Ja, ja, zo is het!
Hoofdstuk 34: Eerste verdieping. Bijzonderheden van het paleis en hun overeenstemmende betekenis - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Merkwaardig zijn bovendien nog de afzonderlijke zuilen van dit rondeel. Hun kleur is lichtgrijs maar doorzichtig en in het midden van elke zuil lijkt iets lichtrood als een soort rode doorzichtige vloeistof in gedraaide buizen op en neer te gaan, hetgeen de zuilen een bijzonder, merkwaardig verheven aanzien geeft. Nog merkwaardiger is het dat alle andere zuilenrondelen en hun zuilen in alles volkomen op elkaar lijken. Overal staat in het midden zo'n scheepvormige bak met een boom en overal ontdekken we in het midden van de zuilen gedraaide buizen, waarin gelijksoortige rode vloeistof op en neer gaat. Zo zijn de wenteltrappen binnen zo'n zuilenrondeel hier blijkbaar wat steiler dan in het vorige en het lijkt of zij uit een materiaal bestaan dat lijkt op ons donkergroene glas, met dit verschil dat het glas op aarde geen eigen licht heeft en dus ook niet in staat is met zo'n levendige kleur als het ware vanuit zichzelf te gloeien.
Hoofdstuk 36: Derde verdieping. Het karakter van de verstandsontwikkeling in overeenstemmende vormen en kleuren - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Jullie zeggen: lieve vriend en broeder, wij vinden geen woorden om te beschrijven wat zich daar allemaal op wonderbaarlijke wijze voor onze armzalige ogen ontvouwt! Wij zien een vlakte vol golvende glans en vanuit elke golf sproeien miljoenen stralen over elkaar heen, allemaal in verschillende kleuren. De stralen grijpen in elkaar en er ontstaan vormen die ook weer oplossen. De vormen gaan hier en daar in elkaar over, waardoor er weer nieuwe vormen ontstaan.
Hoofdstuk 33: Het zonnepaleis. Een overweldigende ontluiking van pracht met wonderen van licht - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] O, kijk eens, er zijn drie zuilengalerijen boven elkaar, maar de zuilen staan, zoals het tenminste nu lijkt, toch tamelijk dicht tegen elkaar gerangschikt. Dus maar vlug eropaf en de moed niet laten zinken! Ik denk dat we weldra geen reden meer zullen hebben om dit enorm groot lijkende obstakel nog als een hindernis te beschouwen, want zoals ik zie, worden de afstanden tussen de zuilen naarmate we dichterbij komen steeds beter waarneembaar. En kijk, voor de zuilen is een brede trap aangebracht waarover men vanuit alle richtingen veilig de onderste galerij kan bereiken.
Hoofdstuk 32: Het verdere verloop van de wandeltocht op de zon. De architectuur van het paleis beantwoordt aan de verhoudingen van het menselijk wezen Het zonnepaleis - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] En kijk, vanuit deze gedachte bouwen deze zonnemensen alles juist zo, dat het volkomen met de levensomstandigheden overeenstemt.
Hoofdstuk 31: Voortzetting van de wandeltocht op de zon. De overgang van het materiële naar het geestelijke leven in overeenstemmende beelden - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  80 - 81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105  ...