Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 912 van 1110

...  900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925  ...
[14] Ik zeg jullie: zoals wij het doen is het eigenlijk verkeerd, maar gelet op het feit dat de almachtige God van hemel en aarde Zich ook van onze domheid weet te bedienen, is het volkomen terecht wat er gebeurt, en heel in het bijzonder bij het wegschenken van een bruid, wanneer onze domheid ons parten speelt en de alwijze God een bloem uit ons hoofdpaleis wegneemt, voor wie nu juist ons paleis onwaardig is, evenals wij het zelf niet waard zijn dat deze heilige vlam nog even sterk op het altaar van God blijft branden.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Wie van jullie kan deze uitspraak van mij daadwerkelijk weerleggen? Wie van jullie heeft nog de moed om zijn hand op het altaar te leggen, waarop de vlam nog brandt? Ik zie niemand van jullie opstaan en naar voren gaan, maar jullie trekken je allemaal terug en niemand van jullie geeft mij antwoord.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Wat moeten we dan doen, nu de vlam nog brandt? Ik zal jullie een goede raad geven en deze luidt als volgt: val allemaal voor het altaar van God ter aarde, loof en prijs de almachtige God, opdat Hij ons allen ten minste in zoverre dieper mag wekken dat we daardoor in het diepst van ons hart mogen inzien hoeveel ons nog ontbreekt om te worden wat onze zuster, onze wijze maagd geworden is.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Jullie trekken je schouders op en maken met hoofd en ogen een beweging die voor tweeƫrlei uitleg vatbaar is, maar ik zeg jullie: waarlijk, onze wijsheid is als het schuim van de zee, waarvan de bellen aan het oppervlak weliswaar ook een mooi glinsterend kleurenspel bieden, maar men hoeft slechts tegen zo'n glinsterende bel te blazen en ze is met haar kleurenspel totaal uit het bestaan verdwenen.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Toen ik jullie vanuit mijn wijsheid de eisen had getoond, stonden jullie allemaal te beven en iedereen trok zich huiverend van het altaar voor transformatie tot het kindschap Gods terug. Maar een jong meisje, dat wel het eenvoudigste in mijn paleis was, zodat niemand van ons zou vermoeden dat er juist in dit heel eenvoudige, maagdelijke wezen zo'n diepe, volkomen gewekte wijsheid aanwezig was (haar daad garandeert ons dat), liet ons allen zien, hoe die mensen geaard zijn en moeten zijn, in wie de innerlijke wijsheid door stille zelfwerkzaamheid en door zelfonderzoek van de eigen geest, gewekt is.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Mijn geliefde kinderen en kindskinderen, kijkt allen naar het altaar, waar de geheiligde vlam nog brandt. Wie van jullie heeft de moed om na het vernemen van de voorwaarden ter verkrijging van het kindschap Gods, zijn hand op het altaar te leggen?
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Het verschil tussen de deinende activiteit van gewekte en van gewone mensen bestaat hierin dat de zichzelf innerlijk gewekte handelt volgens de in hem aanwezige eeuwige wetten der goddelijke orde. De gewone mens echter handelt volgens van buitenaf gegeven wetten, die afkomstig zijn van de levende wetten van hen die in zichzelf de innerlijke wijsheid hebben gevonden, welke de allerhoogste wijsheid van de Schepper reeds vanaf het oerbegin in hen heeft gelegd.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] Kijk, zojuist treedt onze oudste weer naar voren en spreekt alle aanwezigen als volgt toe: geliefde kinderen en kindskinderen, jullie weten waar we de stenen vandaan halen die als lichtgevende sterren zo prachtig in de andere kostbare bouwstenen zijn ingelegd. Het is de bodem van de grote, zeer diepe wateren waaruit onze goedgeoefende duikers ze omhooghalen. Zo ligt alles wat prachtig, groot en kostbaar is in moeilijk toegankelijke diepten verborgen; zo zijn ook wij oppervlakkig beschouwd door God de Almachtige zo geschapen dat we goed geschikt zijn om diepe wijsheid te bevatten.
Hoofdstuk 23: Wijze toespraak van de oudste tot zijn volk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Zoveel kan ik jullie vooraf wel zeggen: voor wie de moed heeft, is de weg niet afgesneden, want waar de Heer, de Almachtige, het ene doet, daar zal Hij ook het andere doen.
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Kijk, zo heeft onze oudste gesproken. Met grote kennis van zaken en diepe wijsheid heeft hij zijn woorden gekozen. Daarom zullen we nu eens opletten, wat voor uitwerking deze bij zijn kinderen en kindskinderen hebben teweeggebracht. Denken jullie dat er na zijn afschrikwekkende reisbeschrijving ooit iemand zal besluiten om de weg naar de woonplaats van God op te gaan?
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Hoe luidt echter de door middel van de vele woorden van deze profetengeest gegeven machtige wenk die hier met de sterren om het altaar opgetekend is? Wie van jullie kan zeggen: ik kan hem niet lezen? Ikzelf heb jullie immers geleerd alle tekens van de sterren te lezen.
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Zijn woorden zijn ons bijgebleven en wij hebben ze in ons sterrenschrift bewaard. Jullie kunnen in mijn huis gaan en staan waar je maar wilt, en dit sterrenschrift zal jullie door zijn heldere glans tegemoet stralen en de innerlijke wijsheid van jullie geest altijd opnieuw doen opleven.
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Kijk, geen mannelijk wezen biedt zich deze keer aan. Maar daar komt een wondermooi vrouwelijk wezen naar voren dat tegen de oudste zegt: verwekker van mijn leven door Gods kracht in jou, mijn borst zwelt op van machtige liefde voor de enige God, zonder wiens zichtbare aanwezigheid, die eens mogelijk moet zijn, men zich geen volkomen zaligheid kan indenken. Ik zou graag naar Hem toe willen gaan en een allergeringste dienstmaagd worden in een van Zijn kleinste huisjes, waarvan Hij er zeker oneindig veel zal hebben. Mij schrikt de weg niet af; waar en hoe hij te vinden is, zal de vlam mij tonen. Heb ik daarover zekerheid gekregen, laat mij dan ook gaan volgens de aanwijzing van de grote profeet die in de naam en met de kracht van de almachtige God tot het gehele volk van deze onafzienbaar grote wereld heeft gesproken!
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[7] Ik zeg jullie: laat eenieder, man of vrouw, onderzoeken hoe het met zijn gemoed ten opzichte van God de Almachtige gesteld is. Wie van jullie heeft de moed om het allerhoogste Godswezen met zijn liefde te omvatten? Wie in staat is om alles voor het altaar neer te leggen en niets te behouden dan slechts de liefde van zijn hart voor de almachtige, eeuwig grote God, moge naar voren komen en proberen te lezen wat de vlam aangeeft. Waarlijk, wie daartoe in staat is, heeft een grote weg voor zich, een weg van de grootste vrijheid tot het nederigste knechtschap; een weg van dit volmaakte leven door de dood, een weg van deze hoogste graad van licht naar de grootste nacht en erdoorheen, een weg van hoogste zaligheid en geluk, zoals we die hier allemaal voelen, naar de grootste droefenis, naar de grootste ellende en de grootste nood, een weg van ons ononderbroken welzijn naar en door ondragelijke pijn om langs die weg vol onzekerheid in een nergens bepaalde tijd bij de woning van God te komen. Zalig degene die deze woning ooit kan bereiken en die daar een kind van God kan worden!
Hoofdstuk 22: Onthulling van de voorwaarden voor het bereiken van het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] In deze centraalzon manifesteert de wilskracht zich echter nog sterker en het verschil tussen die van de hoofdoudste en die van de gewone mens is net zo merkbaar als het verschil in grootte tussen centraalzonnen, planetaire zonnen, planeten en hun manen. Vandaar dat de wilskracht van zo'n hoofdpaleiswijze bij alle andere mensen die in zijn wijsheids- en wilsterritorium wonen, heel goed bekend is. Maar hoe de wijsheid van zo'n wijze bevalt, dat zullen jullie tot je grote verbazing dadelijk ondervinden.
Hoofdstuk 21: De liefde zet het hout op het altaar in vlammen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925  ...