Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 912 van 1112

...  900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925  ...
[1] Thomas verbaast zich erover dat hij zich reeds met alle andere gasten in de grote eetzaal bevindt en wel voor de rijkelijk van brood en wijn voorziene tafels, die volgens het plan van Max Olaf in kruisvorm waren opgesteld.
Hoofdstuk 128: Thomas' bede voor de nog in de voorzaal verblijvende schare van zijn voormalige vijanden. Hij wordt met een eregewaad en een wijsheidshoed gekleed. Zijn eerste opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Een wijze uit de oertijd had gelijk, toen hij, diep getroffen door Uw onuitsprekelijke goedheid, uitriep: 'Vader, hou toch eindelijk op met zegenen! Als U een kind tuchtigt, hebt U daarmee een bepaald doel, maar als U het daarna, als het zich gebeterd heeft, begint te zegenen, houdt het zegenen nooit meer op. Zulk een nooit vermoede verhevenheid van Uw goedheid, liefde en erbarmende mildheid, zachtmoedigheid en minzaamheid, is voor een zwakke geest te veel ineens!'
Hoofdstuk 128: Thomas' bede voor de nog in de voorzaal verblijvende schare van zijn voormalige vijanden. Hij wordt met een eregewaad en een wijsheidshoed gekleed. Zijn eerste opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Ja, vanwege jouw hart dat Mij bevalt, moet je het aantrekken. Doe het vlug, want wij hebben nog heel veel te doen!' Thomas neemt het gewaad en de hoed, die zich op het moment dat hij ze aanpakt, ook reeds volmaakt passend om zijn lichaam bevinden, waarover hij zich weer niet genoeg kan verbazen.
Hoofdstuk 128: Thomas' bede voor de nog in de voorzaal verblijvende schare van zijn voormalige vijanden. Hij wordt met een eregewaad en een wijsheidshoed gekleed. Zijn eerste opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Na deze woorden pakt Thomas de vriendelijke Dismas bij de hand en begeeft zich dadelijk naar de voorzaal.
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] De generaal zegt tegen Thomas: 'Vriend, ik denk dat het hier voor eeuwig gedaan is met alle aardse titels. Daarom zeg ik: beste vriend en broeder, je hebt nu zelf gehoord, hoe vlug deze hele schare zich als één man voor de enige goede zaak uitsprak. Jezus is voor hen nu, evenals voor mij, alles in alles. Wat moeten wij doen om te bereiken, dat we voor Jezus, de Heer in alle eeuwigheid, wat waardiger worden dan wij nu zijn?'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] De generaal roep Ik echter bij Mij. Hij verontschuldigt zich weliswaar en zegt dat hij vanwege zijn onwaardigheid niet dichter bij Mij kan komen, maar Ik wijs hem op Zacheüs uit het evangelie, die een grote zondaar was, maar wiens huis Ik toch binnenging om met hem de maaltijd te gebruiken.
Hoofdstuk 130: De menigte voor de Heer. Generaal Theowalds levensweg naar God. Wat tijdens het aardse leven een mysterie was, wordt opgehelderd in het hiernamaals. Jezus' woorden over licht en leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Thomas en Dismas treden nu weer de eerste zaal binnen, waarin de grote menigte zich bevindt. Generaal Theowald en zijn vriend Kernbeiss gaan hen vriendelijk tegemoet en spreken uit naam van de hele menigte hun dankbaarheid jegens de Heer der heerlijkheid uit voor zo'n kostelijk onthaal. Kernbeiss merkt nog speciaal op, dat alles zo wonderbaarlijk snel in z'n werk is gegaan.
Hoofdstuk 131: De grote maaltijd. De generaal en zijn vriend Kernbeiss. Thomas dankt hen voor de eerdere kuur. Blik op de aardse hel - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] O, vervloekte aarde met al jouw mensen! Wie op deze satansgrond rijk, machtig en wreed genoeg kan zijn, heeft ook het volste recht aan zijn zijde. Hij kan iedereen, die zijn gewelddadige macht niet als een rechtmatige, de mensheid waarlijk geluk brengende macht erkent, als misdadiger laten vermoorden. Zij wisten hoe men de grond moet bewerken om zich gelukzaligheid te verschaffen ten koste van miljoenen arme grasbijters. Hadden wij dat al eerder gedaan, dan zouden wij hetzelfde recht hebben, maar zij zijn ons voor geweest en hebben nu ook het recht aan hun zijde.
Hoofdstuk 132: Een schare terechtgestelden komt aan. De leider vertelt hungeschiedenis. Filosofie van de liefde- en goddeloosheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Als hij daar nu zo in nieuwe kleren staat, zeg Ik tegen hem: 'Wel broeder, je bent nu volmaakt en verzadigd van Mijn genade, liefde en wijsheid. De maaltijd hier is bereid en het ontbreekt ook niet aan gasten die voor deelname waardig zijn gemaakt. Zoals je echter daarnet zelf hebt aangegeven, bevinden zich buiten in de voorzaal ongeveer drieduizend nog heel arme geesten onder leiding van een generaal die jij goed kent. Deze man heeft een goed en verstandig hart en zijn woord heeft grote invloed op zijn aanhang. Ga jij nu met broeder Dismas, die de generaal op aarde heel goed heeft gekend, naar de voorzaal en probeer die rechtschapen man, met behoud van de vrijheid van zijn hart, voor Mij te winnen, en via hem ook het hele grote gezelschap. Heb je je eerste missie in dit rijk van het ware leven goed volbracht, dan zul je na de maaltijd voor grote taken gesteld worden. Want Ik zeg je: in Mijn rijk zijn er vele en door jou nog nooit vermoede grote taken van allerlei soort. Ga daarom nu vlug; aan Dismas zul je een buitengewoon wijze helper hebben.' Thomas zegt: 'O goede, heilige Vader, hoe goed zorgt U toch voor het verloren schaapje, voor de verloren stuiver en voor de verloren zoon! U zij eeuwig alle eer en roem, liefde en aanbidding!'
Hoofdstuk 128: Thomas' bede voor de nog in de voorzaal verblijvende schare van zijn voormalige vijanden. Hij wordt met een eregewaad en een wijsheidshoed gekleed. Zijn eerste opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Daarop richt de generaal zich tot de menigte en zegt: 'Luister goed naar wat ik jullie nu bekend ga maken! Sinds onze treurige aankomst hier hebben jullie allen maar al te goed gevoeld in welk een onbeschrijfelijk onaangename toestand wij ons tot nu toe hebben bevonden. Wij klaagden en weenden, maar geen trooster kwam ons tegemoet. Wij zochten, maar vonden niets. Wij vloekten, maar er opende zich geen afgrond om ons te verslinden. Toen begonnen wij ook te bidden, zo goed en zo kwaad als het ging, maar ook het bidden scheen ons in de steek te willen laten. Om kort te gaan, alleen de wanhoop restte ons tenslotte nog. Ik troostte jullie wel zo goed als ik kon, maar wat hielp het allemaal als de trooster zelf zich nog veel ongelukkiger voelde!
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[16] Hierop wendt de generaal zich vlug naar de openstaande deur en ziet en herkent Mij meteen. Door een overweldigende vreugde aangegrepen, roept hij met de stem van een echte commandant: '0 Heer over alle hemelen en werelden, zo, zo oneindig minzaam komt U, Verhevene, ons armen tegemoet. 0 Heilige, Heilige, Heilige! Broeders, sla de ogen op en aanschouw! God, Jezus, die voor ons aan het kruis de heldendood stierf en op de derde dag uit eigen kracht weer uit de dood opstond als de grootste Overwinnaar, komt ons tegemoet! Kniel neer en aanbid Hem uit het diepst van jullie harten! Zeg opgewekt: O Heilige Vader, die uit Uw hemelen tot ons arme zondaren komt, geprezen en geheiligd worde Uw naam! Vergeef ons onze zonden en straf ons niet voor onze slechte daden, maar laat ons Uw heilige genade naar de mate van Uw erbarming toekomen, in plaats van een streng oordeel. Voor U alleen, 0 Heer, zij eeuwig al onze liefde!'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Ik zeg: 'Mijn beste Theowald, de levensverhoudingen op aarde zijn anders dan die in de geestelijke, onvergankelijke wereld, maar zij moeten zo zijn, opdat daaruit dit ware, volkomen leven kan ontstaan. Weliswaar is ieder mens al tijdens zijn aardse leven geroepen door het nauwkeurig naleven van Mijn woord, dat hoofdzakelijk in de vier bekende evangeliën geschreven staat, de weg vrij te maken om zich van dit volmaakte leven te verzekeren, maar omdat ieder mens, om een eeuwig levende geest te worden, over zijn volledig vrije wil moet kunnen beschikken, gebeurt het dan ook maar al te vaak, vooral bij het voortschrijden van deze tijden, dat de mensen zich hun oren door de wereldse sirenenstem doof laten maken en hun ogen door het bedrieglijke licht van de glans van de wereld laten verblinden.
Hoofdstuk 130: De menigte voor de Heer. Generaal Theowalds levensweg naar God. Wat tijdens het aardse leven een mysterie was, wordt opgehelderd in het hiernamaals. Jezus' woorden over licht en leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Generaal Theowald doet dat meteen. De hele menigte neemt alles als een militair commando onvoorwaardelijk aan en voegt zich naar alles wat de generaal van haar verlangt. Nadat deze zijn opdracht vlug en gemakkelijk heeft volbracht, komt hij spoedig weer terug en zegt: 'Heer, Vader, God Jezus van eeuwigheid, wat U door mij van de gehele menigte verlangde, is gebeurd. Uw allerheiligste wil zij nu onze eeuwige wet! Omdat U gezegd hebt ons allen nu pas Uw bijzondere wil te verkondigen, vragen we U, liefdevolste Vader, daar nu om. Wij allen verzekeren U dat wij de van U vernomen wil in ons willen en handelen opnemen, en er geen steekje van zullen laten vallen!'
Hoofdstuk 130: De menigte voor de Heer. Generaal Theowalds levensweg naar God. Wat tijdens het aardse leven een mysterie was, wordt opgehelderd in het hiernamaals. Jezus' woorden over licht en leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] De graaf zegt: 'Vriend, je gaat toch te ver met je meedogenloosheid! Daardoor veroordeel je ook jezelf. Zou jij het goed vinden, als men zich volgens jouw principes ook van jou zou ontdoen? De meedogenloze zegt: 'Dat geldt zowel voor de een als voor de ander! Als iemand omwille van zijn eigen voordeel zich van mij kan ontdoen, zou ik hem zelfs een ezel noemen als hij het niet zou doen!'
Hoofdstuk 133: De graaf en de meedogenloze. Beider levensgeschiedenis. Hun eensgezinde, sombere Godsloochening. De trotse koningstroonpretendent en zijn beklagenswaardige einde - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] De graaf zegt: 'Jij zou mij dus ook niet ontzien?' De meedogenloze zegt: 'Als ik daar voordeel bij zou hebben, zeker niet! Meneer de graaf heeft toch zelf onze aardse moordenaars gelijk gegeven, dat zij zich van ons ontdeden, omdat zij ons voor hun doel niet konden gebruiken. Kunt u mij dan ongelijk geven, als ik precies zo denk als u, heer graaf!'
Hoofdstuk 133: De graaf en de meedogenloze. Beider levensgeschiedenis. Hun eensgezinde, sombere Godsloochening. De trotse koningstroonpretendent en zijn beklagenswaardige einde - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  900 - 901 - 902 - 903 - 904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925  ...