Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 916 van 1088

...  904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929  ...
[1] Na deze woorden pakt Thomas de vriendelijke Dismas bij de hand en begeeft zich dadelijk naar de voorzaal.
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] De generaal zegt: 'Wat zeg jij daarop, vriend Dismas?' Dismas zegt: 'Wat broeder Thomas vol wijsheid heeft gezegd, dat zeg ik ook naar volle waarheid.'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] Ook zie ik hier vlak bij me een schitterend paviljoen. Hoe zou het zijn als ik daar eens naar toe ging? Van daaruit moet deze omgeving nog mooier te overzien zijn. Kracht heb ik nu in mijn voeten. Het is wel aardig hoog klimmen, maar vooruit, naar boven met mij! Nee, ik blijf toch maar hier beneden; het zou de eigenaar wel eens niet aangenaam kunnen zijn. Het is hier ook al heel goed. Maar nu het in mij steeds lichter en helderder wordt, merk ik, dat de mens ook in het geestenrijk hongerig en dorstig kan worden. Een stukje brood en iets te drinken zou bij deze verlichting van de geestenwereld werkelijk niet slecht van pas komen!'
Hoofdstuk 125: Geestelijk ontwaken van de monnik. Zelfgesprekken als zielespiegel. Christus, het levensanker van de schipbreukeling - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[16] De monnik Thomas zegt: 'O Heer, U vraagt mij, alsof ik U iets zou kunnen zeggen wat U nog niet wist. Kijkt U maar eens in mijn hart en U zult daarin nog die oertekst vinden, die Uw almachtige rechterhand heeft opgetekend. Uit deze tekst spreekt een oneindige grootsheid en verhevenheid, zodat mijn hart U alleen daardoor kon aanvoelen. Het was daarom nooit in staat zich U anders voor te stellen. Iedere bekrompen, heers- en hebzuchtige voorstelling van U kon daardoor in mijn hart nooit postvatten. Om deze reden kon ik ook nooit het geloof in de Godheid van Jezus, de Gezalfde, echt helemaal aanvaarden, hoewel ik strikt genomen nooit aan die mogelijkheid heb getwijfeld. Toch zou de Godheid van Christus duidelijker zichtbaar naar voren hebben moeten treden, ongeveer zoals bij de apostelen, dan zou ik wel tot een vast geloof genoodzaakt zijn geweest. Dat was echter ongetwijfeld om wijze redenen nooit het geval. Christus of Zijn Geest liet altijd toe, dat de roomse curie van Hem mocht maken wat ze maar wilde.
Hoofdstuk 126: De monnik hoort de heilige leer van Christus. De eens geestelijk blinde herkent de Heer en diens genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[17] Welke meer gewekte geest zou, als hij op de hoogte was van de rooms-katholieke theologie, ook maar in de verste verte op het idee kunnen komen zo'n leer voor zuiver goddelijk te houden? Ikzelf heb uit ouwels duizenden echte Christussen gemaakt en heb deze daarna grotendeels zelf opgegeten. Wat moet een eerlijk mens echter denken van een leer, waarom iedere Chinees zou schaterlachen? Hoe vaak heb ik na een mis gedacht, als ik een blik wierp op de zon, of 's avonds keek naar de myriaden sterren: 'Dus Hij, die je vandaag door de zogenaamde consecratie uit een ronde ouwel van zetmeel tot allerhoogste God maakte en daarna levend hebt opgegeten, zou dit allemaal hebben gemaakt?' O Heer, dat was voor het geloof van een sterveling toch een beetje te veel gevraagd! Wie dat kan geloven, is werkelijk niet te benijden, want hij kan niet het kleinste sprankje geest bezitten. Ik verrichtte wel volgens voorschrift de zogenaamde eredienst voor de ogen van de blinde wereld, maar ikzelf kon er nauwelijks in geloven, omdat de oertekst in mijn hart en in de hele schepping mij altijd wat anders leerde.
Hoofdstuk 126: De monnik hoort de heilige leer van Christus. De eens geestelijk blinde herkent de Heer en diens genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[20] Ik zeg: 'Goed, Mijn beste Thomas, het is allemaal in orde wat jij hebt gesproken, maar wanneer je Mij verwijt, dat Ik tegen de gruwelen van de roomse kerk nog nooit een weerwoord heb laten horen, doe je Mij onrecht. Bekijk toch eens al die afscheidingen van de roomse kerk; zijn dat geen geweldige tegenkrachten? Maar zij baatten weinig, omdat Ik de draak omwille van Mijn liefde nog niet wilde oordelen. Kijk verder eens naar de grote verbreiding van het zuivere woord door het gedrukte schrift in alle talen. Maar het baatte weinig, omdat Ik de draak nog niet wilde oordelen omwille van Mijn liefde. Kijk verder nog naar de te allen tijde door Mij gewekte nieuwe profeten. Deze oefenden een sterk tegenwicht uit. Maar het baatte weinig, omdat Ik de draak nog steeds niet wilde oordelen... omwille van Mijn liefde. Bekijk dan nog de honderdvoudige verdeemoedigingen, die Ik de roomse kerk als krachtige vermaningen op velerlei manieren heb laten ondergaan. Maar zij baatten tot nu toe eveneens maar weinig, omdat Ik de draak nog steeds niet wilde oordelen omwille van Mijn liefde.
Hoofdstuk 126: De monnik hoort de heilige leer van Christus. De eens geestelijk blinde herkent de Heer en diens genade - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Als hij daar nu zo in nieuwe kleren staat, zeg Ik tegen hem: 'Wel broeder, je bent nu volmaakt en verzadigd van Mijn genade, liefde en wijsheid. De maaltijd hier is bereid en het ontbreekt ook niet aan gasten die voor deelname waardig zijn gemaakt. Zoals je echter daarnet zelf hebt aangegeven, bevinden zich buiten in de voorzaal ongeveer drieduizend nog heel arme geesten onder leiding van een generaal die jij goed kent. Deze man heeft een goed en verstandig hart en zijn woord heeft grote invloed op zijn aanhang. Ga jij nu met broeder Dismas, die de generaal op aarde heel goed heeft gekend, naar de voorzaal en probeer die rechtschapen man, met behoud van de vrijheid van zijn hart, voor Mij te winnen, en via hem ook het hele grote gezelschap. Heb je je eerste missie in dit rijk van het ware leven goed volbracht, dan zul je na de maaltijd voor grote taken gesteld worden. Want Ik zeg je: in Mijn rijk zijn er vele en door jou nog nooit vermoede grote taken van allerlei soort. Ga daarom nu vlug; aan Dismas zul je een buitengewoon wijze helper hebben.' Thomas zegt: 'O goede, heilige Vader, hoe goed zorgt U toch voor het verloren schaapje, voor de verloren stuiver en voor de verloren zoon! U zij eeuwig alle eer en roem, liefde en aanbidding!'
Hoofdstuk 128: Thomas' bede voor de nog in de voorzaal verblijvende schare van zijn voormalige vijanden. Hij wordt met een eregewaad en een wijsheidshoed gekleed. Zijn eerste opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Overdenk hetgeen ik gezegd heb en handel ernaar; schaden kan het ons nooit. Bovendien is het hoofdzakelijk deze pater, die jullie eerder naar buiten hebben gegooid, die ons deze vriendendienst bewijst. Hij is de laatste die tegen ons zal liegen, omdat hij eerder het bittere lot lang genoeg met ons heeft gedeeld. En dus, vrienden: Jezus Christus voor ons hart, tot elke prijs! Helpt Hij ons niet, dan zijn we verloren!'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] Dismas zegt: 'Het ontbreekt jullie allen verder aan niets meer. Zeg daarom tot de hele menigte dat zij hun ogen openen en naar de openstaande deur kijken, waardoor men vanuit deze zaal in de aangrenzende grote levenszaal komt. Daar staat Hij al met uitgespreide armen om jullie allen op te nemen in het grote rijk van Zijn genade en erbarmen!'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Daarop richt de generaal zich tot de menigte en zegt: 'Luister goed naar wat ik jullie nu bekend ga maken! Sinds onze treurige aankomst hier hebben jullie allen maar al te goed gevoeld in welk een onbeschrijfelijk onaangename toestand wij ons tot nu toe hebben bevonden. Wij klaagden en weenden, maar geen trooster kwam ons tegemoet. Wij zochten, maar vonden niets. Wij vloekten, maar er opende zich geen afgrond om ons te verslinden. Toen begonnen wij ook te bidden, zo goed en zo kwaad als het ging, maar ook het bidden scheen ons in de steek te willen laten. Om kort te gaan, alleen de wanhoop restte ons tenslotte nog. Ik troostte jullie wel zo goed als ik kon, maar wat hielp het allemaal als de trooster zelf zich nog veel ongelukkiger voelde!
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] De generaal zegt: 'Vriend, onze woorden klinken wel wat onbehouwen, maar ze komen uit een oprecht hart. Daarom kun je ervan verzekerd zijn, dat onze harten zeker warmer kloppen voor de Heer Jezus dan die van veel christenen, die veel denken en verheven spreken, maar daarbij heel weinig voelen. Wij hebben ook wat verstand, weliswaar niet al te goed ontwikkeld, maar in plaats daarvan hebben we des te meer gevoel in ons hart. Ik denk dat dit de Heer der heerlijkheden toch ook niet onaangenaam zal zijn. Wees er daarom volkomen van verzekerd, dat wij in de liefde voor God Jezus, de Heer, niet zwakker zullen zijn dan in ons rotsvaste geloof in Hem. Zeg eens, wat ontbreekt ons nog?'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[16] Hierop wendt de generaal zich vlug naar de openstaande deur en ziet en herkent Mij meteen. Door een overweldigende vreugde aangegrepen, roept hij met de stem van een echte commandant: '0 Heer over alle hemelen en werelden, zo, zo oneindig minzaam komt U, Verhevene, ons armen tegemoet. 0 Heilige, Heilige, Heilige! Broeders, sla de ogen op en aanschouw! God, Jezus, die voor ons aan het kruis de heldendood stierf en op de derde dag uit eigen kracht weer uit de dood opstond als de grootste Overwinnaar, komt ons tegemoet! Kniel neer en aanbid Hem uit het diepst van jullie harten! Zeg opgewekt: O Heilige Vader, die uit Uw hemelen tot ons arme zondaren komt, geprezen en geheiligd worde Uw naam! Vergeef ons onze zonden en straf ons niet voor onze slechte daden, maar laat ons Uw heilige genade naar de mate van Uw erbarming toekomen, in plaats van een streng oordeel. Voor U alleen, 0 Heer, zij eeuwig al onze liefde!'
Hoofdstuk 129: 129 Thomas en Dismas bij de generaal en zijn drieduizend zielen tellend gezelschap. Uitleg over Jezus en de weg tot het heil. Rede van de generaal. De Heer bij de deur van de zaal des levens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Bij deze woorden van de generaal richten allen hun ogen naar de grote zaal deur en wanneer zij Mij daar zien, vallen zij meteen op hun knieƫn. Allen bidden, loven en prijzen Mij zo goed als het gaat bij deze van alle cultuur verstoken zielen, die hier een nog zeer onbedorven geest tot woning dienen en daardoor in deze toestand meer gevoels- dan verstandsleven verraden. Ik laat hen een poosje in deze hartverheffende toestand, opdat zij in hun innerlijk wat tot rust kunnen komen.
Hoofdstuk 130: De menigte voor de Heer. Generaal Theowalds levensweg naar God. Wat tijdens het aardse leven een mysterie was, wordt opgehelderd in het hiernamaals. Jezus' woorden over licht en leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Om deze reden zei Mijn bode Thomas jou ook, dat jouw wil je enige rechter en gever is van alles wat je wilt, hetzij goed of slecht. Jij verlangde echter naar het goede en verlangde Mijzelf, en zie, zo staat nu werkelijk en levend voor je wat je in je hart wilde. Van nu af aan zal Mijn bijzondere wil je worden meegedeeld. Wil je deze tot je eigen wil maken, dan zul je een waarlijk zalig leven leiden. Ga heen en verkondig dit nu ook aan jouw schare!'
Hoofdstuk 130: De menigte voor de Heer. Generaal Theowalds levensweg naar God. Wat tijdens het aardse leven een mysterie was, wordt opgehelderd in het hiernamaals. Jezus' woorden over licht en leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Hoe vaak heb ik op aarde gevraagd: 'Bestaat er een God of niet? Als er een God bestaat, waar is Hij dan, hoe ziet Hij er uit? Is de joodse leraar Jezus soms datgene wat de legenden over Hem zeggen? Hij, een mens zoals wij, zou God zijn, God, die de oneindige ruimte met talloze myriaden schepselen en wezens van allerlei soort uit Zichzelf heeft geschapen?' Maar op al deze belangrijke vragen kreeg ik nooit een bevredigend antwoord, want de hemel was afgesloten en de sterveling vroeg tevergeefs naar de eeuwig Levende. Alleen aardse, sterfelijke mensen deden soms hun best om mij een ander idee over God bij te brengen. Zij vertelden mij over Uw wonderdaden op aarde, die klonken als sprookjes en daardoor ook veel te zwak waren om aan mijn vorsende geest te geven wat hij zocht. Om kort te gaan: ik zocht en vond niets! Ik klopte overal aan, maar er was nergens iemand, die mij naar waarheid zou hebben gezegd: 'Kom binnen vriend, hier zul je vinden wat je zoekt.'
Hoofdstuk 130: De menigte voor de Heer. Generaal Theowalds levensweg naar God. Wat tijdens het aardse leven een mysterie was, wordt opgehelderd in het hiernamaals. Jezus' woorden over licht en leven - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  904 - 905 - 906 - 907 - 908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929  ...