Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 920 van 1088

...  908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933  ...
[8] Een ander uit het gezelschap treedt naar voren en zegt: '0, ik vraag u ook slechts eenmaal Christus te mogen zien, en als het mogelijk is ook de heilige Jozef, omdat hij mijn naamheilige is! Maar als dat niet kan, dan hoeft het niet; als ik Christus maar mag zien!'
Hoofdstuk 144: Heerlijkheid en grootte van het huis. Woont hier Jezus Christus? Vurig verlangen van de zielen naar de Heer. Het juiste vermoeden van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] De Vreemdeling zegt: 'Wel, dan zie ik nu al, dat jij Christus heel graag mag! Maar wat zou je doen, als Christus jou niet zo graag zou mogen als jij Hem?' De aangesprokene zegt: 'O, dat doet er niet toe; al ben ik niet veel waard, Christus heeft me toch graag. Daarover maak ik me geen zorgen.' De Vreemdeling zegt: 'Mijn beste, ga nu maar weer terug naar je kameraden met de verzekering, dat de Heer Christus jou misschien toch nog meer zal liefhebben dan jij Hem.'
Hoofdstuk 144: Heerlijkheid en grootte van het huis. Woont hier Jezus Christus? Vurig verlangen van de zielen naar de Heer. Het juiste vermoeden van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[15] Miklosch zegt: 'Ja, mijn beste vrienden, mijn vermoeden is werkelijk vreemd, maar ik kan het jullie niet beschrijven. Het komt mij hier bijna zo voor, als het de twee naar Emmaüs wandelende leerlingen moet zijn voorgekomen, toen de Heer Zelf in hun midden liep en zij Hem niet herkenden, alhoewel Hij hun wijs over allerlei dingen onderrichtte. Ik zou bijna willen wedden, dat dit vermoeden dat mij zalig stemt, meer is dan alleen maar een strohalm! Komt tijd, komt raad! Tenslotte zal de waarheid wel aan het licht komen.'
Hoofdstuk 144: Heerlijkheid en grootte van het huis. Woont hier Jezus Christus? Vurig verlangen van de zielen naar de Heer. Het juiste vermoeden van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] De vreemdeling zegt: 'Maak je niet meer bezorgd over hetgeen beneden op aarde gebeurt, want daarvoor zorgt wel de Heer, die jullie allen hier veel nader is dan jullie denken. Wat je vrouwen kinderen betreft is een flinke aardse vernedering, zonder welke zij nauwelijks daar zouden komen waar jij je nu bevindt, van groot belang. Door deze vernedering leren zij toch wat meer de nietigheid van alle aardse goederen kennen en deze heimelijk zelfs verafschuwen. Zo zal het voor hen na het afleggen van hun lichaam gemakkelijker worden om in het rijk van het licht te komen. Maak jij je echter over niets anders meer bezorgd dan over de liefde voor God en je broeders; al het andere zal dan vanzelf naar je toe komen!'
Hoofdstuk 142: Preek van de vreemdeling tegen de neiging tot oordelen. Tegenwerping van de franciscaan. De vreemdeling over de ordening van het hart - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] De vreemdeling zegt: 'Geen ziel wordt ooit van haar vrijheid, haar bewustzijn en haar herinneringsvermogen beroofd. Wat zij wil, dat krijgt ze. Wil zij opstaan, dan zal zij opstaan. Wil zij echter nog dieper onder haar graf afdalen naar de hel, dan wordt haar de weg niet versperd. Wel wordt de hel door God toegelaten en als het ware voor eeuwig op zichzelf staand van alle hemelen afgescheiden; voor zo' n ziel geldt dat echter niet. Deze wordt namelijk niet geoordeeld, behalve door haar eigen liefde en de volledige vrijheid van haar wil. Wil zij naar de hel, omdat door deze haar eigenlijke liefde wordt bepaald, dan zal zij naar de hel gaan en wij allen zullen niet in staat zijn om haar daarvan af te houden. Wil zij echter naar de hemel, dan zullen wij haar ook met alle liefde opnemen en langs de beste wegen daarheen geleiden. Zo gaat het volgens de goede ordening van God!'
Hoofdstuk 143: Laatste twijfel van de franciscaan. Wat gebeurt er met mensen die doodzonden hebben begaan? Liefdevol antwoord van de vreemdeling. Uitnodiging om het huis binnen te gaan - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] De franciscaan zegt: 'Al goed, beste vriend, dat was reeds lang mijn wens, maar nu ter zake! Jij hebt gelijk. Ik heb toch de Sint Pieterskerk in Rome en het Vaticaan met zijn duizend kamers gezien, maar dat alles is nauwelijks een slakkenhuis vergeleken bij dit paleis! Op het eerste gezicht zou naar mijn schatting in dit reusachtige paleis gemakkelijk plaats zijn voor honderd keer de gehele bevolking van de aarde. Zowel links als rechts loopt het bijna tot in het oneindige door. En wat de hoogte betreft lijkt het mij, dat de gevel van het huis bijna aan de maan moet grenzen, want zo'n hoogte is alleen in mijlen uit te drukken. O, dat is iets enorms, iets om je verstand bij te verliezen!
Hoofdstuk 144: Heerlijkheid en grootte van het huis. Woont hier Jezus Christus? Vurig verlangen van de zielen naar de Heer. Het juiste vermoeden van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] De Vreemdeling zegt: 'Ja, waarom zou je Christus dan zo graag willen zien, leg mij dat eens uit.' Hij die naar voren was getreden, zegt: 'O, daar is niet veel aan uit te leggen; wat men boven alles liefheeft, zou men ook het liefst willen zien!' De Vreemdeling zegt: 'Dat is wel waar, maar waarom heb je Christus dan zo boven alles lief?' De man antwoordt: 'O, dat is heel duidelijk: omdat Christus God is en omdat Hij mij verlost heeft van de hel en ook, omdat Hij zo'n goede Heiland was!' De Vreemdeling zegt: 'Maar wat zul je doen, als je Christus zult zien?' De naar voren getredene zegt: 'O, dan zal ik van vreugde uitroepen: 'Heilige Christus'! en Hem, als ik zou durven, om de hals vallen!'
Hoofdstuk 144: Heerlijkheid en grootte van het huis. Woont hier Jezus Christus? Vurig verlangen van de zielen naar de Heer. Het juiste vermoeden van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[19] De Vreemdeling zegt: 'Zeer zeker, daar zal nog genoeg gelegenheid voor zijn. Maar nu is het zaak het huis binnen te treden. Daarom open je, jij poort naar het eeuwige leven!'
Hoofdstuk 144: Heerlijkheid en grootte van het huis. Woont hier Jezus Christus? Vurig verlangen van de zielen naar de Heer. Het juiste vermoeden van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] De generaal beantwoordt de groet en zegt daarop: 'Mijn beste vriend, van iets doen is hier helemaal geen sprake. Alleen maar van genieten van al datgene, wat de grenzeloze goedheid en liefde van de Heer Jezus ons in de grootste overvloed schenkt. Wanneer het genot der gelukzaligheid niet verbonden zou zijn met een wonderbaarlijke verscheidenheid, zou men werkelijk met Job moeten uitroepen: 'O Vader, beste Vader, hou toch eens even op met zegenen!' Ja vriend, hier leert men Christus pas echt kennen! Maar ik hoef je verder niets te vertellen, want het verdere verloop zal je alles duidelijk maken. Wil je iets begrijpen van de wijsheid, almacht en liefde van de Heer, zie dan alleen maar eens naar de pracht van deze zaal en je zult al enigszins een idee krijgen van Christus, de enige Heer van hemel en aarde.'
Hoofdstuk 145: Intrede in het hemelse huis. Ontmoeting met oude bekenden. Het blinde zoeken van de graaf naar Jezus. Eindelijk gevonden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] De generaal zegt: 'Broeder, je hebt een totaal verkeerde voorstelling van Christus de Heer! Zoals gezegd, je ziet door de bomen het bos niet meer. Wij allen hebben hier duidelijk gehoord, hoe onze allergrootste Vriend jou de herkenningstekens heeft gegeven en je ook heeft beloofd, dat de Heer tegelijk met jullie in dit huis zal aankomen. Wel, kijk nu maar eens uit naar iemand die precies op Hem lijkt. Vind je zo iemand, houd hem dan voor de Heer. Want ik zeg je, de Heer, God Jezus, is hier even eenvoudig en zonder praal als Hij op aarde was. Van een of andere pracht en praal is bij Hem geen spoor te herkennen.'
Hoofdstuk 145: Intrede in het hemelse huis. Ontmoeting met oude bekenden. Het blinde zoeken van de graaf naar Jezus. Eindelijk gevonden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] De generaal zegt: 'Ga gerust je gang, geen enkel bezwaar. Want hier heerst de meest volkomen vrijheid!' Daarop begeeft de graaf zich met de hem nog onbekende vriend naar de bovengenoemde groep. Als hij echter met zijn vriend in hun nabijheid komt, valt het hele gezelschap, door grote eerbied bevangen, op het aangezicht en roept: 'Heil zij U, heil zij U, heil zij U, Hoogverhevene!'
Hoofdstuk 145: Intrede in het hemelse huis. Ontmoeting met oude bekenden. Het blinde zoeken van de graaf naar Jezus. Eindelijk gevonden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Het ware besef van God zal jullie tonen, hoe weinig er voor nodig is om zich bij God de Heer thuis te voelen en dan zo gelukkig te zijn, dat het alle begrip te boven gaat! Strijd niet als ellendige honden en katten met elkaar om aardse dingen, maar streef naar het juist inzicht en de liefde tot God. Heb elkaar lief als echte broeders en zusters, als kinderen van één Vader, die altijd en eeuwig heilig en onpeilbaar lief, goed en zachtmoedig is; dan bevatten jullie harten meer dan de hele wereld je ooit zou kunnen verschaffen!
Hoofdstuk 146: Het grote ogenblik voor de graaf. U bent het! Heerlijke lofrede. De Heer over de verhouding van de Vader tot Zijn kinderen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] Ik ben weliswaar God, als het oereeuwige Wezen vol wijsheid, macht en kracht en jij alleen maar een schepsel voortgekomen uit Mijn wilskracht, maar jouw geest is desondanks geheel datgene, wat Ikzelf ben. Daarom blijft er voortaan tussen ons precies dezelfde verhouding bestaan als tussen vader en zoon of als tussen broeder en broeder. Wat jouw ziel betreft, die nu je uiterlijke wezen is, ben je voor Mij een zoon, en wat je geest betreft een broeder! De ziel kwam voort uit het oerlicht van Mijn wijsheid en is eindeloos veel minder dan dat scheppende oerlicht. Daarom is de ziel een zoon ten opzichte van Mij, omdat ik in diepste wezen een en al liefde ben. Jouw geest echter, die Mijn eigen liefde in jou en dus Mijn hoogsteigen geest is, is dientengevolge door en door Mijn broeder! Denk dus niet al te lang over deze zaak na, maar sta op en kom met Mij mee naar de andere broeders!'
Hoofdstuk 146: Het grote ogenblik voor de graaf. U bent het! Heerlijke lofrede. De Heer over de verhouding van de Vader tot Zijn kinderen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] Ik zeg: 'Wees rustig broeder en laat dat overdreven loven, want jouw hart is de beste lof en alleen daarin heb Ik het grootste welgevallen. Al het andere hoort min of meer thuis in het rijk van het Mij hinderlijke gekwezel! Richt je nu volkomen op en ga met Mij mee naar de andere broeders. '
Hoofdstuk 146: Het grote ogenblik voor de graaf. U bent het! Heerlijke lofrede. De Heer over de verhouding van de Vader tot Zijn kinderen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Kom nu echter vlug met Mij mee naar de anderen, opdat ook zij allen verheven mogen worden tot jouw niveau van inzicht. Hun weetgierigheid is al uitzonderlijk groot geworden, want zij weten nog steeds niet welk resultaat jouw gezoek naar Christus heeft opgeleverd. Alleen Miklosch heeft een sterk vermoeden, dat de franciscaan hem echter meteen weer tegenspreekt, met als gevolg dat ook het overige gezelschap zich bij zijn mening aansluit. Daarom moeten we er vlug naar toe om de franciscaan zijn vrijpostige mond een beetje te snoeren.
Hoofdstuk 147: Bathianyi's wroeging. De Heer over het rijpingsproces in de mens tot de hoogste Godskennis. De nog blinde franciscaan krijgt duidelijke wenken van Miklosch - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  908 - 909 - 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933  ...