Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 93 van 1110

...  81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106  ...
[10] In de talloze andere werelden wordt je in en uitwendig gevormd tot wat je moet zijn; maar hier laat God de uiterlijke vormgeving over aan de ziel, die haar lichaam zelf vormt volgens de ordening waarin zij geschapen is; maar iedere geest, die in de ziel geplaatst is, moet speciaal de ziel eerst vormen door het opvolgen van de hem uitwendig gegeven wetten. Als de ziel daardoor de juiste rijpheid en vorming heeft bereikt, dan worden geest en ziel een eenheid, en dan is de gehele mens compleet, een nieuw schepsel, van oorsprong altijd uit God, omdat de geest in de mens niets anders is dan een kleinste weergave van God omdat deze volledig uit het hart van God komt. Maar de mens bereikt dit niet door de daad van God, maar door zijn eigen persoonlijk handelen, en is juist daardoor een echt kind van God! En ik zeg je nog een keer heel kort:
Hoofdstuk 214: Over de samenhang van lichaam, ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Nu heb Ik jullie dan ook de kenmerken getoond, waaraan je, als je ziel erdoor beslopen wordt, makkelijk kunt herkennen welke geest zich in je nabijheid bevindt, en wat hij met je voor heeft.
Hoofdstuk 217: Gedachte en wil. In Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Als jullie zoiets bij je zelf opmerken, denk dan aan Mijn leer en Mijn woorden; verhef je ziel en doe juist het tegendeel van datgene wat je zou willen doen, dan word je meester van de boze geest! En als jullie hem op al de genoemde punten overwonnen hebben, dan zal hij je daarna met rust laten, en je zult niet meer met hem behoeven te vechten. Maar als je je op het ene of het andere punt laat vangen of ook maar een beetje lichtzinnig toegeeft, dan raak je hem tot aan je aardse levenseind niet gemakkelijk meer kwijt.
Hoofdstuk 217: Gedachte en wil. In Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Nu weten jullie alles wat je moet weten; je kent de echte en alleen ware, levende God en je kent Zijn wil.
Hoofdstuk 217: Gedachte en wil. In Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik zeg jullie: De Vader in de hemel heeft je alles gegeven wat je nodig hebt; nu komt het er op aan, hoe gewetensvol jullie dat gebruiken zullen voor het echte en eeuwige welzijn van je leven.
Hoofdstuk 217: Gedachte en wil. In Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Daarop hadden zij, de bedienden, gelachen en gezegd; 'Nou, pas maar op dat de boom niet zo rot is, dat hij omwaait! Het schijnt ons toe dat jullie boom eigenlijk allang dood is en er van een vrucht - tenzij je de verdorde takken met gedroogde vijgen behangt en zo iets een wonder noemt allang geen spoor meer te vinden is!' .
Hoofdstuk 218: Genezingen in Kis en bij Kisjonah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Maar de bedienden hadden gezegd: 'In de eerste plaats zijn wij Grieken en hebben de godsdienst van de keizer en daarom kunnen wij over jullie domme gedoe, dat je leer van God noemt, danig lachen, en je kunt ons niets maken als we dat niet in je tempels en scholen doen. En in de tweede plaats zijn we hier met velen, die dienen in het huis van de grote en machtige Kisjonah; en als je dus niet snel maakt dat je hier vandaan komt, dan gaan we jullie met knuppels de weg wijzen!' Toen beten ze van kwaadheid hun lippen stuk en verdwenen langs de zee over de omhooglopende weg, die van hier naar Jeruzalem voert.
Hoofdstuk 218: Genezingen in Kis en bij Kisjonah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ik zeg: 'Op één ding na hebben jullie goed gehandeld; het was niet goed dat je hen een welbewuste onwaarheid hebt verteld! Het zou beter geweest zijn als je hen de waarheid gezegd had. Dan zouden ze op ons gewacht hebben, en wij zouden hen geholpen hebben; want het waren merendeels zieken, met daarbij wel enige Farizeeën, maar van een iets betere soort. Nu zijn ze bij de heuvel gelegerd die aan het boveneind van de bocht ligt; ga daar zo snel mogelijk met ezels en muildieren heen en breng ze allemaal hierheen. Zeg tegen hen: 'De Heer is gekomen en wacht op u!' Leg de zieken op de muildieren en ezels, en laat de gezonden te voet komen!'
Hoofdstuk 218: Genezingen in Kis en bij Kisjonah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[18] Met opgeheven handen zeg Ik dan: 'Nu dan, laat het dan gebeuren zoals jullie geloven!'
Hoofdstuk 218: Genezingen in Kis en bij Kisjonah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[22] Zo merken de vijf, dat het precies op het moment was toen Ik zei: 'Laat het gebeuren, zoals jullie geloven!', en dat degenen in de herberg door een licht genezen werden.
Hoofdstuk 218: Genezingen in Kis en bij Kisjonah. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Wees allen daarom niet alleen slechts hoorders van Mijn woord, maar enthousiaste daders, dan pas zullen jullie de zegeningen daarvan in je waar gaan nemen!
Hoofdstuk 220: De rust en het nietsdoen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Dat bepaalde gevoel van welbehagen dat de rust jullie geeft, is niets anders dan een gedeeltelijke dood van de voor het leven nodige krachten; wie het steeds prettiger vindt om zich over te geven aan het rustende nietsdoen, vooral aan het geestelijke nietsdoen, die omarmt daardoor steeds meer de werkelijke dood, waar geen God hem zo makkelijk uit kan bevrijden!
Hoofdstuk 220: De rust en het nietsdoen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ja, er is ook een echte rust die volleven is, maar dat is een rusten in God en dat is het onbeschrijfelijk zaligmakende gevoel van tevredenheid over het bezig zijn volgens de wil van God.
Hoofdstuk 220: De rust en het nietsdoen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Zoals het lichaam echter door te veel slaap steeds meer afsterft, net zo en nog veel sterker uit zich dat bij de ziel, als ze steeds meer nalaat om volgens Mijn woord en wil bezig te zijn.
Hoofdstuk 220: De rust en het nietsdoen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Waarlijk, Ik zou Zelf ondanks al Mijn onbegrensde wijsheid niet het moment kunnen voorspellen waarop zo'n leerling van de kunst een virtuoos zou worden! Daarom, beste vrienden en broeders, zeg Ik nogmaals tegen jullie:
Hoofdstuk 221: De nachtprediking. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  81 - 82 - 83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106  ...