17481 resultaten - Pagina 922 van 1166
... 910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 ...
[6] De vijand had ook zeker wel meer dan twee miljoen man verloren, want ik zeg je, we streden op de derde dag op bergen van lijken! Mijn soldaten hebben beslist dapperder gevochten dan de vijand - want mijn strijders doodden zeker goed drie miljoen man van de vijand, terwijl die mijn twee miljoen nog niet klein kregen -, maar hun overmacht was te groot om hen te kunnen overmeesteren!Hoofdstuk 323: Fungar-Hellans vlucht en het verslag van de strijd aan koning Gurat. Het opstellen van een nieuw leger van vier miljoen soldaten door Fungar-Hellan. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[7] Maar nu is het zaak om snel een leger van vier miljoen soldaten samen te stellen en daarmee zo'n wraak op de hoogmoedige vorsten van het hoogland te nemen dat die op aarde in eeuwigheid zijn weerga niet zal kennen! Maar we moeten hier snel de hand aan de ploeg slaan, - anders krijgen wij de hooglanders voor die tijd op ons dak!
Hoofdstuk 323: Fungar-Hellans vlucht en het verslag van de strijd aan koning Gurat. Het opstellen van een nieuw leger van vier miljoen soldaten door Fungar-Hellan. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Wee jullie, moordenaars van mijn volk! Fungar wordt nu tot koning van alle duivels over jullie! Er zal met zo'n wreedheid tegen jullie opgetreden worden dat de ergste en boosaardigste satan ervan zal huiveren! Duizendvoudige vloek over jou, aarde, en over alle schepselen op je bodem; ik zal je de doodssteek geven! - Nu voorwaarts, en een leger geformeerd, een vreselijk leger!'
Hoofdstuk 323: Fungar-Hellans vlucht en het verslag van de strijd aan koning Gurat. Het opstellen van een nieuw leger van vier miljoen soldaten door Fungar-Hellan. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[5] Daarom kunnen jullie hier ook volkomen veilig zijn; want ten eerste zullen de Hanochieten - al was hun aantal nog zo groot - het nooit aandurven tot hier door te dringen, en ten tweede kunnen zij dat ook niet meer, want buiten de plaatsen waar jullie je de weg naar beneden hebben gebaand is er nergens een weg naar boven mogelijk, - behalve over de heilige hoogten van mijn broer Noach! Maar dan zullen de Hanochieten wel overal de weg naar boven moeten opgeven; want in de woestenij van de slacht zal de pest hen al vele uren gaans tegemoet komen en die zal hen allen heel kwalijk ombrengen. En zo zal deze plaats gedurende twintig jaar noch voor hen noch voor jullie te passeren zijn!
Hoofdstuk 324: Het nieuwe twee miljoen man tellende leger van de hooglanders. Mahals waarschuwing voor een veldtocht tegen het leger van Hanoch heeft succes. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] Maar wat de heilige hoogte betreft, waar mijn broer woont, die staat onder de almachtige bescherming van God, en tegen Hem optrekken zou voor de mensen wel een zeer vergeefse moeite zijn! Volg daarom deze raad op, en je zult er wel bij varen!'
Hoofdstuk 324: Het nieuwe twee miljoen man tellende leger van de hooglanders. Mahals waarschuwing voor een veldtocht tegen het leger van Hanoch heeft succes. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[8] Toen zei Mahal: 'Laat het maar! Meteen aan het begin heb ik jullie gezegd wat mijn broer Noach doet. Waarlijk, eerder dan Fungar met zijn honderd aanvalstorens klaar zal zijn, zal Noach met zijn waterhuis klaar zijn! En wanneer dat klaar is, dan zullen Fungar-Hellan noch zijn torens noch de bergen iets baten; want dan zal de Heer uittrekken ten strijde tegen de hele wereld en zal geen enkel schepsel sparen - vanwege de grote slechtheid van de mensen!'
Hoofdstuk 324: Het nieuwe twee miljoen man tellende leger van de hooglanders. Mahals waarschuwing voor een veldtocht tegen het leger van Hanoch heeft succes. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] En de koning antwoordde: 'O beste vriend, als ik bedenk dat wij de man Gods niet meer de onze kunnen noemen, overvalt me een grote droefheid en je eerste uitroep `Wij zijn verloren!' - die je slaakte toen je na je ongelukkige veldtocht bij me kwam - komt steeds levendiger in mijn ziel naar boven!
Hoofdstuk 325: Koning Gurat is bedroefd over het heengaan van Mahal en uit zijn bange vermoedens tegen Fungar-Hellan. Het pientere antwoord van de generaal en de bouw van traptorens. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[9] Pas na enige tijd zei hij: 'Mijn koning en mijn vriend, je hebt wel gelijk en er valt niets tegen in te brengen; maar omdat wij nu eenmaal geblameerd zijn, is het toch beter iets voor onze veiligheid te doen dan helemaal niets uit te voeren!
Hoofdstuk 325: Koning Gurat is bedroefd over het heengaan van Mahal en uit zijn bange vermoedens tegen Fungar-Hellan. Het pientere antwoord van de generaal en de bouw van traptorens. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Wel heb ik de vorsten de vreselijkste wraak gezworen, evenals Mahal,- maar aangezien mijn toorn iets geluwd is, wil ik het ook met mijn eed niet zo nauw nemen; maar bewapend moeten wij toch altijd zijn, omdat wij er geen uur zeker van kunnen zijn dat de volkeren uit het hoogland niet een geweldige overval op ons zullen richten. !
Hoofdstuk 325: Koning Gurat is bedroefd over het heengaan van Mahal en uit zijn bange vermoedens tegen Fungar-Hellan. Het pientere antwoord van de generaal en de bouw van traptorens. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[13] Maar hoe zal hij hier terug kunnen komen? Over het slagveld zal hij niet gaan: daarom moet de bouw van mijn torens zo snel mogelijk plaatsvinden, opdat wij een bode naar Mahal kunnen zenden die hem weer binnen onze muren moet brengen, als hij nog in leven is!'
Hoofdstuk 325: Koning Gurat is bedroefd over het heengaan van Mahal en uit zijn bange vermoedens tegen Fungar-Hellan. Het pientere antwoord van de generaal en de bouw van traptorens. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[9] Daarom is het niet genoeg om te zeggen: `Dat zal ik doen!', maar het moet luiden: `Dat zal ik vandaag of morgen of binnen een jaar doen als de Heer mij deze bepaalde tijd tot vervulling van mijn belofte wil laten beleven!'
Hoofdstuk 327: Mahals ernstige en wijze woorden tot de afgevaardigden en tot de tien vorsten. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[9] Als teken van waarheid moeten de afgevaardigden meteen de sleutels en enige nagemaakte kronen van Hanoch meenemen en die aan het tiental overdragen en hen echter ook tegelijkertijd uitnodigen naar Hanoch te komen en alles over te nemen zoals het er nu bij staat! - Wat denk je, is mijn idee niet goed?'
Hoofdstuk 329: De woede van Gumt en Fungar-Hellan op de hooglanders wegens de mislukking van de tweede afvaardiging en hun plan tot wraak, de bergen van het hoogland te ondermijnen en te laten springen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] De tien vorsten van het hoogland riepen echter ook een raad bijeen om te overleggen wat zij zouden doen als de Hanochieten hun woord niet hielden. Het beraad duurde drie maanden, en zij konden niet tot overeenstemming komen over deze zaak.
Hoofdstuk 330: De vruchteloze raad van de hooglanders en hun argwaan ten opzichte van Mahal. Mahals antwoord en profetie. Het ongelovige antwoord van de tien vorsten. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] 'Mijn beste vrienden, in mijn hart spijt het me dat je zo laat bij me bent gekomen, omdat mijn raad jullie niet meer van nut kan zijn! Hadden jullie mij maar meteen aan het begin van je nutteloze beraad dat helemaal voor niets drie maanden heeft geduurd, om de juiste raad gevraagd, dan had ik je ook een goede raad kunnen geven, maar nu is het te laat!
Hoofdstuk 330: De vruchteloze raad van de hooglanders en hun argwaan ten opzichte van Mahal. Mahals antwoord en profetie. Het ongelovige antwoord van de tien vorsten. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] En vader Mahal zei tegen zijn kinderen: 'Mijn kinderen! Vertrouw op God en wees volkomen rustig, want wij zijn overal veilig en geborgen op Gods aarde zolang God de Heer met ons is!
Hoofdstuk 331: Mahal vermaant zijn kinderen om op God te vertrouwen. De verdorvenheid van de mensen in de laagte. Mahal en de zijnen gaan op weg naar de hoogte. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)