Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 922 van 1088

...  910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935  ...
[11] Heel onwillig zegt de franciscaan eindelijk: 'Ik zou je wel heel wat kunnen zeggen, maar tegenover een ketter is het beter om te zwijgen!' Miklosch zegt: 'Dat geloof ik ook, vooral wanneer men geen enkel bewijs kan aandragen! Zeg me dan tenminste, wanneer Christus de goddeloze formule voor de overgang van een christelijk ketterse geloofssekte naar de roomse kerk heeft voorgeschreven? Wanneer stelde Hij de aflaat in, wanneer het feest van de rozenkrans, wanneer het portiunculafeest? Bij welke gelegenheid heeft Hij dan de heilige Roomse en Spaanse inquisitie ingesteld? En wanneer en waarom heeft Hij die hele ordengeestelijkheid ingevoerd? Spreek en geef antwoord! Kijk, je bent alweer stom als het graf! Waarom? Dat weet ik! Dus, iets gemakkelijkers.
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Zeg mij eens, waar staat dan in de Handelingen der apostelen geschreven dat de apostel Petrus werkelijk in Rome het pausdom heeft gesticht? Bij mijn weten heeft deze apostel zich tijdens de laatste jaren van zijn leven in Babylonië opgehouden en heeft van daaruit ook een brief geschreven naar Jeruzalem. Maar Rome en Petrus hebben elkaar evenmin gezien als ik en de keizer van China! Misschien heb jij wel andere, betrouwbare gegevens en dus, spreek! Je zegt echter alweer niets. Er schiet jou zeker weer niets steekhoudends te binnen. Kijk eens, wat ben jij toch een arme stakker met jouw verdediging van de paus!
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[18] De franciscaan zegt: 'Maar denk je niet, dat het misschien goed zou zijn als wij ons eerst tot de allerzaligste maagd Maria wenden, omdat zij er immers ook is?' Miklosch zegt: 'Waarom niet meteen tot Adam en Eva en alle aartsvaders en profeten? Tot wie heeft de graaf zich dan gewend? Tot niemand anders dan rechtstreeks tot de Heer Zelf! En kijk, hij is bij Hem en is Hem zelfs het meest nabij. Wil jij soms nog dichter bij Hem zijn? Kijk ook naar Robert Blum, aan wie de Heer dit huis vol pracht en grootheid voor eeuwig heeft gegeven; hij heeft zich van te voren vast en zeker ook tot de Heer Zelf gewend en is overgelukkig. Wil jij soms nog meer?'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[20] Miklosch zegt: 'Dat is het laatste waar ik mij zorgen over maak. Kijk, ik ben toch zeker behoorlijk dom en bovendien ten opzichte van de Heer erg slecht van hart, en toch kon zelfs ik vanwege al jouw blindheid onmogelijk hard tegen jou optreden, maar jou als een echte broeder slechts vriendelijk behandelen. Dan kan men dat van de Heer, die Zelf de zuiverste liefde is, toch wel in de hoogste mate verwachten. De Heer zal vast ook heel hard kunnen zijn, vooral ten opzichte van hoogmoed, gierigheid en nijd, en tegen allen die hun aardse, armere broeders voor minderwaardige mensen hebben aangezien, maar tegenover ons, die ook in de gewoonste man steeds de mens zagen, zal Hij zeker veel milder zijn en daarom gaan wij nu vol goede moed naar Hem toe.'
Hoofdstuk 149: De franciscaan houdt halsstarrig vast aan de roomse leer. Miklosch geneest hem hiervan door middel van scherpe vragen. Nu is ook bij deze verstarde ziel het ijs gebroken. Zalige verwondering over de hemelse waarheden - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Jij weet even goed als ik hoe dom het met ons geloof gesteld was en hoe dom het dogma was, waarmee ons het geloof werd ingehamerd. Waaruit hadden wij dan bij zo'n leer de ware wijsheid moeten putten? Toen dan ook de dood over ons kwam, heeft hij ons als onveranderde ossen aangetroffen en ons in die hoedanigheid naar hier verplaatst. Met deze eigenschap zouden wij tot in alle eeuwigheid zijn blijven zitten, als de goede, heilige Heer, God en Vader niet Zijn almachtige handen naar ons had uitgestrekt. Hem zij daarom alle lof, alle eer en dank! Maar kijk daar eens, broeder Robert heeft nog een flinke beker wijn en nog zo'n kostelijk brood hier op tafel gezet.'
Hoofdstuk 150: De franciscaan laaft zich. Met warme dank gedenkt hij de Heer. Het ware hemelrijk met nieuwe wonderen. Het gezelschap der zaligen in de hoofdzaal. 'O Heer, wat bent U groot!' - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] Desondanks zal Ik toch blijven zoals Ik nu ben, en wanneer je alle dingen veranderd en tot in het eindeloze verheerlijkt zult aanschouwen, dan zal Ik toch eeuwig onveranderd temidden van Mijn werken verschijnen, ofschoon hun grootte en diepte in geen eeuwigheid kan worden gemeten. Nu maken wij ons echter op om ons naar de grote zaal te begeven!'
Hoofdstuk 150: De franciscaan laaft zich. Met warme dank gedenkt hij de Heer. Het ware hemelrijk met nieuwe wonderen. Het gezelschap der zaligen in de hoofdzaal. 'O Heer, wat bent U groot!' - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Op deze aanmoediging keren allen zich weer naar de zon toe en proberen of het inderdaad mogelijk is.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] En weer hebben vele duizenden van zulke zonnen-allen als gezamenlijk middelpunt een nog hogere middenzon, die natuurlijk wat haar inhoud betreft, naar verhouding vaak weer vele duizenden keren groter is dan al de haar omcirkelende zonnen-allen. En juist deze, die we nu hier zien, is zo'n al-middenzon.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Allen gaan nu door de derde deur van de westelijke wand. Zodra zij echter een blik naar buiten hebben geworpen, keren zij zich meteen weer om, want het hier tegemoet stralende licht is weer onvergelijkelijk sterker dan dat in de vorige deur.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Paulus zegt: 'Beste broeder, ik zeg je alleen maar: wees vastbesloten, dan lukt alles! De enorme sterkte van zo'n licht voelen ook wij, net als jij. Maar onze wil heeft bij zulke gelegenheden die bepaalde kracht, die tegen iedere lichtsterkte is opgewassen. De enige uitzondering is de lichtsterkte in de binnenste Godheid van de Heer Zelf, die ook wij nooit langer dan drie korte ogenblikken kunnen verdragen. Je moet daarom niet zozeer moeite doen om je gezichtsvermogen te sterken, maar veel meer je wil; dan zal geen licht je meer hinderen. Probeer het en je zult je ervan overtuigen.'
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] Robert, wiens ogen erg gevoelig zijn, wendt zich tot de steeds aanwezige drie apostelen en zegt: 'Beste vrienden, hoe krijgen jullie het eigenlijk voor elkaar, dat jullie zo moeiteloos in dit licht kunnen kijken? Ik weet weliswaar dat dit sterke licht mijn ogen helemaal niet kan schaden, maar toch ben ik door de te grote lichtsterkte niet in staat, er twee seconden lang naar te kijken. Het doet me dan wel geen pijn, maar de enorme stekende lichtsterkte verhindert mijn ogen om haar majesteit langer dan een vluchtige seconde aan te staren. Zeg eens, beste broeders, hoe jullie dat nu eigenlijk doen. Stoort jullie zo'n licht dan helemaal niet?'
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Naargelang echter de grootte van zulke middenzonnen toeneemt, neemt ook hun lichtsterkte toe. Jullie kunnen ongeveer van de volgende verhouding uitgaan: is b.v. een planetaire middenzon zo groot dat haar doorsnede een biljoen aardse mijlen bedraagt, dan is de doorsnede van een zonnengebieds-middenzon het miljoenvoudige van de doorsnede van een planetaire middenzon, dus een triljoen aardse mijlen. En zo'n al-middenzon, zoals wij nu vanuit deze derde deur zien, groeit dan weer naargelang ze een groter, of minder groot aantal zonnen-allen beheerst, miljoenvoudig, soms zelfs biljoenvoudig naar verhouding van de noodzakelijke grootte, en evenredig ontwikkelt zich haar lichtsterkte. Ze kan dan wel een quadriljoen, soms zelfs een quintiljoen aardse mijlen in doorsnee tellen.
Hoofdstuk 148: De derde deur laat een al-middenzon zien. Ordening van de zonnensystemen. Grootte en lichtsterkte van de zonnen. Vuurgeesten van de al-middenzon bij hun werkzaamheden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] Eljah zegt: 'Ja, je hebt misschien niet helemaal ongelijk. Maar te oordelen naar de grote verscheidenheid van hetgeen hier te zien is, lijkt het toch dat deze mensen eerder echte wijsheid dan een nog zo hoog ontwikkeld instinct bezitten. Zulke bouwwerken in zo' n gedurfde bouwstijl en deze prachtig aangelegde tuinen leveren het overduidelijke bewijs, dat in deze door het sterkste licht omgeven mensen meer dan louter instinct aanwezig is!' Peter zegt: 'Ja, in dit opzicht zou jij ook wel eens gelijk kunnen hebben, maar ik blijf toch meer bij mijn mening.'
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] O Heer, het moet voor elk van Uw kinderen toch een groot genoegen zijn om bestuurder van zo'n wereld te worden. Ja, voor Uzelf moet het een grote vreugde zijn deze overvloedig lichte landouwen te betreden. Nee, daar mag ik niet lang naar kijkén. Het zou me zo zwak maken, dat ik deze wereld zou willen betreden en met deze wondermooie mensen nader kennis zou willen maken.'
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Aha, nu ontdek_ik een enorm grote stad met grandioze, prachtige bouwwerken. Ze lijkt op Uw heilige stad die verheven is boven alle steden van de gehele oneindigheid. Merkwaardig! Zover mijn oog reikt, zie ik tuinen en de prachtigste paleizen in een bouwstijl die mij volkomen vreemd is. Enorme arcaden strekken zich naar alle richtingen uit; daarop staan de prachtigste zuilen, waarop paleizen van onbeschrijfelijke schoonheid prijken. O, o, wat is dat schitterend!'
Hoofdstuk 147: Een blik door de tweede deur van de westelijke wand. Een middenzon van hogere orde. Pracht van steden en bouwwerken. Scheppingen van het instinct of van ware wijsheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  910 - 911 - 912 - 913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935  ...