Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 925 van 1112

...  913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938  ...
[6] Robert en Peter begeven zich nu vlug naar beneden en komen precies op tijd voor de eerste ontmoeting. Een rode snelt de blauwgrijzen tegemoet en zegt: 'Vrienden, we hebben vernomen dat de almachtige Geest van de beroemde Nazarener, Jezus genaamd, (nu schrikken de blauwgrijzen een beetje) zich persoonlijk in deze streek ophoudt met een grote menigte andere machtige geesten. Kunnen jullie: ons deze streek niet wat nader beschrijven en ons zeggen wat deze machtige geest eventueel van plan is te ondernemen tegen de slechte mensheid op aarde? Wij hebben tijdens onze reis vernomen dat Hij over geheel Europa een verschrikkelijke oorlog wil laten uitbreken. Als jullie daar iets betrouwbaars over weten, deel het ons dan mee, want wij moeten dit de hele wereld meteen laten weten, opdat ze zich naar behoren kan voorbereiden.'
Hoofdstuk 124: Rode oorlogsgeesten en blauwgrijze praatjesmakers. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[20] De vijfendertig boden gaan aan het werk, waardoor het al heel onrustig wordt in de luchtlagen met de lagere bewolking. Let op, want deze duistere geesten zullen spoedig met hun boosaardig werk beginnen, maar er is al voor gezorgd dat ze zich niet te verderfelijk gaan gedragen! Boven hen wachten miljarden buitengewoon machtige vredesgeesten en deze zijn zeer goed in staat om de grootste onruststokers dadelijk tot de orde te roepen. De bergen zullen jullie weldra vertellen hoe het deze boze geesten vergaat. Wees echter niet bang, want in alle geesten die zich buiten Mijn orde bevinden, is geen kracht en niet de minste macht voorhanden.'
Hoofdstuk 123: Goede missietoespraak van de vijf. Schroom om met zonden beladen voor de Heer te verschijnen. De genadezon van de Heer. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Op dat moment sta Ik voor de dertig en wel op de bekende heuvel, waar zij, zonder het te merken, samen met hun leraren naartoe getrokken zijn. De dertig herkennen Mij meteen en staan ineengedoken en bevend van angst voor Mij. Maar Ik zeg eerst tegen de drie: 'Jullie hebben je opdracht in het klein goed volbracht, daarom zal jullie ook meer worden toevertrouwd. Ook jullie beiden, die zich het eerst bij de drie hebben aangesloten, zijn in staat om in gelijke mate samen met hen voor Mijn zaken zorg te dragen. Jullie dertig echter staan weliswaar zwaar bij Mij in het krijt, maar omdat jullie je schuld trouwhartig hebben toegegeven, scheld Ik haar jullie ook helemaal kwijt! Ga nu dan ook met de vijf mee en bewerk Mijn wijngaard; Ik zal jullie dan geven wat je toekomt. Zijn jullie daarmee tevreden?'
Hoofdstuk 123: Goede missietoespraak van de vijf. Schroom om met zonden beladen voor de Heer te verschijnen. De genadezon van de Heer. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[15] Een vierde zegt: 'Ik ben van mening dat we gewoon in woord en daad bij de zuivere waarheid moeten blijven. Wie zich daarnaar wil richten, zal er goed aan doen, maar met degene die het woord niet aanneemt, hebben we verder niets meer te maken. De Heer van de eeuwigheid moet dan maar met hem doen wat Zijn almachtige wil goed vindt.
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] De drie afgezanten zeggen: 'Zo is het goed! Niemand enige dwang opleggen op het gebied van het geloof. De juiste weg en ook de gevaren van de onjuiste weg laten zien. Dan zich echter om niemand meer bekommeren, maar liever zelf op het juiste pad blijven! Het is beter zelf op de wegen van licht en leven te wandelen dan duizenden de juiste weg op te dringen, maar zelf daarbij in plassen en moerassen rond te spartelen. Wie iets zwaars wil optillen, moet eerst vaste grond onder zijn voeten hebben, anders zakt hij weg met zijn last. Heeft hij echter vaste grond gevonden, dan mag hij zich slechts aan een last wagen waarvoor zijn krachten toereikend zijn, anders zal hij onder haar bezwijken. Wie een blinde wil leiden, moet kunnen zien, anders zullen beiden weldra in een kuil vallen. Wat men wil geven, moet men eerst zelf hebben anders wordt het geven loze kletspraat en een leugen. Als jullie beiden dus blijven, doen jullie daar goed aan, maar jullie moeten de anderen niet overreden.'
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Nu beginnen zij die zich verontschuldigden, nog meer te aarzelen en een van hen zegt: 'Vrienden, zij praten zeer overtuigend en ik zou hen met geen woord van repliek kunnen dienen. Wat denken jullie ervan als we hier bleven en die drie naar onze vrouwen en vrienden lieten gaan?' Een ander zegt: 'Dan hebben we onze vrouwen voor het laatst gezien en gesproken!' De eerste zegt: 'Wat maakt dat eigenlijk uit? Een beetje minder hel om ons heen kan ons toch eerder baten. Voor het obscene vermaak dat onze vrouwen ons bieden, krijgen we weldra iets anders in de plaats. Ik blijf! Wie nog meer?' Een ander zegt: 'Als jij blijft, blijf ik ook! De anderen moeten maar doen wat ze willen!'
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Zij die zich verontschuldigen, zeggen: 'Maar onze vrouwen, die we in de geestenwereld hebben genomen omdat het domme celibaat op aarde het ons belette, en onze andere vrienden zijn toch ook geroepen om de waarheid te vernemen en zo tot een levend geloof te komen. We gaan immers niet alleen naar hen toe om te overleggen, maar veeleer om hen ook voor de waarheid te winnen.'
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Na deze energieke rede beginnen verscheidenen zich flink achter de oren te krabben en zeggen: 'Bij God, jullie spreken geen holle woorden! Daar zit wat in, maar heb even geduld; we willen eerst met onze vrouwen en vrienden overleggen en zien wat zij daarop zullen zeggen.' De drie afgezanten zeggen: 'Ga dan maar weg. Als jullie meer gelegen is aan de raad van jullie vrouwen en vrienden dan aan de waarheid van God, dan zijn jullie God ook niet waardig en kunnen daarom jullie toekomstige heil ook beter bij jullie vrouwen en vrienden zoeken, maar van God hoeven jullie dat niet meer te vetwachten!'
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Na Mijn woorden verwijdert het tweede drietal zich nu. Teruggekomen bij hun grote gezelschap beginnen zij meteen vastberaden en oprecht aan de hun gegeven opdracht. Maar over het algemeen krijgen zij een heel slecht onthaal. Bijna iedereen begint zich terug te trekken en de drie afgezanten te verwensen.
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Slechts heel weinigen zeggen: 'Ja, als we dat uit Zijn eigen mond zouden vernemen, zouden we gemakkelijker onze geloofsovertuiging kunnen veranderen, maar zo komt het allemaal toch wat ketters op ons over en wij vinden het te gewaagd om ons zonder meer bij jullie aan te sluiten. Er zit in jullie uitspraken weliswaar veel logica, dat zien we heel goed in, maar het geheel is op zich te weinig orthodox en te ondogmatisch en kan zo niet aan de curie van de paus worden voorgedragen en nog minder door haar worden aanvaard.'
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] De drie afgezanten zeggen: 'Zijn we dan soms nog op aarde waar de paus het zichtbare hoofd van de kerk is en waar hij door veel blinde dwazen, waartoe ook wij destijds behoorden, als zodanig wordt beschouwd? We leven nu reeds geruime tijd in de geestenwereld en kennen geen dogma op grond waarvan we na de lichamelijke dood de paus als het hoofd van de christenheid moeten. beschouwen. Het is al mooi genoeg dat we ons op aarde door de paus hebben laten bepraten. Hier is het gedaan met de paus en we behoren alleen aan God, de Heer Jezus Christus toe. Hem zal het toch wel geoorloofd zijn het een en ander voor de geesten te veranderen en aan de afzonderlijke leerstukken een heel andere uitleg te geven, daar geest en materie twee heel verschillende zaken zijn. Of menen jullie soms werkelijk dat Christus de Heer zich ook hier in Zijn rijk aan de domme verordeningen van een paus zal onderwerpen? Waarlijk, met zo' n waanzinnige opvatting slaan jullie toch totaal de plank mis!'
Hoofdstuk 122: Moeilijke missie van de drie theologen. Gelijkenis van de telescoop. Regels voor de missie. De beste weg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[14] Ga terug naar jullie gezelschap, zeg wat jullie gehoord en gezien hebben en Ik zal jullie dan voor dat nieuwe werk het loon geven, dat jullie daarmee hebben verdiend. Dat zeg Ik jullie echter: er zijn in jullie gezelschap velen die zich op aarde met vrouwen hebben ingelaten en met hen samenleefden. Als zo iemand jullie hoort en dan zal zeggen: 'Wacht, ik wil eerst met mijn vrouw overleggen', laat die maar gaan. Want wie niet ter wille van Mij zijn vrouw kan verlaten, is Mij eeuwig niet waardig. En wie zegt: 'Geef me tijd om met mijn vrienden te overleggen', neem die ook niet meer aan, want wie zijn vrienden belangrijker vindt dan Mij en hem die Ik zend, ook hij is Mij niet waardig. Gaan jullie nu maar. Naar de mate waarin jullie voor Mij oogsten, zullen jullie ook loon ontvangen!'
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] O Mijn arme broeders op aarde, klaag niet! De tijd is gekomen dat jullie en Ik ons zullen verheugen. Van nu af aan zullen jullie ook op aarde van alles rijk worden voorzien; de hardvochtige rijken daarentegen zullen arm worden! Als zij dan luid zullen protesteren, zal Ik hen niet aanhoren. Als zij dan bij Mijn knechten zullen komen, zullen deze de deur achter zich op slot doen en niemand binnen laten, want de deur tot de woning van Mijn knechten is tegelijkertijd ook een poort naar Mijn rijk!
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] De drie nieuwkomers richten zich tot Mij en zeggen: 'Hoe luidt dan jouw waarheid waar onze drie broeders zo van doordrongen zijn?' Ik zeg: 'In de Schrift staat: 'Nu vindt het gericht plaats over de wereld en de vorst van deze wereld zal worden verstoten!' Begrijpen jullie deze woorden?'
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] De eerste drie zeggen: 'Wij luisterden naar de wijsheid van de man die hier voor ons staat. Zijn woorden drongen als gloeiende pijlen in onze harten en wij beseffen dat deze man de waarheid in zich heeft. De andere drie vragen daarop: 'Hoe luidt deze dan?' En de eerste drie zeggen: 'Hij, die de waarheid heeft gesproken, staat hier voor jullie. Wij zijn niet geroepen haar jullie te verkondigen. Vraag het daarom aan Hem!'
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  913 - 914 - 915 - 916 - 917 - 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938  ...