Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 930 van 1112

...  918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943  ...
[1] Na deze woorden stellen allen zich ordelijk op en de tocht begint meteen over de weg richting Stiermarken. Al vlug komen we aan bij de voet van de berg Semmering. Het hele gezelschap, dat nu in staat is de natuurlijke aarde te zien, houdt hier halt.
Hoofdstuk 106: Het heilige gezelschap verlaat Wenen en trekt in de richting van de Alpen. Bij de Semmering. De Heer over grenspalen en over het land en het volk van Stiermarken. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Peter zegt: 'Kijk, dat is nu juist de grote kringloop waarin alles zich beweegt: de liefde verwekt de wijsheid en de wijsheid wederom de liefde! De oorsprong van al het licht is natuurlijk de liefde als de eeuwige levenswarmte van de Godheid. Is ons de warmte echter gegeven, dan verwekt zij vervolgens meteen ook licht naar de mate waarin de warmte in ons toeneemt, en de warmte neemt weer toe door het rijker wordende licht. Het één komt steeds voort uit het andere: het licht uit de warmte en de warmte uit het licht!
Hoofdstuk 105: Slotwoord van de Heer: houd je aan de geest van de liefde! Uit liefde komt wijsheid voort, uit wijsheid liefde. De eeuwige ordening van het leven in God. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Wie dus liefde bezit, zal ook in zichzelf liefde vinden en deze als volledig eigendom verwerven, maar wie geen liefde heeft, kan ook geen liefde in zich opnemen. Zou een steen geen vuur in zich hebben, dan zou hij nooit gloeiend kunnen worden gemaakt.
Hoofdstuk 103: Wat de liefde doet is welgedaan. Laat je alleen door haar leiden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Kijk in plaats daarvan liever allen naar het zuiden - naar dat mooie land, dat daar ligt als een Kanaän. Het heet Stiermarken! De bewoners van dat land zijn voor het merendeel nog heel dom, want waar de mens niet te veel door de nood wordt geplaagd, lijkt hij op een luiaard en bekommert hij zich niet erg om het lichamelijke en nog minder om het geestelijke. Dat is nu juist in dit mooie land het geval: het voedt zijn weinige bewoners te goed. Daarom zijn ze traag en doen slechts zoveel als strikt nodig is voor de behoeften van hun lichaam. In de steden is hier en daar wel wat meer leven aan te treffen, en daardoor is er ook des te meer boosheid en worden er allerlei zonden begaan. Er leven in de steden van dit land slechts enkelen, voor wie wij dit land bezoeken. En dus vervolgen wij weer onze weg!'
Hoofdstuk 106: Het heilige gezelschap verlaat Wenen en trekt in de richting van de Alpen. Bij de Semmering. De Heer over grenspalen en over het land en het volk van Stiermarken. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Zouden de mensen naar Mijn gemakkelijk te begrijpen leer leven en zouden er in hun borst waarachtige broederharten kloppen, dan zouden er op de gehele aarde geen grenspalen nodig zijn. Hebzucht, heerszucht, gierigheid, afgunst en hoogmoed zijn echter zeer slechte zaken; daarom moeten daaraan grenzen worden gesteld, opdat zij niet als een kankergezwel steeds verder om zich heen grijpen. Hieruit kun je gemakkelijk opmaken of jouw grenspalen goed of slecht waren. Ze zijn beide tegelijk, evenals een gericht en de reden voor een gericht, namelijk de wet. Maar noch de wet, noch het gericht zijn goed, omdat beide een gevolg zijn van het kwaad van het menselijk hart.
Hoofdstuk 106: Het heilige gezelschap verlaat Wenen en trekt in de richting van de Alpen. Bij de Semmering. De Heer over grenspalen en over het land en het volk van Stiermarken. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Keizer Jozef komt naar voren en zegt tegen Mij: 'Heer, ik ben enkele keren over deze berg gereden en heb opdracht gegeven het een en ander aan deze weg te verbeteren want voor mijn tijd kon men menige weg niet zonder levensgevaar met een wagen berijden. Toentertijd protesteerden de mensen heftig en schreeuwden zich hees. De zogenaamde wijzen zeiden: 'Ja, ja, maak de weg maar mooi effen, glad en breed, zodat de duivel minder moeite heeft op zulke helse wegen rond te rijden!' In mijn tijd zag men namelijk een brede weg nog heel vaak aan voor een, die naar de hel zou leiden. In Wenen waren er zelfs mensen die in een brede straat geen woning zouden hebben betrokken, al zouden ze er voor betaald worden. Het aanhalen van deze dwaasheid van de mensen is voldoende om te laten zien wat een moeite het mij heeft gekost om de mensen tot andere inzichten te brengen.
Hoofdstuk 106: Het heilige gezelschap verlaat Wenen en trekt in de richting van de Alpen. Bij de Semmering. De Heer over grenspalen en over het land en het volk van Stiermarken. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[14] Daarom moet dit met name vanuit onze zuiver geestelijke, innerlijke machtssfeer buitengewoon in acht worden genomen. Innerlijk mogen wij nooit iemand enige dwang opleggen, maar wel, als het nodig is, de hel een halt toeroepen, en wel uiterlijk: door allerlei kwalen voor het zinnelijke vlees, door oorlog, hongersnood en epidemieën, of door misoogsten van een of ander gewas. Dat is weliswaar ook al een gericht en zijn vruchten zijn alleen maar slecht, maar van twee kwaden kiest men altijd het beste. Een uiterlijk gericht laat zich weer herstellen, maar een innerlijk slechts heel moeilijk of voor de ware vrijheid van Mijn hemelen dikwijls helemaal niet.
Hoofdstuk 104: Zegenbede voor de maaltijd. Over Swedenborg. Zegening van het Habsburgse huis. Invloed van geesten en engelen op mensen. Grondwet van de vrije wil. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[13] Daarom moeten jullie dat goed ter harte nemen en Mijn onveranderlijke orde goed begrijpen. Anders zouden jullie, als je op een nog op aarde levend mens invloed uitoefent, veel meer bij hem bederven dan goed doen. Iedere slechts door een uiterlijke - laat staan door een innerlijke - dwang aan banden gelegde wil, is nutteloos. Rome heeft zich, evenals het heidendom, van allerlei dwangmiddelen bediend om de wil van de mensen aan banden te leggen. Wat heeft het echter daarmee bereikt? Het op handen zijnde uiteenvallen en een algemene, diepe verachting. Wat het ook mag doen, het zal zich toch nooit meer kunnen herstellen en oprichten.
Hoofdstuk 104: Zegenbede voor de maaltijd. Over Swedenborg. Zegening van het Habsburgse huis. Invloed van geesten en engelen op mensen. Grondwet van de vrije wil. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] 'Jij vergrijsd Huis, blijf! Jouw banier zij liefde, zachtmoedigheid en geduld! Word en blijf standvastig in het ware geloof en schuw het licht van de geest niet, want dit licht zal je verheffen boven alle vorsten van Europa! Laat je nooit door Rome misleiden en knechten, want jou benoem en zegen Ik tot regent en boven jou sta alleen Ik en verder niemand op aarde. Ik erken geen bevelend, alle koningen op sleeptouw nemend en boven alles heerszuchtig, duister Rome. Niet een met drie kronen gekroond Rome, maar alleen een deemoedig Rome dat zich aan Mijn woord houdt, zou Ik erkennen. Een Rome dat de vernietiging verlangt van alle broeders die zich nooit de last van de drie kronen op zijn hoofd laten welgevallen, maar wel helderder denken dan de vorst der duisternis te Rome, is voor Mij een gruwel van verwoesting op de heilige plaats van alle leven uit Mij. - Mijn Huis! Je hebt nu al zoveel gedaan; doe alles, dan zal jouw macht groeien als een ceder op de Libanon! Mijn zegen en Mijn kracht zijn met jou! Het zij zo!'
Hoofdstuk 104: Zegenbede voor de maaltijd. Over Swedenborg. Zegening van het Habsburgse huis. Invloed van geesten en engelen op mensen. Grondwet van de vrije wil. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Maar ik denk hoofdzakelijk aan het Nieuwe Testament, waarin U zich uit liefde zo hebt laten behandelen dat Uw leerlingen en apostelen zich daaraan vaak danig hebben geërgerd. Hoe graag hadden zij gezien dat U in tal van ergerlijke situaties vuur en zwavel uit de hemel had laten regenen, maar U wees hen terecht en genas, waar zij verwachtten dat U zou verwonden. 0 Heer, een hele eeuwigheid is te kort om al die wonderdaden van Uw liefde op te sommen! Maar wat kan men doen? Niets anders dan U liefhebben en nog eens liefhebben, omdat U Zelf slechts liefde en nog eens liefde bent in alles!'
Hoofdstuk 103: Wat de liefde doet is welgedaan. Laat je alleen door haar leiden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Nu staat de koning op, strekt zijn armen uit en zegt: 'Mijn zoon! In jouw mond beweegt zich geen slangentong. De zachtmoedige blik in jouw ogen is voor mij een waarborg, dat je mij met je gehele hart liefhebt. Kom in mijn armen! De liefde bedekt alle zonden! Mijn hart is vol vreugde, omdat ik onder mijn vele kinderen er één heb gevonden, dat de liefhebbende vader in mij heeft herkend. Omdat jij mij met liefde hebt bejegend, zul jij ook bij mij liefde vinden. In plaats van de straf te ondergaan, zul je in een koninklijk gewaad worden gestoken en aan mijn zijde gaan!'
Hoofdstuk 102: Gelijkenis van de strenge, rechtvaardige koning, die door de liefde wordt overwonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Zich tot de koning wendend: 'Goede, wijze vader van uw volkeren, u dank ik met een van liefde vervuld hart voor deze rechtvaardige straf. Sta mij toe om, voordat ik de kerker binnenga en de verdiende tuchtroede op mijn schouders voel, de zoom van uw gewaad met mijn lippen aan te raken en het met de tranen van mijn grote liefde voor u te bevochtigen!'
Hoofdstuk 102: Gelijkenis van de strenge, rechtvaardige koning, die door de liefde wordt overwonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Dat kwam de koning ter ore en hij liet de meester gevangennemen en voor zijn rechterstoel leiden. Na het bepalen van de straf wierp het in grote getale aanwezige volk zich voor de koning neer en smeekte hem om voor deze man, die door zijn talenten zoveel goeds had voortgebracht, genade voor recht te laten gelden. Maar het hielp niets; het woord van de koning bleef zo onverzettelijk als een rots.
Hoofdstuk 102: Gelijkenis van de strenge, rechtvaardige koning, die door de liefde wordt overwonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Er woonde in de stad ook een heel bescheiden man, die zich met allerlei praktische wetenschappen bezighield en af en toe het een en ander uitvond, dat de mensen goed van pas kwam. Een gebod van de koning hield echter in dat iedere kunstenaar of geleerde zijn werken eerst ter beoordeling aan de koning moest voorleggen, opdat er niets in handen van het volk zou komen dat het schade zou kunnen berokkenen. Deze man wist amper dat er zo' n gebod bestond en verspreidde daarom zonder voorkennis van de koning verschillende van zijn nuttige werken onder het volk, dat niet naliet deze meester buitengewoon te prijzen.
Hoofdstuk 102: Gelijkenis van de strenge, rechtvaardige koning, die door de liefde wordt overwonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Ik zeg: 'Maak je over hen geen zorgen! Ik heb heel veel dienaren die deze schapen moeten hoeden en leiden. Daarom is het ook niet nodig dat juist wij allen moeten leiden, maar alleen diegenen die zich tijdens hun leven op aarde hoofdzakelijk om Mijn naam hebben bekommerd op de verkeerde of op de juiste manier, dat maakt hier niets uit. Als er maar een geloof aanwezig was, dan kunnen we dit altijd in orde brengen en hun liefde opwekken. Maar waar helemaal geen geloof of een te hardnekkig bijgeloof aanwezig is, mogen wij aanvankelijk niet openlijk de rol van leider of opwekker vervullen. Daarvoor heb Ik miljoenen dienaren, aan wie zulke zaken worden toevertrouwd. Er is echter wel degelijk verschil tussen degenen die Ik Zelf persoonlijk opwek en leid, en die velen die door Mijn engelen en dienaren worden opgewekt en geleid. Hier geldt het woord: 'Velen zijn geroepen, maar slechts weinigen uitverkoren!'
Hoofdstuk 101: Peters uiting van vurige liefde voor de Vader. Afscheid van het droomgezicht van de stad Wenen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943  ...