15542 resultaten - Pagina 930 van 1037
... 918 - 919 - 920 - 921 - 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943 ...
[11] Ik zeg je echter als zondaar: in de ware wijsheid kun jij nog niet eens tot tien tellen - en toch wil je over Gods innerlijke wijsheid oordelen? Zolang jij God alleen naar Diens omvang waardeert, zal Jezus jou zeker nog lang te klein en te onbeduidend voorkomen. Als je echter bedenkt, dat God niet alleen zonnen en planeten heeft gemaakt, maar ook de muggen, dan zal het je misschien duidelijk worden, dat God zich ook met de kleinste dingen even goed inlaat als met de grootste. En dat het Hem ook mogelijk is Zich als mens aan de mensen te tonen, ze te leren en ze op de goede weg te brengen. De zonnen zal Hij zeker ook als Zon van alle zonnen leiden!Hoofdstuk 28: Martinus als blinde rationalist in de val - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Ik heb ooit gezegd, dat de kinderen van de wereld verstandiger zijn dan die van het licht. Als jij je zelf echter als een zoon van het licht beschouwt gelijk een heerser van China, ga dan naar je leerlingen die zuivere wereldkinderen zijn en leer van hen in ieder geval je verstand te gebruiken, als jou hun wijsheid niet bevalt!'
Hoofdstuk 29: De Heer laat de blinde Martinus zien, dat Hij Jezus is - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[11] Daarbinnen zijn echter jouw leerlingen. Ga naar hun toe en leer van hen Mijn leer opnieuw. Kom dan terug, opdat Ik ze je daarna uitleg!
Hoofdstuk 29: De Heer laat de blinde Martinus zien, dat Hij Jezus is - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[14] Ga daarom terug naar je leerlingen en leer van hen Diegene kennen, die je tot nu toe nog steeds voor je gelijke hebt gehouden. Zo zij het!'
Hoofdstuk 29: De Heer laat de blinde Martinus zien, dat Hij Jezus is - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Mozes spreekt wel heel vaag over een verlosser, die de volkeren zou bevrijden van het harde juk van de oude slavernij. Maar dat Jahwe zelf in deze verlosser naar de aarde zou afdalen, daarvan staat in het hele Mozesboek geen woord. Daarom is jullie veronderstelling dan ook iets te overijld; het is immers zo, dat men alles wat men doet nauwkeurig moet onderzoeken en overwegen.
Hoofdstuk 30: Tweegesprek tussen de rationalist Martinus en de wijze man over de goddelijkheid van Jezus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[15] Jezus, die uit eigen kracht op de derde dag uit het graf opstond en daarna nog gedurende veertig dagen op aarde was en Zijn leerlingen onderrichtte, en vervolgens voor de ogen van duizend gelovigen opsteeg naar de hemelen en spoedig daarna de Geest van de eeuwige kracht, macht, liefde en wijsheid uit de hemelen op de Zijnen liet neerdalen;
Hoofdstuk 30: Tweegesprek tussen de rationalist Martinus en de wijze man over de goddelijkheid van Jezus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[20] Na een tamelijk lange pauze begint bisschop Martinus weer te praten en zegt: 'Vriend, ik heb je woorden nu vanuit elk oogpunt, dat mij ter beschikking staat, overwogen en zie alleen steeds meer het tegendeel van datgene wat jij zojuist hebt beweerd. Maar toch ben ik niet hardnekkig en wil graag van ganser harte met jouw mening instemmen, als jij enkele van mijn vragen naar mijn tevredenheid beantwoordt.'
Hoofdstuk 30: Tweegesprek tussen de rationalist Martinus en de wijze man over de goddelijkheid van Jezus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] DE WIJZE MAN zegt: 'Vriend, ik weet wel waar je tenslotte naar toe wilt. Maar desalniettemin wil ik ook deze heel dwaze vraag zo grondig mogelijk beantwoorden.
Hoofdstuk 31: Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Waar echter uitgestrekte gebergten veel water naar de oppervlakte brengen en dit in de zeer grote, uitgestrekte vlakten samenstroomt en zich daar zonder weerstand kan verspreiden en maar heel langzaam naar de zee stroomt, daar moet zich dientengevolge ook de grootste en breedste rivier bevinden. Zonder dat zich daarin meer van de Godheid hoeft te bevinden dan in een regendruppel! Zeg me, ben je met dit antwoord tevreden?'
Hoofdstuk 31: Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] Omdat echter de mensen dat alleen met hun meest wijze medemens deden, rijst de vraag: Is dat wel voldoende reden voor zijn absolute vergoddelijking?! Of hebben wij ooit hogere wezens gezien of gesproken, die naar de aarde zijn gekomen en de goddelijkheid van Jezus geheel en al hebben aangetoond en bevestigd?
Hoofdstuk 31: Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[19] Er worden wel wonderlijke dingen verteld over zijn geboorte, ook hoe er toen hogere geesten zichtbaar naar de aarde zijn afgedaald en hoe deze de mensheid over zijn goddelijkheid zouden hebben onderricht. Ik vraag me echter met hetzelfde recht af: Hebben ook wij daarvan ooit iets gezien? Ik in ieder geval niet! Jij misschien?
Hoofdstuk 31: Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[20] Ja, in een saaie en zelfzuchtige monniken - of nonnendroom zijn er wel eens dergelijke leugens bij elkaar gefantaseerd. Als we echter naar de waarheid vragen, dan komt er niets als mens en nog eens mens te voorschijn, waarbij ieder steeds meer wil weten dan zijn naaste, maar ieder bij zichzelf moet zeggen: 'Heer, ik ben blind; alles wat ik weet is alleen maar een aangeleerd, blind geloof en anders niet!'
Hoofdstuk 31: Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[23] Dus mijn beste vriend, ik onderzoek nu alles goed voor ik het aanneem, en ik ben ook wel te overtuigen. Maar jouw bewijzen zijn voor mij echt niet genoeg. Een mens kan wel heel erg streven naar godsbesef; maar geen mens, doch alleen God Zelf kan dit streven bevredigen. Ik denk echter dat wij, voor wij deze bevrediging zullen krijgen, nog geweldig veel in al Zijn scheppingsruimten moeten meemaken, alvorens wij voor een echte goddelijke openbaring gereed zullen zijn.
Hoofdstuk 31: Kritische vragen van Martinus en de antwoorden van de wijze man - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] BISSCHOP MARTINUS denkt na over datgene wat de wijze man van het gezelschap heeft gezegd en spreekt na een poosje, meer tot zichzelf dan tegen de wijze: 'Je hebt eigenlijk gelijk; want wanneer de Pentateuch* (* De vijf boeken van Mozes. ) van Mozes de waarheid spreekt, moet God inderdaad wel een mens zijn, omdat Hij anders Adam niet naar Zijn beeld zou hebben geschapen, als Hij Zelf niet een eendere gedaante zou hebben. Dezelfde gedaante veronderstelt echter ook hetzelfde wezen.
Hoofdstuk 32: Voortzetting van het gesprek over de goddelijkheid van Jezus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Bijgevolg zou de tekst uit het Pentateuch ongeveer zó begrepen moeten worden: 'God schiep de mens naar Zijn beeld' betekent: 'God schiep de mens volgens Zijn idee, dat wil zeggen volkomen in overeenstemming met Zijn idee!'
Hoofdstuk 32: Voortzetting van het gesprek over de goddelijkheid van Jezus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus