15542 resultaten - Pagina 934 van 1037
... 922 - 923 - 924 - 925 - 926 - 927 - 928 - 929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943 - 944 - 945 - 946 - 947 ...
[20] Bisschop Martinus kijkt heel nieuwsgierig naar binnen en deinst helemaal terug, als hij hier als het ware in een nieuwe wereld kijkt en hierin behalve de wonderbaarlijke heerlijkheden een aantal zalige wezens in geheel volmaakte mensengedaante ziet, die zo mooi zijn, dat onze bisschop hierdoor gewoonweg van zijn stuk raakt.Hoofdstuk 40: De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[23] Ja, Heer, geen lofprijzing en geen eer is ooit in staat om U daarmee naar behoren te loven, te prijzen en te eren! Waarlijk, waarlijk, U bent heilig, heilig, heilig: hemel en aarde zijn vol van Uw heerlijkheden! U zij daarom eer van eeuwigheid tot eeuwigheid!
Hoofdstuk 40: De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[29] Zie, dat is al een soort dienst van deze wezens, dat ze door hun vaste, onwrikbare wil niet zelden op het ontvankelijke gemoed van de aardemensen inwerken en het opwaarts naar de sterren leiden. Dat deden ze ook met jou, toen jij ze nog niet kende. En ze zullen het nu des te meer doen, nu ze je ook gezien hebben, zoals jij nu ook hen, al is dat nog niet volledig het geval.
Hoofdstuk 40: De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[30] Maar kom echter weer verder en wel naar deur nummer 4. Daar zul je weer wat anders en nog veel mooiers aanschouwen. Zo zij het!'
Hoofdstuk 40: De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[33] Zonder Mij kun je noch op aarde noch hier in de hemel iets doen. Mijn zegen is Mijn almachtige wil, Mijn eeuwig woord 'Het zij', waardoor alles wat er is, gemaakt werd. Dus moet daardoor ook van tevoren de brug naar al deze wezens gemaakt worden, opdat jij zonder schade naar hen en zij naar jou kunnen komen. Alles echter heeft zijn tijd en duur, die alleen Ik kan bepalen - en degene, aan wie Ik het openbaar.'
Hoofdstuk 40: De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[36] Te rechter tijd zal alles je duidelijk worden. Deze waarachtige belofte moet voldoende voor je zijn, anders kom je nog eens op een water terecht, waarmee je nog meer moeite zou hebben dan met het vorige! Want zolang je nog geen hemels bruiloftskleed om je lendenen hebt gegord, ben je nog geen werkelijke vaste hemelburger, doch uitsluitend een uit zuivere genade aangenomen zondaar, die hier via velerlei wegen pas een ware hemelburger kan worden. Vraag daarom nu verder nergens meer naar, maar volg Mij naar de vierde deur. Zo zij het!'
Hoofdstuk 40: De twaalf kleine vertrekken met de verborgen, nog ongezegende spijzen - De kudde mooie meisjes - De mercuriaanse schone - De naakte Venusmensen met hun volmaakte vormen - Het grote belang van de zegen van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] BISSCHOP MARTINUS zegt een beetje verlegen: 'Heer, ik heb noch moed noch woorden genoeg, om deze verheven pracht in haar grootsheid, diepte en bekoorlijke majesteit naar behoren te beschrijven. Wat ik daarbij echter naar mijn gevoel nog moet opmerken is, dat hier in alle ernst voor mij nu te veel van het goede is! Ik word gewoon sprakeloos wegens het gestadig toenemen van deze meer dan hemelse schoonheden - vooral van die, welke hier in een zichtbaar vrouwelijke, menselijk hemelse gestalte in waarlijk oneindige aantallen voorkomen!
Hoofdstuk 41: De heerlijkheden van Mars - Martinus' geestelijke afmatting en dwaze wens - Berisping door de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[14] IK zeg: 'Nu, volg Mij dan van deze Marsdeur naar de Jupiter deur nummer 5. Zo zij het en zo zal het geschieden!'
Hoofdstuk 41: De heerlijkheden van Mars - Martinus' geestelijke afmatting en dwaze wens - Berisping door de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] O Heer, Vader, hoe langer ik hier naar binnen kijk, des te meer ontdek ik. Nu zie ik ook al mensen, die weliswaar nog een beetje te ver weg zijn, om te kunnen bepalen hoe ze er eigenlijk uitzien. Ze zullen vast ook overeenkomstig hun planeet onuitsprekelijk mooi zijn. Het is ook maar beter, dat ze niet te dicht bij mij komen: ik zou hun vast en zeker té grote schoonheid tenslotte toch niet kunnen verdragen. Men heeft aan deze grote, heerlijke bewoonde planeet al meer dan genoeg!
Hoofdstuk 42: De verrassingen achter de vijfde deur - De wondere wereld van Jupiter - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Laten we nu echter weer een deur verder gaan, dan zul je nog onvergelijkbaar grootsere dingen zien. Bij die volgende deur nummer 6 moet je echter zo rustig mogelijk blijven, alleen naar Mij luisteren en alles goed in je opnemen, wat Ik je zal zeggen. Ook mag je Mij niet vragen, waarom je je daar zo rustig moet houden. Ook niet, als Ik je dingen vertel die je niet zult bevatten of begrijpen; want te rechter tijd zal alles je duidelijk worden. Daarom nu verder en op naar deur 6. Zo zij het!'
Hoofdstuk 42: De verrassingen achter de vijfde deur - De wondere wereld van Jupiter - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[5] Als dus een groot mens door een nauw en laag poortje in een vertrek wil komen, dan moet hij zich van te voren klein maken en heel diep bukken, omdat hij anders in geen geval in het vertrek kan komen. Zo is ook de aarde een smalle en doornige weg en een lage en nauwe poort naar het leven voor die geesten, die vroeger zeer groot waren en nog groter wilden zijn.
Hoofdstuk 43: Saturnus als mooiste van alle planeten - De aarde als school van Gods kinderen en plaats van de menswording van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] Nu weet je, waarom Ik je hier eerst deze meest dichtbij gelegen planeet van jouw aarde liet zien. Denk daarover na en volg Mij nu naar deur 7, waar je weer in een nieuwe wijsheid wordt ingeleid. Maar ook daar mag je Mij nergens naar vragen. Want Ik alleen weet langs welke weg Ik je moet leiden, om je zo zalig mogelijk te maken. Dus gaan wij verder; zo zij het!'
Hoofdstuk 43: Saturnus als mooiste van alle planeten - De aarde als school van Gods kinderen en plaats van de menswording van de Heer - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Deze zegen, een echte brug naar buiten naar de eindeloze grote werkelijkheid, zal je dan voor eeuwig niet meer worden ontnomen. Op pijlers daarvan zul je pas in alle volheid beseffen waar je bent en wie je bent en waar je vandaan kwam.
Hoofdstuk 44: Het zevende vertrek - Over het wezen en het doel van Uranus en zijn geesten - De schepping in de mens en buiten de mens in hun wederzijdse relatie - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Nu weet je wat deze deur betreft ook wat je moet weten. Dat alles weet je nu van Mij en uit Mij Zelf. En nu je dit allemaal weet, moet je er ook goed in jezelf over nadenken; volg Mij weer verder naar de achtste deur. Daar zullen wij weer een andere en voor jou volledig nieuwe wereld leren kennen en ook de gedenkwaardige bewoners ervan. Zo zij het!'
Hoofdstuk 44: Het zevende vertrek - Over het wezen en het doel van Uranus en zijn geesten - De schepping in de mens en buiten de mens in hun wederzijdse relatie - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Nu weet je ook van deze deur, wat je hiervan moet weten. Volg Mij daarom nu naar de negende deur, waar je weer nieuwe wonderen van Mijn liefde en wijsheid zult aanschouwen. Zo zij het!'
Hoofdstuk 45: De wereld van Miron, het geheim van het achtste vertrek – Het geestelijke als grondoorzaak en drager van de gehele schepping - Jakob Lorber - Bisschop Martinus