Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 95 van 1490

...  83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108  ...
[9] Bovendien had God ook voorzien dat nu de tijd zou komen, waarin voor jullie Gods naam zal worden verheerlijkt. En zie, daarom liet God deze jongen al anderhalf jaar geleden sterven, opdat hij ver genoeg ontbonden zou zijn als God de Heer hem weer zal opwekken. Til de kist er daarom nu uit en open hem!"
Hoofdstuk 69: Nogmaals in de grafkelder van Jaïrus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Bij deze woorden klommen Borus en Kisjonah meteen in de grafkelder en probeerden de kist op te tillen. Maar zij konden hem niet van zijn plaats krijgen, want hij was erg zwaar omdat hij van massief cederhout was gemaakt en bovendien met een aantal zware ornamenten van metaal, goud en zilver versierd was. Na verscheid.ene pogingen zei Borus: "Heer; de kist is te zwaar, we kunnen hem beslist met optillen! Voor zover ik weet gebruikte men werktuigen om deze kist daar neer te zetten en hij zal langs natuurlijke weg er alleen maar met behulp van werktuigen weer uitgehaald kunnen worden!"
Hoofdstuk 70: De opwekking van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] BAB zette grote ogen op, evenals zijn vrouwen zijn kinderen, en hij zei, erg verbaasd over die kracht in de beide jongemannen: "Dat is toch wel erg sterk! Deze twee tengere knapen, die niet ouder dan vijftien kunnen zijn, speelden met dit gewicht als de stormwind met een veertje -, terwijl het zich van de kracht van twee sterke mannen niets aantrok! Ah, zoiets is dan toch welongehoord!"
Hoofdstuk 70: De opwekking van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] IK zeg: "Maar als de Mensenzoon de macht heeft om ook zulke lichamen op te wekken en in het leven terug te roepen, en ook allen, die sinds Adam geheel vergaan in de aarde rusten, is dat dan ook een schrikbeeld voor de aardse mensen? Kan de dood nog iets vreselijks zijn, als hij een Meester heeft gekregen? Opdat jullie echter allen, hier aanwezig, zien dat Ik als Mensenzoon op deze aarde volkomen macht heb ook zulke lichamen in het leven terug te roepen en ze een nieuw en onsterfelijk leven te geven, zal juist déze knaap voor jullie daarvan een getuige worden!"
Hoofdstuk 70: De opwekking van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] JAÏRUS zegt: "Lieve Josoë, kijk naar Hem, Die naast je staat, Hij is Heer over leven en dood! Lichamelijk was je dood en je lag al anderhalf jaar hier in deze kist, en geen menselijke macht zou in staat geweest zijn jou hier op aarde het leven weer te geven. Maar Deze, die er weliswaar als een mens uitziet, maar veel méér is dan een mens, heeft je uit de dood weer in het leven teruggeroepen! Daarom moet je ook Hem alleen danken voor dit leven dat je nu weer geschonken is!"
Hoofdstuk 70: De opwekking van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] En ik volgde Hem gewillig, want ik merkte direkt dat Hij van God gezonden is en de volheid van de goddelijke kracht in Zich draagt en macht heeft over alles in de hemel en op de aarde. Want precies zoals Hij hier is, zag ik Hem eerder in de geestenwereld, waarin ik stellig was toen ik door Hem werd geroepen om in deze wereld terug te keren.
Hoofdstuk 70: De opwekking van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Het wordt me nu pas allemaal duidelijk, en ik zie nu ook dat ik al eerder op deze aarde heb geleefd en toen gestorven ben; maar hoe het sterven plaats vond, weet ik niet! Want ik kan maar nauwelijks deze wereld hebben verlaten -hoe en op welke manier weet ik niet -of ik was ook al in een mooi huis bij een heel prettig gezelschap, waar het me erg goed beviel. Zo nu en dan zag ik ook mijn ouders en broers en zusters en sprak met hen over verheven dingen, die mijn ervaren gezellen mij toonden en leerden. Maar deze Heilige der heiligen heb ik niet eerder gezien dan een paar ogenblikken voor ik in deze wereld terugkeerde!"
Hoofdstuk 70: De opwekking van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] De VROUW zegt: "Ik ben slechts een dienstmaagd van mijn heer, en dus gebeure wat jij wilt en als juist beschouwt! Maar deze buitengewoon heilige tegenwoordigheid van God verplettert mij haast!"
Hoofdstuk 71: De onsterfelijkheid van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Want de hedendaagse mensen zouden door zo'n getuigenis als met ijzeren kettingen gedwongen worden om in Mij te geloven, waardoor hun vrije leven grote schade zou lijden. Hun latere nakomelingen zouden zulke vertelde getuigenissen als te overdreven pure bedenksels der menselijke fantasie toch niet aannemen, en zich daardoor aan de zuivere leer en de eeuwige waarheid ergeren. Daarom is het beter als zulke daden van Mij helemaal geheim blijven, omdat niemand er wat aan zou hebben; zeker niet tijdens deze eerste leertijd van Mij.
Hoofdstuk 71: De onsterfelijkheid van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Jaïrus, jij moet echter, omdat je over een poosje als de tijd daarvoor rijp is, de jongen weer bij zijn ouders moet brengen, hem heel precies uitleggen hoe hij zich dan moet gedragen. Hij moet geloven, maar hij moet ook bij de mensen geen opzien willen baren! Deze nu uit de dood opgewekte jongen zal echter, omdat hij de ontbinding heeft meegemaakt, lichamelijk niet meer sterven. Als zijn tijd gekomen is, zal hij door een engel worden geroepen en deze roep vrij volgen, -en vervolgens zal geen sterfelijk oog hem ooit nog ergens op deze aarde levend zien.
Hoofdstuk 71: De onsterfelijkheid van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Wij gaan nu meteen de synagoge uit. Jaïrus en Borus sluiten de grafkelder weer achter zich, nadat zij de beide jongemannen gevraagd hadden om de kist terug te zetten in de groeve, wat deze ook in een oogwenk deden.
Hoofdstuk 71: De onsterfelijkheid van Josoë. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Zeg Mij: "Wat zou een vader tegen zijn kinderen zeggen, als deze dom genoeg zouden zijn om van de uitwerpselen van de vader een huisje ter grootte van een vlieg, of ook wel groter, te bouwen en dan uit de uitwerpselen van de vader ook een beeld zouden maken, dat de vader voorstelde, en nadat alles klaar zou zijn, voor die tempel van drek zouden knielen en hun vader op die manier vereren en aanbidden? Wat zou jij doen als jouw kinderen zoiets deden? Wanneer zij vervolgens, als je hen zoiets zou verbieden als zijnde dom en smerig en jou geheelonwaardig, nog ijveriger om de smerige tempel heen zouden kruipen en jouw gelijksoortige beeld zouden vereren. En zelfs tegen jouw wil hun misschien toch iets verstandiger broeders onder bedreiging met de doodstraf daar ook toe zouden dwingen en van hen bovendien een schijnbaar heilige belasting zouden verlangen? Zeg eens, wat zou je in zo'n geval doen? Zou zo'n uiterst domme en smerige verering van je kinderen je plezier kunnen doen?
Hoofdstuk 72: Het echte dienen van God. In Nazareth - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Maar JAÏRUS zei tegen hem: "Beste neef, je moet nu niet zo gulzig eten, want het kan best zijn dat je in zekere zin nieuw geschapen maag toch nog niet in staat zou zijn om een grote hoeveelheid van deze aardse spijzen te verdragen!"
Hoofdstuk 73: Niet alle kennis is goed voor ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] De leerlingen vroegen inlichtingen over de jongen, en wisten niet wat ze van hem moesten denken. Nu eens vroegen ze de jongen, dan weer Jaïrus, dan weer de beide jongemannen die ook bij ons aan de hoofdtafel zaten, wat er toch met deze jongen aan de hand was. Daar moest toch wel iets heel bijzonders achter steken, want zij wisten maar al te goed dat de Heer Zich nooit meer dan nodig met heel gewone jongens bemoeide. Maar het vragen van de leerlingen had hier geen resultaat, omdat niemand hen een bevredigend antwoord gaf.
Hoofdstuk 73: Niet alle kennis is goed voor ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Toen MARIA echter het ongeduld van de leerlingen opmerkte, zei ze tegen hen: " Jullie krijgen toch wat je nodig hebt; waarom proberen jullie dan te weten te komen wat je kennelijk niet nodig hebt? Doe wat Hij jullie zegt en wens niet meer te weten dan wat Hij, als noodzakelijk voor jullie, je laat weten, dan zul je volgens Zijn wil leven en handelen en zeker zijn van je eeuwige loon. Alles wat je tegen Zijn wil wenst, is zonde tegen de Meester, die jullie Heiland is -lichamelijk en geestelijk! Onthoud deze les!"
Hoofdstuk 73: Niet alle kennis is goed voor ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  83 - 84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108  ...