Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 941 van 1110

...  929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943 - 944 - 945 - 946 - 947 - 948 - 949 - 950 - 951 - 952 - 953 - 954  ...
[8] Jellinek zegt: 'Wel, we zullen eens zien wat we daaraan kunnen doen. Maar zelf moeten jullie ook wat moeite doen om jullie tongen in toom te houden! Vraag het deze heer hier naast me, die kan heel veel. Wanneer hij jullie helpt, dan zullen jullie echt geholpen zijn!'
Hoofdstuk 65: De Weners en de onplezierige Bohemer. De heldin wendt zich tot Jellinek. Deze verwijst haar naar de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Ik zeg: 'Ja, ja, helpen kan Ik jullie wel, en jou het eerst! Maar je moet Me van te voren openlijk bekennen en eerlijk zeggen, wat jou nu precies mankeert. Ben je ziek, dan moet je Me zeggen waar, hoe en waardoor je je deze ziekte op de hals hebt gehaald. En als je denkt dat je dom bent, moet je Me ook eerlijk zeggen, wat je van jezelf eigenlijk dom vindt. Ik zal dan wel zien, hoe Ik jou en je landgenoten kan helpen. Denk nu echt gewetensvol na over al je toestanden en zeg Mij dan, wat je van jezelf vindt. Voor de rest zal Ik dan zorgen.'
Hoofdstuk 66: De heldin wendt zich tot de Heer om hulp. De raad van de Heiland. Beken openlijk wat je mankeert.Verhaal van een gevallene - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[9] En dat alles zou maar een droom zijn? Nee vrienden, dat is geen droom; dat is grote, heilige werkelijkheid! En we doen er goed aan, als we al deze verschijnselen wat meer gaan waarderen dan tot nu toe. En daarom krijgt die merkwaardige verfraaiing van onze Lerchenfeldse nu ook veel meer betekenis voor mij dan voorheen. Wat denken jullie nu van mijn beoordeling van deze zaak?'
Hoofdstuk 69: De patheticus over deze wonderbare verandering van Helena. Verschil tussen droom en werkelijk leven. Olafs gelijkenis van de bruidswerving - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] De generaal-majoor was daar zeer tevreden over, alhoewel hij niet verheelde dat de baron nu nog hogere eisen stelde aan de gegadigden voor zijn dochter dan voorheen. Rijkdom zou geen lokmiddel meer voor hem zijn en de verdiensten van iemand die niet adellijk geboren was evenmin. Bij deze bekrompen aristocraat zou alleen de afkomst en de hoge adel tellen. Hij zou daarom ook de hem door de keizer aangeboden titel van graaf afgewezen hebben, omdat hij daardoor een van de jongste graven zou worden, terwijl hij nu de oudste baron was!
Hoofdstuk 70: Het huwelijksverhaal van de patheticus. De hulpvaardige generaal - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Als onze heldin zich weer temidden van degenen bevindt met wie ze eerder een nogal felle discussie had gehad, zegt de ons reeds bekende Frans tegen haar: 'Zo bijdehante juf, hoe is het je vergaan bij die opgeblazen druktemaker? Heb je het hem eens goed gezegd op zijn Weens?' De heldin zegt: 'Nou ja, hij zal het wel begrepen hebben. Nu verbeeldt die halve gare zich ook nog, dat hij een heer van stand is! Nou, die zullen ze daar nog wel wat anders voorschotelen. Maar ik heb hem gewaarschuwd! Jullie hadden moeten horen hoe meneer Blum hem heeft aangepakt, omdat hij over mij was gaan klagen; jullie zouden je krom gelachen hebben! Ik wens geen mens iets lelijks toe, ook deze opschepper niet; maar omdat hij zo'n verwaande kwast is, heb ik er echt plezier in, als die goede heren daar hem een beetje kortwieken. Dan krijgt hij wat hem toekomt!' Frans zegt: 'Nou meid, nu beval je me weer en ik ben niet meer kwaad op je. Maar dit zeg ik je ook, als je me nog eens zo aanvalt als daarnet, zie dan maar hoe je je verder redt! Maar nu is alles weer goed, begrijp je?'
Hoofdstuk 65: De Weners en de onplezierige Bohemer. De heldin wendt zich tot Jellinek. Deze verwijst haar naar de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Jellinek zegt: 'Wel, met mij gaat het heel goed, veel beter dan ooit op aarde. Het is echter mijn vurigste wens, dat het jullie allemaal spoedig even goed mag gaan, dan zullen jullie niet meer zo met elkaar ruziën als tot nu toe. Jullie moeten dat hier helemaal afleggen, anders kan het moeilijk beter worden met jullie. Leer van ons dat je geduld moet hebben met de zwakheden van je broeders, dan zullen jullie elkaar meteen beter begrijpen en dat zal jullie gouden vruchten opleveren. Maar als jullie elkaar steeds blijven beschimpen en met slaan dreigen, dan zal er tussen jullie nog lang geen christelijk hemelse liefde heersen, die alleen de ware zaligheid uitmaakt van alle geesten.
Hoofdstuk 65: De Weners en de onplezierige Bohemer. De heldin wendt zich tot Jellinek. Deze verwijst haar naar de Heer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Het verschil tussen het leven in deze wereld en dat in de geestenwereld wordt bij natuurlijke geesten, wanneer ze van meer eenvoudige aard zijn, slechts door de doeltreffende verschijningsvorm van de plaatselijke toestand bepaald. Zij is steeds min of meer een weergave van hoe de geesten grotendeels innerlijk geaard zijn. Deze verschijningsvorm hier in de geestenwereld, die door de achterwege gebleven wedergeboorte van de geest zeer sterk beïnvloed wordt, komt meestal slechts ten goede aan die arme geesten, die op aarde in natuurlijke en geestelijke armoede hun leven hebben doorgebracht. Maar geesten van rijke bezitters van allerlei aardse goederen, waaraan hun hart kleeft als een poliep aan de zeebodem, vinden alles terug wat ze hier hebben verlaten. Ze kunnen daar verscheidene eeuwen, volgens aardse berekening, in zo'n grof-natuurlijke toestand volharden en worden daar niet eerder uitgetild dan wanneer ze in zichzelf de behoefte beginnen te voelen naar iets hogers en volmaakters.
Hoofdstuk 67: Speciale opmerking van de Heer over het doel van deze, deels ergerlijk schijnende bekendmaking - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Nu weten jullie waarom deze belangrijke scène letterlijk en breedvoerig wordt geopenbaard. En daarom willen we weer terugkeren naar de scène, want onze heldin wordt al wat onrustig en wacht vol verlangen op het antwoord van Jezus Christus, dat Ik haar beloofd heb over te brengen. Jullie moeten daarbij nog rekening houden met de belangrijke omstandigheid, dat deze betekenisvolle scène zich juist nu afspeelt in de geestenwereld en derhalve een grote invloed uitoefent op de gebeurtenissen van deze aardse tijd. Uit al deze tamelijk platvloers klinkende gesprekken kunnen jullie met een beetje scherpzinnigheid de hele situatie en het verloop van de gebeurtenissen, zoals ze zich op aarde afspelen, heel gemakkelijk herkennen. Evenals de gevolgen van deze gebeurtenissen, die vooral uit het verdere verloop van deze scène helder en duidelijk zullen voortvloeien. Maar jullie moeten je nergens aan ergeren, want het moet hier allemaal gaan zoals het gaat. En nu terug naar de scène!
Hoofdstuk 67: Speciale opmerking van de Heer over het doel van deze, deels ergerlijk schijnende bekendmaking - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Ik zeg: 'Mijn beste vriend, het spijt Me hier in geen geval gevolg te kunnen geven aan uw verzoek. En wel om de aloude reden, de oude grondregel, dat voor God alles een gruwel is wat de zogenaamde betere wereld als groot, schitterend, verheven en mooi betitelt en vereert. Want God blijft steeds dezelfde en schept nooit welbehagen in mannen van aanzien, die de waarde van een mens slechts bepalen naar het aantal adellijke titels, naar ambtelijke waardigheid of naar de hoeveelheid geld, en alle andere mensen voor gepeupel uitmaken. Maar alles wat voor de wereld klein en gering is en vaak geminacht wordt, staat bij God weer in hoog aanzien. En daarom moet Ik, als een allerintiemste vriend van God, u hier eerlijk bekennen dat deze door jullie verachte Lerchenfeldse Mij honderd keer liever is dan jullie, hoogadellijke vrienden; tenminste als Ik zo vrij mag zijn jullie als mijn vrienden te mogen betitelen! Jullie hebben deze arme nu echter een grote dienst bewezen, want van nu af aan wil Ik Me pas echt over haar ontfermen en haar een vorming geven, waarvoor zelfs de engelen respect zullen krijgen. Ze zal spoedig heel hoog geplaatst worden en een sieraad van dit huis zijn! Waar jullie, mannen van eer, je echter binnenkort zouden kunnen bevinden, zal de toekomst wel uitwijzen! Ik verzoek jullie echter omwille van jullie eigen heil, deze arme verder niet meer lastig te vallen, want ze hoort nu helemaal bij Mij! (Mij tot de heldin wendend): 'En jij, Mijn lieve 'Magdalena', ben je daar tevreden mee?'
Hoofdstuk 68: De wachtende heldin en de hoogmoedige patheticus. De laatste door de Heer terechtgewezen.Liefdewonder aan de heldin Helena - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Daarop spoedde ik me meteen naar mijn kamer en riep mijn bedienden bij me. Ik gebood hun: 'Pak vlug al mijn spullen bij elkaar, want we moeten vandaag nog het huis verlaten. Laat een van jullie nog enkele dagloners halen, zodat de zaak wat vlotter verloopt!' Mijn bedienden zetten grote ogen op en trokken lange gezichten, maar voegden zich ijverig naar mijn bevelen.
Hoofdstuk 71: Het huwelijksparadijs van de patheticus verduistert. Het ware gezicht van de echtgenote - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[14] Ook de baron en Emma verzoeken generaal Max Olaf daarom. En deze zegt: 'Vrienden, wat ik voor jullie kan doen, dat zal ik ook doen. Maar bereid je ondertussen voor, want ik vermoed dat ik spoedig met een goed antwoord terug zal komen.'
Hoofdstuk 74: Verrassingen voor de patheticus. Hij vindt oude bekenden. Olafs goede raad - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Max Olaf zegt: 'Beste vrienden, ik zeg jullie: voortreffelijk! Niet alleen jullie, maar iedereen die zich maar bij ons aan wil sluiten, zullen door hem worden aangenomen. Laten we daarom eens wat rondkijken tussen deze menigte of er soms nog iemand te vinden is, die zich bij ons zou willen voegen.'
Hoofdstuk 75: Olafs verzoek om hulp voor zijn vrienden. De belofte die de Heer hem doet. Mensenzielen-visvangst. De koppige patheticus - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] De patheticus is nu toch met stomheid geslagen, omdat hij het met de opmerking van zijn vriend wel eens is. Maar een derde uit het gezelschap staat op en zegt: 'Waarde vrienden, jullie beiden begrijpen de zaak helemaal verkeerd! Kijk, deze verandering heeft in mijn ogen een heel natuurlijke oorzaak. We zijn nu in de pure geestenwereld. Ons leven is niets anders dan louter een droom, en wat we nu zien is een spel van onze fantasie, waaraan niets echt en waar is behalve zijzelf. Deze fantasie belieft het nu ons allerlei taferelen voor te spiegelen, die zich aan de droomzintuigen van onze ziel voordoen als objectieve werkelijkheden. Deze betekenen echter even weinig als de beelden, die we op aarde door middel van een zogenaamde toverlantaarn tot stand brachten. Kijk, zo liggen die zaken hier! Begrijpen jullie dat?'
Hoofdstuk 69: De patheticus over deze wonderbare verandering van Helena. Verschil tussen droom en werkelijk leven. Olafs gelijkenis van de bruidswerving - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Emma keek hierbij even raar op en zei na een poosje met werkelijk onverstoorbare kalmte: 'Als je al van me houdt, doe me dan een plezier en neem deze papieren in bewaring, want je weet toch dat een vrouw niet met geld weet om te gaan!' Waarop ik zei: 'Dat is wat anders. Ik wil met het grootste genoegen je verzoek inwilligen. Maar nu moet je me ook je hand reiken ten teken dat je niet meer boos op me bent, en me ook een reeds lang ontbeerde kus niet onthouden! Kom Emmaatje, maak me weer gelukkig!' Zij zegt: 'Dat heeft geen haast, mijn heer gemaal! Een vrouw moet met het beste dat ze heeft niet te vrijgevig zijn, als ze het aanzien van de liefde hoog wil houden! Dan moet ik je nog op iets anders attent maken: ik heb je al enkele keren gezegd dat ik niet Emma, maar volgens mijn eerste doopnaam Kunigunde heet. Waarom noem je me dan steeds Emma en niet Kunigunde, een echt oud-adellijke naam, waaronder mijn moeder en grootmoeder al zijn gedoopt? Als je werkelijk van me houdt, noem me dan in het vervolg ook bij mijn waardige, echte naam.
Hoofdstuk 72: Verlangens van echtgenote Emma. Bemiddelingspogingen van de generaal. Echtelijke ruzie - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] De generaal zegt daarop: 'Ja, als de zaak zo ligt, dan heb ik medelijden met jou en ook met je vrouw, die inderdaad ziek schijnt te zijn. Natuurlijk kun je onder zulke omstandigheden als heer, mens en echtgenoot je Emma in geen geval verlaten. Ik moet jullie nu voor dringende zaken verlaten, maar ben over een paar uur weer bij jullie terug. Maak voor mij een kamer gereed, want ik zal enkele dagen bij jullie doorbrengen.' De generaal gaat nu weg. De bedienden beginnen weer alles terug te plaatsen, hetgeen hun enigszins noodlottig voorkomt. En mijn Emma lijkt totaal veranderd en weet zich nauwelijks meer iets te herinneren van wat er eerder tussen ons is voorgevallen. Ik was heimelijk verbaasd, Emma, daarnet nog een duivelin, was nu als een engel!'
Hoofdstuk 73: Vervolg van het huwelijksverhaal. Emma's zenuwcrisis en ommekeer - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  929 - 930 - 931 - 932 - 933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943 - 944 - 945 - 946 - 947 - 948 - 949 - 950 - 951 - 952 - 953 - 954  ...