Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 945 van 1110

...  933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943 - 944 - 945 - 946 - 947 - 948 - 949 - 950 - 951 - 952 - 953 - 954 - 955 - 956 - 957 - 958  ...
[9] Daarop wordt de Patheticus met zijn gezelschap echter razend, gaat op Robert af en zegt: 'Ho, ho, deze schatjes hebben nu lang genoeg in mijn nabijheid gestaan en tijdens jullie domme geklets hebben jullie niet naar hen omgezien. Maar juist nu ik graag wat nader kennis met hen wilde maken, moest de duivel je hier naar toe brengen om hen voor mijn neus weg te kapen! Ik geloof dat je wel genoeg hebt aan diegenen, die daar aan jullie Adams-, Abrahams-, Mozes- en God weet wat nog meer voor tafels als de mooiste schapen bij elkaar staan! Mijn Emma Gonde is er ook bij en mijn Marianne en de zeer mooie Aurora van een Lerchenfeldse. Weliswaar maak je erg weinig kans bij haar, naar het me voorkomt, omdat die pseudo Heiland Jezus voor haar heel wat meer lijkt te betekenen dan jij. Maar je mag wel naar haar kijken en als iemand, die tot over zijn oren verliefd op haar is, zo stilaan wat gaan wanhopen!
Hoofdstuk 97: Over zinnelijke lust en hoogmoed. Roberts opdracht betreffende de patheticus. De filosofie van de genotzuchtige, wereldse mens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] O jij, oerdomme kerel van een Robert Blum! Op aarde was je een ezel en hier ben je een os! Dus in één persoon het complete vee, dat bij de geboorte van Christus aanwezig was. Nou, mooi zo! Werkelijk, jij zult het in jouw hemel nog ver brengen. Denk jij dan, koninklijke, Saksische boekenjood, dat ik niet elk woord heb gehoord van jullie beraadslagingen over de gehele oneindigheid Gods? Maar ere wie ere toekomt, of niet! De mooie Lerchenfeldse Aurora had het belangrijke voorrecht te mogen oordelen, en jullie wijze Gods-ossen en -ezels hebben het genoegen gehad te zonnebaden in haar wijsheid, net als de bladmijten in de heerlijke stralen uit de snuit van een glimworm! Ja, dat was werkelijk hemels mooi, verheven en de grote God waardig, of niet soms?
Hoofdstuk 97: Over zinnelijke lust en hoogmoed. Roberts opdracht betreffende de patheticus. De filosofie van de genotzuchtige, wereldse mens - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] O mensen die van mijn soort zijn, zie af van je boosaardige zinnelijkheid. Jullie zullen spoedig net als ik voor jullie rechters staan en deze zullen jullie je eigen hart openen. Geen God zal jullie richten, maar jullie eigen hart zal jullie richten en verdoemen, en terecht, want jullie hebben je zelf door je duivelse praktijken daartoe gekwalificeerd. Keer je af van je grote verblindheid, want anders zijn jullie door eigen toedoen verloren. Broeder, ga weg van mij, want ik ben een te grote zondaar. Laat mij mijn intrek nemen in de zwijnen!'
Hoofdstuk 98: De patheticus begint naar Jezus te vragen. Er begint zelf kennis in hem te dagen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Ik wend Mij daarop tot de nu weer blij uitziende Emma en de brave Max Olaf en zeg: 'Wel, hebben jullie de woorden van je schuldenaar vernomen?' Beiden zeggen: 'O Heer, Vader, tot onze grote vreugde, helemaal!'
Hoofdstuk 103: Emma en Olaf vergeven hun schuldenaar Dismas. Over de sterke paulinische geest van Dismas. Een hemelse opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[2] Ik zeg: 'Goed, wat gaan jullie nu doen? Willen jullie hem oordelen, of willen jullie hem alles vergeven en hem weer in jullie harten opnemen?' Beiden zeggen: 'O heilige, beste Vader, we hebben hem allang alles vergeven en zijn volkomen bereid om hem met alle liefde weer op te nemen en voor eeuwig te behouden, wanneer dat tenminste niet indruist tegen Uw heilige wil!'
Hoofdstuk 103: Emma en Olaf vergeven hun schuldenaar Dismas. Over de sterke paulinische geest van Dismas. Een hemelse opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Ik zeg: 'Wat voor jullie goed en aangenaam is in Mijn naam, is ook voor Mij bovenmate goed en aangenaam! Ja, Ik zeg jullie dat Ik zeer verheugd ben, dat deze geest is teruggewonnen, want er zijn maar weinig geesten van zijn soort. Hij heeft een Paulinische geest en behoort tot Mijn werktuigen tegen alle machteloze vijanden van Mijn hemelen! Zo hardnekkig als hij Mij eerst weerstreefde, zo standvastig zal hij van nu af aan in Mijn dienst staan.
Hoofdstuk 103: Emma en Olaf vergeven hun schuldenaar Dismas. Over de sterke paulinische geest van Dismas. Een hemelse opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Ik kan hem echter nog niet meteen aan jullie teruggeven, omdat hij eerst voor Mij nog een flink karwei moet verrichten. Zal hij dit werk tot een goed einde brengen, dan zullen jullie zijn, en hij jullie beloning worden!'
Hoofdstuk 103: Emma en Olaf vergeven hun schuldenaar Dismas. Over de sterke paulinische geest van Dismas. Een hemelse opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Dismas zegt: 'Willen jullie soms een eerbetoon voor jullie genotzuchtige leven? O, roep daar niet te vroeg om, want het zal jullie niet bespaard blijven. Wat deden wij dan op aarde wat hier voor God een eerbetoon waardig zou zijn? Denken jullie soms dat ook hier, evenals in de materiële wereld, een gouden masker een geest tegen openlijke beschaming beschermt? 0, dan vergissen jullie je deerlijk! De giftige damp van goud en zilver, waarmee de mensen op aarde hun schanddaden bedekken, heeft hier geen enkel nut meer. Want hier komt slechts de naakte waarheid aan het licht van de eeuwige dag Gods, die men hier met geen snood middel meer kan verbergen. Laat eenieder van jullie daarom hetzelfde doen wat ik nu doe, dan zal hij daardoor tenminste de eer van zijn levensgeest redden, die hij als een geest der waarheid Gods met het volste goddelijke recht voor zijn ziel kan opeisen! Doen wij dat echter niet, dan kunnen we spoedig het volledige wegnemen van onze goddelijke levensgeest uit ons smadelijke wezen en daarmee de welverdiende eeuwige dood verwachten! Daarom schande en nog eens schande over onze zielen, opdat voor de levende Godsgeest in ons de eer van de eeuwige waarheid en orde mag worden gered!'
Hoofdstuk 99: Robert bemoedigt de patheticus. De angstige zondaar aarzelt. Patheticus Dismas vermant zich eindelijk en volgt de bode van God - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] Dismas zegt: 'Heer, waar is de rechtschapene die een strijd met U zou kunnen doorstaan? Nog veel minder kan ik met U redetwisten, omdat ik voor U, evenals voor de mensen vol zonden ben! Ik weet wel dat U voor de berouwvolle zondaar ook barmhartig kunt zijn, wanneer U dat wilt. Daarentegen lijkt het mij ook juist, dat U, voor wie de engelen niet eens onberispelijk zijn, ook het goed bedoelde woord uit de mond van een zondaar die tot U spreekt, kunt uitleggen zoals U wilt en hem zijn zonden kunt vergeven ter verkrijging van het eeuwige leven of hem dit onthouden, hetgeen leidt tot de eeuwige dood en dat allemaal volgens de strengste gerechtigheid!
Hoofdstuk 100: Dismas bekent tegenover God zijn grote schuld, vraagt echter niet om genade, maar om een gepaste straf. Gevolgen van dat verkeerde verzoek - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[1] Dismas, die nu hoort hoe er over hem wordt geoordeeld, richt zich op en zegt tegen Mij: 'Heer, ik zie nu in dat U de enige, waarachtige God en Schepper van alle dingen bent. Ieder inzicht, al het willen en alle daden van al Uw schepselen zijn van oorsprong Uw werk en dus op zichzelf genomen goed. Want een eeuwig volmaakte geest kan toch onmogelijk iets onvolmaakts en dus iets slechts hebben geschapen. Ten overstaan van U alleen kunnen er dus ook geen zondaars of zonden bestaan! U hebt de mens echter zo geschapen, dat het willen, dat U hem oorspronkelijk hebt ingegeven, voor eeuwig een vrij willen zou worden, geheel van U gescheiden, zelfstandig en zichzelf bepalend volgens de in hem wonende inzichten van velerlei aard. Maar natuurlijk alleen volgens de ordening, die door U wijselijk is bestemd voor het behoud van het oneindige geheel. Zo kan dan ook de mens, die van zoveel soorten kennis, bekwaamheden en neigingen is voorzien, als hij volkomen van U gescheiden is, ondanks Uw geopenbaarde heilige wil maar al te gemakkelijk heel wat handelingen verrichten die lijnrecht tegen Uw goddelijke orde ingaan en dus ook tot zonde worden, ofschoon al die afdwalingen in Uw alles omvattende orde als volkomen onbeduidend kunnen worden beschouwd.
Hoofdstuk 102: Dismas staat versteld. Hij wendt zich oprecht tot de Heer om genade en erbarmen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Daarmee is Max Olaf volkomen gerustgesteld. Ik wend Mij daarop tot Dismas en zeg tegen hem: 'Beste Dismas, omdat je je nu in je hart helemaal volgens Mijn ordening hebt veranderd en je eindelijk eens volkomen voor Mij verdeemoedigd hebt, en nog wel voor al degenen, die kort geleden nog een doorn waren in het oog van je meegebrachte hoogmoed, zul je juist door deze zelfverdeemoediging ook tot grote en werkelijke eer komen! Daar bij Mij echter iedere eer enkel van een edele, goede daad afhangt, zul jij nu ook een goede en prijzenswaardige opdracht uit te voeren krijgen. Van het welslagen zal heel veel afhangen; het zal jou echter niet worden aangerekend of het je wel of niet gelukt, want bij Mij telt alleen de goede wil, een redelijke, op liefde berustende bedoeling en tenslotte een tot dit doel naar beste weten begonnen taak!
Hoofdstuk 103: Emma en Olaf vergeven hun schuldenaar Dismas. Over de sterke paulinische geest van Dismas. Een hemelse opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Ik zeg: 'Wel, Mijn geliefde Dismas, dat is al een goed begin, want wie bij Mij de eerste wil zijn, zal de laatste zijn. Wie echter de laatste wil zijn en al zijn broeders eert, bemint en bevoorrecht, zal bij Mij naar de volste waarheid de eerste zijn. Wie het leven op eigen kracht probeert vast te houden, zal het verliezen, maar wie zijn leven ontvlucht en haat omwille van Mijn waarachtige leven, zal het verkrijgen in alle overvloed. Ga dan nu daarheen, waar je volgens Mijn opdracht naar toe moet gaan!'
Hoofdstuk 103: Emma en Olaf vergeven hun schuldenaar Dismas. Over de sterke paulinische geest van Dismas. Een hemelse opdracht - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Bovendien verricht Hij daden enkel door Zijn wil! Wat Hij wil, is er op hetzelfde moment en alles gebeurt volgens Zijn woorden. Onze raad heeft Hij niet nodig. En wanneer Hij zich door de mensen iets laat aanraden, doet Hij dat alleen maar om de mensen te tonen dat alle menselijke wijsheid voor Hem, de oneindig wijze, weinig nut heeft, en hoe goed het zou zijn om eeuwig slechts van Zijn wijsheid afhankelijk te zijn!
Hoofdstuk 104: Dismas en zijn vroegere vrienden. Allerlei soorten verweer van de geestelijk tragen. Hongerkuur voor stijfkoppige ongelovigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Jullie weten toch dat juist ik diegene was en nog ben, die wel het allerminst ooit iets lichtgelovig heeft aangenomen. Ik verweerde me zeker zo lang als het maar mogelijk was. Maar toen ik door een zeer harde beproeving tot het juiste inzicht kwam, nam ik zonder te twijfelen alles aan wat mij de overduidelijke openbaring over Jezus liet weten en nu nog steeds duidelijker laat begrijpen. Wanneer dus ik, de hardnekkigste onder jullie, Jezus nu als God erken, dan zou ik toch denken dat zoiets ook bij jullie des te gemakkelijker kan gebeuren, omdat jullie op aarde toch allemaal geloviger waren dan ik!'
Hoofdstuk 104: Dismas en zijn vroegere vrienden. Allerlei soorten verweer van de geestelijk tragen. Hongerkuur voor stijfkoppige ongelovigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[13] Jullie zeggen echter: 'We hebben geen honger; ook niet die heilige honger van het hart!' Dan is jullie ongeneeslijke situatie, evenals de oorzaak ervan, voor mij verklaarbaar. Wacht nog maar even en een eigenaardige honger zal jullie deel worden. We zullen dan wel zien hoe die jullie zal bevallen!'
Hoofdstuk 104: Dismas en zijn vroegere vrienden. Allerlei soorten verweer van de geestelijk tragen. Hongerkuur voor stijfkoppige ongelovigen - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  933 - 934 - 935 - 936 - 937 - 938 - 939 - 940 - 941 - 942 - 943 - 944 - 945 - 946 - 947 - 948 - 949 - 950 - 951 - 952 - 953 - 954 - 955 - 956 - 957 - 958  ...