Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1796 resultaten - Pagina 96 van 120

...  84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109  ...
[19] Daarom hebben de zalige geesten van de aarde vanuit de liefde van de Heer in deze hemel dan ook dit onbegrensde werkterrein. Zij kunnen zich overal heen begeven. Overal ligt er voor hen een effen weg. Voor hen is er nergens een 'op' en 'neer', zoals jullie op overeenkomstige wijze ook niet kunnen zeggen dat een etherisch lichte mens, waarop geen hemellichaam nog enige aantrekkingskracht kan uitoefenen, zich in de lichte etherzee ergens lichter of zwaarder op en neer zou kunnen bewegen, omdat hij zich met hetzelfde gemak in alle richtingen kan bewegen zoals een gedachte, waarvoor het 'op' en 'neer' toch zeker ook om het even is.
Hoofdstuk 4: De drie hemelen - hun structuur - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] De eerste of onderste hemel, die ook de natuurlijk-geestelijke hemel wordt genoemd, bevat zalige mensen van jullie planeet en elk van deze zalige mensen vormt eenzelfde vlakte waarin alle andere mensen van het gesternte zich tot hen verhouden als lijnen die van een middelpunt uitgaan of die vanuit een zo groot mogelijke cirkel weer in het middelpunt samenkomen.
Hoofdstuk 4: De drie hemelen - hun structuur - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[2] Wie dit voorbeeld vanuit dit gezichtspunt opvat, zal daaruit toch zeker de conclusie trekken dat aan de symmetrische vorm, die men een blijvende of constante zou kunnen noemen, niets is gelegen. Want of een blad op het ene of het andere plekje van de stam, tak of twijg groeit, of het wat groter of kleiner is of dat de stam zelf hoger opgroeit of lager blijft, meer of minder takken en twijgen schiet en altijd anders gestructureerd is, dat maakt allemaal niets uit, als de bestanddelen van de plant en de bruikbaarheid ervan maar een en dezelfde blijven.
Hoofdstuk 124: Ieder mens draagt een andere zaadkorrel voor de ontwikkeling van de geestelijke wereld in zich - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Daarom moet ook niemand zich vastleggen op een of andere verschijningsvorm, want dan komt hij altijd bedrogen uit. Als hij het geheel echter vanuit de geest der waarheid beschouwt, dan zal hij onder elke vorm de waarheid vinden en de weg en het leven!
Hoofdstuk 124: Ieder mens draagt een andere zaadkorrel voor de ontwikkeling van de geestelijke wereld in zich - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[3] Het woord wordt overal uitgezaaid; overal leven nog gewekte mensen die het woord vanuit de innerlijke kern uitleggen. Alleen de behoeften van de mensheid in de tegenwoordige tijd zijn gelijk geworden aan de weg waarop het zaad valt, ofwel zij zijn puur werelds geworden. Daarom heeft het woord bij hen hetzelfde effect als wanneer men erwten tegen een wand zou gooien, want daaraan zal er geen blijven hangen en nog minder wortel schieten in deze harde, steile en gladde ondergrond.
Hoofdstuk 125: Het hemelrijk komt overeen met deze tegenwoordige tijd - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[4] Van daaruit gaan deze leraren met hun leerlingen nog niet rechtstreeks naar de hemel, maar zij begeven zich in de geestelijke sfeer van de planeet Mercurius, waar reeds hogere leraren aanwezig zijn. Van Mercurius gaan ze dan naar Venus en dan voor een grotere verdeemoediging van Venus naar Mars. Voor degenen die zich op Mars nog niet de juiste graad van verdeemoediging hebben eigen gemaakt, wordt er dan nog een kort uitstapje langs de vier door jullie zo genoemde kleine planeten gemaakt. (Planetoïden, de voornaamste (Ceres, Pallas, Juno en Vesta) in de zgn. planetoïdengordel tussen Mars en Jupiter) Zij die zich op Mars al een hoge graad van deemoed hebben eigen gemaakt, worden dadelijk in de hogere sfeer van Jupiter geplaatst. Eerst vanuit Jupiter gaat men over naar de buitengewoon heerlijke Saturnus, van daaruit naar Uranus en tenslotte naar de jullie reeds bekende laatste planeet met de naam Miron (Neptunus), maar vanzelfsprekend, overal alleen maar in de geestelijke sfeer van deze planeten.
Hoofdstuk 122: Verdere leiding van de leerlingen door de planeten en de zeven sferen van de zon naar hun hemelse bestemming Terugblik - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Dat wil niet zeggen dat de aardse mens dit vanuit de planeten krijgt; de mens heeft dat allemaal van oorsprong in juiste mate in zich en kan het dus ook in zichzelf opwekken en op de juiste manier gebruiken. Wanneer echter de mens zich te fanatiek op een of ander gebied werpt, dan overschrijdt hij de mate van invloed van zo'n planeet omdat hij de invloedssfeer van de planeet die hij in zich draagt, teveel laat overheersen en zich geheel daaraan overgeeft. Juist door het opwekken van zijn bijzondere passie maakt hij ongehinderd de weg vrij voor de wisselwerking tussen de beide polariteiten, hetgeen niet moeilijk te begrijpen is voor degene die van mijn eerste uitleg over de oorzaak van het zien heeft onthouden dat niemand kan zien wat niet in hemzelf aanwezig is. Om juist die reden moeten zulke geesten de reis door de planeten maken en in zekere zin langs de wetenschappelijke ervaringsweg het vreemdsoortige weer daar deponeren, waar zij het vandaan hebben gehaald.
Hoofdstuk 122: Verdere leiding van de leerlingen door de planeten en de zeven sferen van de zon naar hun hemelse bestemming Terugblik - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[12] Waarlijk, als Ik niet vanuit Mijn grote barmhartigheid hier en daar iemand zou wakker schudden, zoals een ijverige heer des huizen zijn slome en luie personeel wakker schudt, dan zou vanaf de tijd van de apostelen tot op heden bijna niemand meer weten wat 'het levende woord' is en wat het wil zeggen 'door God onderricht te worden'.
Hoofdstuk 125: Het hemelrijk komt overeen met deze tegenwoordige tijd - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Verschillende mannen van deze tijd en uit de achttiende en negentiende eeuw, maar ook sommige uit vroegere eeuwen, die het levende woord ontvingen, zullen voor jullie geen onbekenden zijn. Wat is echter hun lot? Ze worden doodgezwegen. Voor de geleerde wereld is het voldoende dat zij hun namen kent. Wat deze mannen echter vanuit Mij hebben geleerd, dat zegt hun niets. Als er hier of daar nog iemand is die zo'n boek leest, stuit hij al gauw op stellingen die niet met zijn verstand overeenkomen. Daarom verwerpt hij weldra het geheel en schenkt aan de door Mij onderrichte man verder geen aandacht meer.
Hoofdstuk 125: Het hemelrijk komt overeen met deze tegenwoordige tijd - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] In de loop van het gehele relaas met betrekking tot het gebied van het rijk van de geestelijke zon, is zo ongeveer bij elke situatie zeer gedetailleerd aangetoond hoe de geestenwereld met de natuurlijke samenhangt; men zou daarom gevoeglijk kunnen zeggen: om vanuit de verschijningsvormen tot de kern van de zaak te kunnen komen is het bijna onnodig om hier verder nog iets aan toe te voegen, omdat juist deze in de loop van het hele verhaal tot in alle bijzonderheden voldoende werd toegelicht.
Hoofdstuk 126: Een boom als voorbeeld van het wezen van het geestenrijk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[8] Kijk, zo is het met de wereld en alles wat erbij hoort gesteld. Dat lijkt allemaal op de uiterlijke schors, de bladeren en de bloesems, maar tenslotte ook op de vruchten van de boom. Deze vallen af, maar de boom blijft en draagt in zijn innerlijke leven veelvoudig het uiterlijke beeld van het zichtbare en vergankelijke. Hoe kan men nu vanuit het zichtbare tot de innerlijke, ware kern komen? Ik zeg: op de gemakkelijkste manier van de wereld. Jullie hoe- ven je slechts het zichtbare oneindig veelvoudig en tevens gezamenlijk doelmatig werkend voor te stellen, dan hebben jullie de kern van het geestelijke al voor je.
Hoofdstuk 126: Een boom als voorbeeld van het wezen van het geestenrijk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[25] Kijk, dit beeld laat zien hoe jullie vanuit de uiterlijke verschijningsvorm tot de innerlijke kern van het leven kunnen komen. Hierna volgt een ander beeld voor hetzelfde doel!
Hoofdstuk 126: Een boom als voorbeeld van het wezen van het geestenrijk - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[1] We hebben in de voorgaande verhandeling voor ieders oog een treffend beeld neergezet, waarmee iedereen vanuit de uiterlijke verschijningsvorm zonder enige moeite tot de innerlijke betekenis kan komen. Aangezien dit terrein echter heel groot is en de verschijningsvormen daarop talloos zijn, heeft de mens nooit teveel aan juiste beelden om zich in iedere situatie van zijn aardse bestaan goede raad te kunnen verschaffen. Daarom zullen wij naar een ander, op zich weliswaar heel eenvoudig, maar inhoudelijk des te rijker en algemener beeld overgaan om onze zaak toe te lichten.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Ik zeg echter: dat is niet nodig; het kind alleen is voldoende. Zijn twee eenvoudige voeten getuigen van Mijn vaderlijk dragende, liefdevolle zorg, die in de tien eenvoudige geboden die jullie bekend zijn, wordt weergegeven. De voeten zijn vanuit deze ordening ook ter ondersteuning en voor de stabiliteit van tien tenen voorzien.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[15] Elke ademtocht kan aan ieder mens vertellen hoe Ik juist vanuit de hemel voortdurend op het leven inwerk, zodat het kan bestaan, en dat Ik juist door dit instromen er steeds naar streef de dood in leven te veranderen.
Hoofdstuk 127: Een mensenkind als beeld van het hemelrijk en het universum - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  84 - 85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109  ...