Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 97 van 1088

...  85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110  ...
[8] Daarom is het naar mijn bescheiden mening met iedere godsdienst en iedere openbaring niets gedaan. Het ontstaan mag nog zo zuiver zijn, in handen van de mensen treden maar al te gauw zoveel vervormingen op, dat de gelijkenis met het oorspronkelijke net zo groot is als die van een honderdjarige grijsaard met het uiterlijk wat hij had als pasgeboren kind! De tijd en de vele hartstochten en noden van de mensen veranderen het zuiverste in het onzuiverste, en als grote nooit te overwinnen getuige van die waarheid staat daar de geschiedenis van alle tijden en alle volken voor ons, die niemand kan tegenspreken!
Hoofdstuk 106: Hoe de Romeinse hoofdman de wereld ziet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Ah, maar als je met het woord 'aarde' het inzicht en de wil van de mensen bedoelt, dan zou je tenminste op een met de waarheid overeenstemmende wijze gelijk hebben. Maar goden die niet en nergens zijn, hebben nooit ergens de aardbodem betreden. Die mensen, door wier mond de geest van God tot de mensen heeft gesproken, en door wier wil heel vaak en heel veel wonderen gebeurd zijn, waren geen goden, maar profeten, helemaal net zulke mensen als jij, en zij zijn ook lichamelijk gestorven, -maar niet naar ziel en geest.
Hoofdstuk 109: Het verschil tussen een profeet en de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] IK zeg tegen de dienaar: "Ga naar buiten en zeg hen dat ze getroost naar huis kunnen gaan!"
Hoofdstuk 109: Het verschil tussen een profeet en de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] De dienaar ging snel naar buiten en was niet weinig verbaasd toen hij allen, die voordien voor de ingang jammerden en klaagden, nu opgewekt, monter en vrolijk, God lovend, met elkaar heen en weer zag lopen. Pas na een poosje zei hij tegen de genezen mensen wat Ik hem opgedragen had -en de mensen gingen terug naar hun woonplaats.
Hoofdstuk 109: Het verschil tussen een profeet en de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Ebahl kwam naar Mij toe en vroeg Mij om hem te helpen, want men versperde de ruimte voor zijn huis zodanig dat er geen mens meer in of uit kon. Buiten had hij ook al de hoofdman gezien, die in huis wilde, maar door de dikke rijen zieken er niet door kon komen!
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Het mooiste voorbeeld ziet men echter bij uw Mozaïsche godsdienst! Lees Mozes en kijk daarna naar de tempel, en zeg mij of er nog wel iets aanwezig is van de oude wijsheidsleer! God zelf moet in de woestijn aan de Rode zee vanaf de Sinaï onder bliksem en donder aan het bevende volk Zijn waarlijk heilzame voorschriften op stenen tafels gegeven hebben en het oude verbond tussen Hem en Zijn volk hebben bevestigd. Die het waagden afvallig te worden, werden ogenblikkelijk gestraft met allerlei kwalen en zelfs met de dood! Maar waar was dat allemaal goed voor? Vraag maar eens naar de afgrijselijke mysteriën van de tempel en ze zullen u de voor de hand liggende bewijzen leveren van de vergankelijkheid!
Hoofdstuk 106: Hoe de Romeinse hoofdman de wereld ziet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Vertrouw de Farizeeën en schriftgeleerden van uw eigen godsdienst niet en ga zo min mogelijk naar de streken waarover Herodes zijn leenheerschap uitoefent, dan zult u de arme mensheid nog lang goed kunnen doen. Acht u zich echter daarboven verheven, dan zult u jammer genoeg maar al te gauw het bittere lot van Johannes delen! Want ik ben in de gelegenheid om aan de basis te zien hoe onbeschrijflijk slecht de mensen van de eigenlijke wereld nu zijn! Haal de regering van Rome vandaag het zwaard uit de hand, hef de drukkende wetten op, en u zult de volgende dag de mensen onder elkaar nog erger zien huishouden dan een grote groep tijgers, beren, wolven en hyena 's. De mannen worden duivels en de vrouwen furiën!"
Hoofdstuk 106: Hoe de Romeinse hoofdman de wereld ziet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Daarop ging Ik naar het voorportaal, hief Mijn handen op over de zieken, -en zij werden allen meteen gezond, slaakten vreugdekreten en loofden en roemden God in de hoge, die de mens zulk een macht gaf!
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Maar ik beval hen te zwijgen en naar huis te gaan en voortaan de zonde te mijden! En zij gehoorzaamden allen en gingen naar huis.
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] De beide Essenen zetten van uur tot uur grotere ogen op en de ettelijke Farizeeën en schriftgeleerden ergerden zich nu van uur tot uur ook steeds meer, omdat hun aanzien wel van uur tot uur tot niets slonk. Want men keek helemaal niet meer naar hen om en vroeg hen niets, en Ebahls mensen gaven hen zo nu en dan zelfs te verstaan dat ze in huis nu volkomen overbodig waren en dat dit een geschikt moment was om naar Jeruzalem te gaan. -Maar ze namen die raad niet aan, en bleven hier.
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Na een poosje kwam een van de Farizeeën naar mij toe en vroeg Mij of deze weide voortaan zo zou blijven.
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] 's Middags stuurde Ik de beiden naar Matthéus en Mijn andere leerlingen, waaronder zij al gauw Bartholoméus vonden, waarmee ze goed op konden schieten omdat hij, zoals bekend, ook een Esseen was. Tot middernacht spraken de twee met de leerlingen over Mijn leer, Mijn daden en over Mijn goddelijke wezen.
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[15] Intussen maakte Ik 's middags met de hoofdman en Ebahl en zijn familie een wandeling naar de zee, waar de acht knechten het schip verzorgden en het, omdat het hier en daar al wat beschadigd was, goed en zorgvuldig opknapten. Toen wij bij hen kwamen deed hen dat veel genoegen en zij vertelden de hoofdman dat Ik op de zee gelopen had. Want die gebeurtenis ging de acht maar niet uit het hoofd en uit het hart.
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[17] IK zei tegen hem: "Ik heb je gisteren toch verteld welke machten Mij gehoorzamen, en Mij moeten dienen! Waarom vraag je daar dan naar? Overigens, als je je voeten op het water durft te zetten, en Ik het wil, zul je óók daarop kunnen lopen zolang Ik het wil! Als jullie zin hebben, dan proberen we het meteen! Je moet echter niet twijfelen, maar dapper en moedig volgen!"
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[18] De HOOFDMAN zegt: " Alles goed en wel, als de zee hier bij de oever maar niet meteen zo diep zou zijn! Van hier uit gaat het aan weerskanten overalloodrecht naar beneden! Stel dat de eerste stap toch nog zou mislukken, -dan zou je gelijk daar beneden zijn waar de grote monsters en salamanders huizen!"
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  85 - 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110  ...