Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 967 van 1110

...  955 - 956 - 957 - 958 - 959 - 960 - 961 - 962 - 963 - 964 - 965 - 966 - 967 - 968 - 969 - 970 - 971 - 972 - 973 - 974 - 975 - 976 - 977 - 978 - 979 - 980  ...
[2] De eerste drie zeggen: 'Wij luisterden naar de wijsheid van de man die hier voor ons staat. Zijn woorden drongen als gloeiende pijlen in onze harten en wij beseffen dat deze man de waarheid in zich heeft. De andere drie vragen daarop: 'Hoe luidt deze dan?' En de eerste drie zeggen: 'Hij, die de waarheid heeft gesproken, staat hier voor jullie. Wij zijn niet geroepen haar jullie te verkondigen. Vraag het daarom aan Hem!'
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] Maar wat zijn jullie dan, vraag Ik, als jullie je geloofsgenoten zo'n beeld van de Godheid voorspiegelen? Kijk, uitgerekend jullie zelf zijn daardoor de ergste godloochenaars, want wie te vuur en te zwaard een God verkondigt die op die wijze nooit kan bestaan, en. miljoenen met geweld ervan afhoudt God op de juiste wijze te leren kennen, is geen dienaar in de wijngaard van God. Hij is slechts een laaghartige knecht van satan, die deze helpt het groene gewas te bederven en stoppelvelden en woestijnen gereed te maken, waarop niets dan doornen en distels groeien.
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Waarlijk, Ik zeg jullie: voor de vreemdelingen zullen zij hun woning openstellen, maar voor de inheemse broeders zal ze gesloten zijn. Jullie zijn de 'inheemsen' en de poort zal voor jullie niet worden geopend, want jullie hebben altijd alleen maar voor het wereldse gezorgd. Het rijk Gods betekende niets voor jullie. Grote kapitalen hebben jullie verzameld, en ging het met de koers en de rente niet naar wens, dan schreeuwden jullie moord en brand en zijn met het geven van jullie toch al povere weldaden aan de armen gestopt, hebben vervolgens zware boeten gepredikt, de gelovigen tot royale offers gemaand en jullie gelovige schuldenaren pandbeslag opgelegd.
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Ga daarom weg van Mij, jullie kinderen van de wereld, en zoek je eigen God, die jullie gediend hebben met lichaam, ziel en geest, want voor Mij zijn jullie vreemden en Ik heb jullie nog nooit gekend. Jullie waren dienaren omwille van het geld; nog geen drie woorden hebben jullie ooit gebeden vanuit je innerlijke liefdesdrang tot God. Iedere paternoster, iedere begrafenis als een laatste liefdesdienst aan een broeder, moest aan jullie duur worden betaald. Alle soorten missen, die jullie als voor God hoogst welgevallige diensten beschouwden en die jullie als zodanig met alle macht aan iedereen opdrongen, moesten aan jullie zelfs duur worden betaald. Daardoor hebben jullie echter voor jezelf reeds lang je loon geïnd en hebben hier daarom niets meer te verwachten. Ga daarom weg! Mijn tijd voor deze wereld loopt ten einde, want zij slaat geen acht meer op Mijn stem en Mijn knechten zijn haar een last en een doorn in het oog geworden.
Hoofdstuk 121: De drie afgezanten ontwaken. Nog drie doctoren in de theologie worden streng terecht gewezen en krijgen een opdracht. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Wie van jullie heeft ooit God gezien en met Hem gesproken? Wie van jullie kan met een zuiver geweten zeggen dat hij door God is onderricht? Ja, jullie hebben wel Gods Woord gelezen, maar hebben het verdraaid en ervan gemaakt wat jullie maar wilden, opdat het dan jullie onverzadigbare geldbuidel spekte... en dat is nu jullie nacht! Judas verried slechts eenmaal de Heer, omdat hij zich door satan had laten overweldigen, waarna deze bezit van zijn lichaam nam en hem doodde. Nu vraag Ik jullie: is Judas niet een grote heilige vergeleken bij jullie, die God dag in dag uit ten overstaan van heel de wereld wel honderd keer hebben verraden? Jullie allen hebben Judas, die Mij slechts éénmaal verried en spoedig daarop het diepste berouw voelde, in de hel geplaatst. Waar moet Ik jullie, miljoen voudige verraders van God, dan laten? Jullie noemen Mij een ketter; wat zijn jullie dan, miljoen voudige godslasteraars en godloochenaars? Wat willen jullie hier?'
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Hoe zit dat echter als jullie leren: 'God is de hoogste wijsheid zelf, maar jullie ondertussen tegenover je leerlingen een beeld van Hem schilderen dat er een is van de grootste onzin en jullie op deze manier van de Godheid een onding maken, waarvan ieder weldenkend mens wel een afkeer moet krijgen?
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Ik zeg: 'Wat is dat, de drie-enige God?' De drie zeggen: 'Als je dat niet weet, staat het er slecht met jou voor. Weet je dan niet dat God uit drie personen bestaat, namelijk uit de Vader, de Zoon en de uit hen tweeën voortkomende Heilige Geest?' Ik zeg: 'Ik weet wel, dat jullie dat geloven. Ik en Mijn hele gezelschap denken daar juist heel anders over. Wij zijn van mening, en zo is het ook, dat God slechts één persoon is, die echter in Zichzelf bij wijze van spreken uit drie Goden bestaat.' De drie roepen: 'Ketter, ketter, ketter!'
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[6] Kijk daar eens, naar de middag! Drie afgezanten komen naar ons toe. Het zijn drie oude karmelieter monniken. We zullen zien, wat ze van ons willen. Maar let op: behalve Ik, Paulus, Johannes en Petrus, die hier naast Mij staan, mag niemand een woord met hen spreken, omdat nog niemand sterk genoeg is om tegenover hen stand te houden. Jullie zouden beter stand kunnen houden tegenover satan, omdat satan reeds vaak door schade en schande wijzer is geworden, maar zij nog nooit. Zij zullen zich heel wijs voordoen, maar wij weten hen wel op de juiste manier aan te pakken. Ze zijn al heel dichtbij, daarom is het zaak nu goed op te letten.'
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Op hetzelfde moment komen de drie vrijpostig voor Mij staan en vragen op spottende toon wie Ik ben. Ik geef hun ten antwoord: 'Ik ben juist dat, wat jullie niet zijn. Maar nu vraag Ik jullie, wie jullie zijn en wat jullie hier zo brutaal zoeken en willen.' De drie zeggen: 'Wij zijn hier om te onderzoeken welke godsdienst jij en al jouw gespuis hebben. Daarom stellen wij de vraag of jij gelooft in een drie-enige God en in Zijn alleenzaligmakende, heilige, apostolische, katholieke kerk onder haar leider, de paus van Rome?'
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Ik zeg: 'Alle vrede zij met jullie! Jullie zorgen rusten op Mijn schouders en Mijn genade en liefde zij nu voor eeuwig jullie leven! Het is echter jullie opgave Mij lief te hebben en al jullie broeders en zusters als jezelf, want Mijn wet voor de aarde is ook een wet voor alle hemelen! Maar volg Mij nu!'
Hoofdstuk 119: De Heer stelt zich voor aan de liefhebbende. Het blinde hart begrijpt meer dan het ontwikkelde verstand. Grote zegening op de berg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Ik zeg: 'Mijn liefste, de tijd dringt en de donderdag loopt ten einde. De aardse zon heeft de avondlijke horizon reeds lang verlaten. Daarom zal Ik ook heel in het kort uitleggen waar jullie aan toe zijn en wat voortaan jullie bezigheid zal zijn. Luister dus naar Mij:
Hoofdstuk 119: De Heer stelt zich voor aan de liefhebbende. Het blinde hart begrijpt meer dan het ontwikkelde verstand. Grote zegening op de berg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] De Heer, die jij zozeer liefhebt, een liefhebben waartoe jij je echter moet dwingen omdat jouw hart mij maar niet los kan laten, ben Ik in hoogsteigen Persoon!' (Nu zinkt Maria op haar knieën.) 'En het is jullie opgave Mij nu te volgen naar die heuvel, daar in het oosten, waar velen op ons wachten. Daar zullen jullie gezegend en gesterkt worden met Mijn liefde, genade, kracht en macht!'
Hoofdstuk 119: De Heer stelt zich voor aan de liefhebbende. Het blinde hart begrijpt meer dan het ontwikkelde verstand. Grote zegening op de berg. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Zo zij het! Het geschiede! En kijk, daar zijn we al weer op de Reinerkogel. Nu verheft zich boven de stad een dichte wolk en uit alle kerkhoven van deze stad stijgen lichtere nevels op. Wat denken jullie dat dit te betekenen heeft?' Allen zeggen: 'Heer, wij weten het niet. Leg ons dat uit!'
Hoofdstuk 116: Bisschoppelijk waanidee over heiligheid. Alleen God is goed. Duistere geesten en arme zielen komen dichterbij en krijgen een heilzame behandeling. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Ik zeg: 'Waarom zou dat dan ketterij zijn? De mens zelf, geschapen naar het evenbeeld van God, is toch ook zo'n drie-eenheid in een en dezelfde persoon. Heeft hij niet een lichaam, dat zijn uiterlijke gestalte bepaalt, een ziel, die deze gestalte en zijn organisme tot leven brengt, en tenslotte in de ziel een goddelijke geest, die aan de ziel het verstand, de wil en al haar kracht verleent? Zouden jullie het niet als een staaltje van dwaasheid beschouwen als er drie mensen zouden komen die bij hoog en bij laag zouden beweren dat ze gedrieën slechts één mens zijn? En dat terwijl ieder van hen een met zijn talenten overeenstemmende, specifieke bezigheid zou verrichten, waarvoor de tweede en de derde geen bijzondere kennis en ook niet de capaciteit zouden bezitten om deze uit te voeren. Als jullie zo' n bewering van drie bekrompen mensen echter in hoge mate dom moeten vinden, hoe kunnen jullie dan de oneindig wijze Godheid met zo'n belachelijke dwaasheid opzadelen? Zou zelfs de dierenwereld jullie niet uitlachen als jullie de Godheid - vooropgesteld dat jullie aan haar geloven - met jullie woorden en leringen van waanzin zouden verdenken?
Hoofdstuk 120: Scharen van duistere monniksgeesten. Uiteenzetting over de drie-eenheid. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[13] De bode gaat voorop en Ik volg hem. Binnen enkele seconden zijn we beiden op de plaats van bestemming. Daar vinden we de geliefde op haar knieën, haar gezicht omhoog geheven, en snikkend bidt zij met gevouwen handen: 'O mijn enige, eeuwige liefde, mijn Jezus, mijn God en mijn Heer, hoe lang smacht mijn hart reeds naar U en nog steeds kan ik de genade niet verkrijgen om Uw heilige aangezicht te mogen aanschouwen. Ik moet weliswaar toegeven dat het mij aan niets heeft ontbroken tijdens mijn zeker al vele jaren durende verblijf in deze geestenwereld. Ik beleefde veel vreugde aan de goede zielen die zich door mij over U en over Uw heilige woord hebben laten onderrichten. Al mijn geliefde leerlingen zijn me nu gevolgd en wachten in een schare van enkele duizenden op deze berg ongeduldig op de Heer. We hebben alles gedaan waardoor we volgens Uw woord Uw aangezicht te zien zouden kunnen krijgen. Ten einde raad begonnen we zelfs uit zuivere liefde en verlangen naar U te vasten en ons letterlijk te kastijden, maar het was tot nu toe allemaal tevergeefs. 0 Vader, toon ons toch in Uw grote genade welke zonden nog aan ons en in het bijzonder aan mij kleven!
Hoofdstuk 117: Wie armen opneemt, neemt Mij op. Genezing en troost voor behoeftige zielen. De liefhebbende maagd. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  955 - 956 - 957 - 958 - 959 - 960 - 961 - 962 - 963 - 964 - 965 - 966 - 967 - 968 - 969 - 970 - 971 - 972 - 973 - 974 - 975 - 976 - 977 - 978 - 979 - 980  ...