Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 969 van 1088

...  957 - 958 - 959 - 960 - 961 - 962 - 963 - 964 - 965 - 966 - 967 - 968 - 969 - 970 - 971 - 972 - 973 - 974 - 975 - 976 - 977 - 978 - 979 - 980 - 981 - 982  ...
[14] Waarom was Ik hier niet tevreden met hun eerste geloof en waarom viel Ik ze aan, dat ze niet aan Mij wilden geloven en werden ze door Mij kwaaddoeners genoemd, omdat ze letterlijk volgens de wet leefden en zich niet wilden richten naar Mijn leer?
Hoofdstuk 34: 'Wie in Mij gelooft, zoals de schrift zegt: stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien' (Joh 7:38) 135 - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[34] Wat gebeurt er echter als de mens zijn gehele aardse leven slaapt en de droombeelden voorwerkelijkheid aanziet? Wat zal er gebeuren als hij na het afleggen van zijn lichaam uit zulk een aards droomleven wakker wordt? Waar zal hij naar grijpen? Waaraan zal hij zich vasthouden? Van alle kanten zal hij door de nacht omringd zijn; waar zal hij het licht vandaan halen om die hem verwarrende nacht om zich heen te verlichten?
Hoofdstuk 34: 'Wie in Mij gelooft, zoals de schrift zegt: stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien' (Joh 7:38) 135 - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[39] Ik denk dat deze vrij omstandige verklaring wel duidelijk genoeg zal zijn. Streef daarom ook naar het gevulde geloof: want het lege is alleen maar een droom. Wilt u stromen van levend water uit uw lendenen zien vloeien, dan moet uw geloof door de werken der liefde levend worden! Amen.
Hoofdstuk 34: 'Wie in Mij gelooft, zoals de schrift zegt: stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien' (Joh 7:38) 135 - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[9] Veler ogen en oren zijn op Hem gericht; maar Hij zwijgt en laat Zich niet zien als iemand die lichamelijk werk verricht, maar als iemand die geduldig in Zijn heiligdom wacht, althans met de ogen van het geloof. Waarom dat? Omdat de mensen slechts hun ogen en oren, of hun weetgierigheid, maar niet hun hart naar Hem richten.
Hoofdstuk 36: 'En nadat Hij het boek had opgerold en aan de dienaar teruggegeven, ging Hij zitten, en de ogen van allen in de synagoge waren op Hem gericht' (Luk. 4 : 20) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[12] Deze mensen wegen nog altijd de diamanten en kiezelstenen samen op één weegschaal. Maar waartoe het gewicht van de kiezelstenen naast dat van de diamanten? Waarom met verbazing staren naar waardeloze dingen die van ver komen en aan het goud in eigen huis onverschillig voorbijgaan?
Hoofdstuk 37: 'Maar Ik ken u, dat u de liefde van God niet in uzelf hebt' (Joh.5:42) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[10] Voor de ontvankelijke lezer is dit boek een verheugend getuigenis van de liefdevolle en wijze begeleiding van de mens na de beëindiging van zijn aardse leven. Hij vindt hierin een overvloed aan duidelijke antwoorden op zijn vragen naar de laatste dingen.
Hoofdstuk 0: Woord vooraf - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] Onze man is niet weinig verbaasd over deze wonderlijke geschiedenis en zegt tot zichzelf: 'Wat zullen we nu hebben? Waar ben ik? Leef ik nog, of ben ik gestorven? Want ik was erg ziek en het kan best mogelijk zijn, dat ik mij al onder de overledenen bevind! - Ja, ja, om Godswil, zo zal het wel zijn! - O, heilige Maria, heilige Jozef en heilige Anna, mijn drie grootste toe verlaten, kom en help mij naar het rijk van de hemelen!'
Hoofdstuk 1: Het aardse einde van de oude bisschop en zijn aankomst aan gene zijde - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[8] Ook met de in mijn kerk veel geprezen Maria en de hele litanie van heiligen lijkt het een vreemde zaak. Als van Maria iets te verwachten zou zijn, dan had zij mij toch allang moeten verhoren, want vanaf mijn sterven tot op dit ogenblik zijn naar mijn kwellende gevoel al zo'n paar miljoen aardse jaren verstreken. Van de moeder Gods of van haar Zoon, noch van enig andere heilige is ook maar het geringste spoor te ontdekken. Dat zijn ware helpers in de nood, zoals men zich geen betere wensen kan! Zeg maar een volle twee miljoen jaren, en van niemand een spoor!
Hoofdstuk 2: Bisschop Martinus' verveling en vereenzaming en zijn nadenken over iets wat afwisseling kan geven - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[1] Zie, nu zet onze man zijn voeten in beweging en gaat behoedzaam met tastende schreden naar het steeds meer bewegende voorwerp toe.
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Als hij na enige stappen daar behouden is aangekomen, is hij niet weinig verbaasd om onder een boom een man te zien die op hem lijkt, namelijk ook een bisschop in optima forma. Weliswaar alleen naar het lijkt, daar het in werkelijkheid een engel is die steeds onzichtbaar aan de zijde van onze man was. De engel zelf is evenwel de zalige geest van Petrus.
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] DE ENGEL als vermeende bisschoppelijke collega antwoordt: 'Ik ben ten eerste voor jou een broeder in de Heer en natuurlijk ook een oude arbeider in Zijn wijngaard. Wat echter mijn leeftijd betreft, ben ik naar tijd en werkzaamheid ouder dan jij, maar om te zien veel jonger.
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[9] Opdat je, beste broeder, echter zelf zult merken dat jouw vermeende leeftijd alleen in je verbeelding bestaat, als ontwikkeling is toegelaten en uit jezelf is ontstaan naar eigen begrippen van tijd en ruimte, die bij jouw sterk met de hel zijn verweven, - kijk daarom maar eens om en je zult je stoffelijk lichaam ontdekken, dat pas drie uur geleden is gestorven.'
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] DE ENGEL zegt: 'Draai je weer om naar mij en erger je niet; deed je niet hetzelfde, toen je nog tot de uiterlijke, natuurlijke wereld behoorde? Laat het dode de dode begraven. Maar wend jij je van alles af en volg mij, dan zul je tot het leven komen!'
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[14] Dan zegt DE ENGEL: 'Ik zeg in Naam van de Heer Jezus: je moet mij naar Jezus volgen! Hij is de echte Bonifacius van alle mensen; maar jouw Bonifacius is niet van belang en ik ben helemaal niet degene waarvoor jij mij aanziet, maar heel iemand anders!
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[15] Volg mij nu maar, dat wil zeggen, doe wat ik je zal zeggen, dan zul je ten eerste alles begrijpen wat je tot nu toe overkomen is en hoe, waardoor en waarom. Ten tweede zul je spoedig een betere grond onder je voeten hebben. En ten derde zul je de Heer persoonlijk leren kennen en door Hem de weg naar de hemel, en daarnaast ook mij, jouw broeder!'
Hoofdstuk 3: Bisschop Martinus in gezelschap van een schijnbare collega – De goede voorstellen van de gids - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  957 - 958 - 959 - 960 - 961 - 962 - 963 - 964 - 965 - 966 - 967 - 968 - 969 - 970 - 971 - 972 - 973 - 974 - 975 - 976 - 977 - 978 - 979 - 980 - 981 - 982  ...