17481 resultaten - Pagina 98 van 1166
... 86 - 87 - 88 - 89 - 90 - 91 - 92 - 93 - 94 - 95 - 96 - 97 - 98 - 99 - 100 - 101 - 102 - 103 - 104 - 105 - 106 - 107 - 108 - 109 - 110 - 111 ...
[2] De koopman, die deels bijzonder verbaasd en deels zeer geërgerd was, zegt: 'Zo gaat dat nu, als ik ook maar één stap buiten de deur zet; niets dan een opeenhoping van wanorde! Wat hebben die koks en kokkinnen nu weer? Er zijn hier toch al vaak tienduizend gasten verzorgd en dan ging alles zoals het behoort; en nu zijn het er nauwelijks duizend, en overal heerst de grootste wanorde! Maar wat zie ik?! Uit alle ramen kijken jongemannen naar buiten; mijn kasteel is dus vol mensen, en jij en je ondergeschikte knechten zeggen, dat alle deuren in mijn kasteel afgesloten zijn?! Hoe zit dat nu? Liegen jullie en wil je je voor je traagheid verontschuldigen, of, als de kamers inderdaad afgesloten zijn, wie heeft ze dan afgesloten?'Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Jouw dienaars en ook jij hielden Mij eerst voor een Romeins vorst, en dat was voor jou een reden te meer, om aan Mijn wens te voldoen; toen je echter tijdens ons veelzijdig leerzame gesprek tot de erkenning kwam, dat Ik de Messias ben, was je hart gelukkig en wenste nog sterker Mij en het hele gezelschap de beste verzorging te geven, zodat het Mij bevallen zou om bij je te blijven tot je jouw noodzakelijk geachte strijdmacht uit Boven en Achter-Azië tegen de Romeinen bij elkaar gebracht zou hebben, om onder Mijn leiding alle vijanden uit het land van God te verdrijven, omdat zij pure heidenen zijn en niet geloven in de levende echte God!
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Toen je dat in je binnenste besloten had, heb Ik ook iets in het geheim besloten, en wel, dat jij nu in je eigen huis Mijn gast zou zijn en Ik niet de jouwe! Daarom gaf Ik Mijn voortreffelijke dienaren daartoe opdracht, en zie, alles staat geheel klaar, en je zult vandaag aan Mijn zijde met hele echte hemelkost gevoed worden!
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Ik zeg: 'Vriend, als je uit dit huis naar een willekeurig ander land zou gaan om daar te kopen of te verkopen, dan neem jij toch ook de dienaren mee, die je nodig hebt, en laat je daardoor bedienen; nu, zo doe Ik het ook! Ik heb er buitengewoon veel; hoeveel het er zijn zou je bezwaarlijk ooit kunnen begrijpen. Als Ik dus op reis ga, waarom zouden Mijn dienaren en knechten dan bij zo'n gelegenheid thuis blijven?!'
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Van pure verwondering verliest de koopman bijna het bewustzijn en na een ogenblik van grootste verbazing zegt hij: 'Heer, nu wordt het geheel me bijna te overdreven wonderlijk! Er is ooit wel eens een oostvleugel aan dit kasteel van Ezau geweest, maar sinds deze oostvleugel heeft bestaan, zijn er toch al wel tweehonderd jaren weggegleden in het onherroepelijke verleden; ik en mijn voorouders weten er nauwelijks meer iets van. Hoe kunt u dan praten over de grote zaal in de oostvleugel van dit kasteel?'
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Ik zeg: 'Pas als je in dit kasteel van jou geen oostvleugel zult vinden, mag je wat zeggen; als je er echter een vindt, denk en begrijp dan, dat bij God alle dingen mogelijk zijn! Maar wees dan stil en zeg niets tegen Mijn gezelschap; want voor zulke dingen is Mijn omgeving nog niet rijp!'
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] De koopman zegt: 'Waarlijk in alle ernst brand ik nu van nieuwsgierigheid om deze oostvleugel van mijn kasteel te zien, waarover mijn voorvaderen slechts bij geruchte wat gehoord hebben! De fundamenten zijn hier en daar nog wel te zien, maar dat is dan ook alles wat ik ooit gemerkt heb van deze vleugel van dit kasteel, die eens zo mooi moet zijn geweest.' -Nu pas gaat de koopman vlug voorop en wij volgen hem.
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Nu zegt de koopman niets meer, dankt met Mij de Vader en zet zich dan aan een grote tafel, die in het midden van de zaal staat. Ik en al Mijn leerlingen, Jonaël met zijn vrouwen kinderen, Irhaël met haar gemaal Joram en in hun midden Maria, de moeder van Mijn lichaam, gaan dan ook aan dezelfde tafel zitten.
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Nu zet de koopman grote ogen op en zegt na enig diep nadenken: 'Heer, dat is teveel ineens voor een arm zondig mens! Ik ben niet in staat het wonder in al zijn grootte en diepte te begrijpen! Als u alleen maar een mens zou zijn, zoals ik maar een mens ben, dan zou u dat niet kunnen; want in uw gezelschap heb ik geen lastdieren gezien. Op wat voor een bijzonder vreemde manier moet u dan langs natuurlijke weg aan eten gekomen zijn?! Even geleden zag ik ook een paar van die hele mooie bedienden -of zijn er soms ook dienaressen bij? -in uw gezelschap en ik zie ze nog en het zijn dezelfde; maar waar zijn die dan vandaan gekomen? Ik heb veel vertrekken in mijn kasteel en de meeste daarvan zijn groot en ruim; tienduizend mensen kunnen er gemakkelijk een plaats vinden. Nu zie ik echter die mooie dienaren uit alle ramen op ons neer kijken! Daarom vraag ik nog een keer: waar vandaan en op wat voor manier zijn die dan hier gekomen?'
Hoofdstuk 60: Bij de Heer is de echte wil gelijk aan de daad. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De koopman doet dat erg veel genoegen en hij zegt: 'Heer, omdat U mij de eer aangedaan heeft om aan deze tafel te komen zitten, waaraan: ik ben gaan zitten, zal ik van nu aan een tiende deel van alles wat mijn goederen opbrengen aan de armen geven, en alle belasting, die ze aan de Romeinen moeten afdragen, zal ik voor tien jaar vooruit betalen! Daarna hoop ik dat God, Uwen onze Vader, ons door U, o Heer, van deze plaag verlossen zal, waaraan ik met al de mij ten dienste staande middelen zal meehelpen, zoals ik U dat buiten reeds waarachtig en getrouw heb aangeboden.
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] De koopman zegt: 'Ja, ja, dat is goed! Maar ik zal van verbazing niet veel kunnen eten, want de wonderen stapelen zich hier op! Nee, dat had ik vanmorgen niet kunnen vermoeden! Dit gebeurde allemaal veel te snel en te onverwacht. Pas drie uur geleden bent u uit Sichar in mijn grote bos gekomen en wat is er niet allemaal in die drie uur gebeurd?! - Het ongelooflijkste! -En toch is het er! Maar wie, buiten degenen, die het gezien hebben, zal het geloven, ook al zouden duizend getuigenissen het bevestigen?! Heer, Heer, grote meester, door God Zelf geleerd en geleid, ik geloof het, omdat ik het nu met eigen ogen zie. Maar ook al vertellen jullie het aan duizenden, dan zullen ze het niet alleen niet geloven, maar ze zullen zich ergeren en zeggen, dat de vertellers onbeschaamde leugenaars zijn! Vertel het daarom aan niemand verder, want het is te wonderbaarlijk! Wie heeft ooit zo iets heerlijks als deze zaal gezien?! De wanden lijken gemaakt van zuivere edelstenen, het plafond van goud, de vloer van zilver, de vele tafels van jaspis, hyacinth en smaragd, de voetstukken van goud en zilver, het drinkgerei van het zuiverste diamant en de eetschotels als uit het fijnste en vurigste robijn, de banken om de tafels eveneens van edele metalen en de bekleding van dieprode zijde; en de geur van de spijzen en dranken is hemels! En dat alles in - zeg maar - drie uur! Nee dat is meer dan ongelooflijk!
Hoofdstuk 61: Een wonder maakt de geest niet vrij. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ik zeg daarop: 'Beste Jaïruth! Kijk naar Mijn jongemannen! Ik zeg je: Ik heb er zoveel, dat je ze op duizendmaal duizend aardbollen niet zou kunnen bergen, en één van hen zou voldoende zijn, om het hele Romeinse rijk in drie tellen te vernietigen. Maar hoewel jullie meer geloof hebt dan de Joden, hebben jullie toch net als de Joden een totaal foute voorstelling van de Messias en Zijn rijk.
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Kijk, dat is het werk dat de Messias moet volbrengen en niets anders! En je hoeft jouw strijders uit Achter-Azië niet te roepen, want Ik zal ze nooit nodig hebben. Maar veel geestelijke arbeiders zal Ik nodig hebben voor Mijn rijk, en Ik zal ze Zelf daarvoor klaarmaken. Hier aan deze tafel zitten er al een paar, maar er worden er nog meer in alle liefde en waarheid klaargemaakt.
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Zie je, het is Mijn taak om dat ten uitvoer te brengen! Vorm je hier nu eens een mening over, en zeg Mij dan eens, hoe je zo'n Messias vindt!'
Hoofdstuk 62: De Heer opent voor allen de weg naar de hemel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Tot nu toe deed ik alles wat ik deed volgens een zekere norm, die Ik mij aan de hand van mijn wetskennis zelf voorschreef. Het kon me weinig schelen of een wet goed of slecht was, daarover heb ik eigenlijk nooit gepiekerd. Mijn lijfspreuk was: wet is wet, hetzij van God of Caesar! Als de wet straf kan opleveren, dan eist het eigenbelang, dat je het zó aanpakt, dat je je niet aan straf bloot stelt! Heeft een wet echter geen sanctie, dan is het ook geen wet, maar alleen een goede raad die je op kunt volgen; zonder straf is er geen plicht.
Hoofdstuk 63: De uitwerking van hemelse en aardse wijn. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)