Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 983 van 1088

...  971 - 972 - 973 - 974 - 975 - 976 - 977 - 978 - 979 - 980 - 981 - 982 - 983 - 984 - 985 - 986 - 987 - 988 - 989 - 990 - 991 - 992 - 993 - 994 - 995 - 996  ...
[32] Zie, de Heer ziet de vleselijke lust in je en daarachter de grote hoogmoed tegenover een ieder die jou in je verschrikkelijke wellust zou willen tegengaan! Daarom heeft Hij mij naar jou gezonden, opdat je hoogmoed eindelijk eens naar buiten zou komen en daarmee je voortdurend toenemende lust naar vrouwen. Jij ontvangt mij echter als de ergste helbewoner en lijkt je heel weinig te bekommeren om de Heer, die je zo zalig wil maken. Werkelijk, als je zo wilt blijven doorgaan, dan zul je in plaats van een dergelijke goedheid van de Heer al gauw des te meer geoordeeld worden, naarmate je Hem hardnekkiger tegemoet zult treden!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[33] Ik verlaat je nu, omdat ik zie dat je me haat, zonder dat ik je daartoe ook maar de minste aanleiding heb gegeven. De Heer moge met je doen naar Zijn liefde, medelijden en gerechtigheid!'
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] ( Iets luider tegen Borem:) Mijn beste vriend, zo langzamerhand trek je heel behoedzaam het masker van je gezicht en laat je duidelijker zien, in welke hoedanigheid je naar mij toe bent gestuurd. Goed, heel goed, handel jij maar naar je opdracht, maar ik zal de opdracht opvolgen die mijn verstand me voorschrijft!
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[3] Het is waar dat ik een dom en misschien ook wel een boos plan had. Want ik wilde werkelijk de Heer een beetje weerstaan, maar alleen om mij ervan te overtuigen, wat er dan in zo'n geval met mij zou gebeuren. Maar jij hebt mij werkelijk voorbeeldig doorzien en hebt mij met grote felheid tegengehouden.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Maar dat je me daarom al voor een dui - (God sta ons bij) houdt en helemaal rijp voor de hel, daarover heeft de Heer, die toch kennelijk meer zal zijn dan jij, mij niets laten weten. Ik houd mij echter aan de Heer en niet aan jou! Daarom zal ik ook doen wat de Heer mij zal bevelen: ik zal je alleen maar aanhoren bij het witte bord, waarvan de Heer mij heeft aangeduid, dat jij mij het gebruik daarvan zult leren. In alle andere dingen zal ik naar je luisteren als ik dat wil, zoals tot nu toe.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Als beide in de zaal zijn, merkt bisschop Martinus meteen, dat het ronde bord helemaal beschreven is. Hij gaat er snel naar toe en probeert te lezen, wat erop geschreven staat. Maar dat lukt hem niet, want hij kent dit schrift niet, dat er uitziet als hiëroglyfen. Daarom begint hij zich opnieuw te ergeren en zegt:
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[20] BISSCHOP MARTINUS zegt: 'Als jij deze tekst zo goed kunt toepassen en er naar jouw mening geen laatste algemeen oordeel bestaat: hoe leg jij dan vervolgens die teksten uit, die uit de mond van de Heer komen en die juist ondubbelzinnig de verschrikkelijke wederkomst van de Heer als onverbiddelijke rechter aankondigen? Waarin de Heer de voortekenen op zich al als meer dan vreeswekkend afschildert, zoals grote rampspoed, duurte, hongersnood, oorlogen, volksopstanden, aardbevingen, het verschijnen van het teken van de Mensenzoon aan het firmament, het opstaan en de val van de Antichrist, de verduistering van zon en maan en het naar beneden vallen van de sterren aan de hemel. En waarin Hij tenslotte de verschrikkelijke voorbereiding voor het oordeel op de Jongste Dag en aan het eind daarvan het verschrikkelijke gericht zelf beschrijft: hoe de vervloekte ketters, hoerenlopers en echtbrekers naar de dui… God sta ons bij moeten lopen onder begeleiding van miljarden bliksemstralen, die uit de monden van de uitverkorenen en van de engelen Gods als een maar al terechte vloek over al die talloze verdoemde ketters, zoals jij er ook een bent, zullen uitgaan?
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[22] BOREM zegt: 'Huichelaar, hoe kort nog maar houdt jij Christus enigszins voor God, terwijl je bij de kleinste beproeving weer afvalt als een dor blad van de boom! Ik zeg je, als je tijdens je hele aardse leven ook maar het kleinste beetje materiële geloof zou hebben gehecht aan deze woorden van Christus, dan zou je hier allang in een ander kleed staan. Maar daar je noch de uiterlijke, letterlijke betekenis van het evangelie en nog veel minder de innerlijke, geestelijke zin gelovig hebt aangenomen en daarnaar hebt gehandeld, sta je hier nog als iemand die bij het zien van al de oneindige wonderen Gods en bij het luisteren naar duizend wijze lessen uit de mond van God Zelf, de oude, onverbeterlijke stijfkop blijft!
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[25] Daarom zul jij, zolang je zo blijft als je nu bent, van mij geen lessen en aanwijzingen meer krijgen. Om je echter van nu af geen aanleiding tot ergernis meer te geven, laat ik je nu in opdracht van de Heer alleen. Je kunt van nu af aan vrij doen en laten wat je wilt. Maar bedenk, dat voor jou van hieruit beide wegen, naar de hemel zowel als naar de hel, even ver open staan en ook de daarmee verbonden verklaring, wat in het evangelie werkelijk gezegd is over de verschijning van de laatste tijd!'
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[27] Bisschop Martinus roept nu weliswaar heel luid om Borem, maar deze komt niet meer opdagen. Hij roept ook om de Heer en om Petrus; maar ook van deze twee is nergens iets te bespeuren. Hij loopt nu weer naar de deur van Mercurius en ziet deze planeet wel, echter van grote afstand. Hij gaat naar de deur, waardoor hij vroeger bij nummer 1 de mooie kudde lammeren heeft waargenomen, ziet door deze deur echter niets dan de tamelijk verlaten weide, waarop hij die mooie kudde voor de eerste keer had gezien, voorzien van de lijst met hun namen.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[29] Maar deze dingen bevallen onze bisschop Martinus niet. Daarom gaat hij nu naar de uitgangsdeur en wil het huis van de Heer binnensnellen, maar ook dat is onzichtbaar geworden. Omdat hij ook dat niet meer ziet en de kleine tuin om zijn huis er zeer naargeestig uitziet en hem niet uitnodigt tot een opmonterende wandeling, gaat hij totaal wanhopig weer zijn huis binnen, waar hij alles precies eender en onveranderd aantreft.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[30] Dan staat hij een poosje als een pilaar voor het witte bord, dat aan de ene kant leeg is en aan de andere kant nog beschreven met de zojuist opgenoemde latijnse spreuken. Als hem dat na een tijdje begint te vervelen, loopt hij een paar stappen naar voren, naar het astronomische mechanisme en begint weer de aarde te bekijken. Maar hij durft niet te gaan praten, omdat hij nu begint te merken, dat het er met hem heel vreemd voorstaat.
Hoofdstuk 53: De ontstemde bisschop Martinus - De scherpe terechtwijzing van Borem en zijn vertrek - De eenzame Martinus - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Kortom, op aarde gaat het echt al zó toe, dat het kennelijk in de hel nooit erger kan toegaan. Daarom weg met jou, jij schandelijke wereld! Wie voordien niet slecht was moet wel slecht worden als hij alleen maar naar je kijkt - om maar niet te spreken van iemand die op jouw bodem zo' n vijftig jaar zelf het ambt van een rooms bisschop heeft bekleed!
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[10] Na lang gepieker schiet hem plotseling te binnen, dat hij de mooie galerijen van zijn huis nog niet heeft doorzocht en bezichtigd. Hij begint daarom naar de opgang te zoeken, om daar te komen. Maar deze is verborgen, zodat hij hem niet kan vinden. Hij gaat daarom naar buiten en zoekt buiten zijn huis naar de trap. Maar ook daar is nergens een spoor van een trap naar de galerijen te ontdekken.
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] Omdat hij zich echter een tijdlang buiten zijn huis ophoudt en niets van al datgene vindt, wat hij graag zou willen vinden, loopt hij daarop wat landerig een tijdlang in zijn kleine tuin heen en weer en vindt enkele onaanzienlijke bessen, die hij al gauw plukt en opeet, omdat hij wat honger begint te krijgen. Maar deze kost smaakt hem nu juist niet al te goed, zodat hij daarvan maar niet te veel eet. Wel zoekt hij nog een tijdje verder, maar omdat hij niets vindt, gaat hij weer zijn huis binnen en geeft het dan ook op, om nog naar de galerijen te willen gaan.
Hoofdstuk 54: Martinus' alleenspraak - Kritiek op de kerk - Ontdekking van een vesperhoek - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  971 - 972 - 973 - 974 - 975 - 976 - 977 - 978 - 979 - 980 - 981 - 982 - 983 - 984 - 985 - 986 - 987 - 988 - 989 - 990 - 991 - 992 - 993 - 994 - 995 - 996  ...